COMMANDE
BEDIENING
BEDIENUNG
27
Frostschutz
Bitte stellen Sie sicher, daß bei Ihrer
Abwesenheit während einer Frost-
periode die Heizungsanlage in
Betrieb bleibt und die Räume ausrei-
chend temperiert werden.
Ihr Gerät ist mit einer Frostschutzfunk-
tion ausgestattet:
Sinkt die Heizungs-Vorlauftemperatur
bei eingeschaltetem Hauptschalter
des Gerätes unter 5 °C, geht das
Gerät in Betrieb und heizt den inter-
nen Kreis auf ca. 30 °C auf.
Ein Durchspülen der gesamten
Heizungsanlage kann nicht
gewährleistet werden.
Achten Sie darauf, daß sich das
Gerät automatisch über die einge-
bauten Überwachungseinrichtungen
bei entsprechenden Störungen
abschaltet, z. B. Unterbrechungen
der Energiezufuhr (Gas, Strom) oder
bei Störungen in der Abgasanlage.
Frostschutz und Überwa-
chungseinrichtungen können
nur funktionieren, wenn der
Hauptschalter des Gerätes auf
Stellung "I" steht und keine
Trennung vom Stromnetz vor-
liegt.
Eine andere Möglichkeit des Frost-
schutzes besteht darin, sowohl die
Heizungsanlage als auch das Gerät
vollständig zu entleeren (Seite 19).
Vorstbescherming
Vergewis u ervan dat de
verwarmingsinstallatie bij uw
afwezigheid tijdens een vorstperiode
in bedrijf blijft en de ruimtes
voldoende worden verwarmd.
Uw gaswandketel is uitgerust met een
vorstbeveiliging:
Daalt de keteltemperatuur onder 5 °C,
dan start automatisch de brander en
de pomp en wordt het
verwarmingscircuit tot ca. 30 °C
verwarmd. Het volstaat dat de
gaskraan open blijft en de
hoofdschakelaar van de wandketel
ingeschakeld is.
Een circulatie van de hele
verwarmingsinstallatie kan
niet worden gegarandeerd!
Houd er rekening mee dat de
wandketel bij storingen, b.v.
onderbrekingen van de
energietoevoer (gas, stroom) of bij
storingen in de schoorsteen,
automatisch uitschakelt wordt door
de schoorsteenbeveiliging (TTB).
Vorstbescherming en
beveiligingsinrichtingen
kunnen alleen functioneren als
de hoofdschakelaar van het
apparaat op stand "I" staat
en de wandketel zowel
elektrisch- als gaszijdig
gevoed wordt.
Een andere mogelijkheid van
vorstbescherming bestaat erin zowel
de verwarmingsinstallatie als de
wandketel volledig te ledigen
(pagina 19).
Protection antigel
Si vous devez vous absenter pendant
une période de gel, veillez à ce que
l’installation de chauffage reste en
service et que les pièces soient
suffisamment tempérées.
Votre appareil est équipé d’une
fonction antigel : si la température de
départ chauffage descend au-dessous
de 5 °C et que l’interrupteur principal
est enclenché et le robinêt de gaz
ouvert, l’appareil se met
automatiquement en service et
chauffe le circuit interne à 30 °C
environ.
Une circulation de toute
l’installation de chauffage ne
peut pas être assuré.
Assurez-vous que l’appareil se
désactive automatiquement par
l’intermédiaire des dispositifs de
surveillance intégrés en cas
d’anomalie correspondante, par
exemple une interruption de
l’approvisionnement énergétique (gaz
ou électricité) ou en cas d’anomalies
survenant dans le dispositif de la
sécurité de refoulement des gaz
fumés.
La protection antigel et les
dispositifs de surveillance ne
peuvent fonctionner qu’à la
condition que l’interrupteur
principal de l’appareil soit
positionné sur "I" et
qu’aucune coupure de courant
ne se produise sur le réseau
électrique.
Une autre possibilité pour la
protection antigel consiste à purger
complètement l’appareil et
l’installation de chauffage (page 19).
