NL
13
aangeduid. Zijn beide functies gekozen, wordt
TIMER ON OFF aangegeven.
27. FAN SPEED aanduiding: Als u de FAN
SPEED-toets indrukt verschijnt hier telkens voor
de gekozen ventilatorsnelheid een pijl
(uitzondering: als AUTO snelheid is gekozen,
wordt niets aangegeven).
Werkwijzen
A) AUTO (automatische) modus
1. Door indrukken van de MODE-toets kiest u de
AUTO modus.
2. Door de TEMP-toetsen in te drukken kiest u de
gewenste kamertemperatuur. De aangenaamste
temperatuurafstellingen liggen tussen 21 en
28°C.
3. Door indrukken van de ON/OFF-toets schakelt u
de airco in. Op het display van het
binnenapparaat branden OPERATION en AUTO.
Bovendien wordt de op de afstandsbediening
ingestelde temperatuur aangegeven. De
ventilatorsnelheid wordt automatisch afgesteld.
4. Door de ON/OFF-toets opnieuw in te drukken
schakelt u het apparaat uit.
AANWIJZING
In de AUTO-modus kiest de airco door detectie van
het temperatuurverschil tussen de werkelijke
kamertemperatuur en de ingestelde temperatuur
automatisch één van de modi COOL, FAN en HEAT.
B) COOL (koelen), HEAT (verwarmen) en FAN
(ventilator) modus
1. U kiest de gewenste werkwijze COOL, HEAT of
FAN door indrukken van de MODE-toets.
2. Door de TEMP-toetsen in te drukken kiest u de
gewenste kamertemperatuur.
3. Door indrukken van de FAN SPEED-toets kiest u
de ventilatorsnelheid. Telkens als u opnieuw de
toets indrukt kiest u de ventilatorsnelheid in de
volgende volgorde: AUTO – LOW – MED –
HIGH.
4. Door indrukken van de ON/OFF-toets schakelt u
de airco in. Op het display van het
binnenapparaat brandt OPERATION. Bovendien
wordt de op de afstandsbediening ingestelde
temperatuur aangegeven.
5. Door de ON/OFF-toets opnieuw in te drukken
schakelt u het apparaat uit.
AANWIJZING
De FAN-modus kan niet voor het regelen van de
temperatuur worden gebruikt. In deze modus kunnen
enkel de afstelstappen 1, 3, 4 en 5 worden
uitgevoerd.
C) DRY (ontvochtigen) modus
1. Door indrukken van de MODE-toets kiest u de
DRY modus.
2. Door de TEMP-toetsen in te drukken kiest u de
gewenste kamertemperatuur. Afwisselend wordt
de ventilatorfunctie en de koelfunctie
geschakeld.
3. Door indrukken van de ON/OFF-toets start u het
aircoapparaat. Op het display van het
binnenapparaat brandt AUTO. Bovendien wordt
de op de afstandsbediening ingestelde
temperatuur aangegeven. Het apparaat draait in
de DRY modus bij lage ventilatorsnelheid.
4. Door de ON/OFF-toets opnieuw in te drukken
stopt u de modus.
D) TIMER (tijdschakelklok) modus
Druk op de TIMER ON-toets om de automatische
inschakeltijd van het apparaat resp. op de TIMER
OFF-toets om de automatische uitschakeltijd van het
apparaat af te stellen.
Afstellen van de inschakeltijd (uitschakeltijd):
1. Druk op de TIMER ON (TIMER OFF)-toets. Op
het display van de afstandsbediening verschijnen
TIMER ON (TIMER OFF), de laatste afgestelde
tijd voor bedrijfsbegin (bedrijfsstop) en het
symbool “h“. Stel nu de tijd voor bedrijfsbegin
(bedrijfsstop) in.
2. Telkens als u de TIMER ON (TIMER OFF) toets
indrukt verschuift u de inschakeltijd
(uitschakeltijd) met 0,5 uur naar achteren (vanaf
10 uur in stappen van één uur).
3. Na enkele seconden gaat de verklikker TIMER
op het binnenapparaat permanent branden.
AANWIJZINGEN
1. Als u een inschakeltijd en een uitschakeltijd hebt
gekozen, wordt op het display TIMER ON/OFF
aangegeven.
2. Om de TIMER ON/OFF tijd te veranderen drukt u
op de overeenkomstige TIMER-toets en stelt u
de tijd opnieuw in.
3. Om de TIMER ON/OFF afstelling te wissen, stelt
u de TIMER-tijd op 0:00 in.
E) SLEEP (energiebesparings) modus
1. Druk gedurende de koel-, verwarmings- of auto-
modus op de afstandsbediening de SLEEP-toets
in.
2. De airco zal de ingestelde temperatuur na één
uur automatisch met 1°C verhogen (koelmodus)
of verlagen (verwarmingsmodus).
3. Aan het einde van het volgende uur wordt dit
proces automatisch herhaald.
4. In deze modus bespaart u energie bij een