38
Derailleur
De versnellingen worden normaal gestuurd door een derailleur, die het mechanisme vormt die de ketting op de tandwielen naar boven en naar beneden stuurt. De
achterderailleur wordt door de versnelling aan de rechter handgreep gestuurd en de voorderailleur door de linker versnellingshendel.
De versnellingen aan de achterderailleur instellen
i Trap op de pedalen en zet de versnelling aan de rechter
kant in het hoogste cijfer / het kleinste tandwiel.
ii Kijk naar de derailleur en het tandwiel. Deze moeten
overeenstemmen. Als dat niet het geval is, dan kunt u de
,H'-schroef licht met een schroevendraaier aanpassen,
totdat ze gelijk zijn.
iii Schakel de schakelhendel een
versnelling verder en kijk of de ketting
vloeiend naar het volgende tandwiel
springt. Als bij het schakelen de ketting
geen of twee tandwielen in een keer
overspringt, dan kunt u dit aanpassen
aan de kabelspanningschroef. Elke
derailleur model is anders. Daarom
raden wij aan om eerst een keer een
halve draai in een richting te doen en
hem dan beetje bij beetje in te stellen,
totdat het gewenste resultaat bereikt
is.
iv Draai nu de pedalen en schakel naar het laagste cijfer en het grootste
tandwiel.
v U kunt nu controleren of de ketting en de derailleur overeenstemmen. Zo
niet, of als de derailleur te veel speling met het wiel heeft, past u de ,L'-
schroef licht aan, totdat beide overeenstemmen en er geen speling meer
is.