27
INSTALLATIE
Transportbeveiliging
Voor u de machine in bedrijf neemt, moeten de
transportbeveiligingen verwijderd zijn. Bewaar de
vrijgekomen materialen van de transportbeveiliging. Ze
moeten weer worden aangebracht bij eventuele verhuizing.
Voor het verwijderen gaat u als volgt te werk:
1. Verwijder met een sleutel
de drie bouten uit de
achterkant van de
machine.
2. Leg de machine
achterover. Laat hem
daarbij op de polystyrene
verpakkingsbodem
leunen. Let op dat de u
de slangen niet
beschadigd.
3. Verwijder de plastic
opvulstukken uit de
machine. Trek naar het
midden en naar u toe.
Eerst de linker (1) en
dan de rechter (2).
4. Zet de machine weer
rechtop en verwijder de
drie plastic hulzen uit de
achterkant van de
machine.
5. Dicht de drie vrijgekomen
gaten met de
meegeleverde pluggen.
U vindt ze in de
enveloppe waar ook
deze gebruikaanwijzing
in zat.
Watertoevoer
De toevoerslang moet
worden aangesloten op
een KOUD-WATER kraan
met een 3/4” schroefdraad.
Wat ons betreft hoeft de
kraan niet “belucht” te zijn
(de machine is voorzien
van een eigen beluchter),
maar het kan zijn dat de
gemeente waar u woont
dat toch eist.
Draai, nadat u eerst het afdichtringetje “A” in de wartel
gelegd hebt, de wartel stevig op de kraan.
Het andere eind van de slang, aan de machinekant, kunt u
naar alle richtingen verdraaien: wartel iets losdraaien, slang
richten en wartel weer stevig vastdraaien.
Mocht het u bekend zijn dat de waterleidingdruk soms zeer
hoog is, leg dan een gummi kraanschijf 3/4”, 23x4mm in de
wartel aan de machinekant.
De toevoerslang mag niet verlengd worden. Mocht de slang
te kort zijn en wilt u de kraan niet laten verplaatsen, koop
dan een langere, komplete hogedrukslang welke speciaal
voor dit doel gemaakt is.
Fig. 6