13
4
Inbedrijfstelling
1. Gasafsluitkraan openen.
2. Condensatietoestel inschakelen.
3. Het display verlicht.
❑ Installatiedruk controlleren (zie controlewerken)
❑ Bij ruimteluchtafhankelijke werking luchttoevoeropening
controleren.
OPEN
Stookwater bijvullen:
Als bij de eerste bevulling van de verwarmings-
installatie maatregelen betreffende waterberei-
ding genomen werden, moeten deze ook bij het
bijvullen in acht genomen worden. Vraag advies
aan uw verwarmingsinstallateur.
•Vraag uw verwarmingsinstallateur de nodige informatie
over de correcte bevulling resp. bediening van de
vularmatuur.
•Als bij koude installatie de wijzer van de manometer onder
1 bar staat, vul water bij tot de wijzer weer bij ca. 1,5 bar
staat.
•Max. druk van 2,5 bar mag niet overschreden worden.