7
Onderdrukking van de naverwarming
van de warmwaterboiler door de ver-
warmingsketel
In de ketelcircuitregeling
2
wordt via
codeeradres „67“ een 3e gewenste tap-
watertemperatuur ingesteld (instelbereik
10 tot 95 ºC). Deze waarde moet onder
de 1e gewenste tapwatertemperatuur
liggen. De warmwaterboiler
qP
wordt
pas door de verwarmingsketel
1
ver-
warmd (solarcircuitpomp R1
eE
loopt),
als deze gewenste waarde niet met de
solarinstallatie kan worden bereikt.
Tapwaterverwarming zonder zonne-
energie
Het bovenste gedeelte van de warmwa-
terboiler
qP
wordt door de verwarmings-
ketel
1
verwarmd. De boilertempera-
tuurregeling met boilertemperatuursen-
sor
3
van de ketelcircuitregeling
2
regelt de boilerverwarming
4
.
Vereiste instellingen op de solarregeling
Para-
meter
Toestand
levering
Beschrijving Instelling
ANL 1 Zonder extra functie voor de tapwaterverwar-
ming
1
Met extra functie voor de tapwateropwarming (zie
pagina 55)
4
DT E 8° C Inschakel-temperatuurverschil voor zonnecircuit-
pomp aan R1
DT A 4 °C Uitschakel-temperatuurverschil voor zonnecircuit-
pomp aan R1
S SL 60 °C Gewenste boilertemperatuur (zie pagina 52)
Overige functies zie hoofdstuk ”Functiebeschrijving” vanaf pagina 48.
Opmerking
”DT E” kan min. 0,5 K boven ”DT A” en
max. 0,5 K onder ”DT S” (zie
pagina 50) worden ingesteld.
”DT A” kan max. 0,5 K onder ”DT E”
worden ingesteld.
Opmerking voor toerentalregeling
van de zonnecircuitpomp
Hoofdstuk ”Toerentalregeling ” in acht
nemen (zie pagina 63).
Montagehandleiding
Installatievoorbeeld 1
(vervolg)
5442 250 NL
Montage