Het aanpassen van de snelheid
U kunt tijdens het trainen de snelheid aanpassen met behulp van de SPEED
knoppen. Om de snelheid sneller te verhogen/verlagen kunt u de SPEED
UP/DOWN knoppen ingedrukt houden.
Tijdens het trainen kunt u ook op de SPEED sneltoetsen drukken, de snelheid zal
dan direct worden verhoogd/verlaagd naar 4, 6, 8 of 10 KM per uur. Gedurende de
programma’s P01-P05 zalde snelheid automatisch worden verhoogd en verlaagd;
echter zal u de snelheid op elk moment kunnen aanpassen.
De snelheid is instelbaar van 0,8 KM per uur tot maximaal 20 KM per uur
Het aanpassen van de hellingshoek van het loopvlak
Tijdens het trainen kunt u de hellingshoek van het loopvlak automatisch verhogen
of verlagen met behulp van de INCLINE knoppen. Met behulp van de QUICK
INCLINE sneltoetsen kunt u met 1 druk op de knop de helling in 1 keer naar
niveau 4, 6, 8 of 10 brengen. Tijdens de programma’s P06-P12 zal de hellingshoek
van het loopvlak automatisch worden verhoogd en verlaagd; echter kunt u op elk
moment de hellingshoek van het loopvlak handmatig aanpassen.
Het selecteren en instellen van de
trainingsprogramma’s
Alvorens te beginnen dient u ervoor te zorgen dat de stroomkabel aangesloten is.
Vervolgens kunt u de AAN/UIT knop, die aan de voorzijde van de motor zit,
indrukken om de computer en motor te activeren. (Wanneer de AAN/UIT knop op
AAN staat, brandt deze). Centraal op he tcomputerscherm vindt u de plaats voor de
veiligheidssleutel. U dient de veiligheidssleutel aan de computer te bevestigen;
5