52 NL
11.3 Beeldscherm
Op het beeldscherm7 worden alle instellingen en
gebruikswaarden weergegeven.
In stand-by is het beeldscherm donker en verbruikt
het minder energie. Het apparaat is echter met de
in-/uitschakelknop6 ingeschakeld.
Wanneer er geen functie actief is en er ca. 5 mi-
nuten geen bediening wordt uitgevoerd, een dia-
loogvenster verschijnt op het beeldscherm7,
waarin de tijd tot aan het overschakelen naar
stand-by wordt afgeteld.
• Druk op de toets op het dialoogvenster of op
de draairegelaar8, zodat het apparaat actief
blijft.
Als het apparaat in stand-by staat, druk of draai
dan gewoon aan de draairegelaar8 om het ap-
paraat te “wekken”.