-NL-20-
3.2 ZOEKEN NAAR SATELLIETEN
Na de automasche test, zoekt de DRIVE CONTROL verbinding met de GPS satellieten. Op het scherm verschijnt ‘SRCH’ (Search).
Zodra de Radar / Laser detector geïnstalleerd is, zal deze onmiddellijk beginnen werken. Het GPS alarm zal pas beginnen werken
nadat er een verbinding gemaakt is met de satellieten.
LET OP:
De eerste keer dat de DRIVE CONTROL ingeschakeld wordt, kan het ongeveer 15 minuten duren om de satellieten te vinden.
Obstakels in de directe omgeving en het bewegen van de wagen kunnen deze eerste inschakeljd vertragen.
De DRIVE CONTROL houdt verbinding met 4 tot 12 satellieten. Ingeval de verbinding kort wegvalt (bijvoorbeeld door viaducten of
tunnels) zal deze overgaan naar ‘connecon mode’ en verschijnt ‘SRCH’ op het scherm.
3.3 DRIVING MODE
De DRIVE CONTROL is de perfecte oplossing om te voorkomen dat u per ongeluk enkele kilometers te snel rijdt. Wanneer de
verbinding met de satellieten goed is, verschijnt het volgende scherm, met weergave van de jd.
Wanneer de wagen beweegt, wordt de werkelijke snelheid getoond.
INSTELLINGEN VAN DE DRIVE CONTROL
4.1 VOLUME
U kunt het volume instellen met behulp van de VOL – en VOL + toetsen.
4.2 SETTING MENU
De menutoets bevindt zich bovenaan de DRIVE CONTROL en wordt aangeduid met SETTING. Wanneer u op deze toets drukt,
begee u zich naar het instelmenu dat de volgende opes bevat:
• Rlogic: 0 / 1 / 2 / 3 / 4 / CITY (zichtbaar wanneer de radar aangeschakeld is)
• X/Ku: ON/OFF
• K: ON/OFF