50
1=Positief(+)
2=Gewricht
3=Lamp
4=Negatiev(‐)
5=CameraNegatieve(‐)(zwart)
6=CameraPositief(+)(gekleurde)
7=Camera
8. Nadatuheeftbepaaldwelkekabeldepositieveenwelkedenegatieveis,draaitude
contactsleutelweernaarde'off'standenvervolgensverwijdertudenegatievekabel
vandeaccu.
9. Verbindderodekabelmetdepositieve(+)kabelvandeachteruitrijlichteninserie
doorgebruiktemakenvandemeegeleverdelasklem.Gebruikeencombinatietang
voorhetaandrukkenomtezorgenvooreengoedeaansluiting.
10. Verbindvervolgensdezwartevoedingskabelvandezendeenheidmetdenegatieve(‐)
kabelofaardevanhetachteruitrijlicht.
11. Plaatshetlichtpeertjevanhetachteruitrijlichtweerterugeninstalleerdecontactdoos
opnieuw.Zetallekabelsvastmetkabelbindersofisolatietape.
12. Bevestigdenegatieveaccukabelweeraandeaccu.
Installatievandemonitor
Verzekeruervanbijhetbepalenvandeplaatsvooruwmonitordatdemonitor
uhetzichtnietbelemmertbijhetrijden.
1. Reinigdedooruwgekozenlocatiegrondigvooruhet
beeldschermdefinitiefmonteert.
2. Plaatsdezuignapopdedoorugekozenlocatie
3. Duwdezuignapgoedaanophetdoorugereinigdeoppervlakzoalshetdashboardofhetraam.
Duwhethandeltjenaarbenedenomdezuignapgoedvasttezettenophetoppervlak.