3. Laat beide motoren minimaal drie
minuten draaien alvorens de kabels los
te koppelen.
WAARSCHUWING
Schakel de koplampen tijdens het
loskoppelen van de hulpstartkabels
niet in. Door de spanningspiek
kunnen de gloeilampen doorbranden.
Koppel de kabels in omgekeerde volgorde
los.
ONDERHOUD VAN DE ACCU
Extra op de voertuigaccu aangesloten
verbruikers van meer dan 30 A
(bedrijfslast) en 12 mA (last bij
uitgeschakeld contact) kunnen leiden tot
vroegtijdig defect raken van de accu.
Accu's met een hoge capaciteit zijn
beschikbaar bij uw Ford dealer.
ACCU VERVANGEN
WAARSCHUWINGEN
Voor auto's met
start/stop-schakelaar verschillen de
accuvereisten. De accu moet worden
vervangen door een accu met exact
dezelfde specificatie als de originele.
Zorg ervoor dat de accubak goed is
afgesloten.
N.B.: De accu bevindt zich onder de
bestuurdersstoel in de auto.
N.B.: Indien nodig moet de Keycode van de
audio-installatie opnieuw worden
geprogrammeerd.
1. Draai de veiligheidspen linksom en
verwijder deze.
2. Verwijder het accudeksel.
3. Schuif de stoel helemaal naar voren.
Zie Voorstoelen (bladzijde 74).
Breng de eerder verwijderde onderdelen in
omgekeerde volgorde aan.
AANSLUITPUNTEN VAN DE
ACCU