8
9
INSTALLATIE
Installatie van de gaskookplaat
De installateur moet bevoegd zijn om het
toestel aan te sluiten. De
gasinstallatie
moet
voldoen aan de geldende voorschriften in het
land van bestemming. Ook de
elektrische
installatie
moet voldoen aan de landelijke en
eventueel plaatselijk geldende voorschriften
(Gavo, NEN1078, NEN1010 enz.).
Waarschuwing
Omdat dit toestel niet aangesloten wordt op
een rookgasafvoerkanaal, dient speciale
aandacht te worden besteed aan de ventilatie
van de keuken.
Gassoort en druk
Deze dienen overeen te komen met de
gegevens, zoals deze op de typeplaat zijn
vermeld.
Gasaansluiting
De gasaansluiting van dit toestel is G1/2”
uitwendig. In de gasleiding vóór het toestel
dient een goedgekeurde kraan met koppeling
te worden geplaatst op een gemakkelijk te
bereiken plaats, bijvoorbeeld in het
naastgelegen aanrechtkastje. Wanneer de
kookplaat wordt aangesloten met een
speciaal daarvoor bestemde veiligheidsslang,
dient u erop te letten dat deze slang niet in
aanraking komt of kan komen met hete delen.
Controleer na aansluiting van de kookplaat, of
de aansluiting gasdicht is en of de branders
goed werken; in volstand moet het vlambeeld
regelmatig en stabiel zijn en in kleinstand
mogen ze niet uitgaan.
Installatie van de overige
domino-toestellen
De overige DOMINO-toestellen zijn
elektrische toestellen en dienen aangesloten
te worden overeenkomstig de landelijke, en
eventueel plaatselijk geldende voorschriften.
Plaatsing
Voor de DOMINO-toestellen geldt, dat
afstanden tot brandbare wanden denk
bijvoorbeeld aan een hoge kast, minimaal
5 cm moeten bedragen; dit in verband met
brandgevaar.
Let op! Deze maat moet bij de barbeque
minimaal 12 cm bedragen. De afstand tot een
eventueel boven het toestel geplaatste
afzuigkap moet minimaal 60 cm bedragen
(zie fig. 14).
Maten DOMINO-kookplaten
De maten en de inbouwmaten van de DOMINO
toestellen zijn vermeld in fig. 15, terwijl u in de
fig. 16 en 17 ziet, hoe de kookplaten in het
aanrechtblad bevestigd worden met behulp
van klemmen voor verschillende
aanrechtbladdikten.
Het reinigen
Gas en stroom uitschakelen!
Warm sopje
■ In principe is het toestel te reinigen met
een warm sopje. Gebruik altijd een zachte
doek en goed nabehandelen met schoon
water.
Vloeibare zeep
■ Alle geëmailleerde delen, zoals de
pandragers en de branderdeksels. Sterk
verontreinigde delen eerst laten inweken.
Brillosponsje
■ Alleen sterk verontreinigde emaille-delen.
Glassex/Ruitex
■ Kunststof delen zoals knoppen.
Stahlfix
■ Afdekplaat en morsplaat.
Wat u niet moet gebruiken
■ Krassende of agressieve
reinigingsmiddelen, zoals grill- en
ovenspray, vlek- en roestverwijderings-
middelen, schuurzand of dergelijke.
Beschadigingen door
suikerhoudende gerechten
Deze kunt u grotendeels voorkomen door de
plaat regelmatig met Atag Shine
reinigingscreme te behandelen. Door dit
schoonmaakmiddel komt er een siliconenfilm
(beschermlaagje) op de plaat. Deze
siliconenfilm is echter niet lang bestand tegen
de hoge temperaturen die in de kookzone's
optreden en moet daarom steeds weer
opnieuw aangebracht worden.
Ontstaan van krassen
■ Wanneer bijvoorbeeld zandkorreltjes (denk
aan groenten schoonmaken) met de pan
over de kookplaat getrokken worden.
Scherpe randen van panbodems
■ Bij het verschuiven van pannen kunnen
hierdoor krassen ontstaan vooral opletten
met gietijzeren pannen.
Alles wat smelten kan
■ Kunststof, aluminiumfolie maar vooral
suikerhoudende gerechten moet u op een
afstand van de hete kookplaat houden.
Is er toch iets gesmolten, dan direct met
een schraper verwijderen om beschadiging
te voorkomen.
ONDERHOUD