102 NL/BE
schok door isolaties tegen het werkstuk. Open de behuizing van
de inrichting niet.
GEVAAR DOOR LASROOK:
Het inademen van lasrook kan schadelijk zijn voor de gezondheid.
Houd het hoofd niet in de rook. Gebruik inrichtingen in open
gebieden. Gebruik ontluchting om de rook te verwijderen.
GEVAAR DOOR LASVONKEN:
Lasvonken kunnen een explosie of een brand veroorzaken.
Houd
brandbare stoffen uit de buurt van lassen. Las niet naast
brandbare
stoffen. Lasvonken kunnen branden veroorzaken.
Houd een brandblusser bij de hand en iemand die toekijkt en de
blusser onmiddellijk kan gebruiken. Las niet op vaten of andere
gesloten containers.
GEVAAR DOOR VLAMBOOGSTRALEN:
Vlamboogstralen kunnen de ogen beschadigen en de huid
verwonden. Draag een hoofdbedekking en veiligheidsbril.
Draag gehoorbescherming en een hoog gesloten overhemdkraag.
Draag een lashelm en let op de correcte filterinstellingen.
Draag volledige lichaamsbescherming.
GEVAAR DOOR ELEKTROMAGNETISCHE VELDEN:
Lasstroom produceert elektromagnetische velden.
Gebruik deze niet samen met medische implantaten.
Wikkel de laskabels nooit rond het lichaam. Breng laskabels samen.
zSpecifieke veiligheidsinstructies voor lasscherm
Controleer met behulp van een felle lichtbron (bijv. aansteker)
altijd voor het begin van de laswerkzaamheden of het lasscherm
correct werkt.
Door lasspatten kan het veiligheidsglas beschadigd geraken.
Vervang beschadigde of gekraste beschermglazen meteen.
Vervang beschadigde of sterk vervuilde c.q. gekraste componenten
onmiddellijk.
Het apparaat mag alleen door personen worden gebruikt, die 16 jaar
of ouder zijn.
Leer de veiligheidsvoorschriften voor lassen kennen. Neem hierbij
ook de veiligheidsinstructies van uw lasapparaat in acht.
Zet het lasscherm altijd op, wanneer u last. Indien u het niet
gebruikt, kunt u ernstig netvliesletsel oplopen.