126
11
N
E
D
E
R
L
A
N
D
S
CQ-C3301N
Radio Data Systeem (RDS)
Basisbediening RDS
Sommige FM zenders sturen samen met het radiosignaal nog andere gegevens uit, de zogenaamde RDS gegevens. Dit
apparaat kan deze gegevens gebruiken voor de hieronder beschreven functies.
De beschikbaarheid van de RDS functies hangt af van het gebied waar u woont. Indien in uw gebied geen RDS gegevens
worden uitgezonden, zullen de betreffende functies ook niet beschikbaar zijn. In dit hoofdstuk wordt het gebruik van het
RDS systeem in het kort beschreven.
De volgende functies zijn alleen beschikbaar bij ontvangst van RDS zenders.
Zendernaam-aanduiding (PS)
De naam van de zender wordt op het display aangegeven.
Alternatieve frequentie (AF)
Als de ontvangstkwaliteit afneemt, wordt automatisch
afgestemd op een RDS zender die hetzelfde programma
uitzendt.
Verkeersinformatieprogramma
(TP)
Sommige RDS FM zenders geven op gezette tijden ver-
keersberichten.
Een zender die verkeersberichten uitzendt wordt een TP
(Traffic Program; verkeersprogramma) genoemd.
Verkeersberichten (TA)
Radioberichten betreffende de verkeerssituatie.
Kloktijd-aanduiding (CT)
Bij ontvangst van een RDS zender zorgt de CT (kloktijd)
functie ervoor dat automatisch de juiste tijd wordt
ingesteld.
In gebieden waar de CT functie niet beschikbaar is, ziet u
“NO CT” op het display. (a blz. 123 voor het instellen van
de klok)
Programmatype-aanduiding
(PTY)
RDS FM zenders sturen een signaal uit dat het program-
matype aangeeft.
Bijvoorbeeld: nieuws, rock, klassieke muziek enz. (a blz.
129)
Programma-identificatie (PI)
Elk programma heeft zijn eigen nummer. Hiermee kan
gezocht worden naar een andere frequentie waarop het-
zelfde programma wordt uitgezonden.
Regio (REG)
Elke regio heeft zijn eigen nummer. Hieraan kan de regio
worden herkend waar de zender waarnaar u luistert zich
bevindt.