25
Scherpstelvergrendeling
Gebruik de scherpstelvergrendeling wanneer u te maken hebt met een compositie waarin het onder-
werp zich buiten het midden en dus buiten het AF-veld bevindt. Scherpstelvergrendeling kan ook wor-
den gebruikt in speciale situaties waarin de camera niet goed kan scherpstellen (blz. 26). De scherp-
stelvergrendeling werkt via de ontspanknop.
Plaats het onderwerp binnen het AF-veld. Druk de ontspanknop half
in om de scherpstelling te vergrendelen en wacht tot het scherp-
stelsignaal verschijnt en het groene lampje brandt om aan te geven
dat de scherpstelling vergrendeld is. Knippert het scherpstelsignaal
en het groene lampje, herhaal dan de procedure.
Houd uw vinger nog steeds op de half ingedrukte ontspanknop,
neem de oorspronkelijk beeldcompositie in en druk de ontspanknop
geheel in om de opname te maken.
Scherpstelbereik
Het scherpstelbereik is afhankelijk van de zoomstand. Gebruik voor kleinere afstanden de macrostand
(blz. 30).
Groothoekstand Telestand
0,5 m - oneindig 0,8 m - oneindig
Scherpstelsignaal