17
machine of het risico van letsel voor de gebruiker betekenen.
Controleer de machine op een verkeerde uitlijning of vastgelopen onderdelen,
breuk van onderdelen en dergelijke, om de functionaliteit en de betrouwbaarheid
van het apparaat te verzekeren. Het regelmatig onderhoud van het aggregaat is
essentieel voor het behoud van de veiligheid en de prestaties van het apparaat.
Houd de motor en de uitlaat vrij van gras, bladeren, overtollig vet of uitlaat
resten om het risico op brand te verminderen. Gebruik geen benzine of andere
ontvlambare oplosmiddelen voor het reinigen van machineonderdelen.
Dampen van brandstoffen en oplossingen kunnen exploderen.
Giet of spuit het apparaat nooit af met water of een andere vloeistof. Houd de
handgrepen droog, schoon en vrij van vreemde voorwerpen. Reinig deze na
gebruik. Let op de wet- en regelgeving voor het bedienen van materialen en wat
te doen met voorraden vervuilde onderdelen om het milieu te beschermen. Gooi
de gebruikte materialen bij de milieu straat in de geschikte afvalbakken.
Laat het aggregaat nooit onbeheerd achter terwijl de motor draait.
Verlaat u het aggregaat zet dan de motor af en bescherm de machine tegen
onbevoegd gebruik. Voor modellen met een contactsleutel, ontkoppel deze en
anders de kap van de bougie aftrekken. Zet de motor bij gebruik met een
stationair toerental buiten het bereik van kinderen.
Service-veiligheid
Voer geen onderhoud of reiniging uit met een draaiende motor. Bewegende
onderdelen kunnen ernstig letsel veroorzaken. Alvorens onderhouds-en
reparatiewerkzaamheden uit te voeren moet u altijd de bougiedop verwijderen.
Zorg er op voorhand voor dat de motor schakelaar op OFF ( UIT ). Een
toevallige startup wordt voorkomen.
Altijd aandacht besteden aan de betrouwbare staat van het aggregaat vooral
het brandstofsysteem moet nagekeken worden.
Zorg ervoor dat beschermende delen en uitrustingsstukken geen beschadigingen
hebben, ze moeten regelmatig worden gecontroleerd en indien nodig
vervangen. Check altijd of moeren en bouten goed vastzitten en indien
nodig natrekken.
Zorg ervoor dat alle beschermkappen en beugels goed en stevig
zijn aangesloten en bevestigd. Na de onderhouds- en reparatiewerkzaamheden,
altijd de beschermings-en veiligheidsvoorzieningen op de machine bevestigen en
in de gewenste positie plaatsen.