65
NL
Voedseleigenschappen en
bereidingen met de magnetronoven
Schikken en tussenruimte
Afzonderlijke voedselartikelen zoals gebakken aardappelen, klein gebak en nagerechten
worden gelijkmatiger verwarmd als u ze op gelijke afstand van elkaar plaatst, bij voorkeur in
een cirkel. Plaats nooit afzonderlijke voedselartikelen op elkaar.
Roeren
Roeren is een van de belangrijkste technieken bij het koken met de magnetronoven. Bij
conventioneel koken wordt het voedsel geroerd om het beter te mengen. Bij het koken met
microgolven dient het roeren om de warmte te spreiden en te herverdelen. Roer altijd van de
buitenzijde naar het midden, want de buitenzijde is het eerst warm.
Omdraaien
Grote en hoge voedselartikelen zoals gebraad en hele kippen moeten worden omgedraaid
zodat de bovenzijde en de onderzijde gelijkmatig worden gekookt. U doet er ook goed aan
kippendelen en vleeslapjes om te draaien.
Dikkere gedeelten aan de buitenkant plaatsen
Aangezien microgolven tot het buitenste gedeelte van voedsel worden aangetrokken, is het
verstandig om dikkere vleesporties, gevogelte en vis aan de buitenste kant van de bakschaal
te leggen. Zo krijgen de dikkere gedeelten de meeste microgolfenergie en kookt het voedsel
gelijkmatig.
Afschermen
U kunt stroken aluminiumfolie (die geen microgolven doorlaat) over de hoeken of randen van
vierkante en rechthoekige eetwaar aanbrengen om te voorkomen dat die gedeelten te veel
warmte ontvangen. Gebruik nooit te veel folie en zorg ervoor dat de folie aan de schaal
vastgemaakt is. Anders kan ze vonken veroorzaken.
Hoger plaatsen
Dikke of dichte voedingsartikelen kunt u hoger plaatsen zodat de microgolven ook door de
onderzijde en het middelste gedeelte van het voedsel kunnen worden opgenomen.
Prikken
Voedsel in een schelp, schil of vlies in de oven zal barsten als u er eerst niet in heeft geprikt.
Tot deze categorie van voedingsartikelen behoren de dooiers en het wit van eieren, mosselen
en oesters en onversneden groente en fruit.
Controleren of het voedsel gaar is
Voedsel wordt in een magntronoven zo snel gaar dat het noodzakelijk is om het vaak te
controleren. Sommige voedingswaren worden in de magnetronoven gelaten tot ze volledig
klaar zijn, maar de meeste, waaronder vlees en gevogelte, moeten uit de oven worden
genomen terwijl ze nog lichtjes ongaar zijn, om buiten de oven voort te garen. De inwendige
temperatuur van voedsel stijgt tussen 3 °C en 8 °C tijdens het voortgaren buiten de oven.
Laten garen buiten de oven
Vaak moet voedsel nog 3 tot 10 minuten buiten de oven blijven staan. Doorgaans wordt het
voedsel afgedekt tijdens het garen buiten de oven, om zoveel mogelijk warmte te behouden,
tenzij het een droge textuur moet krijgen (zoals sommige soorten gebak en koekjes
bijvoorbeeld). Door het voedsel nog een tijdje buiten de oven te laten staan wordt het gaar
en mengen de smaken zich meer en komen ze beter tot hun recht.
Uw oven reinigen
1. De binnenzijde van de oven zuiver houden
Spatten of gemorste vloeistof kleven aan de wanden van de oven en tussen de afdichting
en het oppervlak van de ovendeur. Het beste is de spatten en gemorste vloeistoffen
onmiddellijk met een vochtige doek weg te vegen. Kruimels en gemorste vloeistof
absorberen microgolfenergie en verlengen de bereidingstijden. Gebruik een vochtige doek
om kruimels weg te vegen die tussen de ovendeur en het frame terechtkomen. Voor een
goede afdichting van de ovendeur is het belangrijk om deze zone zuiver te houden.
Verwijder vetspatten met een doek met reinigingsmiddel. Daarna spoelen en
droogwrijven. Gebruik geen harde wasmiddelen of schurende reinigingsmiddelen. De
glazen schaal kunt u met de hand of in de vaatwasmachine wassen.
2. De buitenzijde van de oven zuiver houden
Maak de buitenzijde van uw oven met zeep en water en dan met zuiver water schoon.
Droog de buitenzijde van uw oven daarna met een zachte doek of keukenpapier af. Om
beschadiging van de werkingsonderdelen in de oven te vermijden, moet u vermijden dat
er water via de ventilatieopeningen in de oven dringt. Om het bedieningspaneel te
reinigen opent u de ovendeur, om te voorkomen dat de oven ongewenst in werking wordt
gesteld, en veegt u het paneel met een vochtige doek en onmiddellijk daarna met een
droge doek schoon. Druk na het schoonmaken op de toets STOP/CLEAR.
3. Als er zich stoom in de oven of aan de buitenzijde van de ovendeur ophoopt, moet u dat
met een zachte doek wegvegen. Dit kan gebeuren wanneer de magnetronoven in erg
vochtige omstandigheden wordt gebruikt en duidt absoluut niet op een defect van de oven.
4. De ovendeur en de deurafdichtingen moeten zuiver worden gehouden. Gebruik alleen
warm zeepsop en spoel en droog grondig daarna.
GEBRUIK GEEN SCHURENDE MATERIALEN, ZOALS REINIGINGSPOEDERS OF STALEN
EN PLASTIC SCHUURSPONSJES.
Metalen onderdelen zijn gemakkelijker te onderhouden als u ze regelmatig met een
vochtige doek schoonmaakt.