39
NL
Snoerdiameter van de verbindingskabel:
De maximaal toegestane afstand tussen besproeiingscomputer
en ventiel hangt af van de diameter van de verbindingskabel.
Deze bedraagt 0,5 mm
2
bij een afstand van 30 m en 0,75 mm
2
bij een afstand van 45 m. Daarbij mogen niet meer dan 3 ventie-
len tegelijkertijd in werking zijn. De GARDENA verbindingskabel
art. 1280 heeft een doorsnede van 0,5 mm
2
en is 15 m lang.
De verbindingskabel kan via de klem, art.nr. 1282, waterdicht
worden aangesloten.
V Bij gebruik van de uitbreidingsmodule, art. 2040:
Meegeleverde boorsjabloon tegen de wand houden en de gaten
met een stift markeren.
1. Vastzetplaat
8
voor de besproeiingscomputer (en eventueel de
houders voor de uitbreidingsmodules) aan de wand schroeven.
2. Besproeiingscomputer (eventueel met uitbreidingsmodule) met
de achterkant van bovenaf op de vastzetplaat
8
(en eventueel
in de houders voor de uitbreidingsmodules) hangen.
5. Bediening
Tijd en weekdag
Voordat het besproeiingsprogramma kan worden ingesteld,
moeten de tijd en de weekdag ingesteld worden. Reeds geopen-
de ventielen worden bij een wijziging van de tijd automatisch na
1 minuut gesloten.
1. Adapter (zonder batterij) erin steken.
TIME
en
24 H
knipperen op het display.
2. 24 of 12 pm uurweergave met de ▲-▼-toetsen instellen en met
de OK-toets bevestigen.
TIME
en de urenweergave (bijv.
0
) knipperen op het display.
1. TIME-toets indrukken.
2. Uren met de ▲-▼-toetsen (bijv.
12
uur) instellen en met de
OK-toets bevestigen.
TIME
en de minutenweergave knipperen op het display.
3. Minuten met de ▲-▼-toetsen instellen (bijv.
30
minuten) en
met de OK-toets bevestigen.
TIME
en de weekdagweergave knipperen op het display.
Wandhouder monteren:
8
Tijdsnotatie bij ingebruik-
name instellen:
1.
2.
Tijd en weekdag instellen:
2.
3.