❒
verwijder bij auto’s die zijn uitgerust
met lichtmetalen velgen het geklemde
wieldeksel met behulp van de
bijgeleverde schroevendraaier;
❒
draai met de bijgeleverde sleutel de
wielbouten van het te verwisselen
wiel ongeveer een slag los E-afb. 5;
❒
draai de slinger van de krik zo, dat deze
iets geopend wordt;
❒
draai de blokkeerschroef B-afb. 4
los;
❒
neem de gereedschaphouder C en zet
deze dicht bij het te verwisselen wiel;
❒
neem het noodreservewiel D uit;
❒
verwijder met de bijgeleverde
schroevendraaier het wieldeksel bij
de inkeping op de rand van het
deksel;
afb. 5
KA00064m
106
WAARSCHUWI
NGSLAMPJES
EN MELDINGEN
ONDERHOUD EN
VERZORGING
TECHNISCHE
SPECIFICATIES
ALFABETISCHE
INHOUDSOPGAVE
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
NOODGEVALLEN
afb. 4
KA00063m
Ga voor het verwisselen van een wiel
als volgt te werk:
❒
zet de auto stil op een plaats waar
het verkeer niet in gevaar wordt
gebracht en in alle veiligheid het wiel
kan worden verwisseld. Zet de auto
op een vlakke en stevige ondergrond.
❒
Zet de motor uit en trek de handrem
aan.
❒
Schakel de eerste versnelling of de
achteruit in;
❒
til de bekleding op de vloer van het
bagagecompartiment A-afb. 3 op;
afb. 3