Gebruik de achterruitwisser
niet om opgehoopte sneeuw
of ijs van de achterruit te ver-
wijderen. In die omstandighe-
den grijpt, als de ruitenwissers te zwaar
worden belast, de beveiliging in, die er-
voor zorgt dat de ruitenwisser enkele
seconden worden uitgeschakeld. Als
hierna de werking niet wordt hervat,
wendt u dan tot de Fiat-dealer.
67
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
ACHTERRUITWISSER/
-SPROEIER
Deze werken uitsluitend als de contact-
sleutel in stand ON staat.
Als u de draaiknop A van stand
å in stand
'
zet, dan werkt de achterruitwisser
als volgt:
❒
in intervalstand als de ruitenwissers
voor niet zijn ingeschakeld;
❒
synchroon (met de helft van de fre-
quentie van de ruitenwissers voor) als
de ruitenwissers voor zijn ingescha-
keld.
Als u bij ingeschakelde ruitenwissers voor
de achteruit inschakelt, gaat automatisch
ook de achterruitwisser continu wissen.
Als u de hendel naar het dashboard duwt
(onvergrendelde stand), schakelt de ach-
terruitsproeier in.
Als u de hendel langer dan een halve se-
conde naar het dashboard geduwd houdt,
schakelt ook de achterruitwisser in.
Als u de hendel loslaat, wordt het intelli-
gente wis-/wasprogramma ingeschakeld,
zoals bij de ruitenwissers voor.
KOPLAMPSPROEIERS
(indien aanwezig)
De “verzonken” koplampsproeiers zijn in
de voorbumper van de auto gemonteerd
en treden in werking als u, bij ingeschakeld
dimlicht, de ruitensproeiers inschakelt.
BELANGRIJK Controleer regelmatig of de
koplampsproeiers schoon en in goede
staat zijn.