8
Gebruik
Uitpakken
De volgende onderdelen worden samen met de lader
geleverd:
• Een netkabel van 2 m.
• Een batterij-kabel van 3 m.
• Deze handleiding voor de gebruiker.
Mechanische Installatie
De lader moet in een verticale positie worden gemonteerd.
De afstand tussen het laagste gedeelte van de lader en de
vloer of de eronder bevestigde lader moet minimum 0,60m
zijn. De afstand van de bovenkant tot het plafond moet
minstens 1,0m zijn. De minimum afstand tussen twee laders
moet 0,30m zijn. Vermijd plaatsen waar de lader met water
kan bespat worden. De plaats die door de lader wordt
ingenomen ligt binnen de plaats van de bevestiging .
De lader moet door 4 aan de aard van steun aangepaste
bevestigingen worden vastgemaakt.
Elektrische aansluitingen
Op het stroomnet
De aansluiting op eenfasige 230V netspanning
(wisselstroom) mag enkel via een standaard stopcontact en
een gepaste zekering (niet meegeleverd). Het
stroomverbruik staat vermeld op het informatieplaatje van
de lader.
Op de batterij
De polariteit moet worden gerespecteerd. Een omgekeerde
aansluiting zal de uitgangszekering doen springen, het laden
verhinderen en foutmelding DF1 veroorzaken. We verwijzen
hiervoor naar het hoofdstuk Foutmeldingen.
De lader moet met de batterij worden verbonden met de
bijgeleverde kabels:
• De RODE kabel: met het POSITIEVE contact.
• De ZWARTE kabel: met het NEGATIEVE contact
Laden van de batterij
De lader moet ingesteld zijn volgens paragraaf “Config” in
hoofdstuk “Menu’s”. Het laden kan enkel beginnen als een
geschikte batterij (type, capaciteit,spanning) op de lader is
aangesloten.
Uitgestelde laadstart
Als de lader hiervoor geprogrammeerd is (paragraaf
“Delayed charging”) zal het laden pas starten na de
ingestelde periode en zal dan tewerk gaan zoals in paragraaf
“Begin het laden”.
Begin desulfatie voor het laden
De desulfatielading van een open lood/zuur batterij met
Ionic laadprofiel begint:
• Automatisch als de batterij erg ontladen is en de duur
van deze lading wordt bepaald door de electronica van
de lader. Het laadproces begint automatisch na de
desulfatielading. Lees nu paragraaf “Tijdens het laden”.
•Of door de handelingen hieronder uit te voeren.
Voor de manuele start van een desulfatielading:
1. Schakelt men de Start/Stop schakelaar op “0”.
2. Houd de knop ingedrukt .
3. Schakel de Start/Stop schakelaar nu op “1”en laat
los.
• Desulfatie begint voor de geprogrammeerde duur
(“Egal/Equal“ menu). Het normale laadproces moet
manueel worden gestart na het einde van de
desulfatie-lading. Lees paragraaf “Tijdens het laden”.
Begin het laden
1. Schakel de Start/Stop knop op “1”.
Op het display verschijnt informatie over de
aangekoppelde batterij en een aftelprocedure met de tijd
die nog rest voor het laden. Zie“Bij begin van het laden”
in hoofdstuk “Display”.
Bij het einde van de aftelprocedure verschijnt informatie
over de laadoperatie op het display.
De fouten DF1 en DF3 verhinderen het laden. Zie
paragraaf “Foutmeldingen” in dit hoofdstuk.
Tijdens het laden
Op het display verschijnt informatie over de lading. Zie
hoofdstuk “Het Display”, paragraaf “Tijdens het laden”.
Beëindiging van het laden
1. De groene LED brandt als de lading beëindigd is.
Elk ander signaal van een van de 3 LED’s wijst op een
probleem tijdens het laden. Zie hoofdstuk “Presentatie”,
paragraaf “Controlepaneel”, (Fig. 2, Ref. 4, 5 en 6).
Om een batterij die aangesloten blijft geladen te houden
wordt een aan de batterij aangepaste compensatielading
en egalisatielading automatisch uitgevoerd.
2. Indien een egalisatielading geprogrammeerd is (open
lood/zuur batterij, ionic profiel), start deze automatisch.
Een egalisatielading kan ook manueel worden gestart;
lees hiervoor de paragraaf “Egalisatieladingen”.
3. Als de groene LED knippert is de batterij in een rustfase.
Wacht tot het LED niet meer knippert.
4. Schakel de Start/Stop schakelaar op “0”.
5. Koppel de gebruiksklare batterij af.
Egalisatieladingen
Dit is enkel van toepassing op open lood/zuur batterijen met
Ionisch laadprofiel. Egalisatieladingen kunnen manueel of
automatisch gestart worden.
Manuele start
1. Druk op de knop zodra de lading beëindigd is
(de groene LED brandt of knippert).
De start van de egalisatielading wordt aangegeven met
de boodschap “EA =“ (egalisatiestroom) en “EH =”
(resterende tijd voor de egalisatielading).
2. De batterij zal beschikbaar zijn als het groene LED
brandt (Fig. 2, Ref. 4).
Automatische start
Om een batterij die aangesloten blijft geladen te houden
start de lader, afhankelijk van het type van batterij, automa-
tisch met onderhoudsladingen (compensatie- gevolgd door
egalisatielading). De informatie die verschijnt bij een manu-
ele start wordt ook hier getoond (zie bovenstaande figuur).
c
c
c