Status
Dit menu toont de status van de interne tellers van de lader
(aantal normale ladingen en egalisatieladingen, fouten per
type, etc.).
Toegang
Kies STATUS in het hoofdmenu en druk dan OK.
Oproepscherm
Hier vindt u een voorbeeld:
Op dit scherm ziet u het aantal ladingen dat deze lader uit-
gevoerd heeft 120 is.
Weergave van de tellers
Ga als volgt te werk:
1. Bekijk de 8 statussen op het scherm met de ▼ / ▲
knoppen.
2. Keer terug naar het hoofdmenu met een druk op
De weergegeven informatie
Een status bestaat uit 8 gegevens.
Melding Informatie
Charge Aantal uitgevoerde ladingen. Dit komt
overeen met de som van lijnen 2 en 3.
Aantal abnormaal beëindigde ladingen.
Aantal normaal beëindigde ladingen.
Equal Aantal automatische egalisatieladingen die
de lader heeft uitgevoerd.
DF1, etc. Aantal fout-types 1, 2, 3, 4, 5 or 7*.
TH Aantal temperatuurgebonden fouten*.
(*): Zie “Foutmeldingen” onder hoofdstuk “Gebruik” voor
meer details.
Config
Dit menu geeft u toegang tot de 8 instel-menu’s van de
lader.
Toegang
Kies CONFIG in het hoofdmenu en druk OK.
Profil
Dit bepaalt het type van de batterij die met de lader is ver-
bonden (bijvoorbeeld Ionic, Gel, WF200 of PNEU). Het
geselecteerde profiel wordt gevolgd door een *.
Cable
Bepaalt de eigenschappen van de kabel batterij - lader.
Lng
Bepaalt de lengte van de kabel. Kies uit een van de gege-
ven lengtes.
Section
Bepaalt de dikte van de kabel. Kies de juiste kabeldikte uit
de gegevens.
Egal/Equal (egalisatielading)
Enkel van toepassing op open lood/zuur batterijen. Hier
worden de eigenschappen van en egalisatielading ingesteld
(uitstel voor de start en manier om te starten– automatisch
of manueel).
• Dur: bepaalt de duur van de egalisatielading (1 tot 8
uren).
• Delay: bepaalt het uitstel voor de start van de
egalisatielading (1 tot 8 uren).
• Auto: kies ON voor een egalisatielading die automatisch
moet starten na het beëindigen van de lading. Kies OFF om
dit te voorkomen.
Delayed charging (uitgesteld laden)
Bepaalt het uitstel (1 tot 8 uren) tussen de opdracht tot
laden en de eigenlijke start van het laden. Met dit uitstel kan
u gebruik maken van de “daluren” om te laden.
Repos / Rest (rusttijd)
Bepaalt de lengte van de rusttijd (1 tot 12 uren) na het laden
zodat de batterij kan stabiliseren.
Temperature
De temperatuur kan gaan van -15 tot +55°C.
• Zonder Hawker easycontrol wordt de gemiddelde
gebruikstemperatuur van de batterij voor het laden
bepaald.
• Met Hawker easycontrol wordt de gebruikstemperatuur
van de batterij automatisch bepaald. We raden wel aan
de gemiddelde gebruikstemperatuur in te geven, vooral
in koude zones.
Electro-valve (electro-ventiel)
Bij aanwezigheid van een electroventiel wordt hier de
openingstijd van het ventiel bepaald (15 tot 120 seconden)
zodat de batterijen automatisch gevuld worden. Deze
vul-operatie, enkel voor batterijen met ionisch laadprofiel,
start na het laden.
Bij het indrukken van de OK knop wordt er automatisch een
functietest van 10 seconden doorgevoerd, zodat de
gebruiker kan nakijken of het electroventiel goed werkt
Reset
Dit deel is enkel toegankelijk voor Hawker - personeel.