12
Wanneer de automatische functie niet weergegeven wordt, drukt u op de toets „4“ tot de automatische functie
(4a) weergegeven wordt.
Telkens wanneer u op de toets druk, wijzigt de volgorde: Automatisch (4a) - Koelen (4b) – Ontvochten
(drogen) (4c) – Verwarmen (4d).
Afbouwen van de automatische functie
Bedieningsfuncties
Wanneer de automatische functie opgestart is, past deze functie de temperatuur in de kamer aan met de
juiste functies zoals koelen, ontvochten, enz. Wanneer het toestel 2 uur stil gelegd wordt, begint het opnieuw
met dezelfde functie-instelling als voordien. Wanneer de juiste functie ingesteld is, wordt deze niet meer
beïnvloed door de temperatuur in de kamer, ook wanneer deze verandert. Wanneer u deze functie niet wilt,
druk u op de toets om een van de volgende functies in te stellen.
Automatische functie die rekening houdt met de temperatuur in de kamer.
Kamertemperatuur bij het begin Functie Gewenste temperatuur
boven +25°C Koelen ca. 24°C
+21-25°C Ventileren/Ontvochten ———-
onder 21°C Verwarmen ca. 24°C
Opmerking:
De verwarmingsfunctie kan gebruikt worden tot wanneer de temperatuur buiten +7°C bedraagt. Wanneer de
temperatuur buiten lager ligt, kan de verwarmingsfunctie niet meer gebruikt worden.
4
4a
4b
4c
4d