7
6
9
8
7
6 LCD display
Alle afstellingen worden weergegeven.
7 Toets “sleep / slaapfunctie”
Druk een keer op de knop om de slaapfunctie te activeren.
Als u een tweede keer op de toets drukt, wordt de functie terug
gedeactiveerd.
8 Toets “T-ON / tijdafstelling apparaat AAN”
Met deze toets kunt u het apparaat in een bereik van 0,5 h tot
24 h automatisch laten aanzetten.
9 Toets “T-OFF / tijdafstelling apparaat UIT”
Met deze toets kunt u het apparaat in een bereik van 0,5 h tot
24 h automatisch laten uitschakelen.
Aanwijzing:
De toetsen „AIR“ en „LIGHT“ zijn niet toegewezen en hebben
geen invloed op het apparaat als u ze indrukt.
1
2
3
5
4
Werkwijzen
A) Werkwijze koelen
1. Druk op de ON/OFF knop om het apparaat aan te zetten.
2. Druk op de toets “MODE” en blijf erop drukken tot het
symbool voor de werkwijze “koelen” op het display verschijnt.
3. Druk één keer op de toets “swing”. De luchtstroom wordt OP /
AF ingesteld. Door twee keer de toets in te drukken kunt u de
lamellen vastzetten.
4. Druk op de toets “FAN” om de ventilatortoeren automatische
ventilatortoeren -> traag -> normaal -> snel te kiezen.
5. Druk op de toets „+°C“ of „-°C“ om de gewenste temperatuur
af te stellen.
Aanwijzingen!
De modus koelen werkt alleen als de afgestelde
kamertemperatuur lager is dan de momentele
kamertemperatuur. Wordt de afgestelde kamertemperatuur
bereikt stopt de compressor in het buitenapparaat. De
ventilator van het binnenapparaat laat de lucht in de kamer
verder circuleren.
De afgestelde kamertemperatuur mag niet meer dan 5°C
beneden de buitentemperatuur zijn (voorbeeld:
buitentemperatuur 30° C, ideale kamertemperatuur 25°C).
De kamertemperatuur kan op de afstandsbediening van
16°C tot 30°C worden afgesteld.
Hoe hoger de buitentemperatuur, des te hoger de
bereikbare binnentemperatuur.