Voorzorgsmaatregelen
1. Let op de weg. Let tijdens het rijden niet te veel op de functies van
de fietscomputer, om ongelukken te voorkomen.
2. Stel de hoofdeenheid niet langdurig bloot aan direct zonlicht als u
niet op de fiets rijdt.
3. Haal de apparatuur of de accessoires nooit uit elkaar.
4. Steek geen naald of scherp voorwerp in het gat onder in de
hoofdeenheid. Als u voorwerpen in het gat steekt, kan de
druksensor in de apparatuur worden beschadigd.
5. Controleer de posities van de sensor en magneet, en controleer
regelmatig de afstand tussen beide onderdelen. Controleer altijd
of de onderdelen in orde zijn.
6. Reinig de computer eventueel met een droog of enigszins vochtig
doekje. Reinig het product niet met verdunners, alcohol of
benzine.
7. Gebruik de computer niet onder water (ook al is deze
waterdicht). Merk op dat er gevoelige componenten in de
hoofdeenheid zitten.
8. Let tijdens langeafstandsritten op plotselinge weersveranderingen,
om uzelf niet in gevaar te brengen. Plotselinge
temperatuursveranderingen kunnen tijdelijk zorgen voor een
onjuiste hoogteweergave.