558972
9
Verklein
Vergroot
Pagina terug
1/52
Pagina verder
Geavanceerde
gebruikershandleiding
MFC-J470DW
DCP-J152W
Versie 0
DUT/BEL-DUT
i
Gebruikershandleidingen en waar ze te vinden
zijn
Welke handleiding? Wat staat erin? Waar is de
handleiding?
Handleiding product
veiligheid
Lees deze handleiding eerst. Lees de
Veiligheidsinstructies voordat u de machine instelt.
Raadpleeg deze handleiding voor
handelsmerken en wettelijke beperkingen.
Afgedrukt /
In de verpakking
Installatiehandleiding Volg de instructies voor het instellen van uw
machine en het installeren van de drivers en de
software voor het besturingssysteem en het type
verbinding dat u gebruikt.
Afgedrukt /
In de verpakking
Basis
gebruikershandleiding
Maak kennis met de standaardhandelingen voor
faxen, kopiëren en scannen en bekijk hoe u
verbruiksartikelen kunt vervangen. Raadpleeg de
tips voor het oplossen van problemen.
Afgedrukt /
In de verpakking
1
Geavanceerde
gebruikershandleiding
Maak kennis met geavanceerde handelingen:
faxen, kopiëren, beveiliging, rapporten
afdrukken en routineonderhoud uitvoeren.
PDF-bestand /
cd-rom
Software en Netwerk
gebruikershandleiding
Deze handleiding bevat instructies voor scannen,
afdrukken, PC-Fax en andere bewerkingen die
kunnen worden uitgevoerd wanneer u de
Brother-machine aansluit op een computer.
Daarnaast bevat deze handleiding nuttige
informatie over het gebruik van het Brother
ControlCenter, het gebruik van uw machine in een
netwerkomgeving en veelgebruikte termen.
HTML-bestand /
cd-rom
Handleiding Web
Connect
Deze handleiding bevat nuttige informatie over het
oproepen van internetservices vanaf de
Brother-machine, het downloaden van
afbeeldingen, het afdrukken van gegevens en het
rechtstreeks uploaden van bestanden naar
internetservices.
PDF-bestand /
Brother Solutions
Center
2
AirPrint handleiding In deze handleiding wordt uitgelegd hoe u AirPrint
gebruikt om via OS X v10.7.x, 10.8.x en uw iPhone,
iPod touch, iPad of een ander iOS-apparaat af te
drukken op uw Brother-machine zonder een
printerdriver te installeren.
PDF-bestand /
Brother Solutions
Center
2
Google cloud print
handleiding
Deze handleiding bevat informatie over het gebruik
van Google Cloud Print™-diensten voor afdrukken
via internet.
PDF-bestand /
Brother Solutions
Center
2
Handleiding mobiel
printen/scannen voor
Brother iPrint&Scan
Deze handleiding bevat nuttige informatie over het
afdrukken vanaf uw mobiele apparaat en het
scannen vanaf de Brother-machine naar uw
mobiele apparaat, indien aangesloten op een
Wi-Fi-netwerk.
PDF-bestand /
Brother Solutions
Center
2
1
Afhankelijk van uw land.
2
Ga naar http://solutions.brother.com/.
ii
Inhoudsopgave
1 Algemene instellingen 1
BELANGRIJKE OPMERKING ............................................................................. 1
Opslag in geheugen ............................................................................................. 1
Automatisch zomertijd instellen (MFC-modellen) ................................................ 1
Slaapstand ........................................................................................................... 2
Automatisch uitschakelen (DCP-modellen) ......................................................... 2
LCD ...................................................................................................................... 3
De taal van het LCD-scherm wijzigen (afhankelijk van uw model) ................ 3
De lichtdimtimer voor de achtergrondverlichting instellen .............................. 3
Tijdklokstand (MFC-modellen) ............................................................................. 4
2 Beveiligingsfuncties (MFC-modellen) 5
Verzendslot .......................................................................................................... 5
Het wachtwoord voor Verzendslot instellen en veranderen ........................... 5
Verzendslot in-/uitschakelen .......................................................................... 6
3 Een fax verzenden (MFC-modellen) 7
Extra opties bij het verzenden .............................................................................. 7
Faxen met meer instellingen verzenden ........................................................ 7
Faxen onderbreken ........................................................................................ 7
Contrast ......................................................................................................... 7
De faxresolutie wijzigen ................................................................................. 8
Uw wijzigingen instellen als nieuwe standaardinstellingen ............................ 9
Faxopties terugzetten naar de fabrieksinstellingen ........................................ 9
Extra handelingen bij het verzenden .................................................................... 9
Een fax handmatig verzenden ....................................................................... 9
Een fax verzenden aan het einde van een gesprek ....................................... 9
Tweevoudige werking (alleen zwart-wit) ...................................................... 10
Rondsturen (alleen zwart-wit) ...................................................................... 10
Direct verzenden .......................................................................................... 11
Internationale modus ................................................................................... 12
Taken in wachtrij controleren en annuleren ................................................. 12
4 Een fax ontvangen (MFC-modellen) 14
Geheugenontvangst (alleen zwart-wit) .............................................................. 14
Een fax uit het geheugen afdrukken ............................................................ 14
PC-Fax ontvangen (Windows
®
) ................................................................... 14
Geheugenontvangst uitschakelen ................................................................ 15
Geheugenontvangst wijzigen ....................................................................... 16
Extra handelingen bij het ontvangen .................................................................. 17
Ontvangst zonder papier .............................................................................. 17
Een verkleinde afdruk van een inkomende fax maken ................................ 17
Een fax ontvangen aan het einde van een gesprek ..................................... 17
iii
5 Nummers kiezen en opslaan (MFC-modellen) 18
Opties voor normale telefoongesprekken .......................................................... 18
Extra handelingen bij het kiezen ........................................................................ 18
Snelkiesnummers combineren ..................................................................... 18
Extra manieren om nummers op te slaan .......................................................... 19
Snelkiesnummers uit het overzicht van uitgaande gesprekken opslaan ..... 19
Snelkiesnummers vanuit het overzicht beller-ID opslaan ............................ 20
Groepen instellen voor rondsturen ............................................................... 20
6 Rapporten afdrukken 23
Faxrapporten (MFC-modellen) ........................................................................... 23
Verzendrapport ............................................................................................ 23
Faxjournaal (activiteitenrapport) .................................................................. 23
Rapporten .......................................................................................................... 24
Een rapport afdrukken ................................................................................. 24
7 Kopiëren 25
Kopieeropties ..................................................................................................... 25
Kopiëren stoppen ......................................................................................... 25
De kopieersnelheid en -kwaliteit wijzigen .................................................... 25
Kopieën vergroten of verkleinen .................................................................. 26
N op 1 kopieën of een poster maken (Paginalay-out) .................................. 27
2 op 1 (id) kopiëren (Paginalay-out) ............................................................. 29
Kopieën sorteren .......................................................................................... 30
Dichtheid aanpassen ................................................................................... 30
Achtergrondkleur verwijderen ...................................................................... 31
2-zijdig kopiëren (MFC-modellen) ................................................................ 31
Uw wijzigingen instellen als nieuwe standaardinstellingen .......................... 32
Alle instellingen terugzetten naar de fabrieksinstellingen ............................ 33
A Routineonderhoud 34
De machine reinigen en controleren .................................................................. 34
De buitenkant van de machine reinigen ....................................................... 34
De geleiderol van de machine reinigen ........................................................ 35
De papierinvoerrollen reinigen ..................................................................... 36
De papierdoorvoerrollen reinigen ................................................................. 37
Het inktvolume controleren .......................................................................... 38
De machine inpakken en vervoeren .................................................................. 39
B Verklarende woordenlijst 41
C Index 45
1
1
1
Algemene instellingen
BELANGRIJKE OPMERKING
De meeste afbeeldingen in deze gebruikershandleiding zijn gebaseerd op model
MFC-J470DW.
Opslag in geheugen
Uw menu-instellingen worden permanent
opgeslagen en blijven bij een eventuele
stroomstoring behouden. Tijdelijke
instellingen (zoals Internationaal) gaan
verloren. Als u Nieuwe standaard hebt
geselecteerd als voorkeursinstelling voor
FAX
1
en KOPIE (COPY) gaan de instellingen
niet verloren. Mogelijk dient u wel de datum
en tijd opnieuw in te stellen.
1
Alleen MFC-modellen
Automatisch zomertijd
instellen
(MFC-modellen)
U kunt de machine zo instellen dat de
zomertijd automatisch wordt ingeschakeld.
De machine wordt dan automatisch in de
lente een uur vooruit gezet en in de herfst een
uur achteruit. Zorg daarbij wel dat u de juiste
datum en tijd instelt bij Datum&Tijd.
a Druk op Menu.
b Druk op a of b om Stand.instel. te
selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Datum&Tijd te
selecteren.
Druk op OK.
d Druk op a of b om Aut. zomertijd te
selecteren.
Druk op OK.
e Druk op a of b om Uit (of Aan) te
selecteren.
Druk op OK.
f Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
Hoofdstuk 1
2
Slaapstand
U kunt opgeven na hoeveel tijd (maximaal 60
minuten) de machine in de slaapstand wordt
gezet wanneer er geen gebruik van wordt
gemaakt. Zodra een bewerking op de
machine wordt uitgevoerd, wordt de timer
opnieuw gestart.
a Druk op Menu.
b Druk op a of b om Standaardinst. te
selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Slaapstand te
selecteren.
Druk op OK.
d Druk op a of b om 1Min, 2Min., 3Min.,
5Min., 10Min., 30Min. of 60Min. te
selecteren, al naar gelang de tijd waarna
de machine bij inactiviteit in de
slaapstand moet worden gezet.
Druk op OK.
e Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
Automatisch
uitschakelen
(DCP-modellen)
Als u de functie Automatisch uitschakelen
activeert, wordt de machine uitgeschakeld
nadat deze het opgegeven aantal uur in de
slaapstand heeft gestaan. Wanneer u deze
functie op Uit instelt, blijft de machine in de
slaapstand staan zonder te worden
uitgeschakeld.
De standaardinstelling is 1 u (1u).
OPMERKING
De machine wordt niet automatisch
uitgeschakeld als:
deze is aangesloten op een draadloos
netwerk
WLAN Activeren
(WLAN activeren) is ingesteld op
Aan.
a Druk op Menu.
b Druk op a of b om Standaardinst. te
selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Autom. uitsch.
(Auto. uitschakelen) te
selecteren.
Druk op OK.
d Druk op a of b om 1 u (1u), 2 u (2u),
4 u (4u), 8 u (8u) of Uit weer te
geven.
Druk op OK.
e Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
Algemene instellingen
3
1
LCD
De taal van het LCD-scherm
wijzigen (afhankelijk van uw
model)
U kunt de taal van het LCD-scherm wijzigen.
a Druk op Menu.
b Druk op a of b om Stand.instel. te
selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Taalkeuze te
selecteren.
Druk op OK.
d Druk op a of b om uw taal te selecteren.
Druk op OK.
e Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
De lichtdimtimer voor de
achtergrondverlichting
instellen
U kunt instellen hoe lang de
achtergrondverlichting van het LCD-scherm
blijft branden nadat u dit voor het laatst hebt
aangeraakt.
a Druk op Menu.
b Druk op a of b om Standaardinst. te
selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om LCD instell.
(LCD-instell.) te selecteren.
Druk op OK.
d Druk op a of b om Lichtdim-timer te
selecteren.
Druk op OK.
e Druk op a of b om 10Sec., 20Sec.,
30Sec. of Uit weer te geven.
Druk op OK.
f Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
Hoofdstuk 1
4
Tijdklokstand
(MFC-modellen)
Het bedieningspaneel van de machine bevat
vier tijdelijke modustoetsen: FAX, SCAN,
KOPIE (COPY) en WEB. U kunt instellen na
hoeveel tijd de machine na de laatste fax-,
scan-, kopieer- of webbewerking in de
Gereed-stand terugkeert. Als u Uit kiest, blijft
de machine in de modus die u het laatst
gebruikt hebt.
a Druk op Menu.
b Druk op a of b om Standaardinst. te
selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Tijdklokstand te
selecteren.
Druk op OK.
d Druk op a of b om 0Sec., 30Sec.,
1Min, 2Min., 5Min. of Uit weer te
geven.
Druk op OK.
e Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
2
5
2
Beveiligingsfuncties
(MFC-modellen)
Verzendslot
Met de functie Verzendslot kunt u voorkomen
dat ongeautoriseerde personen toegang
hebben tot de machine.
Wanneer Verzendslot is ingeschakeld, zijn de
volgende functies beschikbaar:
Faxen ontvangen
PC-Fax ontvangen
1
(Als PC-Fax ontvangen al was
ingeschakeld)
1
Wanneer de functie Verzendslot is ingeschakeld,
blijft de machine faxen ontvangen en slaat de
machine deze faxen op in het geheugen. Zodra
Verzendslot wordt uitgeschakeld, worden de faxen
naar de pc verzonden die u hebt opgegeven.
Wanneer Verzendslot is ingeschakeld, zijn de
volgende functies NIET beschikbaar:
Bediening vanaf het bedieningspaneel
Afdrukken vanaf computer
OPMERKING
Vraag de klantenservice van Brother om
hulp als u het wachtwoord voor de functie
Verzendslot bent vergeten.
Het wachtwoord voor
Verzendslot instellen en
veranderen
OPMERKING
Als u het wachtwoord al hebt ingesteld,
hoeft u dit niet opnieuw te doen.
Het wachtwoord instellen
Zorg ervoor dat u het wachtwoord noteert en
op een veilige plek bewaart.
a Druk op Menu.
b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Diversen te
selecteren.
Druk op OK.
d Druk op a of b om Verzendslot
(TX-slot) te selecteren.
Druk op OK.
e Voer een viercijferig nummer voor het
wachtwoord in.
Druk op OK.
f Wanneer Nogmaals: op het LCD-
scherm wordt weergegeven, voert u het
wachtwoord opnieuw in.
Druk op OK.
g Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
Hoofdstuk 2
6
Het wachtwoord wijzigen
a Druk op Menu.
b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Diversen te
selecteren.
Druk op OK.
d Druk op a of b om Verzendslot
(TX-slot) te selecteren.
Druk op OK.
e Druk op a of b om Wachtw. inst. te
selecteren.
Druk op OK.
f Voer het viercijferige nummer van het
huidige wachtwoord in.
Druk op OK.
g Voer een viercijferig nummer voor het
nieuwe wachtwoord in.
Druk op OK.
h Wanneer Nogmaals: op het LCD-
scherm wordt weergegeven, voert u het
nieuwe wachtwoord opnieuw in.
Druk op OK.
i Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
Verzendslot in-/uitschakelen
Verzendslot inschakelen
a Druk op Menu.
b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Diversen te
selecteren.
Druk op OK.
d Druk op a of b om Verzendslot
(TX-slot) te selecteren.
Druk op OK.
e Druk op a of b om Verzendslot
Aan (Stel TX-slot in) te
selecteren.
Druk op OK.
f Voer het geregistreerde viercijferige
wachtwoord in.
Druk op OK.
De machine gaat offline en op het LCD-
scherm wordt Verzendslot
Mode (TX slot mode)
weergegeven.
Verzendslot uitschakelen
a Druk op Menu.
b Voer het geregistreerde viercijferige
wachtwoord in.
Druk op OK.
Verzendslot is uitgeschakeld.
OPMERKING
Als u het verkeerde wachtwoord invoert,
wordt Fout wachtwoord op het scherm
weergegeven en blijft de machine offline.
De machine blijft in de Verzendslot
Mode (TX slot mode) tot het
geregistreerde wachtwoord wordt
ingevoerd.
3
7
3
Een fax verzenden
(MFC-modellen)
Extra opties bij het
verzenden
Faxen met meer instellingen
verzenden
Als u een fax verzendt, kunt u een combinatie
van instellingen kiezen, zoals
Faxresolutie, Contrast, Scanformaat
glas en Direct Verzend
(Direct verzend).
Daarnaast kunt u Uitgaand gesprek,
Overz. beller-ID
(Overzicht beller), Adresboek,
Rondsturen, Internationaal,
Nieuwe standaard en
Fabrieksinstell. selecteren.
Sommige instellingen zijn alleen beschikbaar
als u zwart-witfaxen verzendt.
a Laad uw document.
b Druk op (FAX).
Op het LCD-scherm wordt het volgende
weergegeven:
c Druk op a of b om de instelling die u wilt
wijzigen te selecteren.
Druk op OK.
d Druk op a of b om een optie te
selecteren.
Druk op OK.
e Ga terug naar c om meer instellingen te
wijzigen.
f Voer het faxnummer in.
g Druk op Mono Start of
Kleur Start (Colour Start).
OPMERKING
De meeste instellingen zijn tijdelijke
instellingen. Zodra u de fax hebt
verzonden, keert de machine terug naar
de standaardinstellingen.
U kunt bepaalde veelgebruikte instellingen
opslaan door deze als
standaardinstellingen te definiëren. Deze
instellingen blijven van kracht totdat u ze
weer wijzigt. (Zie Uw wijzigingen instellen
als nieuwe standaardinstellingen
uu pagina 9.)
Faxen onderbreken
Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit) om het
faxen te onderbreken.
Contrast
Als uw document erg licht of erg donker is,
kunt u proberen het contrast aan te passen.
Voor de meeste documenten kan de
fabrieksinstelling Automatisch worden
gebruikt. Met Automatisch wordt het juiste
contrast voor uw document geselecteerd.
Kies Licht voor het verzenden van een licht
document. Kies Donker voor het verzenden
van een donker document.
a Laad uw document.
b Druk op (FAX).
c Druk op a of b om Contrast te
selecteren.
Druk op OK.
Hoofdstuk 3
8
d Druk op a of b om Automatisch,
Licht of Donker te selecteren.
Druk op OK.
e Voer het faxnummer in.
f Druk op Mono Start of
Kleur Start (Colour Start).
OPMERKING
Zelfs als u Licht of Donker selecteert,
verzendt de machine het faxbericht met de
instelling Automatisch in de volgende
gevallen:
Als u een kleurenfax verzendt.
Als u Foto selecteert als faxresolutie.
De faxresolutie wijzigen
U kunt de kwaliteit van een fax verbeteren
door de faxresolutie te wijzigen.
a Laad uw document.
b Druk op (FAX).
c Druk op a of b om Faxresolutie te
selecteren.
Druk op OK.
d Druk op a of b om de gewenste resolutie
te selecteren.
Druk op OK.
e Voer het faxnummer in.
f Druk op Mono Start of
Kleur Start (Colour Start).
OPMERKING
U kunt kiezen uit vier verschillende
resoluties voor zwart-witfaxen en twee
voor kleurfaxen.
Zwart-wit
Standaard
Geschikt voor de meeste
getypte documenten.
Fijn
Geschikt voor documenten
met een klein lettertype. De
transmissiesnelheid is iets
lager dan bij de resolutie
Standaard.
Superfijn
Geschikt voor kleine
lettertypen of artwork. De
transmissiesnelheid is lager
dan bij de resolutie Fijn.
Foto
Gebruik deze instelling
wanneer het document
verschillende grijstinten
heeft of een foto is. De
instelling Foto heeft de
laagste transmissiesnelheid.
Kleur
Standaard
Geschikt voor de meeste
getypte documenten.
Fijn
Gebruik deze instelling
wanneer het document een
foto is. De
transmissiesnelheid is lager
dan bij de resolutie
Standaard.
Als u Superfijn of Foto selecteert en
vervolgens de Kleur Start (Colour Start)-
toets gebruikt om een fax te verzenden,
wordt de fax met de instelling Fijn
verzonden.
Een fax verzenden (MFC-modellen)
9
3
Uw wijzigingen instellen als
nieuwe standaardinstellingen
U kunt de instellingen voor de meestgebruikte
faxopties, zoals Faxresolutie, Contrast,
Scanformaat glas en Direct Verzend
(Direct verzend) opslaan door deze als
standaardinstellingen te definiëren. Deze
instellingen blijven van kracht totdat u ze weer
wijzigt.
a Druk op (FAX).
b Druk op a of b om de menuoptie te
selecteren die u wilt wijzigen en druk op
OK. Druk vervolgens op a of b om de
nieuwe optie te selecteren.
Druk op OK.
Herhaal deze stap voor elke instelling
die u wilt wijzigen.
c Als u de laatste instelling hebt gewijzigd,
drukt u op a of b om
Nieuwe standaard te selecteren.
Druk op OK.
d Druk op 1 om Ja te selecteren.
e Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
Faxopties terugzetten naar de
fabrieksinstellingen
U kunt alle faxopties die u hebt gewijzigd,
terugzetten naar de fabrieksinstellingen.
Deze instellingen blijven van kracht totdat u
ze weer wijzigt.
a Druk op (FAX).
b Druk op a of b om
Fabrieksinstell. te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op 1 om Ja te selecteren.
d Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
Extra handelingen bij
het verzenden
Een fax handmatig verzenden
Als u documenten handmatig gaat
verzenden, hoort u de kiestoon, beltonen en
de faxontvangsttonen tijdens het faxen.
OPMERKING
Gebruik de ADF om een fax met meerdere
pagina's te verzenden.
a Laad uw document.
b Druk op (FAX).
c Neem de hoorn van het externe toestel
van de haak om een kiestoon te horen.
d Kies het faxnummer met het externe
toestel.
e Als u de faxtonen hoort, drukt u op
Mono Start of Kleur Start (Colour
Start).
Druk bij gebruik van de glasplaat op 1
om de fax te verzenden.
f Plaats de hoorn weer op de haak.
Een fax verzenden aan het
einde van een gesprek
Aan het einde van een gesprek kunt u voordat
u beiden ophangt een fax naar de andere
partij verzenden.
a Vraag de ontvanger om te wachten op
de faxtonen (piepjes) en vervolgens op
de start- of verzendtoets te drukken en
dan op te hangen.
b Laad uw document.
c Druk op (FAX).
Hoofdstuk 3
10
d Druk op Mono Start of
Kleur Start (Colour Start).
Druk bij gebruik van de glasplaat op
1 om de fax te verzenden.
e Plaats de hoorn weer op de haak.
Tweevoudige werking
(alleen zwart-wit)
U kunt een nummer kiezen en de fax in het
geheugen scannen terwijl de machine een fax
uit het geheugen verstuurt, faxen ontvangt of
computergegevens afdrukt. Het nieuwe
taaknummer wordt op het LCD-scherm
weergegeven.
Hoeveel pagina's u in het geheugen kunt
inlezen, is afhankelijk van de gegevens die
erop zijn afgedrukt.
OPMERKING
Als de melding Geheugen vol wordt
weergegeven, drukt u op Stop/Eindigen
(Stop/Exit) om de taak te annuleren of op
Mono Start om de tot dusver gescande
pagina's te verzenden.
Rondsturen
(alleen zwart-wit)
Met de functie Rondsturen kunt u één
faxbericht automatisch naar verschillende
faxnummers verzenden. U kunt een fax
tegelijkertijd rondsturen naar groepen,
snelkiesnummers en maximaal 50 met de
hand gekozen nummers.
Nadat het rondsturen is voltooid, wordt een
rapport afgedrukt.
Voordat u gaat rondsturen
Snelkiesnummers moeten in het geheugen
van de machine zijn opgeslagen voordat u ze
kunt gebruiken voor rondsturen. (uu Basis
gebruikershandleiding: Snelkiesnummers
opslaan.)
Ook groepsnummers moeten in het
geheugen van de machine zijn opgeslagen
voordat u ze kunt gebruiken voor rondsturen.
Groepsnummers bevatten een groot aantal
opgeslagen snelkiesnummers zodat u sneller
kunt kiezen. (Zie Groepen instellen voor
rondsturen uu pagina 20.)
Faxberichten rondsturen
a Laad uw document.
b Druk op (FAX).
c Druk op a of b om
Geavanc. instell. te selecteren.
Druk op OK.
d Druk op a of b om Rondsturen te
selecteren.
Druk op OK.
e U kunt op de volgende manier nummers
aan de rondzending toevoegen:
Druk op a of b om
Nummer toevoegen te selecteren
en druk op OK. Voer een nummer in
via de kiestoetsen.
Druk op OK.
Druk op a of b om Adresboek te
selecteren en druk op OK.
Druk op a of b om
Alfabet. volgorde of
Nummervolgorde te selecteren en
druk op OK.
Druk op a of b om een nummer te
selecteren en druk op OK.
f Nadat u alle faxnummers hebt ingevoerd
door stap e te herhalen, drukt u op
a of b om Compleet (Voltooien) te
selecteren.
Druk op OK.
g Druk op Mono Start.
Een fax verzenden (MFC-modellen)
11
3
Faxen verzenden vanaf de ADF
De machine begint het document te
scannen.
Faxen verzenden via de glasplaat
Voer een van de volgende stappen uit
als op het LCD-scherm
Volgende Pagina?
(Volgende pagina?) wordt
weergegeven:
Om een enkele pagina te verzenden,
drukt u op 2 (of drukt u nogmaals op
Mono Start).
De machine begint met het
verzenden van het document.
Als u meerdere pagina's wilt
verzenden, drukt u op 1 en plaatst u
de volgende pagina op de glasplaat.
Druk op OK.
De machine begint met het scannen
van de pagina. (Herhaal deze stap
voor elke pagina.)
Nadat alle pagina's zijn gescand,
drukt u op 2 of Mono Start om het
document te verzenden.
OPMERKING
Als u geen locaties voor groepsnummers
gebruikt, kunt u faxen “rondsturen” naar
maximaal 90 verschillende nummers.
Hoeveel geheugen op de machine
beschikbaar is, hangt af van het soort
opdrachten in het geheugen en de
nummers die u gebruikt voor het
rondsturen. Als u de fax naar het maximale
aantal nummers stuurt, kunt u de
tweevoudige werking niet gebruiken.
Als de melding Geheugen vol wordt
weergegeven, drukt u op Stop/Eindigen
(Stop/Exit) om de taak te annuleren of op
Mono Start om de tot dusver gescande
pagina's te verzenden.
Rondsturen annuleren
a Druk op Menu.
b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Rest. jobs te
selecteren.
Druk op OK.
Op het LCD-scherm wordt het gekozen
faxnummer en het taaknummer van de
groepsverzending weergegeven.
d Druk op OK.
Op het LCD-scherm wordt de volgende
vraag weergegeven:
Taak annuleren?
Ja i druk op 1 (Ja i
Druk op 1)
Nee i druk op 2 (Nee
i Druk op 2)
e Druk op 1 om het faxnummer dat wordt
gekozen te annuleren.
Op het LCD-scherm wordt het
taaknummer van de groepsverzending
weergegeven.
f Druk op OK.
Op het LCD-scherm wordt de volgende
vraag weergegeven:
Taak annuleren?
Ja i druk op 1 (Ja i
Druk op 1)
Nee i druk op 2 (Nee
i Druk op 2)
g Als u de groepsverzending wilt
annuleren, drukt u op 1.
h Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
Direct verzenden
Als u een fax gaat verzenden, worden de
documenten eerst in het geheugen gescand
voordat deze worden verzonden. Zodra de
telefoonlijn vrij is, kiest de machine het
nummer en wordt de fax verzonden.
Hoofdstuk 3
12
Soms wilt u een belangrijk document echter
onmiddellijk verzenden, zonder te wachten
totdat het vanuit het geheugen wordt
verzonden. U kunt hiervoor
Direct Verzend (Direct verzend)
inschakelen.
a Laad uw document.
b Druk op (FAX).
c Druk op a of b om
Geavanc. instell. te selecteren.
Druk op OK.
d Druk op a of b om Direct Verzend
(Direct verzend) te selecteren.
Druk op OK.
e Druk op a of b om Aan (of Uit) te
selecteren.
Druk op OK.
f Druk op Wis (Clear) zodat u de
verzending van de fax kunt voortzetten.
g Voer het faxnummer in.
h Druk op Mono Start of
Kleur Start (Colour Start).
OPMERKING
Als u een kleurenfax verzendt of als het
geheugen vol is en u een zwart-witfax
vanuit de ADF verzendt, wordt het
document direct verzonden (zelfs als
Direct Verzend
(Direct verzend) is ingesteld op
Uit).
Bij Direct verzenden met de glasplaat
werkt de functie voor automatisch opnieuw
kiezen niet.
Internationale modus
Als u problemen hebt met het internationaal
verzenden, bijvoorbeeld vanwege ruis op de
lijn, is het raadzaam om de internationale
modus te activeren. Nadat u een fax in deze
modus hebt verzonden, wordt deze functie
automatisch weer uitgeschakeld.
a Laad uw document.
b Druk op (FAX).
c Druk op a of b om
Geavanc. instell. te selecteren.
Druk op OK.
d Druk op a of b om Internationaal te
selecteren.
Druk op OK.
e Druk op a of b om Aan (of Uit) te
selecteren.
Druk op OK.
f Druk op Wis (Clear) zodat u de
verzending van de fax kunt voortzetten.
g Voer het faxnummer in.
h Druk op Mono Start of
Kleur Start (Colour Start).
Taken in wachtrij controleren
en annuleren
U kunt controleren welke taken er nog in het
geheugen op verzending wachten en een
taak annuleren.
(Als er geen taken op verzending wachten,
wordt Geen taken meer weergegeven.)
a Druk op Menu.
b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Rest. jobs te
selecteren.
Druk op OK.
Een fax verzenden (MFC-modellen)
13
3
Op het LCD-scherm worden alle taken
weergegeven die in de wachtrij staan.
d Druk op a of b om door de taken te
bladeren en selecteer de taak die u wilt
annuleren.
Druk op OK.
e Ga op een van de volgende manieren te
werk:
Om te annuleren, drukt u op 1 om
Ja te selecteren.
Als u nog een taak wilt annuleren,
gaat u naar stap d.
Als u wilt afsluiten zonder te
annuleren, drukt u op 2 om Nee te
selecteren.
f Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit)
zodra u gereed bent.
4
14
Een fax ontvangen
(MFC-modellen)
Geheugenontvangst
(alleen zwart-wit)
Met Geheugenontvangst kunt u faxen
ontvangen terwijl u zich niet bij de machine
bevindt.
U kunt een van de volgende opties voor
geheugenontvangst selecteren:
PC-Fax ontvangen
Uit
U kunt uw selectie op elk gewenst moment
wijzigen. Als er nog ontvangen faxberichten in
het geheugen van de machine staan wanneer
u de optie voor geheugenontvangst wijzigt,
wordt een melding weergegeven op het LCD-
scherm. (Zie Geheugenontvangst wijzigen
uu pagina 16.)
Een fax uit het geheugen
afdrukken
Als u PC-Fax ontvangen hebt geselecteerd,
blijft de machine faxen ontvangen en in het
geheugen opslaan als de pc is uitgeschakeld.
Om faxen uit het geheugen af te drukken, gaat
u als volgt te werk.
a Druk op Menu.
b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Print document te
selecteren.
Druk op OK.
d Druk op Mono Start.
e Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
OPMERKING
Als u een fax uit het geheugen afdrukt,
worden de faxgegevens van uw machine
gewist.
PC-Fax ontvangen
(Windows
®
)
Als u PC-Fax ontvangen instelt, worden
ontvangen faxen in het geheugen opgeslagen
en vervolgens naar de computer verzonden.
U kunt vervolgens de computer gebruiken
voor het weergeven en het opslaan van deze
faxen.
Zelfs wanneer u de computer hebt
uitgeschakeld (bijvoorbeeld 's nachts of in het
weekend), worden faxberichten ontvangen
en in het geheugen van de machine opslagen.
Als u de computer en de software voor PC-
Fax ontvangen opstart, worden de
faxberichten naar de computer overgezet.
De computer moet beschikken over speciale
software voor PC-Fax ontvangen om
ontvangen faxberichten naar de computer te
kunnen overzetten. (uu Software en Netwerk
gebruikershandleiding.)
Als u Backup Print:Aan
(Backup print:Aan) selecteert, wordt de
fax ook afgedrukt.
a Druk op Menu.
b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Ontvangstmenu te
selecteren.
Druk op OK.
d Druk op a of b om Geheugenontv. te
selecteren.
Druk op OK.
Een fax ontvangen (MFC-modellen)
15
4
e Druk op a of b om PC-Fax ontv. te
selecteren.
Druk op OK.
f Op het LCD-scherm wordt de melding
Start PC-Fax op uw computer.
(Voer PC-Fax
uit op uw computer.)
weergegeven.
Druk op OK.
g Druk op a of b om <USB> of de naam van
de pc waarop u faxen wilt ontvangen als
u zich in een netwerk, bevindt te
selecteren.
Druk op OK.
h Druk op a of b om Backup Print:Aan
(Backup print:Aan) of
Backup Print:Uit
(Backup print:Uit) te selecteren.
Druk op OK.
i Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
OPMERKING
PC-Fax ontvangen wordt niet ondersteund
door Macintosh.
Voordat u PC-Fax ontvangen kunt
instellen, moet u de software MFL-Pro
Suite op de computer installeren.
Controleer of de computer is aangesloten
en is ingeschakeld. (uu Software en
Netwerk gebruikershandleiding.)
U kunt deze instelling gebruiken om
faxberichten over te zetten naar de
computer als u een foutbericht ontvangt en
de faxberichten in het geheugen niet
kunnen worden afgedrukt. (uu Basis
gebruikershandleiding: Faxberichten of
Faxjournaal overzetten.)
Als u een kleurenfax ontvangt, wordt de
kleurenfax afgedrukt op de machine, maar
niet naar de computer verzonden.
Herhaal stap a tot en met i om de
doelcomputer te wijzigen.
Geheugenontvangst
uitschakelen
a Druk op Menu.
b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Ontvangstmenu te
selecteren.
Druk op OK.
d Druk op a of b om Geheugenontv. te
selecteren.
Druk op OK.
e Druk op a of b om Uit te selecteren.
Druk op OK.
f Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
OPMERKING
Als er nog ontvangen faxen in het
geheugen van de machine zijn
opgeslagen, worden op het LCD-scherm
meerdere opties weergegeven. (Zie
Geheugenontvangst wijzigen
uu pagina 16.)
Hoofdstuk 4
16
Geheugenontvangst wijzigen
Als er ontvangen faxen in het geheugen van
uw machine zijn opgeslagen wanneer u
Geheugenontvangst wijzigt, wordt een van de
volgende vragen weergegeven op het LCD-
scherm:
Als alle ontvangen faxen al zijn
afgedrukt
Wis alle faxen ?
(Wis alle faxen?)
Als u op 1 (Ja) drukt, worden alle faxen
in het geheugen gewist voordat de
instelling wordt gewijzigd.
Als u op 2 (Nee) drukt, worden de
faxberichten in het geheugen niet
gewist en blijft de instelling
ongewijzigd.
Als niet-afgedrukte faxen in het
geheugen achterblijven
Tot. print fax?
(Print alle fax?)
Als u op 1 (Ja) drukt, worden alle faxen
in het geheugen afgedrukt voordat de
instelling wordt gewijzigd. Als er al een
reservekopie is afgedrukt, wordt deze
niet meer afgedrukt.
Als u op 2 (Nee) drukt, worden de
faxberichten in het geheugen niet
afgedrukt en blijft de instelling
ongewijzigd.
Op het LCD-scherm wordt de volgende vraag
weergegeven:
Fax i PC zenden?
Als u op 1 (Ja) drukt, worden de
faxberichten in het geheugen naar de
computer verzonden voordat de
instelling wordt gewijzigd. U wordt
gevraagd of u Reserveafdruk wilt
inschakelen. (Zie PC-Fax ontvangen
(Windows
®
) uu pagina 14 voor meer
informatie.)
Als u op 2 (Nee) drukt, worden de
faxberichten in het geheugen niet
gewist of overgezet naar de computer
en blijft de instelling ongewijzigd.
Een fax ontvangen (MFC-modellen)
17
4
Extra handelingen bij
het ontvangen
Ontvangst zonder papier
Als de papierlade leeg raakt tijdens het
ontvangen van een fax, wordt
Papier nazien weergegeven op het LCD-
scherm. Plaats dan papier in de papierlade.
(uu Basis gebruikershandleiding: Papier en
andere afdrukmedia laden.)
Als u geen papier in de papierlade plaatst,
gaat de machine door met het ontvangen van
de fax. De resterende pagina's worden in het
geheugen opgeslagen (indien voldoende
geheugen beschikbaar is).
Ook faxen die daarna worden ontvangen,
worden in het geheugen opgeslagen, totdat
het geheugen vol is. Plaats nieuw papier in de
lade om de faxberichten af te drukken.
Wanneer het geheugen vol is, stopt de
machine met het aannemen van oproepen.
Een verkleinde afdruk van een
inkomende fax maken
Als u Aan selecteert, wordt elke pagina van
een inkomend faxbericht verkleind om te
passen op een vel van A4- of Letter-formaat.
De machine berekent het
verkleiningspercentage aan de hand van het
paginaformaat van de fax en de opgegeven
instelling van het papierformaat.
(uu Basis gebruikershandleiding:
Papierformaat.)
a Druk op Menu.
b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Ontvangstmenu te
selecteren.
Druk op OK.
d Druk op a of b om Auto reductie
(Autoreductie) te selecteren.
Druk op OK.
e Druk op a of b om Aan (of Uit) te
selecteren.
Druk op OK.
f Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
Een fax ontvangen aan het
einde van een gesprek
Aan het einde van een gesprek kunt u de
andere partij vragen een fax te verzenden
voordat u beiden ophangt. Controleer of de
ADF leeg is.
a Vraag de andere partij om het document
in zijn of haar machine te plaatsen en
vervolgens op de start- of verzendtoets
te drukken.
b Druk op Mono Start of
Kleur Start (Colour Start) wanneer u
de faxtonen van de andere machine
hoort.
c Druk op 2 om Ontvangen te selecteren
om de fax te ontvangen.
d Plaats de hoorn van het externe toestel
weer op de haak.
5
18
Nummers kiezen en opslaan
(MFC-modellen)
Opties voor normale
telefoongesprekken
U kunt een tweede of externe telefoon
gebruiken om te telefoneren.
Extra handelingen bij
het kiezen
Snelkiesnummers
combineren
Het kan zijn dat u een keuze wilt maken uit
meerdere verschillende lokale providers
wanneer u een fax verzendt. Tarieven kunnen
afhankelijk zijn van de tijd en de bestemming.
Om te profiteren van lage tarieven kunt u de
toegangscodes van interlokale providers en
creditcardnummers opslaan als
snelkiesnummers. (uu Basis
gebruikershandleiding: Snelkiesnummers
opslaan.)
Deze lange kiesreeksen kunt u opslaan door
de reeksen op te splitsen en in de gewenste
combinatie samen te stellen als afzonderlijke
snelkiesnummers.
U kunt hieraan zelfs handmatig kiezen met de
kiestoetsen toevoegen.
Stel bijvoorbeeld dat u '01632' in adresboek
01 hebt opgeslagen, en '960555' in
adresboek 02. U kunt beide
adresboeknummers gebruiken om
'01632-960555' te kiezen, zoals in het
volgende voorbeeld wordt getoond:
a Druk op (Adresboek).
b Druk op a of b om Zoeken te selecteren.
Druk op OK.
c Voer 01 in.
d Druk op a of b om Adresboek te
selecteren.
Druk op OK.
e Druk op a of b om Zoeken te selecteren.
Druk op OK.
f Voer 02 in.
Nummers kiezen en opslaan (MFC-modellen)
19
5
g Druk op Mono Start of
Kleur Start (Colour Start).
U kiest nu '01632-960555'.
Als u tijdelijk een nummer wilt wijzigen, kunt u
een gedeelte van het nummer vervangen
door handmatig te kiezen met de kiestoetsen.
Als u het nummer bijvoorbeeld wilt wijzigen in
01632-960556, kunt u het nummer (01:
01632) invoeren door
(Adresboek) en dan
Zoeken te selecteren en op 01 te drukken, en
vervolgens 960556 invoeren met de
kiestoetsen.
OPMERKING
Als u op een andere beltoon of signaal in
de kiesreeks moet wachten, kunt ook een
pauze toevoegen door op Herkies/Pauze
(Redial/Pause) te drukken. Iedere keer
dat u op de toets drukt, wordt een pauze
van 3,5 seconde toegevoegd. U kunt zo
vaak als nodig op Herkies/Pauze (Redial/
Pause) drukken om de pauze te
verlengen.
Extra manieren om
nummers op te slaan
Snelkiesnummers uit het
overzicht van uitgaande
gesprekken opslaan
U kunt ook snelkiesnummers opslaan vanuit
het overzicht van uitgaande gesprekken.
a Druk op Herkies/Pauze (Redial/
Pause).
U kunt ook Uitgaand gesprek kiezen
door op
(FAX) te drukken.
b Druk op a of b om het nummer dat u wilt
opslaan te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om
Toev. aan adresb. te selecteren.
Druk op OK.
d Druk op a of b om de tweecijferige
snelkieslocatie te selecteren waaronder
u het nummer wilt opslaan.
Druk op OK.
e Ga op een van de volgende manieren te
werk:
Voer de naam (maximaal 16 tekens)
in met behulp van de kiestoetsen.
Druk op OK.
(Voor hulp bij het invoeren van
letters, uu Basis
gebruikershandleiding: Tekst
invoeren.)
Als u het nummer zonder naam wilt
opslaan, drukt u op OK.
f Druk op OK om het fax- of
telefoonnummer te bevestigen.
Hoofdstuk 5
20
g Druk op a of b om
Compleet (Voltooien) te
selecteren.
Druk op OK.
h Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
Snelkiesnummers vanuit het
overzicht beller-ID opslaan
Als u bent geabonneerd op nummerweergave
(beller-ID), kunt u ook snelkiesnummers
opslaan vanuit inkomende gesprekken in het
overzicht beller-ID. (uu Basis
gebruikershandleiding: Nummerweergave
(beller-ID).)
a Druk op Herkies/Pauze (Redial/
Pause) en vervolgens op l.
U kunt ook Overz. beller-ID
(Overzicht beller) kiezen door op
(FAX) te drukken.
b Druk op a of b om de naam of het
nummer dat u wilt opslaan te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om
Toev. aan adresb. te selecteren.
Druk op OK.
d Druk op a of b om de tweecijferige
snelkieslocatie te selecteren waaronder
u het nummer wilt opslaan.
Druk op OK.
e Ga op een van de volgende manieren te
werk:
Als u de weergegeven naam wilt
opslaan, drukt u op OK.
Voer de naam (maximaal 16 tekens)
in met behulp van de kiestoetsen.
Druk op OK.
(Voor hulp bij het invoeren van
letters, uu Basis
gebruikershandleiding: Tekst
invoeren.)
Als u het nummer zonder naam wilt
opslaan, drukt u op OK.
f Druk op OK om het fax- of
telefoonnummer te bevestigen.
g Druk op a of b om
Compleet (Voltooien) te
selecteren. Druk op OK.
h Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
Groepen instellen voor
rondsturen
Met een groep, die u onder een
snelkieslocatie kunt opslaan, kunt u dezelfde
fax naar meerdere nummers verzenden door
op
(Adresboek), Zoeken, OK, de
tweecijferige locatie en Mono Start te
drukken.
(Zie Rondsturen (alleen zwart-wit)
uu pagina 10.)
Eerst moet u elk faxnummer onder een
snelkieslocatie opslaan. (uu Basis
gebruikershandleiding: Snelkiesnummers
opslaan.) Vervolgens kunt u deze als
nummers in de groep opnemen. Elke groep
heeft een eigen snelkiesnummer. U kunt
maximaal zes groepen gebruiken, of u kunt
maximaal 39 nummers aan een grote groep
toewijzen.
a Druk op (Adresboek).
b Druk op a of b om
Groepen instellen te selecteren.
Druk op OK.
Nummers kiezen en opslaan (MFC-modellen)
21
5
c Druk op a of b om GROEP1, GROEP2,
GROEP3, GROEP4, GROEP5 of GROEP6 te
selecteren voor de groepsnaam
waaronder u de faxnummers wilt
opslaan.
Druk op OK.
d Druk op a of b om de tweecijferige
snelkieslocatie te selecteren die u wilt
toevoegen aan de groep.
Druk op OK.
e Druk op a of b om
Nummer toevoegen te selecteren.
Druk op OK.
f Om nummers toe te voegen aan de
groep, drukt u op a of b om
Alfabet. volgorde of
Nummervolgorde te selecteren en
drukt u op OK. Druk op a of b om een
nummer te selecteren en druk op OK.
g Ga op een van de volgende manieren te
werk:
Herhaal stap e tot f om een
volgend nummer aan de groep toe te
voegen.
Als u klaar bent met het toevoegen
van nummers aan de groep, drukt u
op a of b om
Compleet (Voltooien) te
selecteren.
Druk op OK.
h Ga op een van de volgende manieren te
werk:
Herhaal de stappen c tot en met g
om nog een groep op te slaan voor
rondsturen.
Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit)
om het opslaan van groepen voor
rondsturen af te ronden.
OPMERKING
U kunt een lijst van alle snelkiesnummers
afdrukken. (Zie Rapporten
uu pagina 24.)
Een groepsnaam wijzigen
a Druk op (Adresboek).
b Druk op a of b om
Groepen instellen te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om de groepsnaam die u
wilt wijzigen te selecteren.
Druk op OK.
d Druk op a of b om
Groepsnaam wijz. te selecteren.
Druk op OK.
OPMERKING
Een opgeslagen naam of nummer
wijzigen:
Als u een teken wilt wijzigen, drukt u op
d of c om de cursor oner het wijzigen teken
te plaatsen. Druk vervolgens op
Wis (Clear). Voer het teken opnieuw in.
e Voer de nieuwe naam (maximaal 16
tekens) in met behulp van de
kiestoetsen.
(Voor hulp bij het invoeren van letters,
uu Basis gebruikershandleiding: Tekst
invoeren.)
Druk op OK.
(Typ bijvoorbeeld NIEUWE KLANTEN.)
f Druk op a of b om
Compleet (Voltooien) te
selecteren.
Druk op OK.
g Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
Hoofdstuk 5
22
Een groep verwijderen
a Druk op (Adresboek).
b Druk op a of b om
Groepen instellen te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om de groep die u wilt
verwijderen te selecteren.
Druk op OK.
d Druk op a of b om Verwijder te
selecteren.
Druk op OK.
Druk op 1 ter bevestiging.
e Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
Een nummer aan een groep toevoegen
a Druk op (Adresboek).
b Druk op a of b om
Groepen instellen te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om de groep die u wilt
wijzigen te selecteren.
Druk op OK.
d Druk op a of b om
Nummer toevoegen te selecteren.
Druk op OK.
e Druk op a of b om
Alfabet. volgorde of
Nummervolgorde te selecteren.
Druk op OK.
f Druk op a of b om het nummer dat u wilt
toevoegen te selecteren.
Druk op OK.
g Herhaal stap d tot f om een volgend
nummer toe te voegen aan een groep en
druk vervolgens op a of b om
Compleet (Voltooien) te
selecteren.
Druk op OK.
h Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
Een nummer uit een groep verwijderen
a Druk op (Adresboek).
b Druk op a of b om
Groepen instellen te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om de groep die u wilt
wijzigen te selecteren.
Druk op OK.
d Druk op a of b om het nummer dat u wilt
verwijderen te selecteren.
Druk op OK.
Druk op 1 ter bevestiging.
e Druk op a of b om
Compleet (Voltooien) te
selecteren.
Druk op OK.
f Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
6
23
6
Rapporten afdrukken
Faxrapporten
(MFC-modellen)
Met de Menu-toetsen kunt u het
verzendrapport en de journaaltijd instellen.
Verzendrapport
U kunt het verzendrapport gebruiken als
bewijs dat u een fax hebt verzonden.
(uu Basis gebruikershandleiding:
Verzendrapport.)
Faxjournaal
(activiteitenrapport)
U kunt de machine zo instellen dat er op vaste
tijden een journaal wordt afgedrukt (elke 50
faxen, elke 6, 12 of 24 uur, elke 2 of 7 dagen).
Als u het interval op Uit zet, kunt u evengoed
het rapport afdrukken door de stappen in Een
rapport afdrukken uu pagina 24 te volgen.
De standaardinstelling is Na 50 faxen.
a Druk op Menu.
b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Kies rapport te
selecteren.
Druk op OK.
d Druk op a of b om Journaal tijd
(Journaalper.) te selecteren.
Druk op OK.
e Druk op a of b om een interval te kiezen.
Druk op OK.
Als u Na 50 faxen kiest, gaat u naar
stap h.
6, 12, 24 uur, 2 of 7 dagen
De machine drukt het rapport op het
opgegeven tijdstip af en verwijdert
vervolgens alle taken uit het
geheugen. Als het geheugen van de
machine vol is omdat het maximum
van 200 taken is bereikt en de door u
geselecteerde tijd nog niet is
verstreken, wordt het faxjournaal
voortijdig afgedrukt en worden
vervolgens alle taken uit het
geheugen gewist. Als u een extra
rapport wilt voordat het tijd is om dit
automatisch af te drukken, kunt u er
een afdrukken zonder dat de taken
uit het geheugen worden gewist.
Na 50 faxen
Het faxjournaal wordt afgedrukt als
50 taken in de machine zijn
opgeslagen.
f Voer met behulp van het toetsenbord het
tijdstip in waarop u het afdrukken wilt
starten (in 24-uursnotatie).
Druk op OK.
(Voor kwart voor acht 's avonds voert u
bijvoorbeeld 19:45 in.)
g Als u
Elke 7 dagen (Om de 7 dagen)
hebt gekozen in stap e, drukt u op
a of b om de dagen van de week weer te
geven. Kies vervolgens de eerste dag
voor de 7-daagse aftelperiode. Druk op
OK.
h Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
Hoofdstuk 6
24
Rapporten
De volgende rapporten zijn beschikbaar:
Verzendrapport
(MFC-modellen)
Hiermee drukt u een verzendrapport af
van de laatste transmissie.
Adresboek
(MFC-modellen)
Hiermee drukt u een alfabetisch of
numeriek gerangschikte lijst af van namen
en nummers die zijn opgeslagen in het
geheugen van het adresboek.
Fax Journaal (Faxjournaal)
(MFC-modellen)
Hiermee drukt u een lijst af met informatie
over de laatst ontvangen en verzonden
faxen.
(TX: verzonden) (RX: ontvangen)
Gebruikersinst
Hiermee drukt u een lijst af met uw
instellingen.
Netwerk Conf. (Netwerkconfig.)
Hiermee drukt u een lijst af met uw
netwerkinstellingen.
WLAN-rapport
Hiermee drukt u een WLAN-
verbindingsrapport af.
Overz. beller-ID
(Overzicht beller)
(MFC-modellen)
Hiermee drukt u een lijst af met de
beschikbare informatie over
nummerweergave (beller-ID's) van de 30
laatst ontvangen faxen en
telefoongesprekken.
Een rapport afdrukken
a Druk op Menu.
b Druk op a of b om Print lijsten te
selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om het rapport dat u wilt
afdrukken te selecteren.
Druk op OK.
d (Alleen Adresboek) Druk op a of b om
Alfabet. volgorde of
Nummervolgorde te selecteren.
Druk op OK.
e Druk op Mono Start.
f Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
7
25
7
Kopiëren
Kopieeropties
U kunt de kopieerinstellingen tijdelijk wijzigen
voor de volgende kopie.
De machine keert na 1 minuut inactiviteit
terug naar de standaardinstellingen.
Druk op KOPIE (COPY)
1
en vervolgens op
a of b om door de kopieerinstellingen te
bladeren. Als de gewenste instelling is
gemarkeerd, drukt u op OK.
Druk op Mono Start of Kleur Start (Colour
Start) wanneer u klaar bent met het opgeven
van instellingen.
1
Alleen MFC-modellen
OPMERKING
U kunt bepaalde veelgebruikte instellingen
opslaan door deze als
standaardinstellingen te definiëren. Deze
instellingen blijven van kracht totdat u ze
weer wijzigt. (Zie Uw wijzigingen instellen
als nieuwe standaardinstellingen
uu pagina 32.)
Kopiëren stoppen
Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit) om het
kopiëren te stoppen.
De kopieersnelheid en -
kwaliteit wijzigen
U kunt verschillende instellingen selecteren
om de kopieersnelheid en de kwaliteit van uw
kopieën te wijzigen. De standaardinstelling is
Normaal.
OPMERKING
Als u Snel
1
of Normaal selecteert, kunt
u alleen Normaal Papier
(Normaal papier) in Papiersoort
selecteren.
1
Alleen MFC-modellen
Snel (MFC-modellen)
Snelle kopieersnelheid en laagste
inktverbruik. Gebruik deze instelling om
tijd te besparen bij het afdrukken van
documenten om te proeflezen, grote
documenten of een groot aantal
exemplaren.
Normaal
Normaal Normaal is de aanbevolen
modus voor normale afdrukken. Hiermee
verkrijgt u een goede kopieerkwaliteit met
adequate kopieersnelheid.
Fijn
Gebruik de modus Fijn voor het kopiëren
van gedetailleerde beelden, zoals foto's.
Deze modus biedt de hoogste resolutie en
de laagste snelheid.
a Laad uw document.
b (MFC-modellen)
Druk op
(KOPIE (COPY)).
c Toets in hoeveel kopieën u wilt maken.
d Druk op a of b om Kwaliteit te
selecteren.
Druk op OK.
Hoofdstuk 7
26
e Druk op a of b om Snel
1
, Normaal of
Fijn te selecteren.
Druk op OK.
1
Alleen MFC-modellen
f Als u geen instellingen meer wilt
wijzigen, drukt u op Mono Start of
Kleur Start (Colour Start).
Kopieën vergroten of
verkleinen
U kunt een vergrotings-/
verkleiningspercentage selecteren. Als u
Paginavullend selecteert, wordt het
formaat afgestemd op de instelling die u voor
Papierformaat hebt opgegeven.
a Laad uw document.
b (MFC-modellen)
Druk op
(KOPIE (COPY)).
c Toets in hoeveel kopieën u wilt maken.
d Druk op a of b om In-/uitzoomen te
selecteren.
Druk op OK.
e Druk op a of b om een keuze te maken
uit de beschikbare opties.
f Ga op een van de volgende manieren te
werk:
Als u Vergroten of Verkleinen
hebt geselecteerd, drukt u op OK en
vervolgens op a of b om het
gewenste vergrotings- of
verkleiningspercentage te
selecteren.
Druk op OK.
Als u Custom(25-400%) hebt
geselecteerd, drukt u op OK en voert
u vervolgens een vergrotings- of
verkleiningspercentage van 25% tot
400% in.
Druk op OK.
Als u 100% of Paginavullend hebt
geselecteerd, drukt u op OK.
Kopiëren
27
7
198% 10x15cmiA4
186% 10x15cmiLTR
141% A5iA4
100%
97% LTRiA4
93% A4iLTR
83% (DCP-model)
83% LGLiA4 (MFC-modellen)
69% A4iA5
47% A4i10x15cm
Paginavullend
Custom(25-400%)
g Als u geen instellingen meer wilt
wijzigen, drukt u op Mono Start of
Kleur Start (Colour Start).
OPMERKING
Pagina layout (Pagina lay-out)
is niet beschikbaar bij In-/uitzoomen.
Pagina layout (Pagina lay-out),
2-zijdige kopie
1
, Sorteren en
Verwijder achtergr zijn niet
beschikbaar bij Paginavullend.
Paginavullend werkt niet naar behoren
als het document op de glasplaat meer
dan 3 graden schuin ligt. Gebruik de
documentgeleiders aan de linker- en
bovenzijde om uw document in de
linkerbovenhoek van de glasplaat te
leggen, met de bedrukte zijde naar
beneden.
Paginavullend is niet beschikbaar als
de ADF wordt gebruikt
1
.
Paginavullend is niet beschikbaar voor
documenten van Legal-formaat.
1
Alleen MFC-modellen
N op 1 kopieën of een poster
maken (Paginalay-out)
Met de kopieerfunctie N op 1 kunt u twee of
vier pagina's op één pagina afdrukken. Dit is
handig om papier te besparen.
U kunt ook een poster creëren. Wanneer u de
posteroptie gebruikt, wordt uw document in
delen opgesplitst. Deze delen worden
vervolgens vergroot, zodat u ze kunt
samenvoegen tot een poster. Gebruik de
glasplaat om een poster af te drukken.
OPMERKING
Sorteren, In-/uitzoomen en
Verwijder achtergr zijn niet
beschikbaar bij Pagina layout
(Pagina lay-out).
2-zijdige kopie
1
is niet beschikbaar
voor posterkopieën.
1
Alleen MFC-modellen
a Laad uw document.
b (MFC-modellen)
Druk op
(KOPIE (COPY)).
c Toets in hoeveel kopieën u wilt maken.
1
1
U kunt slechts één kopie tegelijk maken
wanneer u de lay-outinstelling Poster
gebruikt.
d Druk op a of b om Pagina layout
(Pagina lay-out) te selecteren.
Druk op OK.
e Druk op a of b om Uit(1op1),
2op1(P), 2op1(L), 4op1(P),
4op1(L), Poster (2x1),
Poster (2x2), Poster (3x3) of
2op1(id)
1
te selecteren.
Druk op OK.
1
Zie 2 op 1 (id) kopiëren (Paginalay-out)
uu pagina 29 voor meer informatie over 2 op
1 (id).
Hoofdstuk 7
28
f Als u geen instellingen meer wilt
wijzigen, drukt u op Mono Start of
Kleur Start (Colour Start) om de
pagina te scannen.
Als u het document in de ADF
1
hebt
geplaatst of een poster maakt, wordt het
document door de machine gescand en
wordt begonnen met afdrukken.
1
Alleen MFC-modellen
Als u de glasplaat gebruikt, gaat u
naar stap g.
g Nadat de pagina is gescand, drukt u
op 1 of + om de volgende pagina te
scannen.
h Leg de volgende pagina op de glasplaat.
Druk op OK om de pagina te scannen.
Herhaal stap g en h voor elke pagina
van de lay-out.
i Druk tot slot op 2 of - wanneer alle
pagina's zijn gescand.
OPMERKING
Controleer of het papierformaat is
ingesteld op A4 of Letter.
U kunt slechts één kleurkopie per keer
maken.
U kunt slechts één posterkopie per keer
maken.
U kunt geen poster kopiëren op
transparanten.
(P) betekent Staand en (L) betekent
Liggend.
Plaats het document met de bedrukte zijde
naar beneden en in de hieronder
aangegeven richting op de glasplaat:
2op1(P)
2op1(L)
4op1(P)
4op1(L)
Poster (2x1)
Kopiëren
29
7
Poster (2x2)
Poster (3x3)
OPMERKING
De posterkopieën hebben overlappende
gedeelten zodat u ze gemakkelijk aan
elkaar kunt plakken.
2 op 1 (id) kopiëren
(Paginalay-out)
U kunt beide zijden van uw identiteitskaart op
een enkele pagina kopiëren, in het originele
kaartformaat. Controleer of het papierformaat
is ingesteld op A4 of Letter.
OPMERKING
U dient zich bij het kopiëren van
identiteitskaarten aan de daarvoor
geldende regels te houden.
(uu Handleiding product veiligheid:
Onwettig gebruik van kopieerapparatuur.)
a Plaats uw identiteitskaart linksboven op
de glasplaat met de te kopiëren zijde
naar beneden, zoals in de illustratie
getoond.
1
1
1
2
3
4
1
1 3 mm of groter (boven, links)
2210 mm
3148 mm
4scangebied
b (MFC-modellen)
Druk op
(KOPIE (COPY)).
c Toets in hoeveel kopieën u wilt maken.
d Druk op a of b om Pagina layout
(Pagina lay-out) te selecteren.
Druk op OK.
Hoofdstuk 7
30
e Druk op a of b om 2op1(id) te
selecteren.
Druk op OK.
f Druk op Mono Start of
Kleur Start (Colour Start).
De machine begint één zijde van de
identiteitskaart te scannen.
g Nadat de eerste zijde is gescand, drukt
u op 1 of +. Draai de identiteitskaart om
en druk op OK om de andere zijde te
scannen.
OPMERKING
Sorteren, 2-zijdige kopie
1
,
In-/uitzoomen en
Verwijder achtergr zijn niet
beschikbaar bij 2op1(id).
U kunt slechts één kleurkopie per keer
maken.
1
Alleen MFC-modellen
Kopieën sorteren
U kunt meerdere kopieën sorteren. De
pagina's worden gesorteerd in de volgorde
123, 123, 123, enzovoort.
Het verdient aanbeveling om enkelzijdige
documenten in de ADF
1
te plaatsen om
kopieën te sorteren. Gebruik voor 2-zijdige
documenten en boeken de glasplaat.
1
Alleen MFC-modellen
a Laad uw document.
b (MFC-modellen)
Druk op
(KOPIE (COPY)).
c Toets in hoeveel kopieën u wilt maken.
d Druk op a of b om Stapel/Sorteer te
selecteren.
Druk op OK.
e Druk op a of b om Sorteren te
selecteren.
Druk op OK.
f Als u geen instellingen meer wilt
wijzigen, drukt u op Mono Start of
Kleur Start (Colour Start).
Als u het document in de ADF
1
hebt
geplaatst, scant de machine het
document en begint vervolgens met
afdrukken.
1
Alleen MFC-modellen
Als u de glasplaat gebruikt, gaat u
naar stap g.
g Nadat de machine de pagina heeft
gescand, drukt u op 1 of + om de
volgende pagina te scannen.
h Leg de volgende pagina op de glasplaat.
Druk op OK om de pagina te scannen.
Herhaal stap g en h totdat alle pagina's
zijn gescand.
i Druk op 2 of - als u klaar bent met
scannen.
Het afdrukken wordt gestart.
OPMERKING
Paginavullend en Pagina layout
(Pagina lay-out) zijn niet
beschikbaar bij Sorteren.
Dichtheid aanpassen
U kunt de kopieerdichtheid aanpassen om
kopieën donkerder of lichter te maken.
a Laad uw document.
b (MFC-modellen)
Druk op
(KOPIE (COPY)).
c Toets in hoeveel kopieën u wilt maken.
d Druk op a of b om Dichtheid te
selecteren.
Druk op OK.
Kopiëren
31
7
e Druk op d of c om de kopie lichter of
donkerder te maken.
Druk op OK.
f Als u geen instellingen meer wilt
wijzigen, drukt u op Mono Start of
Kleur Start (Colour Start).
Achtergrondkleur verwijderen
Met de functie voor het verwijderen van de
achtergrond kunt de achtergrondkleur van het
document verwijderen tijdens het kopiëren.
Hiermee kunt u inkt besparen en wordt het
document beter leesbaar.
OPMERKING
Deze functie kan alleen worden gebruikt
voor kleurenkopieën. De achtergrondkleur
wordt namelijk automatisch verwijderd
voor alle zwart-witkopieën.
a Laad uw document.
b (MFC-modellen)
Druk op
(KOPIE (COPY)).
c Toets in hoeveel kopieën u wilt maken.
d Druk op a of b om
Geavanc. instell. te selecteren.
Druk op OK.
e Druk op a of b om
Verwijder achtergr te selecteren.
Druk op OK.
f Druk op a of b om Laag, Normaal of
Hoog te selecteren.
Druk op OK.
g Druk op Kleur Start (Colour Start).
OPMERKING
Paginavullend en Pagina layout
(Pagina lay-out) zijn niet
beschikbaar bij Verwijder achtergr.
2-zijdig kopiëren
(MFC-modellen)
U kunt papier besparen door op beide zijden
te kopiëren.
Het verdient aanbeveling om enkelzijdige
documenten voor 2-zijdig kopiëren in de ADF
te plaatsen. Gebruik voor 2-zijdige
documenten en boeken de glasplaat.
(omslaan over lange zijde)
Staand
1
2
1
1
2
Liggend
1
1
2
1
2
(omslaan over korte zijde)
Staand
1
2
1
1
2
Liggend
1
1
2
1
2
OPMERKING
2op1(id), Poster en
Paginavullend zijn niet beschikbaar bij
2-zijdige kopie.
U kunt alleen normaal papier van A4-, A5-
of Letter-formaat gebruiken.
a Laad uw document.
Hoofdstuk 7
32
b (MFC-modellen)
Druk op
(KOPIE (COPY)).
c Toets in hoeveel kopieën u wilt maken.
d Druk op a of b om Stapel/Sorteer te
selecteren.
Druk op OK.
e Druk op a of b om Sorteren te
selecteren.
Druk op OK.
f Druk op a of b om 2-zijdige kopie
te selecteren.
Druk op OK.
g Druk op a of b om 2-zijdige kopie
te selecteren.
Druk op OK.
h Druk op a of b om het gewenste soort 2-
zijdige kopie te selecteren:
Staand Omsl.lange z.,
Liggend Omsl.lange z.,
Staand Omsl.korte z. of
Liggend Omsl.korte z.
Druk op OK.
i Controleer uw instellingen op het LCD-
scherm en druk op OK.
j Druk op Mono Start of
Kleur Start (Colour Start).
Als u het document in de ADF hebt
geplaatst, scant de machine het
document en begint vervolgens met
afdrukken.
Als u de glasplaat gebruikt, gaat u
naar stap k.
k Nadat de machine de pagina gescand
heeft, drukt u op 1 om de volgende
pagina te scannen.
l Leg de volgende pagina op de glasplaat.
Druk op OK om de pagina te scannen.
Herhaal stap k en l totdat alle pagina's
zijn gescand.
m Druk op 2 als u klaar bent met scannen.
Het afdrukken wordt gestart.
Raak de afdrukken NIET aan voordat ze een
tweede keer zijn uitgeworpen. De machine
drukt de eerste zijde af, werpt het papier uit
en voert het papier vervolgens weer in om de
tweede zijde af te drukken.
OPMERKING
Probeer een van de speciale instellingen
voor 2-zijdig kopiëren als uw document
een papierstoring veroorzaakt. Selecteer
Geavanceerd, druk op OK na stap i en
selecteer vervolgens 2-zijdig 1 of
2-zijdig 2.
2-zijdig 1 helpt papierstoringen te
voorkomen doordat de inkt langer de tijd
krijgt om te drogen. Met 2-zijdig 2
krijgt de inkt langer de tijd om te drogen en
verbruikt u tegelijkertijd minder inkt.
Uw wijzigingen instellen als
nieuwe standaardinstellingen
U kunt de instellingen voor de kopieeropties
die u het meest gebruikt, zoals Kwaliteit,
In-/uitzoomen, Dichtheid,
Pagina layout (Pagina lay-out),
2-zijdige kopie
1
en
Verwijder achtergr opslaan door ze als
standaardinstellingen te definiëren.
1
Alleen MFC-modellen
Deze instellingen blijven van kracht totdat u
ze weer wijzigt.
a (MFC-modellen)
Druk op
(KOPIE (COPY)).
b Druk op a of b om de nieuwe instelling te
selecteren.
Druk op OK.
Herhaal deze stap voor elke instelling
die u wilt wijzigen.
Kopiëren
33
7
c Als u de laatste instelling hebt gewijzigd,
drukt u op a of b om
Nieuwe standaard te selecteren.
Druk op OK.
d Druk op 1 of + om Ja te selecteren.
e Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
Alle instellingen terugzetten
naar de fabrieksinstellingen
U kunt de kopieerinstellingen die u hebt
gewijzigd, zoals Kwaliteit,
In-/uitzoomen, Dichtheid,
Pagina layout (Pagina lay-out),
2-zijdige kopie
1
en
Verwijder achtergr, terugzetten naar de
fabrieksinstellingen.
1
Alleen MFC-modellen
a (MFC-modellen)
Druk op
(KOPIE (COPY)).
b Druk op a of b om
Fabrieksinstell. te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op 1 of + om Ja te selecteren.
d Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
A
34
Routineonderhoud
De machine reinigen en
controleren
De buitenkant van de machine
reinigen
Reinig het LCD-scherm als volgt:
BELANGRIJK
Houd ingedrukt om de machine uit te
zetten. Op het LCD-scherm wordt enkele
seconden Afsluiten weergegeven
voordat de stroom wordt uitgeschakeld.
Gebruik GEEN vloeibare
reinigingsmiddelen (inclusief ethanol).
a Reinig het LCD-scherm met een droge,
zachte pluisvrije doek.
Reinig de buitenkant van de machine als
volgt:
BELANGRIJK
Gebruik neutrale reinigingsmiddelen.
Reiniging met vluchtige vloeistoffen, zoals
verdunner of benzine, beschadigt de
buitenkant van de machine.
Gebruik GEEN reinigingsmiddelen die
ammoniak bevatten.
Gebruik GEEN isopropylalcohol om het
bedieningspaneel te reinigen. Het paneel
kan anders barsten.
a Trek de papierlade (1) volledig uit de
machine.
1
b Reinig de buitenkant van de machine
met een droge, zachte pluisvrije doek
om stof te verwijderen.
c Breng het deksel van de uitvoerlade
omhoog en verwijder alles wat
eventueel nog in de papierlade vastzit.
Routineonderhoud
35
A
d Reinig de binnen- en buitenkant van de
papierlade met een droge, zachte
pluisvrije doek om stof te verwijderen.
e Sluit het deksel van de uitvoerlade en
plaats de lade stevig in de machine
terug.
De geleiderol van de machine
reinigen
WAARSCHUWING
Haal de stekker van de machine uit het
stopcontact voordat u de geleiderol reinigt.
Als u dit niet doet, kunt u een elektrische
schok krijgen.
a Plaats beide handen onder de plastic
lipjes aan beide zijden van de machine
om het scannerdeksel in de geopende
stand te zetten.
b Reinig de geleiderol van de
machine (1) en het gedeelte eromheen
en veeg eventuele inkt weg met een
zachte, droge pluisvrije doek.
(MFC-modellen)
2
1
(DCP-model)
1
2
BELANGRIJK
Raak de codeerstrip (2) NIET aan.
Hierdoor kan de machine beschadigd
raken.
36
c Breng het scannerdeksel omhoog om de
vergrendeling op te heffen. Duw de
steun van het scannerdeksel voorzichtig
omlaag en sluit het scannerdeksel met
beide handen.
d Sluit het netsnoer weer aan.
De papierinvoerrollen
reinigen
Als de papierinvoerrollen met inkt zijn bevuild,
kan dit papierstoringen veroorzaken.
a Haal de stekker van de machine uit het
stopcontact. Trek de papierlade (1)
volledig uit de machine.
1
OPMERKING
Als de papiersteunklep open is, klapt u
deze in en schuift u vervolgens de
papiersteun naar binnen.
b (MFC-modellen)
Reinig de voorzijde van de
papierinvoerrollen (1) in een heen en
weer gaande beweging met een zachte,
pluisvrije doek die met water is
bevochtigd.
Wrijf de rollen na het reinigen na met een
droge, zachte pluisvrije doek om al het
vocht te verwijderen.
1
(DCP-model)
Reinig de papierinvoerrollen (1) in een
heen en weer gaande beweging met een
zachte, pluisvrije doek die licht met
water is bevochtigd.
Wrijf de rollen na het reinigen na met een
droge, zachte pluisvrije doek om al het
vocht te verwijderen.
1
Routineonderhoud
37
A
c (MFC-modellen)
Open de klep ter verwijdering van
vastgelopen papier (2) en reinig
vervolgens de achterzijde van de
papierinvoerrollen (1) met een zachte,
pluisvrije doek die met water is
bevochtigd.
Wrijf de rollen na het reinigen na met een
droge, zachte pluisvrije doek om al het
vocht te verwijderen.
1
2
d Druk de papierlade stevig terug in de
machine.
e Sluit het netsnoer weer aan.
OPMERKING
Gebruik de machine pas weer wanneer de
rollen volledig droog zijn. Als u de machine
gebruikt terwijl de rollen nog niet droog
zijn, kunnen er problemen met het
invoeren van het papier optreden.
De papierdoorvoerrollen
reinigen
a Haal de stekker van de machine uit het
stopcontact.
b Trek de papierlade volledig uit de
machine.
OPMERKING
Als de machine meerdere pagina's tegelijk
begint in te voeren wanneer er nog maar
een paar vellen in de lade liggen, reinigt u
het scheidingskussen (1) met een zachte,
pluisvrije doek die met water is bevochtigd.
Gebruik na het reinigen van het kussen
een droge, zachte pluisvrije doek om al het
vocht te verwijderen.
1
c Open de klep ter verwijdering van
vastgelopen papier (1) aan de
achterzijde van de machine.
1
d Reinig de papierdoorvoerrollen (1) met
een zachte, pluisvrije doek die met water
is bevochtigd.
Draai de rollen langzaam rond zodat het
hele oppervlak gereinigd wordt.
38
Wrijf de rollen na het reinigen na met een
droge, zachte pluisvrije doek om al het
vocht te verwijderen.
1
e Sluit de klep ter verwijdering van
vastgelopen papier.
Controleer of de klep goed gesloten is.
(DCP-model)
f Druk de papierlade stevig terug in de
machine.
g Sluit het netsnoer weer aan.
Het inktvolume controleren
Hoewel op het LCD-scherm een
inktvolumepictogram wordt weergegeven,
kunt u ook via de Menu-toets een groot
diagram weergeven waarop wordt
aangegeven hoeveel inkt in elke cartridge
over is.
a Druk op Menu.
b Druk op a of b om Inkt te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Inktvolume te
selecteren.
Druk op OK.
Op het LCD-scherm wordt het
inktvolume weergegeven.
OPMERKING
Als de inktcartridge bijna aan vervanging
toe is of er een probleem mee is, wordt een
van de volgende pictogrammen
weergegeven.
De inkt is bijna op.
De inktcartridge is leeg.
Er is een probleem met de
inktcartridge.
d Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
OPMERKING
U kunt het inktniveau vanaf uw computer
controleren.
(uu Software en Netwerk
gebruikershandleiding.)
Routineonderhoud
39
A
De machine inpakken
en vervoeren
Gebruik het oorspronkelijke
verpakkingsmateriaal van de machine
wanneer u de machine vervoert. Volg de
onderstaande instructies om uw machine
correct te verpakken. Wanneer de machine
tijdens vervoer schade ondervindt, valt deze
schade mogelijk niet onder uw garantie.
De machine dient passend te worden
verzekerd voor het vervoer.
BELANGRIJK
Het is belangrijk dat u de machine na een
afdruktaak de printkop laat “parkeren”.
Luister goed naar de machine alvorens
deze los te koppelen, om te controleren of
alle mechanische geluiden zijn gestopt.
Als u de machine dit parkeerproces niet
laat voltooien, kan dit leiden tot
afdrukproblemen en schade aan de
printkop.
a Haal de stekker van de machine uit het
stopcontact.
b Plaats beide handen onder de plastic
lipjes aan beide zijden van de machine
om het scannerdeksel in de geopende
stand te zetten. Haal vervolgens de
stekker van de machine uit de
telefoonaansluiting en haal het
telefoonsnoer uit de machine.
c Koppel de interfacekabel van de
machine los, indien deze is aangesloten.
d Breng het scannerdeksel (1) omhoog
om de vergrendeling op te heffen. Duw
de steun van het scannerdeksel
voorzichtig omlaag (2) en sluit het
scannerdeksel (3) met beide handen.
3
3
1
2
VOORZICHTIG
Zorg ervoor dat uw vingers hierbij niet
bekneld raken.
e Open het deksel van de inktcartridge.
f Verwijder alle vier de inktcartridges.
Druk op de ontgrendelingshendel boven
elke cartridge om deze te ontgrendelen.
(uu Basis gebruikershandleiding: De
inktcartridges vervangen.)
40
g Breng de oranje bescherming aan en
sluit het kapje van de cartridge.
BELANGRIJK
Zorg ervoor dat het plastic lipje aan de
linkerzijde van de oranje bescherming (1)
stevig op zijn plaats klikt (2).
1
2
Als u de oranje bescherming niet kunt
vinden, vervoert u de machine zonder dit
onderdeel. Installeer in plaats daarvan
NIET de inktcartridges.
h Verpak de machine in de plastic zak.
i Verpak de machine en de gedrukte
materialen met het originele
verpakkingsmateriaal in de originele
doos, zoals in de afbeelding getoond.
Stop de verbruikte inktcartridges niet in
de doos.
j Sluit de doos en maak deze dicht met
verpakkingstape.
Verklarende woordenlijst
B
Dit is een uitvoerige lijst van functies en termen die voorkomen in Brotherhandleidingen.
Beschikbaarheid van deze functies is afhankelijk van het model dat u heeft aangeschaft.
41
B
ADF (automatische documentinvoer)
Het document kan in de ADF worden
geplaatst en automatisch met één pagina
tegelijk worden gescand.
Adresboek
De lijst met namen en nummers die u hebt
opgeslagen voor snelkiezen.
ANTW.APP. (antwoordapparaat)
U kunt een extern antwoordapparaat op
de machine aansluiten.
Automatisch een fax verzenden
Een fax verzenden zonder de hoorn van
een externe telefoon op te nemen.
Automatisch opnieuw kiezen
Een functie waarmee de machine het
laatste faxnummer na vijf minuten
opnieuw kan kiezen als de fax niet kon
worden verzonden omdat de lijn bezet
was.
Autoreductie
Hiermee wordt een inkomend faxbericht
verkleind afgedrukt.
Belvertraging
Het aantal keren dat het belsignaal
overgaat voordat de machine reageert in
de modi Alleen Fax (Alleen fax)
en Fax/Telefoon.
Belvolume
Instelling van het volume voor het
belsignaal van de machine.
Code voor activeren op afstand
Toets deze code (l 5 1) in wanneer u een
faxoproep aanneemt op een extern of
tweede toestel.
Code voor deactiveren op afstand
(alleen modus Fax/Tel)
Als de machine een telefoongesprek
aanneemt, wordt het snelle dubbele
belsignaal gebruikt. U kunt de oproep op
een tweede toestel aannemen door deze
code (# 5 1) in te toetsen.
Coderingsmethode
Methode voor het coderen van de
informatie in een document. Alle
faxmachines dienen ten minste de
standaard Modified Huffman (MH) te
gebruiken. De machine is uitgerust met
betere compressiemethoden, Modified
Read (MR) en Modified Modified Read
(MMR) en JPEG, die werken als de
ontvangende machine over deze
mogelijkheden beschikt.
Communicatiefout (Comm. Fout)
Een fout tijdens het verzenden of
ontvangen van een faxbericht, meestal
veroorzaakt door ruis of statische
elektriciteit op de lijn.
Compatibiliteitsgroep
De mogelijkheid van een faxapparaat om
met een ander faxapparaat te
communiceren. Tussen ITU-T-groepen is
compatibiliteit verzekerd.
Contrast
Instelling om te compenseren voor
donkere of lichte documenten. Faxen of
kopieën van donkere documenten worden
lichter en omgekeerd.
Dichtheid
Wijziging van de dichtheid maakt de
gehele afbeelding lichter of donkerder.
Direct verzenden
Als het geheugen vol is, kunt u faxen
onmiddellijk verzenden.
42
ECM-modus (Foutencorrectiemodus)
Met deze functie worden fouten tijdens
een faxtransmissie gedetecteerd en
worden de faxpagina's met fouten
opnieuw verzonden.
Extern toestel
Een antwoordapparaat of telefoon die is
aangesloten op de machine.
F/T-beltijd
Het aantal keren dat de dubbele bel van
de machine overgaat om u te
waarschuwen dat u een telefoongesprek
moet aannemen (als de machine in de
modus Fax/Tel de telefoon automatisch
heeft beantwoord).
Fax Waarnemen
Hiermee reageert de machine toch op
faxtonen als u de telefoon aanneemt en
het een faxoproep blijkt te zijn.
Fax/Telefoon
In deze modus kunt u faxoproepen en
telefoongesprekken ontvangen. Gebruik
deze modus niet als een
antwoordapparaat is aangesloten.
Faxjournaal
In het journaal staat informatie over de
laatste 200 faxberichten die zijn
ontvangen en verzonden. TX betekent
verzonden. RX betekent ontvangen.
Faxtonen
De speciale tonen (geluidssignalen) die
een faxmachine tijdens automatische
transmissie uitzendt om de ontvangende
machine te laten weten dat het een
faxtransmissie betreft.
Faxtonen
De tonen die tijdens faxtransmissies door
de faxmachines worden uitgezonden.
Fijne resolutie
Resolutie is 203 × 196 dpi. Deze wordt
gebruikt voor faxberichten met kleine
lettertypen en afbeeldingen.
Fotoresolutie (alleen zwart-wit)
Een instelling van de resolutie die
verschillende grijstinten gebruikt, zodat
foto's optimaal worden gereproduceerd.
Gebruikersinstellingen
Een afgedrukt rapport waarin de huidige
instellingen van de machine worden
weergegeven.
Geheugenontvangst
Faxen worden in het geheugen van de
machine opgeslagen als het papier van de
machine op is.
Grijstinten
De grijstinten die voor het kopiëren,
scannen en faxen van foto's worden
gebruikt.
Groepsnummer
Een combinatie van snelkiesnummers die
onder een snelkieslocatie is opgeslagen
om als groep rond te sturen.
Handmatig faxen verzenden
Als u de hoorn van het externe toestel
opneemt, kunt u luisteren of het
ontvangende faxapparaat antwoordt
voordat u op Mono Start of
Kleur Start (Colour Start) drukt om met
verzenden te beginnen.
Helderheid
Wijziging van de helderheid maakt de
gehele afbeelding lichter of donkerder.
Innobella™
Innobella™ is een assortiment
verbruiksartikelen van Brother. Voor
resultaten van de hoogste kwaliteit
adviseert Brother het gebruik van
Innobella™-inkt en -papier.
Instellingstabellen
Beknopte instructies voor alle instellingen
en opties die beschikbaar zijn voor het
instellen van de machine.
Internationale modus
In deze modus worden de faxtonen tijdelijk
gewijzigd, zodat ruis en statische
elektriciteit op de lijn onderdrukt worden.
Verklarende woordenlijst
43
B
Journaaltijd
De voorgeprogrammeerde regelmaat
waarmee het faxjournaal automatisch
wordt afgedrukt. U kunt het faxjournaal
desgewenst ook op elk ander tijdstip
afdrukken (zonder deze instelling op te
heffen).
Kleurverbetering
Hiermee wordt de kleur in de afbeelding
aangepast. De afdrukkwaliteit wordt
verhoogd door de scherpte, witbalans en
kleurdichtheid te verbeteren.
LCD (Liquid Crystal Display)
Het display op de machine waarop tijdens
het programmeren interactieve meldingen
worden weergegeven en wanneer de
machine inactief is de datum en tijd
worden weergegeven.
Menumodus
Programmeermodus voor het wijzigen van
de instellingen van de machine.
Nummerweergave (Beller ID)
Een dienst van het telefoonbedrijf
waarmee u het nummer (of de naam) van
de beller kunt zien.
OCR (Optical Character Recognition ofwel
optische tekenherkenning)
De softwaretoepassing Nuance™
PaperPort™ 12SE of Presto!
PageManager zet een afbeelding van
tekst om in tekst die u kunt bewerken.
Pauze
Hiermee kunt u een pauze van
3,5 seconden in de kiesreeks inlassen
terwijl u met de kiestoetsen kiest of terwijl
u snelkiesnummers opslaat. Druk zo vaak
als nodig is op de Herkies/Pauze (Redial/
Pause)-toets op het bedieningspaneel
voor langere pauzes.
Puls (alleen Nederland)
Een kiesmethode voor een telefoonlijn
(traditionele kiesschijf).
Resolutie
Het aantal verticale en horizontale lijnen
per inch. (Zie ook: Standaardresolutie,
Fijne resolutie, Superfijne resolutie en
Fotoresolutie.)
Resterende taken
U kunt controleren welke taken nog in het
geheugen staan en deze taken
afzonderlijk annuleren.
Rondsturen
De mogelijkheid om één en hetzelfde
faxbericht naar meerdere locaties te
verzenden.
Scannen
De procedure waarmee een elektronische
afbeelding van een papieren document
naar uw computer wordt verzonden.
Snelkiezen
U kunt namen en nummers instellen voor
snelkiezen.
Standaardresolutie
203 × 98 dpi (zwart-wit). 203 × 196 dpi
(kleur). Wordt gebruikt voor tekst van
normaal formaat en biedt de snelste
transmissie.
Stations-ID
De opgeslagen informatie die boven aan
gefaxte pagina's wordt weergegeven.
Deze inforegel bevat de naam van de
afzender en het faxnummer.
Superfijne resolutie (alleen zwart-wit)
203 × 392 dpi. Ideaal voor zeer kleine
lettertypen en lijntekeningen.
Tijdelijke instellingen
Voor elke faxtransmissie en kopie kunt u
bepaalde opties selecteren die geen
invloed hebben op de
standaardinstellingen.
Toon (alleen Nederland)
Een kiesmethode die wordt gebruikt bij
toetstelefoons.
44
Transmissie
Het proces waarbij een fax vanaf de
machine via de telefoonlijn naar het
ontvangende faxapparaat wordt
verzonden.
Tweede telefoontoestel
Een telefoontoestel dat gebruikmaakt van
dezelfde telefoonlijn als de faxmachine,
maar op een aparte wandcontactdoos is
aangesloten.
Tweevoudige werking
De machine kan uitgaande faxen of
geplande taken in het geheugen scannen
terwijl deze een fax uit het geheugen
verzendt, een fax ontvangt of een
binnenkomende fax afdrukt.
Verzendrapport (XMIT-rapport)
(Verzendcontrolerapport )
Een lijst voor elke verzonden fax, waarin
de datum, de tijd en het nummer worden
vermeld.
Volume van de waarschuwingstoon
Instelling van het volume van het
geluidssignaal dat u hoort wanneer u op
een toets drukt of een vergissing maakt.
WLAN-rapport
Een afgedrukt rapport waarin het resultaat
van de WLAN-verbinding wordt
weergegeven.
Zoeken
Een elektronische lijst in numerieke of
alfabetische volgorde van opgeslagen
snelkies- en groepsnummers.
C
Index
45
C
Cijfers
2 op 1 (id) kopiëren .................................. 29
2-zijdig
kopiëren ................................................ 31
A
Adresboek
rondsturen (groepsnummers) ............... 10
groepen instellen voor rondsturen ..... 20
groepen verwijderen .......................... 22
groepen wijzigen .......................... 21, 22
met groepen ....................................... 10
rondsturen annuleren ......................... 11
Snelkiezen
instellen vanuit overzicht beller-ID ..... 20
instellen vanuit uitgaande
gesprekken ........................................ 19
Afdrukken
fax uit geheugen ................................... 14
rapport .................................................. 24
Zie de Software en Netwerk
gebruikershandleiding.
Annuleren
taken in wachtrij .................................... 12
Apple Macintosh
Zie de Software en Netwerk
gebruikershandleiding.
C
ControlCenter
Zie de Software en Netwerk
gebruikershandleiding.
D
De machine inpakken en vervoeren ........ 39
Draadloos netwerk
Zie de Installatiehandleiding, Software en
Netwerk gebruikershandleiding.
F
Fax opslaan
uit geheugen afdrukken ........................ 14
uitschakelen .......................................... 15
Fax, stand-alone
ontvangen
aan einde van gesprek ...................... 17
in geheugen ....................................... 17
op computer ....................................... 14
uit geheugen afdrukken ..................... 14
verkleinen tot papierformaat .............. 17
zonder papier ..................................... 17
verzenden ............................................... 7
aan einde van gesprek ........................ 9
contrast ................................................ 7
Direct verzenden ................................ 11
fabrieksinstellingen herstellen .............. 9
handmatig ............................................ 9
internationale modus ......................... 12
nieuwe standaardinstellingen
opslaan ................................................ 9
Resolutie .............................................. 8
Rondsturen ........................................ 10
taken in wachtrij annuleren ................ 12
vanuit het geheugen (Tweevoudige
werking) ............................................. 10
Faxen vanaf pc
Zie de Software en Netwerk
gebruikershandleiding.
G
Groepen voor rondsturen ......................... 20
H
Handmatig
verzending .............................................. 9
I
id kopiëren ............................................... 29
Inktcartridges
inktvolume controleren .......................... 38
K
Kiezen
Groepen (Rondsturen) .......................... 10
46
toegangscodes en
creditcardnummers ............................... 18
Kopiëren
2 op 1 (id) .............................................. 29
2-zijdig .................................................. 31
achtergrondkleur verwijderen ............... 31
dichtheid ............................................... 30
kwaliteit ................................................. 25
met ADF ................................................ 30
nieuwe standaardinstellingen
opslaan ................................................. 32
paginalay-out (N op 1) .......................... 27
poster .................................................... 27
sorteren ................................................. 30
vergroten/verkleinen ............................. 26
L
LCD (Liquid Crystal Display)
Lichtdimtimer .......................................... 3
taal .......................................................... 3
M
Macintosh
Zie de Software en Netwerk
gebruikershandleiding.
N
Netwerk
afdrukken
Zie de Software en Netwerk
gebruikershandleiding.
scannen
Zie de Software en Netwerk
gebruikershandleiding.
Nuance™ PaperPort™ 12SE
Zie de Software en Netwerk
gebruikershandleiding. Zie ook het menu
Help in de toepassing PaperPort™
12SE.
Nummerweergave
Overzicht beller-ID ................................ 24
O
Opslag in geheugen ................................... 1
P
Presto! PageManager
Zie de Software en Netwerk
gebruikershandleiding. Zie ook het menu
Help in de toepassing Presto!
PageManager.
Problemen oplossen
inktvolume controleren .......................... 38
R
Rapporten ................................................ 23
Adresboek ............................................. 24
afdrukken .............................................. 24
Faxjournaal ........................................... 24
Journaaltijd ........................................ 23
Gebruikersinstellingen .......................... 24
Netwerkconfiguratie .............................. 24
Overzicht beller-ID ................................ 24
Verzendrapport ............................... 23, 24
WLAN-rapport ....................................... 24
Reinigen
geleiderol .............................................. 35
papierinvoerrollen ................................. 36
Remote Setup
Zie de Software en Netwerk
gebruikershandleiding.
Resolutie
instellen voor volgende fax ..................... 8
Rondsturen .............................................. 10
groepen instellen voor .......................... 20
S
Scannen
Zie de Software en Netwerk
gebruikershandleiding.
Slaapstand ................................................. 2
Stroomstoring ............................................ 1
T
Tijdklokstand
inschakelen ............................................. 4
Toegangscodes, opslaan en kiezen ........ 18
Tweevoudige werking .............................. 10
47
C
V
Verkleinen
inkomende faxen .................................. 17
kopieën ................................................. 26
Vervoeren, machine ................................. 39
Verzendslot
in-/uitschakelen ....................................... 6
W
Windows
®
Zie de Software en Netwerk
gebruikershandleiding.
Bezoek ons op World Wide Web
http://www.brother.com/
Deze machines zijn uitsluitend goedgekeurd voor gebruik in het land van aankoop. Plaatselijke
Brother-bedrijven of hun dealers verlenen alleen service voor machines die in hun eigen land zijn
aangekocht.
www.brotherearth.com
9

Hulp nodig? Stel uw vraag in het forum

Spelregels

Misbruik melden

Gebruikershandleiding.com neemt misbruik van zijn services uitermate serieus. U kunt hieronder aangeven waarom deze vraag ongepast is. Wij controleren de vraag en zonodig wordt deze verwijderd.

Product:

Bijvoorbeeld antisemitische inhoud, racistische inhoud, of materiaal dat gewelddadige fysieke handelingen tot gevolg kan hebben.

Bijvoorbeeld een creditcardnummer, een persoonlijk identificatienummer, of een geheim adres. E-mailadressen en volledige namen worden niet als privégegevens beschouwd.

Spelregels forum

Om tot zinvolle vragen te komen hanteren wij de volgende spelregels:

Belangrijk! Als er een antwoord wordt gegeven op uw vraag, dan is het voor de gever van het antwoord nuttig om te weten als u er wel (of niet) mee geholpen bent! Wij vragen u dus ook te reageren op een antwoord.

Belangrijk! Antwoorden worden ook per e-mail naar abonnees gestuurd. Laat uw emailadres achter op deze site, zodat u op de hoogte blijft. U krijgt dan ook andere vragen en antwoorden te zien.

Abonneren

Abonneer u voor het ontvangen van emails voor uw Brother MFC-J470DW bij:


U ontvangt een email met instructies om u voor één of beide opties in te schrijven.


Ontvang uw handleiding per email

Vul uw emailadres in en ontvang de handleiding van Brother MFC-J470DW in de taal/talen: Nederlands als bijlage per email.

De handleiding is 1,41 mb groot.

 

U ontvangt de handleiding per email binnen enkele minuten. Als u geen email heeft ontvangen, dan heeft u waarschijnlijk een verkeerd emailadres ingevuld of is uw mailbox te vol. Daarnaast kan het zijn dat uw internetprovider een maximum heeft aan de grootte per email. Omdat hier een handleiding wordt meegestuurd, kan het voorkomen dat de email groter is dan toegestaan bij uw provider.

Stel vragen via chat aan uw handleiding

Stel uw vraag over deze PDF

Andere handleiding(en) van Brother MFC-J470DW

Brother MFC-J470DW Installatiehandleiding - Nederlands - 34 pagina's

Brother MFC-J470DW Gebruiksaanwijzing - Nederlands - 139 pagina's

Brother MFC-J470DW Installatiehandleiding - Deutsch - 35 pagina's

Brother MFC-J470DW Gebruiksaanwijzing - Deutsch - 54 pagina's

Brother MFC-J470DW Gebruiksaanwijzing - English - 48 pagina's

Brother MFC-J470DW Installatiehandleiding - English - 34 pagina's

Brother MFC-J470DW Gebruiksaanwijzing - English - 139 pagina's

Brother MFC-J470DW Installatiehandleiding - Français - 35 pagina's

Brother MFC-J470DW Gebruiksaanwijzing - Français - 52 pagina's

Brother MFC-J470DW Gebruiksaanwijzing - Français - 139 pagina's


Uw handleiding is per email verstuurd. Controleer uw email

Als u niet binnen een kwartier uw email met handleiding ontvangen heeft, kan het zijn dat u een verkeerd emailadres heeft ingevuld of dat uw emailprovider een maximum grootte per email heeft ingesteld die kleiner is dan de grootte van de handleiding.

Er is een email naar u verstuurd om uw inschrijving definitief te maken.

Controleer uw email en volg de aanwijzingen op om uw inschrijving definitief te maken

U heeft geen emailadres opgegeven

Als u de handleiding per email wilt ontvangen, vul dan een geldig emailadres in.

Uw vraag is op deze pagina toegevoegd

Wilt u een email ontvangen bij een antwoord en/of nieuwe vragen? Vul dan hier uw emailadres in.



Info