nl
75
ã=Waarschuwing
Het apparaat mag in geen geval worden
aangesloten op elektronische energiebe-
sparingsstekkers.
Voor onze apparaten kunnen netvoe-
dingsinverters en sinusinverters worden
gebruikt. Netvoedingsinverters worden
gebruikt bij fotovoltaïsche installaties die
rechtstreeks zijn aangesloten op het
openbare elektriciteitsnet. Bij losstaande
systemen (bijv. op schepen of in berghut-
ten) die geen rechtstreekse aansluiting
op het openbare elektriciteitsnet hebben,
moet een sinusinverter worden gebruikt.
Kennismaking met
het apparaat
De laatste bladzijde met de afbeeldingen
uitklappen. Deze gebruiksaanwijzing is
op meer dan één type van toepassing.
De uitrusting van de modellen kan
variëren.
Kleine afwijkingen in de afbeeldingen zijn
mogelijk.
Afb. 1
* Niet bij alle modellen.
Bedieningselementen
Afb. 2
1-5 Bedieningselementen
6 Verlichting (LED)
7 No Frost-systeem
8 Klep van het vriesvak
9 Glasplaat
10 IJsbereider/ijsblokjesreservoir
11 Diepvrieslade (klein)
12 Diepvrieslade (groot)
13 Schroefvoetjes
14 Koude-accu *
15 Diepvrieskalender
16 Deurontluchting
1 Toets Aan/Uit
Om het hele apparaat in en uit
te schakelen.
2 Toets „super”
Om het supervriessysteem in en
uit te schakelen.
Brandt alleen als het supervries-
systeem is ingeschakeld.
3 Temperatuurinsteltoets
Met deze toets wordt de
gewenste temperatuur ingesteld.
4 Temperatuurindicatie
Geeft de ingestelde temperatuur
van de diepvriesruimte aan.
5 Alarmtoets
Om het alarmsignaal uit te
schakelen (zie hoofdstuk „Alarm
function”).