471365
103
Verklein
Vergroot
Pagina terug
1/105
Pagina verder
Designed by ALPINE Japan
68-16909Z49-A
EN
DE
FR
ES
IT
SE
NL
RU
PL
GR
ADVANCED NAVI STATION
INA-W910R
OWNER’S MANUAL
Please read before using this equipment.
ANVÄNDARHANDLEDNING
Innan du använder utrustningen bör du läsa
igenom denna användarhandledning.
BEDIENUNGSANLEITUNG
Lesen Sie diese Bedienungsanleitung
bitte vor Gebrauch des Gerätes.
GEBRUIKERSHANDLEIDING
Lees deze aanwijzingen aandachtig alvorens
dit toestel te gebruiken.
MODE D’EMPLOI
Veuillez lire avant d’utiliser cet appareil.
РУКОВОДСТВО ПО ЭКСПЛУАТАЦИИ
Прочтите настоящее руководство перед
началом использования оборудования.
MANUAL DE OPERACIÓN
Léalo antes de utilizar este equipo.
INSTRUKCJA OBSŁUGI
Prosimy zapoznać się z tą instrukcją przed
przystąpieniem do użytkowania urządzenia.
ISTRUZIONI PER LUSO
Si prega di leggere prima di utilizzare il
attrezzatura.
ΕΓΧΕΙΡΙΔΙΟ ΧΡΗΣΤΗ
Παρακαλούμε διαβάστε το πριν
χρησιμοποιήσετε τη συσκευή.
ALPINE ELECTRONICS MARKETING, INC.
1-1-8 Nishi Gotanda,
Shinagawa-ku,
Tokyo 141-0031, Japan
Phone 03-5496-8231
ALPINE ELECTRONICS OF AMERICA, INC.
19145 Gramercy Place, Torrance,
California 90501, U.S.A.
Phone 1-800-ALPINE-1 (1-800-257-4631)
1-888-NAV-HELP (1-888-628-4357)
ALPINE ELECTRONICS OF CANADA, INC.
777 Supertest Road, Toronto,
Ontario M3J 2M9, Canada
Phone 1-800-ALPINE-1 (1-800-257-4631)
1-888-NAV-HELP (1-888-628-4357)
ALPINE ELECTRONICS OF AUSTRALIA PTY. LTD.
161-165 Princes Highway, Hallam
Victoria 3803, Australia
Phone 03-8787-1200
ALPINE ELECTRONICS GmbH
Wilhelm-Wagenfeld-Str. 1-3, 80807 München, Germany
Phone 089-32 42 640
ALPINE ELECTRONICS OF U.K. LTD.
Alpine House
Fletchamstead Highway, Coventry CV4 9TW, U.K.
Phone 0870-33 33 763
ALPINE ELECTRONICS FRANCE S.A.R.L.
(RCS PONTOISE B 338 101 280)
98, Rue de la Belle Etoile, Z.I. Paris Nord Il,
B.P. 50016, 95945 Roissy Charles de Gaulle
Cedex, France
Phone 01-48638989
ALPINE ITALIA S.p.A.
Viale C. Colombo 8, 20090 Trezzano
Sul Naviglio (MI), Italy
Phone 02-484781
ALPINE ELECTRONICS DE ESPAÑA, S.A.
Portal de Gamarra 36, Pabellón, 32
01013 Vitoria (Alava)-APDO 133, Spain
Phone 945-283588
ALPINE ELECTRONICS (BENELUX) GmbH
Leuvensesteenweg 510-B6,
1930 Zaventem, Belgium
Phone 02-725-13 15
R
R
FOR CAR USE ONLY/NUR FÜR AUTOMOBIL GEBRAUCH/POUR APPLICATION AUTOMOBILE UNIQUEMENT/PARA USO EN
AUTOMÓVILES/SOLO PER L’UTILIZZO IN AUTOMOBILE/ENDAST FÖR BILBRUK/ALLEEN VOOR GEBRUIK IN DE AUTO/
ТОЛЬКО
ДЛЯ ИСПОЛЬЗОВАНИЯ В АВТОМОБИЛЯХ
/
DO UŻYCIA TYLKO W SAMOCHODZIE
/
ΓΙΑ ΧΡΗΣΗ ΜΟΝΟ ΣΕ ΑΥΤΟΚΙΝΗΤΟ
3-NL
NEDERLANDS
Inhoud
Gebruiksaanwijzing
VOORZORGS-MAATREGELEN
BELANGRIJKE INFORMATIE. LEES DE
ONDERSTAANDE INFORMATIE
AANDACHTIG VOORDAT U DIT
PRODUCT GEBRUIKT. .............................. 7
LICENTIEOVEREENKOMST VOOR
EINDGEBRUIKERS (Microsoft) ................ 7
LICENTIEOVEREENKOMST VOOR
EINDGEBRUIKERS (NAVTEQ) ................ 9
WAARSCHUWING
Aandachtspunten voor veilig gebruik ............. 10
WAARSCHUWING ................................. 10
WAARSCHUWING ................................. 10
OPGELET ............................................... 11
VOORZORGSMAATREGELEN ............. 12
Discs die op dit apparaat kunnen
worden afgespeeld ............................. 13
Aan de slag
Accessoirelijst ................................................ 17
Uitlijning van bedieningselementen ............... 17
Het toestel in- of uitschakelen ........................ 18
Een schijf plaatsen/uitwerpen ........................ 18
De SD-geheugenkaart plaatsen/
verwijderen ................................................. 18
De hoek aanpassen om de monitor
te bekijken ................................................... 18
Het volume wijzigen ...................................... 19
Snel het volume verlagen ............................... 19
Het scherm bekijken ....................................... 19
TOUCH PANEL-bediening
(aanraakbediening) .................................. 19
De bron terug oproepen .............................. 19
De numerieke toetsen weergeven ............... 20
Radio
Naar de radio luisteren ....................................20
Zenders manueel instellen ..............................21
Zenders automatisch instellen .........................21
Afstemmen op vooraf ingestelde zenders .......21
RDS-functie
AF (alternatieve frequenties) in- of
uitschakelen .................................................21
Verkeersinformatie ontvangen ........................22
PTY (programmatype)-afstemming ................22
Verkeersinformatie ontvangen tijdens
het spelen van een cd of de radio .................22
Nieuwsprioriteit ..............................................22
Radiotekst weergeven .....................................22
CD/MP3/WMA/AAC
Afspelen ..........................................................23
Repeat .............................................................23
M.I.X. (willekeurig afspelen) ..........................24
Mappen selecteren
(voor MP3/WMA/AAC) ..............................24
Over MP3/WMA/AAC ...................................24
DVD/Video CD
Een disc afspelen ...........................................26
Het dvd-modusscherm weergeven ..............26
Als een menuscherm verschijnt ...................27
Het bovenste menuscherm weergeven ........28
Het menuscherm weergeven .......................28
Het scherm menubedieningsmodus
weergeven ................................................28
Afspelen stoppen (Pre Stop) ..........................28
Weergave stoppen ..........................................28
Snel vooruitspoelen/snel terugspoelen ...........29
Het begin zoeken van hoofdstukken/
nummers/bestanden ....................................29
Stilstaande frames weergeven (pauzeren) ......29
Frame-per-frame vooruit/achteruit
weergeven ...................................................29
Vertraagde weergave ......................................29
Mappen selecteren .........................................29
Weergave herhalen .........................................30
Zoeken op titel/groep/mapnummer ................30
4-NL
Rechtstreeks zoeken op nummer van hoofdstuk,
track of bestand .......................................... 31
De hoek wijzigen ........................................... 31
Scrollen om een pagina verder of
terug te bladeren ......................................... 31
Audiosporen overschakelen ........................... 31
Tussen ondertitels schakelen
(taal ondertitels) ......................................... 32
Het disc-menu overschakelen ........................ 32
Over DivX ...................................................... 32
Andere nuttige functies
De geluidsweergave aanpassen ....................... 33
Instellingen in het geheugen opslaan .............. 36
Het preselectiegeheugen oproepen ................. 36
Zoekfunctie ..................................................... 36
De weergavemodi verwisselen ....................... 37
Instelling
Dvd-instelling
Dvd-instelling uitvoeren ................................. 38
De taalinstelling wijzigen ............................ 38
De menutaal instellen .................................. 38
De audiotaal instellen .................................. 39
De taal voor ondertitels instellen ................. 39
De ingestelde landcode wijzigen ................. 39
Het classificatieniveau instellen
(Parental Lock) ........................................ 39
De instelling van digitale
uitvoer wijzigen ....................................... 39
De Downmix-modus instellen ..................... 41
Het tv-scherm instellen ............................... 41
De bonuscode instellen .............................. 41
De weergavemodus
DVD-Audio instellen .............................. 41
MP3/WMA/AAC-gegevens weergeven
(File Play Mode) ...................................... 41
De weergavegegevens van het
gecomprimeerde bestand instellen ........... 42
DivX-discinformatie weergeven ................ 42
De Video CD-weergavemodus
instellen .................................................... 42
Broninstelling
Broninstelling uitvoeren ................................. 42
Radio-instelling ........................................... 43
USB-zoekfunctie ......................................... 43
Scherminstelling
Scherminstelling ............................................. 44
Visual EQ (visuele EQ)-instelling
bepalen ..................................................... 44
De helderheid van de achtergrondverlichting
instellen .................................................... 45
Het minimumniveau van
achtergrondverlichting wijzigen .............. 45
De functiegidsweergave in-/uitschakelen
(ON/OFF) ................................................ 45
De achtergrondkleur van het lettertype
wijzigen ................................................... 45
Het aanraakpaneel aanpassen ...................... 45
Scherm aan en uit ........................................ 45
Algemene instelling
Algemene instelling ........................................ 46
De tijd weergeven ....................................... 46
Demonstratiefunctie .................................... 46
Functie geluidsgids (Beep) ......................... 46
Scroll instellen ............................................ 46
Het lettertype wijzigen ................................ 46
De dimmer van knopverlichting's nachts
aanpassen ................................................. 46
Beveiligingscode instellen .......................... 47
Systeeminstelling
Systeeminstelling ........................................... 47
De functie van de afstandsbedieningssensor
overschakelen .......................................... 47
De invoer van de camera instellen .............. 48
De AUX-modus instellen ............................ 48
De uitvoer van beeld instellen ..................... 49
De BLUETOOTH-verbinding instellen
(BLUETOOTH IN) ................................. 49
De digitale uitvoer instellen ........................ 49
Het type snelheidssignaal instellen ............. 49
Het entertainmentsysteem voor achteraan
instellen .................................................... 49
5-NL
IMPRINT-functie (optioneel)
De MultEQ-modus wijzigen .......................... 50
Geluidsinstelling aanpassen in de manuele
modus .......................................................... 50
Het MX-niveau instellen
(Media Xpander) ..................................... 50
De crossover-instellingen aanpassen
(X-Over) .................................................. 51
De tijdcorrectie aanpassen .......................... 52
De eenheid voor tijdcorrectie instellen
(T.Corr Parameter) ................................... 52
Aanpassingen aan grafische equalizer
(G-EQ) ..................................................... 52
De parametrische equalizer-curve
aanpassen (P-EQ) .................................... 52
Voorgeprogrammeerde
equalizer-instellingen (F-EQ) .................. 53
De responscurve voor de hogetonenluidspreker
instellen (TW Setup) ............................... 53
Instellingen in het geheugen opslaan ............. 53
Het preselectiegeheugen oproepen ................. 53
Over tijdcorrectie ............................................ 54
Over de crossover ........................................... 55
Externe audioprocessor gebruiken
(optioneel)
Aanpassingsprocedure voor
Dolby Surround ........................................... 56
De externe audioprocessor instellen ............... 56
MX-modus van de externe audioprocessor
instellen ................................................... 57
Geluidsregeling voor lage tonen
instellen ................................................... 57
De modus Pro Logic II gebruiken ............... 57
X-OVER-aanpassing ................................... 58
Tijdcorrectie handmatig uitvoeren
(Time Correction) .................................... 58
Fase wisselen .............................................. 59
Aanpassingen aan grafische equalizer ........ 59
Aanpassing van de parametrische
equalizer .................................................. 59
De luidsprekers instellen ............................. 59
Instelling van Dolby Digital ........................ 60
Luidsprekerinstelling .................................. 60
Het dvd-niveau aanpassen ........................... 61
Lineaire PCM-instelling ............................. 61
Instellingen in het geheugen opslaan ............. 61
Het preselectiegeheugen oproepen ................. 61
Handsfree bellen met BT
Instelling voor gebruik ....................................61
Over BLUETOOTH ....................................61
Voor u de handenvrije functie gebruikt .......61
Een apparaat verbinden dat BLUETOOTH
ondersteunt (Koppelen) ............................61
BLUETOOTH-instelling ................................62
BLUETOOTH-instelling .............................62
Handenvrije bediening van de telefoon ...........64
Over de handenvrije telefoon .......................64
Een oproep beantwoorden ...............................64
De telefoon inhaken ........................................64
Het volume aanpassen wanneer u een oproep
ontvangt .......................................................64
Nummerherhaling ...........................................64
Oproepen overschakelen .................................64
Oproepgeschiedenis ........................................65
Een nummer herhalen uit de lijst met
uitgaande oproepen ..................................65
Een nummer uit de ontvangen
oproepgeschiedenis bellen .......................65
Een nummer bellen uit de gemiste
oproepgeschiedenis ..................................65
Een nummer uit het telefoonboek bellen
(Phone Book) ...........................................65
Spraakbediening gebruiken .........................66
Een nummer bellen via rechtstreekse
nummerinvoer ..........................................66
Letterzoekfunctie voor het telefoonboek ........66
Functie voor tweede inkomende oproep .........67
Een nummer in het telefoonboek
voorprogrammeren (Sneltoets) ....................67
Het preselectienummer vormen ......................67
Camera gebruiken (optioneel)
Bediening van de camera voor
vooraanzicht .................................................68
De beelden van het vooraanzicht
handmatig weergeven ...............................68
Achteruitrijcamera gebruiken .........................68
De beelden van de achteruitrijcamera
handmatig weergeven ...............................68
De beelden van de achteruitrijcamera
weergeven als de auto in de
achteruitversnelling staat ..........................68
Het alarmvolume aanpassen
(enkel HCE-C300R) .................................69
De detectiegevoeligheid aanpassen
(enkel HCE-C300R) .................................69
6-NL
Video op SD-geheugen
Naar het scherm voor video op een
SD-geheugen schakelen .............................. 70
Bijkomend apparaat (optioneel)
Bijkomende apparaten bedienen
(optioneel) ................................................... 70
TUE-T200DVB-bediening (optioneel)
De TUE-T200DVB bedienen (optioneel) ....... 71
Wisselaar (optioneel)
Een cd-wisselaar bedienen (optioneel) ........... 71
Meerdere wisselaars selecteren
(optioneel) ................................................... 72
USB-geheugen/draagbare
muziekspeler (optioneel)
BANK-functie
(alleen de zoekmodus op tag) ...................... 72
Afspelen .......................................................... 73
Repeat ............................................................. 73
Willekeurig afspelen (M.I.X.) ......................... 74
Een gewenst nummer zoeken ......................... 74
Zoeken op tag-informatie ............................ 74
Zoeken op artiestennaam ............................. 74
Zoeken via Verkennermodus
(op bestandsnaam)
(alleen USB-geheugen) ............................ 74
Functie om letters over te slaan
(alleen de zoekmodus op tag) ...................... 75
Afspeellijst/Artiest/Album/Genre/
Componist selecteren
(Alleen zoekmodus op tag.) ........................ 75
De gewenste map selecteren
(map omhoog/omlaag) ................................ 75
Een afspeellijst aanmaken op basis van de
informatie over artiest/album van het huidige
nummer (alleen zoekmodus op tag) ............ 75
Over het MP3/WMA/AAC-bestand in
USB-geheugen ............................................ 76
iPod/iPhone (optioneel)
Een iPod/iPhone aansluiten ............................ 76
De bediening van de iPod instellen ................ 77
Afspelen ......................................................... 77
Een gewenst nummer zoeken ......................... 77
Zoeken op artiestennaam ............................ 77
Direct Search-functie ...................................... 78
Functie om letters over te slaan ...................... 78
Afspeellijst/Artiest/Album/Genre/Componist/
Aflevering/Categorie selecteren .................. 79
Willekeurig afspelen (M.I.X.) ........................ 79
Repeat ............................................................. 79
Afstandsbediening
Bedieningselementen op
afstandsbediening ........................................ 80
Bij het gebruik van de afstandsbediening ....... 81
De batterij vervangen ..................................... 82
Informatie
Over DVD'S .................................................... 82
Terminologie .................................................. 83
Lijst van taalcodes .......................................... 84
Lijst van landcodes ......................................... 85
Problemen oplossen ........................................ 87
Specificaties .................................................... 91
Installatie en verbindingen
Waarschuwing ....................................... 93
Opgelet ................................................... 93
Voorzorgsmaatregelen ......................... 93
Installatie ........................................................ 94
Kalibreren indien aangesloten op de
HCE-C300R ................................................ 97
Aansluitingen ................................................. 98
Systeemvoorbeeld ........................................ 101
7-NL
Gebruiksaanwijzing
BELANGRIJKE INFORMATIE. LEES DE
ONDERSTAANDE INFORMATIE AANDACHTIG
VOORDAT U DIT PRODUCT GEBRUIKT.
Dit product is bedoeld om u op veilige wijze "turn-by-turn"-
instructies te geven zodat u op de gewenste bestemming komt.
Lees de volgende voorzorgsmaatregelen aandachtig om ervoor
te zorgen dat u dit navigatiesysteem correct gebruikt.
Dit product vervangt uw eigen oordeelsvermogen niet. De
routesuggesties van dit navigatiesysteem mogen nooit voorrang
krijgen op plaatselijke verkeersregels of uw eigen
oordeelsvermogen en/of kennis van veilig rijgedrag. Volg geen
routesuggesties als het navigatiesysteem u aangeeft een onveilig
of onwettig manoeuvre uit te voeren, u in een onveilige situatie
plaatst of u in een gebied leidt dat u onveilig acht.
Werp alleen een blik op het scherm als het nodig en veilig is. Als
het nodig is om langere tijd naar het scherm te kijken, dient u te
stoppen op een veilige en reglementaire manier en plaats.
Voer geen bestemmingen in, wijzig geen instellingen of gebruik
geen functies waarvoor u langere tijd naar het scherm moet kijken
terwijl u aan het rijden bent. Stop op een veilige en reglementaire
manier en plaats voordat u het systeem probeert te gebruiken.
Als u het navigatiesysteem gebruikt om hulpdiensten te bereiken,
contacteer dan de diensten in kwestie om de beschikbaarheid te
verifiëren voordat u ernaartoe rijdt. Niet alle locaties waarop
zich hulpdiensten bevinden, zoals politiebureaus en
brandweerkazernes, ziekenhuizen en klinieken, zijn in de
databank opgenomen. Vertrouw in dergelijke situaties op uw
eigen oordeelsvermogen en vraag indien nodig aanwijzingen.
De kaartdatabank die zich op het opslagmedium (SD-geheugenkaart)
bevindt, bevat de meest recente kaartgegevens die beschikbaar waren
op het moment van productie. Door veranderingen in straten en
buurten kunnen er situaties zijn waarin het navigatiesysteem niet in
staat is u naar de gewenste locatie te brengen. Vertrouw in dergelijke
gevallen op uw eigen oordeelsvermogen.
De kaartdatabank is ontworpen om u routesuggesties te geven,
maar houdt geen rekening met de relatieve veiligheid van een
voorgestelde route of met factoren die invloed kunnen hebben op
de tijd die nodig is om uw bestemming te bereiken. Het systeem
geeft geen dingen weer als afgesloten wegen of wegenwerken,
wegenkenmerken (bv. soort wegdek, hellingsgraad, gewichts- of
hoogtebeperkingen, enz.), opstoppingen, weersomstandigheden
of andere factoren die een invloed kunnen hebben op de
veiligheid of timing van uw rijervaring. Vertrouw op uw eigen
oordeelsvermogen als het navigatiesysteem niet in staat is u een
alternatieve route voor te stellen.
Er kunnen situaties voorkomen waarin het navigatiesysteem de
locatie van het voertuig foutief weergeeft. Doe in dergelijke
gevallen een beroep op uw eigen oordeelsvermogen en houd
daarbij rekening met de omstandigheden waarin u rijdt. Het is
zo dat het navigatiesysteem normaal automatisch de positie van
het voertuig zal corrigeren; er kunnen echter situaties zijn
waarin u de positie zelf moet corrigeren. Als dat het geval is,
dient u op een veilige en reglementaire manier en plaats te
stoppen voordat u de handeling uitvoert.
Zorg dat het volumeniveau van het toestel ingesteld is op een
niveau waarbij u nog steeds het verkeer buiten uw voertuig en
voertuigen van de nooddiensten kunt horen. Rijden zonder dat u
geluiden van buitenaf kunt horen, kan tot ongevallen leiden.
Zorg ervoor dat alle personen die van plan zijn dit
navigatiesysteem te gebruiken deze voorzorgsmaatregelen en de
volgende instructies grondig lezen.
Als u niet zeker bent van iets in de handleiding
aangaande de bediening van het navigatiesysteem,
gelieve dan voordat u het navigatiesysteem gebruikt
contact op te nemen met een bevoegde verdeler van
Alpine-navigatiesystemen in uw buurt.
LICENTIEOVEREENKOMST VOOR
EINDGEBRUIKERS (Microsoft)
U hebt een apparaat gekocht ("APPARAAT") dat software bevat
waarvoor Alpine Electronics, Inc. ("ALPINE") een licentie
verkregen heeft van een afdeling van Microsoft Corporation
("MS"). Die geïnstalleerde softwareproducten die afkomstig zijn
van MS en ook de media die daarmee verband houden,
gedrukte materialen, online of elektronische documentatie
("SOFTWARE") worden beschermd door internationale
wetgeving en verdragen met betrekking tot en intellectuele
eigendom. De SOFTWARE is in gebruik onder licentie en is niet
verkocht. Alle rechten voorbehouden.
ALS U NIET AKKOORD GAAT MET DEZE LICENTIEOVEREENKOMST
VOOR EINDGEBRUIKERS ("EULA" - End User License Agreement),
DIENT U DIT APPARAAT NIET TE GEBRUIKEN OF DE SOFTWARE
NIET TE KOPIEREN MAAR SNEL ALPINE TE CONTACTEREN VOOR
INSTRUCTIES INZAKE HET RETOURNEREN VAN HET
ONGEBRUIKTE APPARAAT (OF DE ONGEBRUIKTE APPARATEN) IN
RUIL VOOR TERUGBETALING. IEDER GEBRUIK VAN DE
SOFTWARE, MET INBEGRIP VAN, MAAR NIET BEPERKT TOT HET
GEBRUIK OP HET APPARAAT, ZAL WORDEN AANZIEN ALS UW
INSTEMMING MET DEZE EULA (OF ALS DE BEKRACHTIGING VAN
EERDERE INSTEMMING).
VERLENEN VAN DE SOFTWARELICENTIE.
Deze EULA verleent u de volgende licentie: u mag de
SOFTWARE uitsluitend op het APPARAAT gebruiken.
NIET FOUTTOLERANT.
DE SOFTWARE IS NIET FOUTTOLERANT. ALPINE HEEFT
ONAFHANKELIJK BEPAALD HOE DE SOFTWARE MOET
WORDEN GEBRUIKT IN HET APPARAAT EN MS HEEFT EROP
VERTROUWD DAT ALPINE VOLDOENDE TESTS HEEFT
UITGEVOERD OM TE BEPALEN DAT DE SOFTWARE GESCHIKT
IS VOOR EEN DERGELIJK GEBRUIK.
GEEN GARANTIES VOOR DE SOFTWARE.
DE SOFTWARE wordt geleverd "IN DE HUIDIGE STAAT" en met alle
eventuele gebreken. U DRAAGT HET VOLLEDIGE RISICO
AANGAANDE TOEREIKENDE KWALITEIT, WERKING,
NAUWKEURIGHEID EN PRESTATIES (INCLUSIEF ONTBREKEN VAN
NALATIGHEID). ER IS BOVENDIEN GEEN GARANTIE TEGEN
INBREUK OP OF BELEMMERING VAN UW GENOT VAN DE
SOFTWARE. ALS U GARANTIES GEKREGEN HEBT MET
BETREKKING TOT HET APPARAAT OF DE SOFTWARE, DAN ZIJN DIE
GARANTIES NIET AFKOMSTIG VAN EN NIET BINDEND VOOR MS.
VOORZORGS-
MAATREGELEN
8-NL
GEEN AANSPRAKELIJKHEID VOOR BEPAALDE
SCHADE.
TENZIJ IN DE GEVALLEN WAAR DIT WETTELIJK VERBODEN
IS, IS MS NIET AANSPRAKELIJK VOOR MOGELIJKE
INDIRECTE SCHADE, BIJZONDERE SCHADE,
GEVOLGSCHADE OF DE SOFTWARE. DEZE BEPERKING IS
OOK VAN TOEPASSING WANNEER EEN HERSTELMIDDEL
ONTOEREIKEND BLIJKT TE ZIJN. MS KAN IN GEEN GEVAL
AANSPRAKELIJK ZIJN VOOR EEN BEDRAG DAT GROTER IS
DAN TWEEHONDERDVIJFTIG AMERIKAANSE DOLLAR
(U.S.
$250,00).
BEPERKINGEN OP REVERSE ENGINEERING,
DECOMPILATIE EN DEMONTAGE
U mag geen reverse engineering, decompilatie of demontage
uitvoeren op de software, behalve indien en slechts voor zover
een dergelijke activiteit uitdrukkelijk is toegestaan op grond van
het toepasselijk recht.
AANVULLENDE SOFTWARE/DIENSTEN.
De SOFTWARE kan ALPINE, MS, Microsoft Corporation of hun
partners de toelating verlenen om updates, supplementen,
uitbreidingsonderdelen of serviceonderdelen op internet voor de
SOFTWARE aan u te leveren of voor u beschikbaar te stellen na
de datum dat u uw oorspronkelijke kopie van de SOFTWARE
bekomt ("Aanvullende componenten").
Als ALPINE Aanvullende Onderdelen levert of voor u ter
beschikking stelt, en er zijn geen andere bepalingen
voorzien bij de Aanvullende Onderdelen, dan gelden de
bepalingen van deze EULA.
Als MS, Microsoft Corporation of hun partners
Aanvullende Onderdelen ter beschikking stellen en er zijn
geen andere EULA-bepalingen voorzien, dan gelden de
bepalingen van deze EULA, behalve dat MS, Microsoft
Corporation of de verwante entiteit die het Aanvullende
Onderdeel (de Aanvullende Onderdelen) levert,
licentiegever is van het Aanvullende Onderdeel (de
Aanvullende Onderdelen).
ALPINE, MS, Microsoft Corporation en hun partners
behouden zich het recht voor om services op internet stop
te zetten die aan u worden geleverd of ter beschikking
gesteld via het gebruik van de SOFTWARE.
HERSTELMEDIUM.
Als er voor ALPINE SOFTWARE voorzien is op een afzonderlijk
medium waarop "Herstelmedium" te lezen is, dan mag u het
Herstelmedium uitsluitend gebruiken voor het herstellen of
opnieuw installeren van de SOFTWARE die aanvankelijk op het
APPARAAT was geïnstalleerd.
UPGRADES.
Als de SOFTWARE door ALPINE los van het apparaat geleverd
wordt op afzonderlijke media of via download vanaf het web en
aangeduid is met "Alleen voor upgraden", dan mag u één (1)
kopie van die SOFTWARE installeren op het APPARAAT als
vervangkopie voor de bestaande SOFTWARE en deze gebruiken
in overeenstemming met deze EULA , met inbegrip van
mogelijke bijkomende EULA-bepalingen die de upgrade-
SOFTWARE vergezellen.
OPZEGGING.
ALPINE of MS kan deze EULA zonder afstand van enige andere
rechten opzeggen als u de bepalingen en voorwaarden van
deze EULA niet naleeft. In dat geval moet u alle kopieën van de
SOFTWARE en van alle onderdelen vernietigen.
INTELLECTUELE EIGENDOMSRECHTEN.
Alle titelrechten en intellectuele eigendomsrechten in en met
betrekking tot de SOFTWARE (met inbegrip van, maar niet
beperkt tot afbeeldingen, foto's, animaties, video, audio, muziek,
tekst en "applets" die in de SOFTWARE zijn verwerkt), de
bijgevoegde gedrukte materialen en alle kopieën van de
SOFTWARE zijn eigendom van MS, Microsoft Corporation, hun
partners of leveranciers. De SOFTWARE is in gebruik onder
licentie en is niet verkocht.
U mag de gedrukte materialen die bij de SOFTWARE horen niet
kopiëren. Alle titelrechten en intellectuele eigendomsrechten in
en met betrekking tot de inhoud waartoe u toegang krijgt door
gebruik van de SOFTWARE zijn eigendom van de respectieve
eigenaar van de inhoud en kan beschermd zijn door de
toepasselijke copyrightwetten en intellectuele eigendomswetten
en -verdragen. Deze EULA kent u niet het recht toe om
dergelijke inhoud te gebruiken. Alle rechten die niet specifiek
worden toegekend onder deze EULA zijn voorbehouden aan
MS, Microsoft Corporation, hun partners en leveranciers. Het
gebruik van mogelijke online-services waartoe u toegang krijgt
via de SOFTWARE kan geregeld zijn door de respectieve
gebruiksbepalingen aangaande dergelijke diensten. Als deze
SOFTWARE documentatie bevat die uitsluitend in elektronische
vorm wordt geleverd, mag u één kopie afdrukken van dergelijke
elektronische documentatie.
HANDELSMERKEN.
Deze EULA verleent u geen rechten met betrekking tot andere
handelsmerken of servicemerken van ALPINE, MS, Microsoft
Corporation, hun partners of leveranciers.
PRODUCTONDERSTEUNING.
MS, het moederbedrijf Microsoft Corporation of hun partners of
dochterondernemingen bieden geen productondersteuning
voor de SOFTWARE. Gelieve voor productondersteuning het
ondersteuningsnummer van ALPINE te raadplegen dat u in de
documentatie bij het APPARAAT aantreft. Indien u vragen heeft
met betrekking tot deze EULA of indien u ALPINE om een
andere reden wenst te contacteren, gelieve dan het adres te
gebruiken dat u in de documentatie bij het APPARAAT aantreft.
SOFTWAREOVERDRACHT TOEGESTAAN MAAR
MET BEPERKINGEN.
U kunt de rechten onder deze EULA alleen permanent
overdragen als onderdeel van een permanente verkoop of
overdracht van het Apparaat en als de ontvanger instemt met
deze EULA. Als de SOFTWARE een upgrade is, moet een
overdracht ook alle vorige versies van de SOFTWARE bevatten.
EXPORTBEPERKING.
U erkent dat de SOFTWARE afkomstig is uit de Verenigde Staten.
U stemt in met het naleven van alle toepasselijke internationale
en nationale wetten die betrekking hebben op de SOFTWARE,
met inbegrip van de Export Administration Regulations van de
Verenigde Staten, en ook beperkingen voor eindgebruikers,
eindgebruik en land van bestemming die uitgevaardigd zijn door
de Verenigde Staten en andere regeringen. Raadpleeg
http://www.microsoft.com/exporting/ voor meer informatie over
het exporteren van de SOFTWARE
9-NL
LICENTIEOVEREENKOMST VOOR
EINDGEBRUIKERS (NAVTEQ)
GELIEVE DEZE LICENTIEOVEREENKOMST VOOR
EINDGEBRUIKERS GRONDIG TE LEZEN VOORDAT U DE
NAVTEQ-DATABANK GEBRUIKT
MEDEDELING AAN DE GEBRUIKER
DIT IS EEN LICENTIEOVEREENKOMST - EN GEEN
VERKOOPSOVEREENKOMST - TUSSEN U EN NAVTEQ B.V. VOOR
UW EXEMPLAAR VAN DE NAVIGEERBARE KAARTDATABANK VAN
NAVTEQ, MET INBEGRIP VAN DE GERELATEERDE
COMPUTERSOFTWARE, MEDIA EN VERKLARENDE GEDRUKTE
DOCUMENTATIE DIE DOOR NAVTEQ GEPUBLICEERD IS (SAMEN
"DE DATABANK" GENOEMD). DOOR DE DATABANK TE
GEBRUIKEN GEEFT U TE KENNEN DAT U INSTEMT MET ALLE
BEPALINGEN EN VOORWAARDEN VAN DEZE
LICENTIEOVEREENKOMST VOOR EINDGEBRUIKERS
("OVEREENKOMST") EN DAT U DEZE AANVAARDT. ALS U NIET
INSTEMT MET DE BEPALINGEN VAN DEZE OVEREENKOMST
DIENT U DE DATABANK SAMEN MET ALLE BIJBEHORENDE
VOORWERPEN ONMIDDELLIJK NAAR UW LEVERANCIER TERUG
TE BRENGEN VOOR TERUGBETALING.
EIGENDOMSRECHT
De Databank en de bijbehorende copyrights en intellectuele
eigendomsrechten of verwante rechten zijn eigendom van
NAVTEQ of van zijn licentiegevers. Het eigendomsrecht van het
medium waarop de Database is opgeslagen, blijft toebehoren
aan NAVTEQ en/of uw leverancier tot nadat u volledig alle
mogelijke bedragen hebt betaald die u aan NAVTEQ en/of uw
leverancier verschuldigd bent overeenkomstig deze
Overeenkomst of gelijkaardige overeenkomst(en) waaronder de
goederen aan u worden geleverd.
TOEKENNING VAN LICENTIE
NAVTEQ kent u een niet-exclusieve licentie toe voor het gebruik
van de Databank voor persoonlijk gebruik, of, indien van
toepassing, voor gebruik in de interne werking van uw bedrijf.
Deze licentie houdt geen recht in om sublicenties te verlenen.
BEPERKINGEN OP GEBRUIK
De Databank is beperkt voor gebruik in het specifieke systeem
waarvoor deze is ontwikkeld. Behalve voor zover dit expliciet is
toegestaan door dwingend recht (bv. nationale wetten die
gebaseerd zijn op de Europese Richtlijn betreffende de
Rechtsbescherming van computerprogramma's (91/250) en de
Richtlijn betreffende de Rechtsbescherming van databanken
(96/9)), mag u geen substantiële delen van de inhoud van de
Databank overnemen of hergebruiken, noch mag u enig deel van
de Databank reproduceren, kopiëren, wijzigen, bewerken,
vertalen, demonteren, decompileren of er reverse engineering op
toepassen. Als u informatie wilt bekomen over de interoperabiliteit
zoals bedoeld in (de nationale wetten die gebaseerd zijn op) de
Europese Richtlijn betreffende de Rechtsbescherming van
computerprogramma's, dan moet u NAVTEQ redelijkerwijs
gelegenheid geven om die informatie te leveren onder billijke
voorwaarden, met inbegrip van kosten, te bepalen door NAVTEQ.
OVERDRACHT VAN LICENTIES
U mag de Databank niet overdragen aan derde partijen, tenzij
de Databank geïnstalleerd is in het systeem waarvoor deze
ontworpen is of wanneer u geen exemplaar van de Databank
houdt en indien de begunstigde instemt met alle bepalingen en
voorwaarden van deze Overeenkomst en dit schriftelijk bevestigt
aan NAVTEQ. Sets die uit meerdere schijven bestaan mogen
alleen worden overgedragen of verkocht als complete set zoals
ze door NAVTEQ werden geleverd, en niet als een subset.
BEPERKTE GARANTIE
NAVTEQ garandeert dat, behoudens de onderstaande
waarschuwingen, uw exemplaar van de Databank gedurende een
periode van 12 maanden na aankoop goed zal presteren in
overeenstemming met de Criteria voor Nauwkeurigheid en
Volledigheid van NAVTEQ; u kunt deze criteria op uw verzoek van
NAVTEQ bekomen. Als de Databank niet in overeenstemming met
deze beperkte garantie presteert, zal NAVTEQ redelijke
inspanningen leveren om uw exemplaar van de Databank dat niet
voldoet te herstellen of te vervangen. Indien deze inspanningen er
niet toe leiden dat de Databank in overeenstemming presteert met
de hier uiteengezette garanties, dan zult u de keuze hebben om
een billijke terugbetaling te krijgen van de prijs die u voor de
Databank betaalde of om deze Overeenkomst te herroepen. Dit zal
de volledige wettelijke verplichting van NAVTEQ zijn en uw enige
verhaal tegen NAVTEQ. Tenzij waar dit uitdrukkelijk in dit onderdeel
aangegeven wordt, biedt NAVTEQ geen garanties of legt het geen
verklaringen af aangaande het gebruik of de resultaten van het
gebruik van de Databank op het vlak correctheid, nauwkeurigheid,
betrouwbaarheid of iets anders. NAVTEQ garandeert niet dat de
Databank vrij van fouten is of zal zijn. Geen enkele mondelinge of
schriftelijke informatie of advies gegeven door NAVTEQ, uw
leverancier of een andere persoon kan een garantie in het leven
roepen of op enigerlei wijze het bereik verruimen van de hierboven
beschreven beperkte garantie. De beperkte garantie die in deze
Overeenkomst wordt beschreven, heeft geen invloed op of doet
geen afbreuk aan mogelijke statutaire rechten die u kunt hebben
onder de legale garantie tegen verborgen gebreken.
Indien u de Databank niet rechtstreeks van NAVTEQ verwierf, heeft
mogelijk statutaire rechten ten opzichte van de persoon van wie u de
Databank verwierf, naast de rechten die krachtens deze
overeenkomst door NAVTEQ worden toegewezen in
overeenstemming met de wetgeving van uw rechtsgebied. De
bovenstaande garantie van NAVTEQ heeft geen invloed op dergelijke
statutaire rechten en u kunt dergelijke rechten uitoefenen naast de
garantierechten die door deze overeenkomst worden toegewezen.
AANSPRAKELIJKHEIDSBEPERKING
In de prijs van de Databank is geen tegenprestatie inbegrepen
voor het aanvaarden van risico op gevolgschade, indirecte
schade of onbeperkte directe schade die kan ontstaan met
betrekking tot uw gebruik van de Databank.
Dienovereenkomstig zal NAVTEQ in geen geval aansprakelijk
zijn voor gevolgschade of indirecte schade, met inbegrip van,
maar niet beperkt tot, verlies van inkomsten, gegevens of
gebruik dat u of een derde partij oploopt als gevolg van uw
gebruik van de Databank, ongeacht of die gevorderd wordt op
grond van een overeenkomst, onrechtmatige daad of een
garantie, zelfs indien NAVTEQ op de hoogte werd gebracht van
de mogelijkheid van dergelijke schade. In elk geval blijft de
aansprakelijkheid van NAVTEQ voor directe schade beperkt tot
de prijs van uw exemplaar van de Databank.
DE BEPERKTE GARANTIE EN AANSPRAKELIJKHEIDSBEPERKING
DIE IN DEZE OVEREENKOMST WORDEN UITEENGEZET, HEBBEN
GEEN INVLOED OP OF DOEN GEEN AFBREUK AAN UW
STATUTAIRE RECHTEN INDIEN U DE DATABANK OP EEN ANDERE
MANIER HEBT VERWORVEN DAN ALS DEEL VAN EEN NORMALE
BEDRIJFSUITOEFENING
WAARSCHUWINGEN
De Databank kan onnauwkeurige en onvolledige informatie
bevatten als gevolg van het verstrijken van de tijd, veranderende
omstandigheden, gebruikte bronnen en de aard van het
verzamelen van uitgebreide geografische gegevens; dat kunnen
allemaal oorzaken zijn van onjuiste resultaten. De Databank bevat
geen informatie of geeft geen informatie weer over - onder andere
- de veiligheid van een buurt; ordehandhaving; wegenwerken;
afgesloten wegen of rijstroken; snelheidsbeperkingen voor
voertuigen; de hellingsgraad van wegen, beperkingen inzake de
hoogte van bruggen, gewicht en andere beperkingen;
omstandigheden op de wegen of de toestand van het verkeer;
speciale gebeurtenissen; opstoppingen of reistijden.
10-NL
TOEPASSELIJK RECHT
Op deze Overeenkomst zijn de wetten van het rechtsgebied van
toepassing waar u gevestigd bent ten tijde van de verwerving
van de Databank. Indien u op dat moment buiten de Europese
Unie of Zwitserland gevestigd bent, is de wet van toepassing
van het rechtsgebied binnen de Europese Unie of Zwitserland
waar u de Databank hebt verworven. In alle andere gevallen of
als het rechtsgebied waar u de Databank hebt verworven niet
kan worden bepaald, zijn de wetten van Nederland van
toepassing. De gerechtshoven die bevoegd zijn waar u
gevestigd bent op het moment dat u de Databank verwierf,
zullen rechtsbevoegdheid hebben bij mogelijke geschillen die
ontstaan uit of betrekking hebben op deze Overeenkomst,
zonder dat dit afbreuk doet aan het recht van NAVTEQ om
vorderingen te brengen op uw dan huidige woonplaats.
Aandachtspunten voor veilig gebruik
Lees deze handleiding zorgvuldig voordat u deze disc en de
onderdelen van het systeem gebruikt. Ze bevatten instructies over hoe
u dit product op een veilige en efficiënte manier kunt gebruiken.
Alpine kan niet verantwoordelijk zijn voor problemen die ontstaan als
gevolg van het niet opvolgen van de instructies in deze handleiding.
Deze handleiding maakt gebruik van verschillende symbolen om
u te laten zien hoe u dit product veilig gebruikt en om u te wijzen
op potentiële gevaren die kunnen ontstaan als gevolg van slechte
verbindingen en bediening. Hieronder ziet u de betekenis van die
symbolen. Het is belangrijk dat u de betekenis van deze
illustraties volledig begrijpt om deze handleiding en het systeem
goed te kunnen gebruiken.
INSTALLEER HET APPARAAT CORRECT ZODAT DE
BESTUURDER NIET DE MOGELIJKHEID HEEFT OM NAAR DE
TV/VIDEO TE KIJKEN TENZIJ HET VOERTUIG STILSTAAT EN
DE HANDREM IS AANGETROKKEN.
Het is gevaarlijk als de bestuurder naar de tv/video kijkt tijdens het
besturen van een voertuig. Wanneer dit apparaat niet correct wordt
geïnstalleerd, kan de bestuurder naar de tv/video kijken tijdens het
rijden. Dit kan de bestuurder afleiden, waardoor hij zijn aandacht
niet bij de weg houdt en er een ongeval wordt veroorzaakt. De
bestuurder of andere mensen kunnen ernstig gewond raken.
KIJK NIET NAAR DE VIDEO TIJDENS HET RIJDEN.
Het bekijken van de video kan de bestuurder afleiden, waardoor hij zijn
aandacht niet bij de weg houdt en er een ongeval wordt veroorzaakt.
GEBRUIK HET TOESTEL NIET WANNEER DIT U
VERHINDERT VEILIG MET UW VOERTUIG TE RIJDEN.
Wanneer een functie uw langdurige aandacht vereist, dient u eerst
volledig stil te staan voor u deze uitvoert. Parkeer uw voertuig
steeds op een veilige plaats vooraleer u een functie gaat gebruiken.
Doet u dit niet, dan loopt u het gevaar een ongeval te veroorzaken.
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
Het systeem bedienen tijdens het rijden is gevaarlijk.
Gebruikers moeten het voertuig tot stilstand brengen voordat
ze de software gebruiken.
De omstandigheden en reglementering op de weg heeft
voorrang op de informatie van de kaart: houd tijdens het
rijden rekening met beperkingen en omstandigheden in het
verkeer.
Deze software is uitsluitend ontworpen voor gebruik in de
INA-W910R. De software kan en mag niet in combinatie met
andere hardware worden gebruikt.
WAARSCHUWING
Dit symbool wijst op belangrijke instructies. Het
negeren van deze instructies kan ernstige
verwondingen of de dood tot gevolg hebben.
11-NL
VOLG DE ROUTEAANWIJZINGEN NIET ALS HET
NAVIGATIESYSTEEM U OPDRAAGT EEN ONVEILIG OF
ONWETTIG MANOEUVRE UIT TE VOEREN OF U IN EEN
ONVEILIGE SITUATIE OF PLAATS DOET BELANDEN.
Dit product is geen vervangmiddel voor uw eigen
inschattingsvermogen. De routeaanwijzingen die door dit systeem
worden aangereikt, mogen nooit indruisen tegen plaatselijke
verkeersvoorschriften of uw eigen inschattingsvermogen of kennis
betreffende het veilig besturen van een voertuig.
BEPERK HET VOLUME ZODAT U GELUIDEN BUITEN DE
AUTO NOG STEEDS KUNT HOREN TIJDENS HET RIJDEN.
Een te hoog volumeniveau kan geluiden, zoals de sirene van een
ambulance of waarschuwingssignalen langs de weg (bij overwegen,
enz.) dempen, wat kan leiden tot gevaarlijke situaties en mogelijk
tot een ongeval. EEN TE HOOG VOLUMENIVEAU IN EEN
AUTO KAN OOK GEHOORSCHADE VEROORZAKEN.
BEPERK HET BEKIJKEN VAN HET SCHERM TIJDENS HET
RIJDEN.
Door naar het scherm te kijken, kan de bestuurder worden afgeleid
en niet voor zich kijken en zo een ongeval veroorzaken.
DEMONTEER OF WIJZIG HET TOESTEL NIET.
Indien u dit wel doet, kan dit leiden tot een ongeval, brand of
elektrocutie.
ENKEL TE GEBRUIKEN IN AUTO'S MET EEN NEGATIEVE
AARDING VAN 12 V.
(contacteer bij twijfel uw verdeler). Indien u deze instructie niet
opvolgt, kan dit leiden tot brand, enz.
HOUD KLEINE VOORWERPEN ZOALS BOUTEN OF
SCHROEVEN BUITEN HET BEREIK VAN KINDEREN.
Wanneer deze worden ingeslikt, kan dit leiden tot ernstige
verwondingen. Contacteer in dit geval onmiddellijk een dokter.
GEBRUIK DE CORRECTE AMPÈREWAARDE BIJ HET
VERVANGEN VAN DE ZEKERINGEN.
Doet u dit niet, dan kan dit leiden tot brand of elektrocutie.
BLOKKEER DE VERLUCHTINGSOPENINGEN OF
RADIATORPANELEN NIET.
Indien u dit wel doet, kan het toestel binnenin erg warm worden en
zo brand veroorzaken.
GEBRUIK DIT PRODUCT VOOR MOBIELE
12V-TOEPASSINGEN.
Gebruik voor andere toepassingen kan leiden tot brand, elektrocutie
of andere verwondingen.
PLAATS UW HANDEN, VINGERS OF VREEMDE
VOORWERPEN NIET IN DE SLEUVEN VAN HET TOESTEL.
Indien u dit wel doet, kan dit leiden tot letsels of schade aan het
product.
ZET ONMIDDELLIJK HET GEBRUIK STOP WANNEER ZICH
EEN PROBLEEM VOORDOET.
Doet u dit niet, dan kan dit leiden tot letsels of schade aan het
product. Breng het toestel ter reparatie terug naar uw bevoegde
Alpine-verdeler of het dichtstbijzijnde Alpine-servicecenter.
RAAK HET TOESTEL NIET AAN TERWIJL HET
GEMOTORISEERDE VOORPANEEL OF HET BEWEGENDE
SCHERM IN BEWEGING IS.
Doet u dit wel, dan kan dit leiden tot letsels of schade aan het
product.
OPGELET
Dit symbool wijst op belangrijke instructies. Het
negeren van deze instructies kan verwondingen
of materiële schade tot gevolg hebben.
12-NL
VOORZORGSMAATREGELEN
Schoonmaken van het product
Gebruik een zachte, droge doek voor het regelmatig schoonmaken
van het product. Voor hardnekkigere vlekken kunt u de doek enkel
met water bevochtigen. Andere producten kunnen de verf oplossen
of de kunststof beschadigen.
Temperatuur
Zorg ervoor dat de temperatuur in het voertuig tussen 0°C en
+45°C ligt voor u het toestel inschakelt.
Condensvorming
Het is mogelijk dat de geluidsweergave van de disc hapert door
condensvorming. Indien dit gebeurt, dient u de disc uit de speler te
verwijderen en ongeveer een uur te wachten tot het vocht verdampt
is.
Beschadigde disc
Probeer geen gebarsten, geplooide of beschadigde discs af te
spelen. Indien u dit wel doet, kan dit ernstige schade
teweegbrengen aan het afspeelmechanisme.
Onderhoud
Wanneer u problemen ervaart, probeer het toestel dan niet zelf te
herstellen. Breng het toestel ter reparatie terug naar uw Alpine-
verdeler of het dichtstbijzijnde Alpine-servicecenter.
Probeer de volgende zaken in geen geval
Grijp of trek niet aan de disc terwijl deze in het toestel wordt
getrokken door het automatische laadmechanisme.
Probeer geen disc te plaatsen in het toestel wanneer het
uitgeschakeld is.
Een disc plaatsen
U kunt slechts één disc per keer afspelen met dit toestel. Probeer
niet meer dan één disc te plaatsen.
Zorg ervoor dat de bedrukte zijde naar boven gericht is bij het
plaatsen van de disc. "Disc Error" verschijnt op het scherm van het
toestel wanneer u een disc verkeerd plaatst. Wanneer "Disc Error"
blijft verschijnen ook al werd de disc correct geplaatst, drukt u op
de RESET-knop met een puntig voorwerp zoals een balpen.
Het afspelen van een disc tijdens het rijden op een erg hobbelige
weg kan leiden tot haperingen; dit veroorzaakt echter geen krassen
op de disc of schade aan het toestel.
Grillig gevormde discs
Gebruik enkel ronde discs in dit toestel; gebruik nooit discs met een
speciale vorm.
Het gebruik van discs met een speciale vorm kan leiden tot schade
aan het mechanisme.
Nieuwe discs
Om te verhinderen dat de disc blijft steken, wordt "Disc Error"
weergegeven wanneer een disc met een onregelmatig oppervlak
wordt geplaatst of wanneer een disc verkeerd wordt geplaatst.
Wanneer een nieuwe disc onmiddellijk na het plaatsen wordt
uitgeworpen, voel dan met uw vinger aan de binnenkant van de
opening in het midden en de buitenste rand van de disc. Indien u
daar kleine oneffenheden vindt, kan dit het correct laden van de
disc verhinderen. Om de oneffenheden te verwijderen, wrijft u met
een balpen of iets dergelijks langs de binnenkant van de opening en
de buitenste rand van de disc. Plaats daarna de disc opnieuw.
Plaats van installatie
Zorg ervoor dat de INA-W910R niet wordt geïnstalleerd op een
plaats waar deze wordt blootgesteld aan:
Direct zonlicht en warmte
Hoge vochtigheid en water
Overmatig veel stof
Overmatige trillingen
Correcte behandeling
Laat de disc niet vallen. Houd de disc zo vast zodat u geen
vingerafdrukken op het oppervlak achterlaat. Kleef geen kleefband,
papier of kleefbriefjes op de disc. Schrijf niet op de disc.
Een disc schoonmaken
Vingerafdrukken, stof of vuiltjes op het oppervlak van de disc
kunnen leiden tot haperingen tijdens het afspelen. Wrijf voor een
gebruikelijke schoonmaakbeurt met een propere, zachte doek van
het midden van de afspeelzijde van de disc naar de buitenste rand
toe. Indien de afspeelzijde erg vuil is, maak dan een propere, zachte
doek vochtig met een oplossing van een milde, neutrale detergent
voor u de disc schoonmaakt.
Opening in
het midden
Oneffenheden
Opening in het
midden
Nieuwe
disc
Buitenkant
(oneffenheden)
NIET CORRECT CORRECT
13-NL
Disc-accessoires
Er zijn verschillende accessoires verkrijgbaar op de markt om het
oppervlak van de disc te beschermen en de geluidskwaliteit te
verbeteren. De meeste daarvan zullen echter een invloed hebben op
de dikte of de diameter van de disc. Het gebruik van dergelijke
accessoires kan ervoor zorgen dat de disc niet meer binnen de
standaardspecificaties valt en kan zo operationele problemen
veroorzaken. Wij raden u aan deze accessoires niet te gebruiken op
discs die worden afgespeeld met Alpine dvd-spelers.
Nadat u het systeem hebt uitgeschakeld, blijft er tijdelijk een
nabeeld zichtbaar. Dit is een effect dat typisch is voor lcd-
technologie en volkomen normaal is.
Bij koude temperaturen kan het scherm tijdelijk contrast
verliezen. Na een korte opwarmingsperiode wordt het weer
normaal.
Alpine-producten die met een Ai-NET-bus zijn uitgerust en
aangesloten zijn op de INA-W910R, kunnen vanaf de INA-W910R
worden bediend. Afhankelijk van de aangesloten producten
variëren de functies en weergaven. Raadpleeg uw Alpine-verdeler
voor meer informatie.
De bediening van bepaalde functies van dit apparaat is erg
complex. Daardoor werd het noodzakelijk geacht deze functies in
een speciaal scherm te verwerken. Op die manier blijft het bedienen
van die functies beperkt tot momenten waarop het voertuig
geparkeerd is. Zo blijft de aandacht van de bestuurder bij de weg en
wordt hij niet afgeleid door de INA-W910R. Deze maatregel werd
doorgevoerd voor de veiligheid van de bestuurder en passagiers.
Wijzigingen aan de audioprocessor kunnen niet worden uitgevoerd
als de auto in beweging is. De procedure die staat beschreven in de
gebruiksaanwijzing, geldt enkel wanneer de auto geparkeerd is en
de handrem aangetrokken is. De waarschuwing "Can't operate
while driving" wordt weergegeven wanneer u probeert deze
functies te bedienen tijdens het rijden.
De INA-W910R verbruikt een minimale hoeveelheid stroom,
ook als het apparaat is uitgeschakeld. Indien de geschakelde
stroomkabel (ontsteking) van de INA-W910R rechtstreeks is
aangesloten op de positieve (+) pool van de autoaccu, kan dit
leiden tot een lege accu.
Om dit te voorkomen, kunt u een SPST-schakelaar (single pole,
single throw) (apart verkrijgbaar) toevoegen. Vervolgens kunt u
deze simpelweg in de OFF-stand laten als u het voertuig verlaat.
Zet de SPST-schakelaar terug op ON voordat u de INA-W910R
gebruikt. Raadpleeg
"Aansluitingsschema van SPST-schakelaar
(apart verkrijgbaar)" (pagina 96) voor meer informatie over het
aansluiten van de SPST-schakelaar. Als de stroomkabel
(ontsteking) is uitgeschakeld moet hij worden losgekoppeld van
het contactpunt van de accu indien het voertuig gedurende lange
tijd niet wordt gebruikt.
Discs die op dit apparaat
kunnen worden afgespeeld
Afspeelbare discs
Onderstaande discs kunnen met dit apparaat worden afgespeeld.
* Compatibel met dvd-discs met twee lagen
Onderstaande disc-formaten kunnen met dit apparaat worden
afgespeeld.
Discs die niet zijn gefinaliseerd, kunnen niet worden afgespeeld
Doorzichtige folie Disc-stabilisator
Aanduiding
(logo)
Opgenomen inhoud Disc-grootte
DVD-Video
Audio
+
Video
12 cm*
8 cm
DVD-Audio
Audio
+
Video
12 cm*
8 cm
Video CD
Audio
+
Video
12 cm
8 cm
Muziek-cd Audio
12 cm
8 cm
(cd-single)
DivX®
Audio
+
Video
12 cm
8 cm
CD-R/
CD-RW
DVD-R/
DVD-RW
DVD+R/
DVD+RW
Cd-formaat
MP3-formaat ("mp3")
WMA-formaat
("wma")
AAC-formaat
("aac", "m4a")
DVD Video-formaat
DivX-formaat
("avi", "divx")
Video CD-formaat
14-NL
Discs die niet kunnen worden afgespeeld
DVD-ROM's, DVD-RAM's, CD-ROM's (exclusief MP3/WMA/
AAC-bestanden), foto-CD's enz.
DualDisc
Dit apparaat is niet compatibel met DualDisc.
Een DualDisc gebruiken kan fouten veroorzaken en schade aan de
disc veroorzaken als de disc wordt geplaatst/uitgeworpen.
Regionummer van de dvd (nummer afspeelregio)
Deze dvd-speler speelt alle discs af met regionummer 2 (of Alle).
Dvd's met een ander regionummer dan het onderstaande kunnen
niet met deze dvd-speler worden afgespeeld.
Video CD's
Dit dvd-apparaat is compatibel met Video CD's (versie 2.0) met
weergaveregeling (PBC - Playback Control).
"PBC" is een functie waarmee u menuschermen kunt gebruiken die
op de disc zijn opgenomen om een scène te vinden waarnaar u
wenst te kijken, en waarmee u verschillende soorten informatie
kunt bekijken in dialoogstijl.
Compact discs gebruiken (CD/CD-R/CD-RW)
Indien u gebruik maakt van niet-standaard compact discs, kan een
correcte werking niet worden gegarandeerd.
U kunt enkel CD-R's (CD-Recordable)/CD-RW's (CD-ReWritable)
afspelen die werden opgenomen op audioapparaten. U kunt ook
CD-R's/CD-RW's afspelen die audiobestanden in MP3/WMA/
AAC-formaat bevatten.
Sommige van de volgende discs worden mogelijk niet
afgespeeld op dit toestel:
discs met krassen, discs met vingerafdrukken, discs die werden
blootgesteld aan extreme temperaturen of zonlicht
(bv. achtergelaten in de auto of het toestel), discs opgenomen bij
onstabiele omstandigheden, discs waarmee een opname mislukte
of een poging tot heropname werd ondernomen, discs die
beveiligd zijn tegen kopiëren en niet beantwoorden aan de
industrienorm voor audio-cd's.
Gebruik discs met gecomprimeerde audiobestanden die
geschreven zijn in een formaat dat compatibel is met dit toestel.
Zie
pagina's 24 en 25 voor meer informatie.
Voor klanten die gebruik maken van CD-R/CD-RW
Wanneer een CD-R/CD-RW niet kan worden afgespeeld, is het
mogelijk dat de laatste opnamesessie niet werd afgesloten
(gefinaliseerd).
Finaliseer indien nodig de CD-R/CD-RW en probeer nogmaals
de cd af te spelen.
Tips voor het maken van uw eigen cd's
De INA-W910R kan DVD Video, DVD Audio, Video CD, Audio
CD en DivX® afspelen en is uitgerust met een ingebouwde MP3/
WMA/AAC-decoder.
De volgende informatie werd ontworpen om u te helpen bij het
maken van uw eigen cd's (zowel Audio CD als MP3/WMA/AAC-
gecodeerde CD-R/RW-bestanden).
Wat is het verschil tussen een audio-cd en een MP3/WMA/
AAC-cd?
Een audio-cd heeft dezelfde indeling als commerciële cd's die u in
de winkel koopt (ook bekend als CD-DA). MP3 (MPEG-1 Audio
Layer 3)/WMA (Windows Media Audio)/AAC (Advanced Audio
Coding) is een gegevensbestand dat een compressieschema
gebruikt om de grootte van het muziekbestand te verminderen.*
Hybrid Audio CD en Data (MP3/WMA/AAC) CD-R/RW-discs:
De INA-W910R kan beide sectoren op de disc lezen. Kies
CD-DA om het cd-audio-gedeelte af te spelen of MP3/WMA/AAC
om de MP3/WMA/AAC-sectie af te spelen.*
Multi-sessie-CD-R/RW:
Zodra een opname werd gestopt, wordt deze beschouwd als één
sessie. Als de disc niet wordt gesloten (gefinaliseerd) kunnen er
extra gegevens worden toegevoegd. Zodra deze extra gegevens
opgenomen zijn, wordt dit een "multi-sessie"-cd. De INA-W910R
kan alleen multi-sessie-discs in DATA-formaat lezen (MP3/WMA/
AAC-bestanden - geen audio-cd-bestanden).
Juist ingedeelde MP3/WMA/AAC-discs:
Gebruik de ISO9660-indeling om juiste weergave te verzekeren. U
kunt standaard-ISO-benamingsniveau 1 (8.3 DOS-standaard),
niveau 2 (32 tekens) of Joliet (Windows of Macintosh lange
bestandsnamen) bestandsbenamingsregels gebruiken.*
* Raadpleeg de gebruiksaanwijzing voor meer informatie.
2
ALL
Over het hanteren van compact discs (CD/CD-R/CD-RW)
Raak het oppervlak niet aan.
Stel de disc niet bloot aan direct zonlicht.
Kleef geen zelfklevers of etiketten op de disc.
Maak de disc schoon als er stof op ligt.
Zorg ervoor dat de disc glad en vlak is.
Gebruik geen in de handel verkrijgbare disc-accessoires.
Laat de disc niet gedurende een lange periode achter in de
auto of in het toestel. Stel de disc nooit bloot aan direct
zonlicht.
Warmte en vochtigheid kunnen de disc beschadigen en het is
mogelijk dat u de disc dan niet langer kunt afspelen.
15-NL
DVD-R's/DVD-RW's/DVD+R's/DVD+RW's gebruiken
Dit toestel is compatibel met discs die zijn opgenomen in het
standaard DVD-Video-formaat.
Merk op dat discs die niet gefinaliseerd zijn (verwerkt zijn om op
alleen-lezen-dvd-spelers te worden weergegeven) niet met deze
dvd-speler kunnen worden weergegeven.
Bepaalde discs kunnen mogelijk niet worden afgespeeld,
afhankelijk van het opnameapparaat en het disc-formaat.
Discs of bestanden met kopieerbeveiliging kunnen mogelijk niet
worden afgespeeld. Bepaalde opnamesystemen delen
gekopieerde bestanden mogelijk niet correct in om juiste
weergave mogelijk te maken.
In de volgende gevallen kan de disc mogelijk niet met dit toestel
worden afgespeeld:
discs opgenomen door bepaalde dvd-recorders, bepaalde
onregelmatige discs, discs met krassen, vuile discs, als de lens
van de dvd-speler vuil is of als er condens binnen het toestel is
ontstaan.
Volg alle voorzorgsmaatregelen die bijgevoegd zijn bij uw
DVD-R's/DVD-RW's/DVD+R's/DVD+RW's.
Kleef geen stickers, zegels of tape op de labelzijde van DVD-R's/
DVD-RW's/DVD+R's/DVD+RW's.
In vergelijking met gewone discs worden DVD-R's/DVD-RW's/
DVD+R's/DVD+RW's sterker beïnvloed door warmte, vocht en
direct zonlicht. Indien ze worden achtergelaten in een auto enz.
kan er schade voorkomen en kunnen ze mogelijk niet worden
afgespeeld op dit apparaat.
De geschikte gebruikstemperatuur voor discweergave ligt tussen:
DVD-R/DVD-RW: -25 ~ +70°C
DVD+R/DVD+RW: +5 ~ +55°C
Disc-terminologie
Titel
Als er titels zijn geprogrammeerd voor de dvd, zijn dit de grootste
indelingseenheden voor informatie opgenomen op de disc.
Hoofdstuk
Elke titel kan ook in kleine delen zijn opgesplitst, namelijk
hoofdstukken. Dit kunnen specifieke scènes of muziekselecties
zijn.
De USB-aansluiting beschermen
U kunt enkel een iPod/iPhone, een USB-geheugen of een
draagbare muziekspeler aansluiten op de USB-aansluiting van
dit toestel. Indien u andere USB-producten gebruikt, kan een
correcte werking niet worden gegarandeerd.
Maak enkel gebruik van de meegeleverde verbindingskabel
wanneer u de USB-aansluiting gebruikt. Een USB-hub wordt
niet ondersteund.
Afhankelijk van het aangesloten USB-geheugenapparaat, is het
mogelijk dat het toestel niet werkt of dat sommige functies niet
worden uitgevoerd.
De types audiobestanden die met dit toestel kunnen worden
afgespeeld zijn MP3/WMA/AAC.
Artiest/naam van het lied, enz. kunnen worden weergegeven. Het
is echter mogelijk dat bepaalde tekens niet correct worden
weergegeven.
Een USB-geheugen gebruiken
Dit toestel kan een apparaat voor geheugenopslag aansturen dat
het protocol USB Mass Storage Class (MSC) ondersteunt.
MP3-, WMA- en AAC-bestanden kunnen worden afgespeeld.
Het functioneren van een USB-geheugen wordt niet
gegarandeerd. Gebruik het USB-geheugen in overeenstemming
met de voorwaarden van overeenkomst. Lees de
gebruiksaanwijzing van het USB-geheugen grondig door.
Plaats het USB-geheugen op een plaats die niet hinderlijk is voor
de bestuurder.
Het USB-geheugen werkt mogelijk niet correct bij hoge of lage
temperaturen.
Gebruik enkel gecertificeerde USB-geheugens. Houd er
rekening mee dat zelfs gecertificeerde USB-geheugens mogelijk
niet goed werken, afhankelijk van het type of de staat waarin het
zich bevindt.
Afhankelijk van de instellingen van het type USB-geheugen, de
toestand van het geheugen of de coderingssoftware, is het
mogelijk dat het toestel niet correct afspeelt of gegevens
weergeeft.
Bestanden die worden beschermd door DRM (Digital Rights
Management) kunnen niet worden afgespeeld op dit toestel. Tot
deze categorie behoren eveneens bestanden in de AAC-indeling
die werden aangekocht via de iTunes Store en WMA- of andere
bestanden die op een bepaalde manier beschermd zijn tegen
kopiëren.
Het kan een tijdje duren voor het afspelen van het USB-
geheugen van start gaat. Indien er een bestand van een ander
type dan audio op het USB-geheugen opgeslagen is, kan het een
behoorlijke tijd duren voor het bestand wordt afgespeeld of
gezocht.
Het toestel kan "mp3"-, "wma"- of "m4a"-bestandstypes
afspelen.
Voeg de bovenvermelde extensies niet toe aan een bestand dat
geen audiogegevens bevat. Doet u dit wel, dan zal het bestand
niet herkend worden. Het afspelen van een dergelijk bestand kan
een lawaai veroorzaken dat de luidsprekers en/of de versterkers
kan beschadigen.
Het is aan te raden een back-up van belangrijke gegevens te
maken op een pc.
Verwijder het USB-apparaat niet terwijl het afspelen bezig is.
Zet SOURCE op iets anders dan USB en verwijder vervolgens
het USB-apparaat om mogelijke schade aan het geheugen te
vermijden.
OPGELET
Alpine kan niet aansprakelijk worden gesteld voor verloren gegevens
enz., zelfs wanneer deze gegevens verloren zijn gegaan tijdens het
gebruik van dit product.
16-NL
Gebruik van een draagbare muziekspeler
Het toestel kan een draagbare muziekspeler besturen via de
USB-kabel. MP3- en WMA-bestanden kunnen worden
afgespeeld.
Het functioneren van een draagbare muziekspeler wordt niet
gegarandeerd. Gebruik de draagbare muziekspeler in
overeenstemming met de voorwaarden van overeenkomst. Lees
grondig de gebruiksaanwijzing van de draagbare muziekspeler.
Vermijd gebruik of opslag in de volgende locaties:
Om het even waar in de auto blootgesteld aan direct zonlicht of
hoge temperaturen.
Om het even waar een hoge vochtigheid of bijtende stoffen
mogelijk aanwezig zijn.
Plaats de draagbare muziekspeler op een plaats die niet
hinderlijk is voor de bestuurder.
De draagbare muziekspeler werkt mogelijk niet correct bij hoge
of lage temperaturen.
Afhankelijk van de instellingen van het type draagbare
muziekspeler, de toestand van het geheugen of de
coderingssoftware, is het mogelijk dat het toestel niet correct
afspeelt of gegevens weergeeft.
Indien de draagbare muziekspeler beschikt over een MSC/
MTP-instelling, stelt u deze in op MTP.
Een draagbare muziekspeler waarop gegevens werden
opgeslagen met USB Mass Storage, kan mogelijk niet worden
afgespeeld op dit toestel.
Afhankelijk van de instellingen van de draagbare muziekspeler,
is het mogelijk dat USB Mass Storage wordt ondersteund. Meer
informatie over het instellen kunt u vinden in de
gebruiksaanwijzing van de muziekspeler.
Het toestel kan MP3/WMA-bestanden afspelen die werden
gesynchroniseerd door Windows Media Player (ver. 10 of 11) en
vervolgens werden doorgestuurd naar de speler. De extensies
"mp3" of "wma" kunnen worden afgespeeld.
Wanneer gegevens niet werden gesynchroniseerd door Windows
Media Player en op een andere manier werden doorgestuurd, is
het mogelijk dat het toestel deze bestanden niet correct afspeelt.
WMDRM10 wordt ondersteund door het toestel.
Een bestand dat beveiligd is tegen kopiëren
(copyrightbeveiliging) kan niet worden afgespeeld.
Het is aan te raden een back-up van belangrijke gegevens te
maken op een pc.
Verwijder het USB-apparaat niet terwijl het afspelen bezig is.
Zet SOURCE op iets anders dan USB en verwijder vervolgens
het USB-apparaat om mogelijke schade aan het geheugen te
vermijden.
Als Nokia wordt gebruikt als draagbare muziekspeler:
Niet alle mobiele telefoons van Nokia kunnen worden gebruikt
als draagbare muziekspelers. Als de Nokia-telefoon niet werkt
als draagbare muziekspeler terwijl deze aangesloten is, stelt u
deze in op de modus voor massaopslag en verbindt u deze
opnieuw met dit toestel. Meer informatie kunt u vinden in de
gebruiksaanwijzing van de Nokia-telefoon.
Een SD-geheugenkaart gebruiken
Gelieve tijdens het updaten van het navigatiesysteem een
SD-geheugenkaart te gebruiken die alleen de gegevens voor de
update bevat. Anders kan de weergave abnormaal zijn.
Raadpleeg in dat geval uw ALPINE-verdeler. Raadpleeg de
website van ALPINE voor informatie over het uitvoeren van een
update.
Dit product bevat geïntegreerde
copyrightbeveiligingstechnologie die beschermd wordt door
Amerikaanse patenten en andere intellectuele eigendomsrechten.
Het gebruik van deze copyrightbeveiligingstechnologie moet zijn
goedgekeurd door Macrovision en is enkel bedoeld voor gebruik
in huis en beperkte kring tenzij Macrovision andere
toestemmingen heeft verleend. Reverse engineering of
demontage is verboden.
Gefabriceerd onder licentie van Dolby Laboratories.
Dolby en het dubbele D-symbool zijn handelsmerken van Dolby
Laboratories.
Gefabriceerd onder licentie onder Amerikaanse patenten #:
5,451,942; 5,956,674; 5,974,380; 5,978,762; 6,487,535 &
andere Amerikaanse en wereldwijde patenten die zijn
uitgevaardigd en aangevraagd. DTS en het DTS-symbool zijn
gedeponeerde handelsmerken, & DTS 2.0+ Digital Out en de
DTS-logo's zijn handelsmerken van DTS, Inc. Dit product bevat
software. © DTS, Inc. Alle rechten voorbehouden.
Windows Media en het Windows-logo zijn handelsmerken of
gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation in de
Verenigde Staten en/of andere landen.
iPhone, iPod, iPod classic, iPod nano en iPod touch zijn
handelsmerken van Apple Inc., geregistreerd in de VS en andere
landen.
"Made for iPod" en "Made for iPhone" betekenen dat een
elektronisch accessoire specifiek werd ontworpen om te worden
aangesloten op een iPod of iPhone en gecertificeerd is door de
ontwikkelaar om te beantwoorden aan de prestatienormen van
Apple. Apple is niet verantwoordelijk voor de bediening van dit
toestel of het voldoen ervan aan veiligheidsnormen en
regelgeving.
Het BLUETOOTH
®
-woordmerk en de BLUETOOTH
®
-logo's
zijn gedeponeerde handelsmerken van Bluetooth SIG, Inc.
Gebruik van deze merken door Alpine Electronics, Inc. gebeurt
onder licentie.
"MPEG Layer-3 audiocoderingstechnologie onder licentie van
Fraunhofer IIS en Thomson."
"De aankoop van dit toestel verleent enkel toestemming voor
privé-, niet-commercieel gebruik en verleent geen toestemming
noch enig recht om dit product te gebruiken in om het even welke
commerciële (d.w.z. met winstoogmerk) real time-uitzending
(land, satelliet, kabel en/of andere media), uitzenden/streaming
via het internet, intranetten en/of andere netwerken of in andere
elektronische systemen voor informatieverspreiding, zoals pay-
audio of audio-on-demand-toepassingen. Voor dergelijke
toepassingen is een aparte licentie vereist. Meer informatie kunt
u vinden op http://www.mp3licensing.com".
Audyssey MultEQ XT is een gedeponeerd handelsmerk van
Audyssey Laboratories Inc.
DivX®, DivX Certified® en bijbehorende logo's zijn
handelsmerken van DivX, Inc en worden onder licentie gebruikt.
"Het SD-logo is een handelsmerk van SD-3C, LLC."
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden. Nokia en Works with
Nokia zijn handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van
Nokia Corporation.
©1993-2010 NAVTEQ. Alle rechten voorbehouden.
Delen ©2010, Microsoft Corporation. Alle rechten voorbehouden.
17-NL
Accessoirelijst
Hoofdeenheid......................................................................1
Stroomkabel.........................................................................1
Montageframe .....................................................................1
Beugelsleutel .......................................................................2
Verzonken schroef (M5x8)...................................................6
Schroef (M5×8)....................................................................8
Frontplaat.............................................................................1
Dichting voor montagepositie..............................................2
GPS-antenne .......................................................................1
Pre OUT-kabel .....................................................................1
AUX I/O-kabel......................................................................1
AV-verlengkabel...................................................................1
Rubberen kapje ...................................................................1
Zeskantbout.........................................................................1
USB-verlengkabel ...............................................................1
USB 30P-kabel ....................................................................1
Microfoon.............................................................................1
Afstandsbediening ..............................................................1
Batterij (CR2025) .................................................................1
Gebruiksaanwijzing .......................................................1 set
Uitlijning van bedieningselementen
-knop
Hiermee roept u het scherm Eject/Tilt op.
Houd gedurende minstens 3 seconden ingedrukt
wanneer de disc niet wordt uitgeworpen nadat u [Eject] van
Disc hebt aangeraakt.
/ -knop
Druk hierop om het volume te regelen.
MUTE/PHONE-knop
Hiermee verlaagt u het volume onmiddellijk met 20 dB. Druk
opnieuw op de knop om te annuleren.
Houd deze knop minstens 2 seconden ingedrukt om het
telefoonmenuscherm weer te geven.
(Alleen weergegeven als BLUETOOTH IN op ON ingesteld
is (
pagina 49)).
SOURCE/ -knop
Schakelt het apparaat in. Houd deze knop gedurende
minstens 3 seconden ingedrukt om het toestel uit te
schakelen.
Hiermee roept u het bronselectiescherm op.
AUDIO /TA-knop
Hiermee keert u terug naar het AV-hoofdbronscherm dat
weergegeven wordt voordat de instelmodus,
navigatiemodus, telefoonmodus, cameramodus, enz. wordt
gestart.
Schakel de GUIDEVIEW WINDOW™-modus in als het
huidige scherm het audiobronscherm is (radio, cd, iPod,
enz.) Druk opnieuw om het uit te schakelen. Voor meer
informatie raadpleegt u de gebruikershandleiding van het
navigatiesysteem op de meegeleverde CD-ROM.
Druk gedurende minstens 2 seconden op deze knop om de
T.INFO-modus op ON of OFF te zetten.
MAP-knop
Hiermee roept u het navigatiekaartscherm op.
Voor meer informatie raadpleegt u de
gebruikershandleiding van het navigatiesysteem op de
meegeleverde CD-ROM.
NAVI MENU-knop
Hiermee roept u het navigatiemenuscherm op.
Voor meer informatie raadpleegt u de
gebruikershandleiding van het navigatiesysteem op de
meegeleverde CD-ROM.
RESET-schakelaar
Zorg dat u op de RESET-schakelaar drukt als u het toestel
voor de eerste keer gebruikt, nadat u de cd-wisselaar hebt
geïnstalleerd, nadat u de batterij van de auto hebt
vervangen, enz.
Schakel het toestel uit en druk op RESET met een balpen of
een gelijkaardig puntig voorwerp.
Afstandsbedieningssensor
Richt de bijgeleverde afstandsbedieningszender naar de
afstandsbedieningssensor binnen een bereik van 2 meter.
Aan de slag
Aansluiten op de interfacebox voor de
afstandsbediening
Dit apparaat kan worden bediend via de
bedieningsinstrumenten van uw voertuig wanneer een Alpine
Remote Control Interface Box (optioneel) is aangesloten.
Contacteer uw Alpine-verdeler voor meer informatie.
De knoppen op de voorkant van dit toestel worden vet
weergegeven (bv. SOURCE/
). De knoppen die op het scherm
worden weergegeven, worden in vet weergegeven en staan tussen
[ ] (bv. [BAND]).
18-NL
Het toestel in- of uitschakelen
Sommige functies van dit toestel kunnen niet worden bediend terwijl
het voertuig in beweging is. Zorg ervoor dat uw voertuig stilstaat op een
veilige plaats en gebruik de handrem voordat u deze handelingen
uitvoert.
1
Druk op
SOURCE/
om het toestel in te schakelen.
Het toestel kan worden ingeschakeld door op een willekeurige knop
te drukken.
2
Houd
SOURCE/
gedurende minstens 3 seconden
ingedrukt om het toestel uit te schakelen.
Een schijf plaatsen/uitwerpen
1
Druk op op het toestel.
Het scherm schakelt over naar het scherm Eject/Tilt.
2
Plaats een disc:
Raak [Open] aan op het scherm Eject/Tilt.
De beweegbare monitor zal geopend worden; plaats
vervolgens een disc in de discsleuf. Als u een disc plaatst
zal de monitor automatisch gesloten worden.
Werp de disc uit:
Raak [Eject] aan van Disc op het scherm Eject/Tilt.
De beweegbare monitor wordt geopend. Vervolgens wordt
de disc uitgeworpen.
Nadat u disc verwijderd hebt, raakt u [Close] aan om de
beweegbare monitor te sluiten.
Als u [Exit] aanraakt, gaat u terug naar het eerdere
hoofdbronscherm.
Stel de beweegbare monitor niet bloot aan schokken als deze geopend
is; dat kan immers tot storingen van het toestel leiden.
Het beeld op de monitor kan duister zijn onmiddellijk na het
inschakelen van het toestel en als de temperatuur laag is. Na enige
tijd zal de normale helderheid terugkeren.
De monitor zal stoppen op de ingestelde hellingshoek als deze wordt
gesloten.
De SD-geheugenkaart plaatsen/
verwijderen
Videogegevens die opgeslagen zijn op een SD-geheugenkaart kunnen
worden afgespeeld door de speler die in dit toestel ingebouwd is. Om de
SD-geheugenkaart te plaatsen en te verwijderen, volgt u de
onderstaande instructies.
U kunt de software en kaart van het navigatiesysteem updaten met
behulp van een optionele SD-geheugenkaart.
1
Nadat u de beweegbare monitor hebt geopend,
opent u het deksel van de SD-geheugenkaartsleuf.
De SD-geheugenkaart plaatsen
2
Breng uw SD-geheugenkaart in totdat deze klikt.
De SD-geheugenkaart verwijderen
2
Druk op de ingebrachte SD-geheugenkaart.
Trek de SD-geheugenkaart uit de sleuf.
3
Sluit het deksel van de SD-geheugenkaartsleuf.
4
Sluit de beweegbare monitor.
De hoek aanpassen om de monitor te
bekijken
Pas de monitorhoek aan voor betere zichtbaarheid.
1
Druk op op het toestel.
Het scherm schakelt over naar het scherm Eject/Tilt.
2
Raak [ ] of [ ] aan van Kantelen om de gewenste
monitorhoek aan te passen.
De monitorhoek kan naar 5 standen worden aangepast.
3
Raak [
Exit
] aan om naar het vorige scherm terug te
keren.
Als de monitor een obstakel raakt terwijl de hoek wordt aangepast,
zal deze onmiddellijk stoppen.
De schermkleur zal verschillen in bepaalde hoeken. Wijzig de
schermhoek voor de beste kijkhoek.
Als het voltage van de autobatterij laag is, kan het scherm knipperen
wanneer de schermhoek wordt gewijzigd. Dit is normaal en duidt niet
op een storing.
OPGELET
Houd uw handen (of andere voorwerpen) uit de buurt van de
monitor als deze geopend of gesloten wordt om schade of
verwondingen te voorkomen. De achterkant van de beweegbare
monitor zal erg warm worden onder normale
gebruiksomstandigheden. Dit duidt niet op een storing. Raak
deze niet aan.
Discsleuf
19-NL
Het volume wijzigen
Pas het volume aan door op of te drukken.
Het volume wordt doorlopend verlaagd/verhoogd als u of
ingedrukt houdt.
Volume: 0 - 35
Snel het volume verlagen
Wanneer u de geluidsdempingsfunctie activeert, wordt het
volumeniveau onmiddellijk verlaagd met 20 dB.
Druk op
MUTE
om de MUTE-modus te activeren.
Het geluidsniveau zakt ongeveer 20 dB.
Als u opnieuw op
MUTE
drukt, keert het geluid terug
naar het vorige niveau.
Het scherm bekijken
Raak de toets op het scherm met de top van uw vinger aan om het
scherm te beschermen.
Verwijder uw vinger van het scherm en probeer opnieuw als u een
toets aanraakt en er geen reactie volgt.
Als u twee toetsen tegelijkertijd aanraakt, kan er een storing
ontstaan.
Hier is een voorbeeldverklaring voor de radiomodusweergave over het
terug oproepen van een bron.
1
Druk op
SOURCE/
op het toestel.
Het bronselectiescherm wordt weergegeven.
Weergavevoorbeeld voor SOURCE-selectiescherm
Wijzigt de items van de bronselectielijst.
Hiermee gaat u naar het telefoonmenuscherm.
(Alleen weergegeven als BLUETOOTH IN op ON
ingesteld is (
pagina 49)).
Hiermee geeft u het beeld van de camera weer.
(Als er een optionele camera aangesloten is en als
Camera IN op Direct of RCA ingesteld is (
pagina 48)).
Hiermee schakelt u over naar het hoofdbronscherm.
Hiermee geeft u de bronselectielijst weer.
(De soorten bronmodi die worden weergegeven,
hangen af van de aansluiting en instelling.)
Hiermee schakelt u over naar het Setup Select-scherm.
2
Raak [Radio] aan.
Het scherm schakelt over naar de hoofdweergave voor de
radiomodus.
Als de bron die u wenst niet op het scherm wordt weergegeven, raakt
u [
] aan om de items van de bronselectielijst eerst te wijzigen.
Raak vervolgens de gewenste brontoets aan.
Weergavevoorbeeld voor het hoofdscherm van FM-radio
Geeft bronnaam, zoals radiofrequentieband enz. weer
die geselecteerd is.
Hiermee gaat u rechtstreeks naar het scherm voor het
regelen van het niveau van de lage Bass*
1
, Treble*
1
en
Subwoofer
*
2
.
Als de optionele IMPRINT-audioprocessor aangesloten is, kunt u het
niveau van de lage en hoge tonen alleen aanpassen als MultEQ
ingesteld is op Curve 1 of Curve 2 (
pagina 50).
Als er een optionele externe audioprocessor aangesloten is en u raakt
deze knop aan, dan wordt er rechtstreeks naar het instelscherm voor
balans/fader, subwooferniveau en defeat gegaan.
Geeft de tijd weer.
Functiegids:
De functie verschilt afhankelijk van elke bron.
De inhoud van de functiegids wijzigt wanneer u [P1/2]*
3
,
[P1/3]*
3
of [P1/4]*
3
aanraakt op de functiegids. Zo kunt u
nog vele andere functies uitvoeren.
Geeft het pictogram van de huidige bron of een
albumillustratie weer*
4
.
Als de GUIDEVIEW WINDOW™-modus actief is, zal de
informatie van het navigatiesysteem hier worden
weergegeven.
*1
Aanpassingen kunnen niet worden doorgevoerd wanneer DEFEAT
op ON staat.
*2
Aanpassingen kunnen niet worden doorgevoerd wanneer
SUBWOOFER op OFF staat (
pagina 34).
*3
Weergave kan verschillen afhankelijk van de aangesloten apparaten.
*4
Als het afgespeelde nummer albumillustratiegegevens bevat, dan kan
de albumillustratie worden weergegeven (alleen voor de USB Audio-
en iPod-modus).
Wanneer een optionele DVD-speler of DVD-wisselaar aangesloten is
via Ai-NET, wordt AUX weergegeven als "EXT.
DVD" of "DVD
CHG." op het scherm.
Wanneer zowel de optionele DVD-speler als de DVD-wisselaar
aangesloten zijn via Ai-NET, wordt AUX weergegeven als "EXT.
DVD" en DVD-wisselaar als "DVD CHG." op het scherm.
TOUCH PANEL-bediening
(aanraakbediening)
Toetsen op het scherm worden als volgt weergegeven in deze
gebruikershandleiding.
Toetsen op het scherm worden vet weergegeven, tussen [ ]
(bv. [BAND]).
De bron terug oproepen
20-NL
Het scherm met numerieke toetsen wordt weergegeven als de dvd- of
Video CD-modus is geselecteerd voor het zoeken naar een titel of
hoofdstuk en ook voor het invoeren van een landcode of wachtwoord
voor het dvd-instellingsitem.
1
Raak [10KEY] aan op het hoofdbronscherm.
2
Raak de gewenste numerieke toets aan.
Weergavevoorbeeld voor numerieke toetsen
Invoerschermgedeelte.
Sluit het invoerscherm met numerieke toetsen.
Alle ingevoerde nummers worden gewist.
Vorig nummer wordt gewist.
Ingevoerd nummer wordt bevestigd.
Numerieke toetsen.
Het invoerscherm voor numerieke toetsen sluit als het
gedeelte wordt aangeraakt tijdens weergave.
Schakelt rechtstreeks over naar het scherm voor het
aanpassen van de beeldhelderheid. (Kan alleen worden
aangepast wanneer het voertuig geparkeerd is.)
3
Raak [Enter] aan om uw invoer te bevestigen.
Weergavevoorbeeld voor het hoofdscherm van FM-radio
Geeft het preselectienummer/de frequentie weer
[DX SEEK]-knop*
1
: geeft de keuzelijst van de
afstemmingsmodus weer.
[PTY SEARCH]-knop*
2
: zoek een zender via PTY
(programmatype)-afstemming. Zie "PTY
(programmatype)-afstemming" (pagina 22).
*
1
De knop geeft de huidige afstemmingsmodus weer.
*
2
De knop wordt enkel weergegeven wanneer de afstemmingsmodus
van PTY is geselecteerd.
Naar de radio luisteren
1
Druk op
SOURCE/
op het toestel.
Het bronselectiescherm wordt weergegeven.
2
Raak [Radio] aan.
De radiomodus wordt geactiveerd en het scherm schakelt
over naar het radiomodusscherm.
3
Raak [BAND] aan om de gewenste
radiofrequentieband te selecteren.
Elke druk schakelt als volgt tussen de banden:
4
Raak [DX SEEK] aan om de afstemmingsmodus te
kiezen.
Er zijn twee modi die u kunt selecteren voor auto tuning (automatisch
afstemmen), DX (afstand) en Local (lokaal):
- DX-modus (afstand);
Zowel sterke als zwakke zenders worden afgestemd.
- Local modus;
Enkel sterke zenders worden afgestemd.
De standaardinstelling is DX.
5
Raak [ ], [ ] of [ ], [ ] aan om de
radiofrequentie respectievelijk naar boven of
beneden te wijzigen.
Indien u de toets blijft aanraken in handmatige modus,
wordt de frequentie voortdurend gewijzigd.
De numerieke toetsen weergeven
Radio
FM-1 FM-2 FM-3 MW LW FM-1
DX SEEK Local SEEK MANUAL PTY
21-NL
Zenders manueel instellen
1
Stem af op een gewenste radiozender die u in het
preselectiegeheugen wilt opslaan door handmatige
of automatische zoekafstemming te gebruiken.
2
Raak [P1/2] aan om de functiegids te wijzigen.
3
Raak gedurende minstens 2 seconden een van de
preselectieknoppen [P.SET 1] tot [P.SET 6] aan.
De geselecteerde zender wordt opgeslagen.
4
Herhaal de procedure om tot 5 andere stations op
dezelfde band op te slaan.
Om deze procedure voor andere banden te gebruiken,
selecteert u gewoon de gewenste band en herhaalt u de
procedure.
In het totaal kunnen 30 zenders worden opgeslagen in het
preselectiegeheugen (zes zenders per frequentieband:
FM1, FM2, FM3, MW en LW).
Als een preselectiegeheugen reeds is ingesteld met hetzelfde
preselectienummer, wordt dit nu gewist en de nieuwe zender wordt
opgeslagen.
Zenders automatisch instellen
De tuner zal automatisch 6 sterke zenders binnen de geselecteerde
frequentieband zoeken en opslaan in volgorde van signaalsterkte.
Na de gewenste frequentieband te hebben geselecteerd,
raakt u [A.MEMO] gedurende minstens 2 seconden aan.
De tuner zal automatisch 6 sterke stations zoeken en opslaan in
[P.SET 1] tot [P.SET 6] in volgorde van signaalsterkte.
Wanneer het automatische geheugen is voltooid, schakelt de
tuner over naar de zender die werd opgeslagen onder [P.SET 1].
Wanneer geen zenders worden opgeslagen, zal de tuner terugkeren
naar de zender waarnaar u aan het luisteren was voor de
automatische geheugenprocedure begon.
Afstemmen op vooraf ingestelde zenders
U kunt afstemmen op de preselectiezenders in het geheugen op elke
band met behulp van het preselectienummer.
1
Raak [P1/2] aan om de functiegids te wijzigen nadat
de gewenste band is geselecteerd.
2
Raak om het even welke van de preselectietoetsen
[P.SET 1] tot [P.SET 6] aan waar een zender aan is
toegewezen.
De ingestelde zender wordt ontvangen.
Weergavevoorbeeld voor het RDS-hoofdscherm
Geeft de radiotekst weer (als de radiozender
tekstberichten uitzendt).
AF (alternatieve frequenties) in- of uitschakelen
RDS (Radio Data System) is een radio-informatiesysteem dat gebruik
maakt van de 57 kHz hulpdraaggolf van normale FM-uitzendingen.
RDS zorgt ervoor dat u een waaier aan informatie ontvangt zoals
verkeersinformatie en zendernamen, en schakelt automatisch over naar
een sterkere zender die hetzelfde programma uitzendt.
1
Druk op
SOURCE/
op het toestel.
Het bronselectiescherm wordt weergegeven.
2
Raak [ ] aan op het hoofdbronscherm.
Het selectiescherm voor instellingen wordt weergegeven.
3
Raak [ ] van Source Setup aan.
Het scherm Source Setup verschijnt.
4
Raak [ ] van RDS Setup aan.
Het scherm van de RDS-modus wordt weergegeven.
5
Raak [AF] aan om AF (alternatieve frequenties) in
modus ON of OFF te zetten.
Wanneer ON is geselecteerd, licht de "AF"-indicator op.
De RDS Setup-modus wordt niet weergegeven wanneer de
frequentieband is ingesteld op MW of LW.
Als de AF ON-modus (alternatieve frequenties) is geselecteerd, stemt het
toestel automatisch af op een zender met sterk signaal uit de AF-lijst.
Gebruik de AF OFF-modus (alternatieve frequenties) als
automatisch opnieuw afstemmen niet nodig is.
6
Raak [ ] aan om naar het vorige scherm terug te
keren.
Wanneer u [Exit] aanraakt, wordt het instelscherm uitgeschakeld en
keert u terug naar het vorige hoofdscherm.
Tips
Wanneer het toestel het PTY31-signaal (Emergency Broadcast)
ontvangt, zal het toestel enkel "Alarm" weergeven op het scherm
wanneer PTY31 is ingeschakeld. Raadpleeg
"Instelling PTY31-
ontvangst (Nooduitzending) (Emergency Broadcast)" (pagina 43)
voor meer informatie over de bediening.
De digitale RDS-gegevens bevatten de volgende informatie:
RDS-functie
PI Programme Identification (programma-identificatie)
PS Programme Service Name (programmanaam)
AF List of Alternative Frequencies (lijst met alternatieve
frequenties)
TP Traffic Programme (verkeersprogramma)
TA Traffic Announcement (verkeersaankondiging)
PTY Programme Type (programmatype)
EON Enhanced Other Networks (versterkte andere netwerken)
A
22-NL
Raadpleeg pagina 43 over "PI Seek-instelling", "Regionale (lokale)
(Local) RDS-zenders ontvangen", "De taal voor PTY (Programme
Type) wijzigen" en "Instelling PTY31-ontvangst (Nooduitzending)
(Emergency Broadcast)".
Verkeersinformatie ontvangen
Houd
AUDIO /TA
gedurende minstens 2 seconden
ingedrukt om de modus verkeersinformatie in te schakelen.
Wanneer het toestel afstemt op een zender voor
verkeersinformatie, licht de TA-indicator op.
Verkeersinformatie kunt u enkel horen wanneer het wordt
uitgezonden. Wanneer de verkeersinformatie niet wordt
uitgezonden, schakelt het toestel over op de stand-bymodus.
Wanneer een uitzending met verkeersinformatie begint, wordt
deze automatisch ontvangen door het toestel en wordt "T. Info"
weergegeven op het scherm.
Wanneer de uitzending met verkeersinformatie is beëindigd,
schakelt het toestel automatisch over op de stand-bymodus.
Wanneer het signaal van de uitzending met verkeersinformatie beneden
een bepaald niveau zakt, blijft het toestel gedurende 1 minuut in de
ontvangstmodus. Wanneer het signaal langer dan 70 seconden beneden
een bepaald niveau blijft, knippert de "TA"-indicator op het scherm.
Indien u niet wenst te luisteren naar de ontvangen verkeersinformatie,
drukt u zacht op
MAP
om het bericht met verkeersinformatie over te
slaan. De T. INFO-modus blijft ingeschakeld om het volgende bericht
met verkeersinformatie te ontvangen.
Indien u het volumeniveau wijzigt tijdens het beluisteren van
verkeersinformatie, dan zal het gewijzigde volume worden opgeslagen.
Wanneer u de volgende keer verkeersinformatie ontvangt, zal het
volumeniveau automatisch overschakelen naar het opgeslagen niveau.
PTY (programmatype)-afstemming
RDS SETUP-modus
1
Raak [PTY] aan op het scherm.
FM-radiomodus
1
Raak [DX SEEK]* aan om de PTY-
afstemmingsmodus te kiezen.
De PTY-modus wordt geactiveerd.
Het programmatype van de ontvangen zender wordt
weergegeven.
* De knop geeft de huidige afstemmingsmodus weer.
2
Raak na het activeren van de PTY-modus [ ] of [ ]
aan om het gewenste programmatype te kiezen
terwijl "PTY" (programmatype) wordt weergegeven.
Telkens u drukt, schakelt u naar een volgend programmatype.
RDS SETUP-modus
3
Druk na het selecteren van het programmatype op
[PTY]
om te beginnen te zoeken naar een zender
binnen het geselecteerde programmatype.
FM-radiomodus
3
Raak na het selecteren van het programmatype
[PTY
SEARCH]
aan om te beginnen te zoeken naar een
zender binnen het geselecteerde programmatype.
Als het toestel geen zender vindt, wordt "NO PTY" weergegeven.
Verkeersinformatie ontvangen tijdens
het spelen van een cd of de radio
Het voorbeeld dat hier wordt uitgelegd, handelt over het ontvangen van
verkeersinformatie tijdens cd-weergave.
1
In de cd-modus houdt u AUDIO /TA gedurende
minstens 2 seconden ingedrukt om de modus
verkeersinformatie in te schakelen.
Het toestel zoekt automatisch naar verkeersuitzendingen
die kunnen worden ontvangen.
Zodra het zoeken naar een uitzending met
verkeersinformatie is voltooid, wordt de cd-modus
overgeschakeld naar de radiomodus en ontvangt het
toestel de uitzending met verkeersinformatie.
De cd wordt automatisch gedempt bij aanvang van de
verkeersinformatie-uitzending.
Wanneer de uitzending met verkeersinformatie is
beëindigd, keert het toestel automatisch terug naar de
bron die werd gebruikt vóór de uitzending met
verkeersinformatie begon.
De ontvanger is uitgerust met de functie EON (Enhanced Other
Networks - versterkte andere netwerken) zodat de ontvanger
automatisch overschakelt naar het betrokken station dat de
verkeersinformatie uitzendt als de huidige zender de
verkeersinformatie niet uitzendt.
2
Het toestel keert terug naar de cd-modus als de
uitzending met verkeersinformatie beëindigd is.
Nieuwsprioriteit
Met deze functie kunt u het toestel instellen om prioriteit te geven aan
het nieuwsprogramma. U zult het nieuwsprogramma nooit missen
aangezien het toestel automatisch voorrang geeft aan het
nieuwsprogramma zodra het begint uit te zenden. Het programma
waarnaar u aan het luisteren bent, wordt onderbroken. Deze functie
werkt niet in de LW- en MW-modi.
1
Raak [NEWS] aan op het RDS-instelscherm om de
modus PRIORITY NEWS (NIEUWSPRIORITEIT) te
activeren.
De "NEWS"-indicator verschijnt op het scherm. Raak
[NEWS] nogmaals aan om de modus nieuwsprioriteit uit te
schakelen en terug te keren naar het programma waarnaar
u aan het luisteren was.
2
Raak
[ ]
aan om naar het vorige scherm terug te keren.
Radiotekst weergeven
Tekstberichten van radiozenders kunnen worden weergegeven.
1
Stem af op een radiozender die tekstberichten uitzendt.
2
Raak [INFO.] aan in de FM-radiomodus om de
modus radiotekst te activeren.
3
Om het scherm voor radiotekst te wijzigen, raakt u
[INFO.] aan.
Het scherm is leeg wanneer er geen beschikbare tekstinformatie is of
het toestel moeilijkheden heeft om de tekstinformatie te ontvangen.
23-NL
Weergavevoorbeeld voor het MP3/WMA/AAC-hoofdscherm
[ ]-knop: zie pagina 36
CD:Geeft de naam van de track*
1
/disc*
1
weer.
Wanneer er geen informatie beschikbaar is over de naam van de
track of de disc, wordt "No Text" weergegeven.
MP3/WMA/AAC:
Na weergave van de bestandsnaam in de bovenste regel
wordt de tracknaam weergegeven als er ID3 tag-informatie
is.
Na weergave van de mapnaam in de onderste regel wordt
de naam van het album/de artiest weergegeven als er ID3
tag-informatie is.
CD:
Geeft de afspeelstatus/het disc-nummer*
2
/het
tracknummer/de voortgangsbalk/de verstreken tijd/de
resterende tijd weer.
MP3/WMA/AAC:
Geeft de afspeelstatus/het disc-nummer*
3
/het mapnummer/
het tracknummer/de voortgangsbalk/de verstreken tijd/de
resterende tijd weer.
*
1
Wordt weergegeven als een disc met cd-tekst wordt ingevoerd.
*
2
Wordt weergegeven wanneer een cd-wisselaar is aangesloten.
*
3
Wordt weergegeven wanneer een MP3-compatibele cd-wisselaar is
aangesloten.
Wanneer de CD/MP3-wisselaar als bron geselecteerd is, wordt de
voortgangsbalk enz. niet weergegeven.
Afspelen
1
Druk op
SOURCE/
op het toestel.
Het bronselectiescherm wordt weergegeven.
2
Raak [Disc] aan.
Het disc-scherm wordt weergegeven.
Als een CD/MP3/WMA/AAC wordt ingevoerd in de DISC
SLOT van de INA-W910R met het label naar boven, begint
het toestel de CD/MP3/WMA/AAC af te spelen.
3
Druk op [ ] of [ ] om de gewenste track
(bestand) te selecteren.
Terugkeren naar het begin van het huidige nummer (bestand):
Raak [ ] aan.
Snel terugspoelen:
Blijf [ ] aanraken.
Vooruitgaan naar het begin van het volgende nummer (bestand):
Raak [ ] aan.
Snel vooruitspoelen:
Blijf [ ] aanraken.
Weergave pauzeren
Raak [ / ] aan.
Wanneer u [ / ] opnieuw aanraakt, zal het afspelen hervatten.
Een schijf plaatsen/uitwerpen
Zie "Een schijf plaatsen/uitwerpen" (pagina 18).
Houd gedurende minstens 3 seconden ingedrukt wanneer de disc
niet wordt uitgeworpen.
Het INA-W910R-model bevat een ingebouwde MP3/WMA/AAC-
eenheid. U kunt CD-ROM's, DVD-ROM's, CD-R's, CD-RW's,
DVD-R's, DVD-RW's, DVD+R's en DVD+RW's die MP3/WMA/AAC-
bestanden bevatten op dit toestel afspelen. Gebruik het formaat dat
geschikt is voor dit toestel. Raadpleeg
pagina's 24 en 25 voordat u dit
toestel gebruikt voor meer informatie over het afspelen of bewaren
van MP3/WMA/AAC-bestanden.
WMA-bestanden die worden beschermd door DRM (Digital Rights
Management), AAC-bestanden die werden gekocht via de iTunes
Music Store die niet DRM-vrij zijn en bestanden die beveiligd zijn
tegen kopiëren, kunnen niet worden afgespeeld op dit toestel.
Het toestel kan discs afspelen die zowel audio- als MP3/WMA/AAC-
gegevens bevatten.
De trackweergave voor weergave van cd-audiogegevens zijn de
tracknummers die op de disc zijn opgenomen.
Cd's van 8 cm kunnen worden gebruikt.
Meer informatie over "MP3/WMA/AAC-gegevens weergeven (File
Play Mode)" vindt u op pagina 41.
Wanneer een MP3/WMA/AAC-disc met vele bestanden en mappen
wordt afgespeeld, duurt het iets langer dan normaal voor het
afspelen begint.
Druk op [ ] om de zoekmodus te activeren. Raadpleeg
"Zoekfunctie" op pagina 36 voor meer informatie over de bediening.
De zoekmodus werkt echter niet in de modus cd-wisselaar.
De afspeeltijd wordt mogelijk niet correct weergegeven wanneer een
bestand opgenomen met VBR (Variable Bit Rate) wordt afgespeeld.
Repeat
Druk op
[ ]
om de track die wordt afgespeeld te herhalen.
De track (bestand) wordt herhaaldelijk afgespeeld.
Druk nogmaals op [ ] en selecteer OFF om herhaald afspelen
uit te schakelen.
1 Raak [P1/2]*
3
aan om de functiegids te wijzigen.
2 Raak
[
]
aan om de gewenste herhaalmodus te selecteren.
*
1
Als een cd-wisselaar of een cd-wisselaar die compatibel is met MP3
wordt aangesloten en de modus
is geselecteerd, herhaalt het
toestel alle tracks (bestanden) op de geselecteerde disc.
*
2
Alleen bestanden in een map worden herhaald weergegeven.
*
3
Weergave kan verschillen afhankelijk van de aangesloten apparaten.
CD/MP3/WMA/AAC
CD: *
1
(uit)
(Herhaal één) (Herhaal disc)
MP3/WMA/AAC:
*
2
*
1
(uit)
(Herhaal één) (Repeat map) (Herhaal disc)
24-NL
M.I.X. (willekeurig afspelen)
Raak [ ] aan tijdens weergave.
De tracks (bestanden) op de cd zullen worden afgespeeld in
willekeurige volgorde.
Raak [ ] aan om het afspelen in M.I.X. te annuleren.
1 Raak [P1/2]*
4
aan om de functiegids te wijzigen.
2 Raak [ ] aan om de gewenste M.I.X.-weergave te
selecteren.
*
1
Als een cd-wisselaar met ALL-functie is aangesloten, kunt u ook
ALL selecteren.
In deze modus worden de tracks op alle cd's in de huidige lader
begrepen in de willekeurige afspeelsequentie.
*
2
Wanneer een MP3-compatibele cd-wisselaar is aangesloten, worden
alle bestanden op een cd in willekeurige volgorde afgespeeld, en
daarna schakelt de weergave over op de volgende cd.
*
3
Alleen bestanden in een map worden in willekeurige volgorde
weergegeven in
-modus.
*
4
Weergave kan verschillen afhankelijk van de aangesloten apparaten.
Als de zoekmodus (pagina 36) geactiveerd is, zal de M.I.X.-
afspeelmodus geannuleerd worden.
Mappen selecteren (voor MP3/WMA/
AAC)
Raak [ ] of [ ] aan om de map te selecteren.
Over MP3/WMA/AAC
Wat is MP3?
MP3, met als officiële naam "MPEG-1, 2, 2.5 Audio Layer 3", is
een compressiestandaard voorgeschreven door de ISO
(International Standardization Organization) en MPEG, een
gezamenlijk activiteiteninstituut van de IEC.
MP3-bestanden bevatten gecomprimeerde
audiogegevens. De MP3-codering kan audiogegevens
comprimeren aan extreem hoge ratio's, waardoor de
grootte van muziekbestanden tot een tiende van hun
oorspronkelijke grootte wordt herleid. Dit wordt verwezenlijkt
terwijl de kwaliteit quasi even goed blijft als op een cd. Het
MP3-formaat realiseert zulke hoge compressieratio's door
geluiden te elimineren die ofwel onhoorbaar zijn voor het
menselijke oor of gemaskeerd worden door andere
geluiden.
Wat is WMA?
WMA of "Windows Media™ Audio" zijn gecomprimeerde
audiogegevens.
WMA is gelijkaardig aan MP3-audiogegevens en kan geluid van
cd-kwaliteit bereiken bij kleine bestandsgroottes.
Wat is AAC?
AAC is de afkorting van "Advanced Audio Coding" en is een
basisformaat voor audiocompressie dat wordt gebruikt door
MPEG2 of MPEG4.
Methode om MP3/WMA/AAC-bestanden te creëren
Audiogegevens worden gecomprimeerd door gebruik te maken
van software met MP3/WMA/AAC-codecs. Raadpleeg de
gebruiksaanwijzing van die software voor meer informatie over
het aanmaken van MP3/WMA/AAC-bestanden.
MP3/WMA/AAC-bestanden die op dit toestel kunnen worden
afgespeeld hebben de volgende extensies:
MP3: "mp3"
WMA: "wma" (ver. 7.1, 8, 9, 9.1 en 9.2 worden ondersteund)
AAC: "m4a"
WMA wordt niet ondersteund voor de volgende bestanden,
Windows Media Audio Professional, Windows Media Audio 9
Voice of Windows Media Audio 9 Pro Lossless.
Er bestaan veel verschillende versies van het AAC-formaat.
Zorg ervoor dat de gebruikte software overeenstemt met de
aanvaarde formaten hierboven weergeven. Het is mogelijk dat
het formaat niet kan worden afgespeeld, ook al heeft het een
geldige extensie. Het afspelen van AAC-bestanden die
gecodeerd zijn via iTunes wordt ondersteund.
Ondersteunde bemonsteringsfrequenties en bitsnelheden voor
het afspelen
MP3
WMA
AAC
Dit toestel speelt mogelijk niet correct af afhankelijk van de
bemonsteringsfrequenties.
ID3-tags/WMA-tags
Dit toestel ondersteunt ID3-tag v1 en v2, en WMA-tag.
Wanneer een MP3/WMA/AAC-bestand tag-gegevens bevat, kan
dit toestel de ID3-tag/WMA-tag-gegevens (maximum 128 tekens)
weergeven: de titel (titel van de track), artiest en albumnaam.
Dit toestel kan enkel alfanumerieke karakters weergeven van
één byte en de underscore. "No Support" wordt weergegeven bij
niet-ondersteunde karakters.
Het aantal tekens is mogelijk beperkt of wordt niet correct
weergegeven, afhankelijk van de tag-informatie.
MP3/WMA/AAC-discs aanmaken
MP3/WMA/AAC-bestanden worden klaargemaakt en vervolgens
geschreven naar een CD-R of CD-RW (DVD-R/DVD-RW) met
behulp van CD-R-schrijfsoftware. Een disc kan tot 4.096
bestanden/256 mappen (inclusief hoofdmappen) bevatten, met
een maximum van 255 mappen.
Het afspelen lukt mogelijk niet wanneer een cd de
bovenstaande beperkingen overschrijdt.
CD: ALL*
1
(uit)
MP3/WMA/AAC:
*
3
*
2
(uit) *
3
OPGELET
Het dupliceren, verspreiden, overzetten of kopiëren van
audiogegevens (waaronder MP3/WMA/AAC-gegevens), gratis of
tegen betaling, zonder toestemming van de copyrighthouder, is
strikt verboden door de Copyright Act en door internationale
verdragen, tenzij het voor privégebruik is.
Bemonsterings-
frequenties:
48 kHz, 44,1 kHz, 32 kHz, 24 kHz, 22,05 kHz,
16 kHz, 12 kHz, 11,025 kHz, 8 kHz
Bitsnelheden: 32 - 320 kbps
Bemonsterings-
frequenties:
48 kHz, 44,1 kHz, 32 kHz
Bitsnelheden: 48 - 192 kbps
Bemonsterings-
frequenties:
48 kHz, 44,1 kHz, 32 kHz, 24 kHz, 22,05 kHz,
16 kHz, 12 kHz, 11,025 kHz, 8 kHz
Bitsnelheden: 16 - 320 kbps
25-NL
Ondersteunde media
De media die met dit toestel kunnen worden afgespeeld zijn
CD-ROM's, CD-R's, CD-RW's, DVD-R's en DVD-RW's.
Overeenkomstige bestandssystemen
Dit toestel ondersteunt cd's die werden geformatteerd met
ISO9660 Level 1 of Level 2.
Binnen de ISO9660-standaard zijn er enkele belangrijke
beperkingen.
De maximale mapdiepte is 8 (inclusief de hoofdmap). Het aantal
karakters voor een map-/bestandsnaam is beperkt.
Geldige tekens voor map-/bestandsnamen zijn de letters A-Z
(hoofdletters), nummers 0-9 en '_' (underscore).
Dit toestel kan ook discs afspelen in Joliet enz. en andere
standaarden die voldoen aan ISO9660. Soms worden de
bestandsnamen, mapnamen, enz. echter niet correct
weergegeven.
Ondersteunde formaten
Dit toestel ondersteunt CD-ROM XA, Mixed Mode CD,
Enhanced CD (CD-Extra) en multi-sessie-CD.
Dit toestel kan cd's die werden opgenomen met Track-At-Once
of packet writing niet correct afspelen.
Bestandsvolgorde
Bestanden worden afgespeeld in de volgorde waarin de
schrijfsoftware ze brandt op de disc. Daardoor is de
afspeelvolgorde mogelijk niet wat u verwacht. Controleer de
schrijfvolgorde in de handleiding bij de software. De
afspeelvolgorde van de mappen en bestanden is als volgt.
(De volgende nummers kunnen verschillen van de werkelijk
weergegeven nummers.)
Terminologie
Bitsnelheid
Dit is de compressieratio van het "geluid" gespecificeerd voor de
codering. Hoe hoger de bitsnelheid, hoe beter de geluidskwaliteit,
maar ook hoe groter de bestanden.
Bemonsteringsfrequentie
Deze waarde toont aan hoeveel keer per seconde de gegevens worden
bemonsterd (opgenomen). Muziek-cd's gebruiken bijvoorbeeld een
bemonsteringsfrequentie van 44,1
kHz, dus wordt het geluid 44.100
keer per seconde bemonsterd (opgenomen). Hoe hoger de
bemonsteringsfrequentie, hoe beter de geluidskwaliteit, maar ook
hoe groter het volume van de gegevens.
Codering
Het converteren van muziek-cd's, WAVE (AIFF)-bestanden en andere
geluidsbestanden naar het gespecificeerde formaat voor
audiocompressie.
Tag
Informatie over een liedje zoals de titel van de track, artiest,
albumnaam, enz. geschreven in MP3/WMA/AAC-bestanden.
Hoofdmap
De hoofdmap kunt u vinden bovenaan het bestandssysteem. De
hoofdmap bevat alle mappen en bestanden. Ze wordt automatisch
aangemaakt bij elke gebrande cd.
Hoofdmap
Map MP3/WMA/AAC-bestand
26-NL
Weergavevoorbeeld voor DVD Video-hoofdscherm
Geeft de disc weer (DVD VIDEO, DVD AUDIO, VIDEO
CD) die wordt afgespeeld.
Geeft tag-informatie weer voor DivX®.
Geeft de verstreken tijd weer.
Als [ ] op het DivX®-scherm wordt aangeraakt, wordt het
zoeklijstscherm weergegeven. Zie "Zoekfunctie" (pagina 36).
Bepaalde handelingen kunnen niet worden uitgevoerd afhankelijk
van de disc of het weergavescherm.
Weergaven van de functiegids [P1/2] enz. kunnen verschillen
afhankelijk van het/de aangesloten apparaat/apparaten.
Wijzigt het scherm voor het regelen van het
beeldcontrast rechtstreeks. Meer informatie vindt u bij
"De beeldhelderheid aanpassen (Live Contrast)" op
pagina 44.
Disc-types die kunnen worden gebruikt voor elke
hoofding worden voorgesteld door de volgende
aanduidingen.
Een disc afspelen
De INA-W910R heeft een ingebouwde dvd-speler. Wanneer een
optionele dvd-/video-cd-/cd-speler (of dvd-wisselaar) van Alpine is
aangesloten op de INA-W910R, kunt u dit toestel bedienen via de
INA-W910R (met uitzondering van bepaalde handelingen).
Als u het bijkomende apparaat probeert te activeren tijdens het
rijden, toont het scherm de waarschuwing "Picture off for your
safety".
DVD/Video CD
A
B
U kunt DVD Commercial Video-discs
(gebruikt voor distributie van films enz.) of
een DVD-R/DVD-RW, DVD+R/DVD+RW
opgenomen in videomodus gebruiken.
(Evenals discs die zowel dvd-video- als dvd-
audiogegevens bevatten en die worden
afgespeeld wanneer "Video" is ingesteld in
"De weergavemodus DVD-Audio instellen"
(pagina 41).)
DVD Commercial Audio-discs kunnen
worden gebruikt.
Video-CD-discs kunnen worden gebruikt.
CD-R/CD-RW/DVD-R/DVD-RW/DVD+R/
DVD+RW-discs, opgenomen in de DivX®-
modus kunnen worden gebruikt.
WAARSCHUWING
Het is gevaarlijk voor de bestuurder om tv/dvd/video
te kijken tijdens het rijden met het voertuig. De
bestuurder kan worden afgeleid van het zicht op de
baan en er kan een ongeluk gebeuren.
Installeer de INA-W910R correct zodat de bestuurder
geen TV/DVD/video kan kijken tenzij het voertuig
gestopt is en de handrem gebruikt wordt.
Als de INA-W910R niet correct is geïnstalleerd, zal de
bestuurder de TV/DVD/video tijdens het rijden kunnen
bekijken en afgeleid worden van de weg waardoor een
ongeluk kan gebeuren. De bestuurder of andere
personen kunnen ernstig gewond geraken.
Het dvd-modusscherm weergeven
Opgelet
Niet alle functies werken voor elke dvd. Raadpleeg
de instructies bij de dvd voor meer informatie over
de ondersteunde functies.
Vingerafdrukken op een disc kunnen de weergave
belemmeren. Verwijder de disc en controleer op
vingerafdrukken op de afspeelzijde als er zich een
probleem voordoet. Maak de disc schoon indien
nodig.
Als u de stroom of contactsleutel in de OFF-stand
plaatst of bronnen wisselt tijdens weergave, gaat
de weergave verder waar u bent gestopt als u de
weergave hervat.
Als u een ongeldige handeling probeert uit te
voeren (op basis van het type disc dat wordt
afgespeeld), wordt de volgende aanduiding op de
monitor weergegeven:
Geheugenfunctie voor afspeelpositie
Zelfs als u het toestel uitschakelt of de
contactsleutel op OFF zet tijdens weergave of de
bron wisselt, gaat de weergave verder vanaf het
punt waar de weergave werd gestopt zodra het
apparaat weer wordt ingeschakeld.
27-NL
1
Druk op
SOURCE/
op het toestel.
Het bronselectiescherm wordt weergegeven.
2
Raak [Disc] aan.
Het scherm van de DISC-modus wordt weergegeven.
Plaats een cd met de bedrukte zijde naar boven. Het toestel
begint de disc af te spelen.
Het bedieningsscherm schakelt over naar het visuele scherm in de
dvd- of Video CD-modus gedurende 5 seconden nadat een handeling
werd uitgevoerd. Raak het weergavepaneel aan om het
bedieningsscherm opnieuw te openen.
De weergavemodus kan gewijzigd worden door [WIDE] (breed) aan
te raken.
Zie "De weergavemodi verwisselen" op pagina 37 voor meer
informatie.
Een schijf plaatsen/uitwerpen
Zie "Een schijf plaatsen/uitwerpen" (pagina 18).
De keerzijde van een dubbelzijdige dvd zal niet automatisch worden
afgespeeld.
Verwijder de disc, keer deze om en voer hem opnieuw in.
Houd gedurende minstens 3 seconden ingedrukt wanneer de disc
niet wordt uitgeworpen.
Voer geen discs in die kaarten voor het navigatiesysteem bevatten.
Dit kan schade tot gevolg hebben.
Raadpleeg ook "Dvd-instelling" (pagina's 38 tot 42).
Zorg ervoor dat de invoerkabel van de afstandsbediening op de
uitvoerkabel van de afstandsbediening van dit toestel is aangesloten
als een dvd-wisselaar of dvd-speler is aangesloten. Bij verkeerde
aansluiting werkt de aanraakbediening niet.
"Can’t Downmix" wordt weergegeven wanneer een onderdeel van
een dvd-audiodisc dat niet compatibel is met Downmix wordt
afgespeeld (multikanaalssignalen worden gemixt naar 2-
kanaalssignalen). In dat geval worden enkel het linker en het rechter
kanaal die zijn opgenomen op de disc uitgevoerd als geluid. (Het
geluid van de middenluidspreker, de linker- en
rechtersurroundluidspreker en de subwoofer wordt niet uitgevoerd.)
Wanneer "Index Reading" wordt weergegeven door DivX®, kunnen
de functies snel vooruitspoelen/snel achteruitspoelen, herhalen enz.
niet worden gebruikt.
Menuschermen verschijnen automatisch voor dvd's en Video CD's met
weergaveregeling (PBC). Als dit gebeurt, voert u onderstaande
handeling uit om het afspelen te starten.
Om een dvd-audiodisc af te spelen, stelt u "VCAP" in bij "De
weergavemodus DVD-Audio instellen" (pagina 41).
Rechtstreekse menubedieningen
1 Raak het dvd-menu rechtstreeks aan.
Menubedieningen
1 Raak het scherm in de dvd-modus op een willekeurige plaats
aan om de bedieningstoetsen weer te geven.
2Raak [Key] (toets) aan.
De modus menubediening wordt weergegeven.
3 Selecteer een gewenst menu-item door [ ], [ ], [ ] of [ ]
aan te raken.
4Raak [Enter] (bevestigen) aan om het geselecteerde item te
bevestigen.
Als er gedurende 5 seconden geen handeling wordt uitgevoerd, keert
het toestel automatisch terug naar het dvd-menuscherm.
Invoer met numerieke toetsen
1 Raak het scherm in de dvd-modus op een willekeurige plaats
aan om de bedieningstoetsen weer te geven.
2Raak [Key] (toets) aan.
De modus menubediening verschijnt.
3Raak [Key] (toets) opnieuw aan.
Het invoerscherm met numerieke toetsen verschijnt.
Als een menuscherm verschijnt
Bepaalde handelingen kunnen niet worden uitgevoerd,
afhankelijk van de disc.
Raak [Return] (terug) aan om terug te schakelen naar het
vorige scherm.
(Bediening werkt mogelijk niet, afhankelijk van de disc.)
28-NL
4 Raak een gewenst nummer aan.
5Raak [Enter] aan op het scherm met numerieke toetsen om uw
selectie te bevestigen.
Invoer met numerieke toetsen
Als PBC op OFF staat, wordt het menuscherm niet
weergegeven. Schakel PBC in om het scherm weer te geven (zie
"De Video CD-weergavemodus instellen" op pagina 42).
1Raak [P1/2] aan in de modus Video CD om de functiegids te
wijzigen.
2Raak [10KEY] aan.
Het numerieke toetsenbord wordt weergegeven.
3 Raak een gewenst nummer aan om het in te voeren.
4Raak [Enter] aan om te bevestigen.
Als een dvd twee of meer titels bevat, verschijnt het bovenste
menuscherm.
Raak [TOP MENU] (bovenste menu) op het
hoofdscherm van de dvd-modus aan.
Het bovenste menuscherm verschijnt.
Raadpleeg "Als een menuscherm verschijnt" op pagina 27 voor het
uitvoeren van de nodige handelingen.
Om een dvd-audiodisc af te spelen, stelt u "VCAP" in bij "De
weergavemodus DVD-Audio instellen" (pagina 41).
Als een dvd twee of meer menu's heeft, verschijnt een menuscherm voor
de beschikbare programma's, naast de hoofdprogramma's.
Raak [MENU] aan op het hoofdscherm van de
dvd-modus aan.
Het menuscherm verschijnt.
Raadpleeg "Als een menuscherm verschijnt" op pagina 27 voor het
uitvoeren van de nodige handelingen.
1
Raak [P1/2]* aan op het hoofdscherm van de dvd-
modus aan.
De functiegids verandert.
* De weergave verschilt, afhankelijk van de disc (modus).
2
Raak [MENU CONT].
Het scherm menubedieningsmodus verschijnt.
Zie "Als een menuscherm verschijnt" op pagina 27 voor meer
informatie.
Om een dvd-audiodisc af te spelen, stelt u "VCAP" in bij "De
weergavemodus DVD-Audio instellen" (pagina 41).
Afspelen stoppen (Pre Stop)
Druk tijdens de weergave op de stop-toets om de weergave te stoppen.
Die positie wordt in het geheugen opgeslagen.
1
Raak [ ] aan tijdens weergave.
"Pre Stop" wordt weergegeven.
2
Raak [ / ] aan in de modus Pre Stop.
Weergave start vanaf het punt waarop werd gestopt.
Voor bepaalde discs is het punt waarop werd gestopt mogelijk niet
nauwkeurig.
Om een dvd-audiodisc af te spelen, stelt u "VCAP" in bij "De
weergavemodus DVD-Audio instellen" (pagina 41).
Weergave stoppen
Raak [ ] tweemaal aan of raak [ ] gedurende minstens
2 seconden aan tijdens weergave.
"Stop" wordt weergegeven en het afspelen stopt.
Weergave start vanaf het begin als [ / ] wordt aangeraakt terwijl
de weergave is gestopt.
Het bovenste menuscherm weergeven
Het menuscherm weergeven
Raak [X] aan om het invoerscherm
met numeriek toetsenbord te sluiten.
Het invoer-
scherm met
numerieke
toetsen sluit
als het
gedeelte
wordt
aangeraakt
tijdens
weergave.
Het scherm menubedieningsmodus
weergeven
29-NL
Snel vooruitspoelen/snel terugspoelen
DVD-Video, Video-CD, DVD-Audio (VCAP-modus)*,
DivX®:
1
Blijf tijdens weergave [ ] (snel terugspoelen) of
[ ] (snel vooruitspoelen) aanraken.
De disc wordt vooruitgespoeld/teruggespoeld aan dubbele
snelheid als de toets langer dan 1 seconden wordt
aangeraakt. Indien u de toets 5 seconden of langer
aanraakt, wordt de disc aan 8 keer de normale snelheid
vooruitgespoeld/teruggespoeld. Indien u de toets 10
seconden of langer aanraakt, wordt de disc aan 21 keer de
normale snelheid vooruitgespoeld/teruggespoeld.
DVD-Audio (VOFF-modus)*:
1
Blijf tijdens weergave [ ] (snel terugspoelen) of
[ ] (snel vooruitspoelen) aanraken.
2
Stop met [ ] of [ ] aan te raken om terug
naar normale weergave te gaan.
* Wanneer "VCAP" of "VOFF" ingesteld is in "De weergavemodus
DVD-Audio instellen" (pagina 41).
Er wordt geen geluid weergegeven tijdens snel vooruitspoelen/snel
terugspoelen.
Voor dvd's en Video CD's met weergaveregeling (PBC) verschijnt het
menuscherm mogelijk opnieuw tijdens snel vooruitspoelen/snel
terugspelen.
Bediening werkt mogelijk niet, afhankelijk van de disc.
Het begin zoeken van hoofdstukken/
nummers/bestanden
Raak tijdens weergave [ ] of [ ] aan.
Het hoofdstuk/track/bestand schakelt elke keer een toets wordt
ingedrukt over en de weergave van het geselecteerde
hoofdstuk/track/bestand start.
Bepaalde dvd's hebben geen hoofdstukken.
Zorg ervoor dat PBC is uitgeschakeld voor u de zoekopdracht start
(zie
"De Video CD-weergavemodus instellen" op pagina 42).
Stilstaande frames weergeven
(pauzeren)
1
Raak tijdens weergave [ / ] aan.
2
Raak [ / ] aan om de weergave te hervatten.
Er wordt geen geluid weergegeven bij de modus stilstaande frame.
Het beeld of geluid kan tijdelijk stoppen als de weergave begint
vanuit de pauze-stand. Dit duidt niet op een storing.
Frame-per-frame vooruit/achteruit
weergeven
1
Raak in de pauze-modus [ ] of [ ] aan.
Het beeld gaat iedere keer de toets wordt aangeraakt een
frame verder of terug.
2
Raak op [ / ] om terug te schakelen naar de
normale modus.
Er wordt geen geluid uitgevoerd tijdens frame-per-frame vooruit/
achteruit weergeven.
Achteruit frame-per-frame weergeven kan niet worden uitgevoerd bij
de Video CD.
Vertraagde weergave
1
Als [ ] of [ ] wordt aangeraakt en
ingehouden in de pauze-modus, wordt de vertraagde
weergave aan 1/8 van de normale snelheid
geactiveerd.
Indien u de toets langer dan 5 seconden aanraakt,
schakelt de vertraagde weergave over naar 1/2 van
de normale snelheid.
2
Stop met [ ] of [ ] aan te raken om te
pauzeren en raak [ / ] aan om af te spelen.
Er wordt geen geluid weergegeven tijdens vertraagde weergave.
Vertraagd achteruit weergeven is niet beschikbaar op de Video CD.
1/2, 1/8 zijn gemiddelde snelheden. De eigenlijke snelheid verschilt
van disc tot disc.
Mappen selecteren
Raak [ ] of [ ] aan om de map te selecteren.
:Raak dit aan om de weergave vanaf het begin van
het volgende hoofdstuk, de volgende track of het
volgende bestand te starten.
:Raak dit aan om de weergave vanaf het begin van
het huidige hoofdstuk, de huidige track of het huidige
bestand te starten.
Extra uitleg
"Hoofdstukken" zijn onderdelen van films of muzikale
selecties op dvd's.
"Tracks" zijn onderdelen van films of muzikale selecties op
video-cd's, dvd-audio's en muziek-cd's.
"Groepen" associëren een track (één nummer) met andere
tracks die op een dvd-audio zijn opgeslagen.
Groepweergave verschilt afhankelijk van de disc.
30-NL
Weergave herhalen
Gebruik deze functie om de titels, hoofdstukken, tracks enz. van een
disc herhaaldelijk af te spelen.
DVD-Video
1
Raak [ ] aan.
Telkens wanneer u de knop aanraakt, wijzigt de
herhaalmodus.
Weergave kan verschillen afhankelijk van de aangesloten apparaten.
De modus REPEAT (herhalen) wordt altijd uitgeschakeld als [ ]
wordt aangeraakt gedurende minstens 2 seconden.
Video CD
1
Raak tijdens weergave [ ] aan.
Telkens wanneer u de knop aanraakt, wijzigt de
herhaalmodus.
* Alleen weergegeven in de wisselaarmodus.
Weergave kan verschillen afhankelijk van de aangesloten apparaten.
De track-/disc-herhaalmodi kunnen niet worden gebruikt op Video
CD's met weergaveregeling (PBC). Deze modi kunnen worden
uitgevoerd nadat u PBC hebt uitgeschakeld. Zie
"De Video CD-
weergavemodus instellen" op pagina 42.
Voor bepaalde discs is het niet mogelijk om de herhaalmodus te
wijzigen.
DVD-Audio
1
Raak [ ] aan.
Telkens wanneer u de knop aanraakt, wijzigt de
herhaalmodus.
VCAP-modus*
1
:
VOFF-modus*
1
:
*
1
Wanneer "VCAP" of "VOFF" ingesteld is in "De weergavemodus
DVD-Audio instellen" (pagina 41).
DivX®
1
Raak [ ] aan nadat u [P1/2] hebt aangeraakt.
Telkens wanneer u de knop aanraakt, wijzigt de
herhaalmodus.
De modus REPEAT (herhalen) wordt altijd uitgeschakeld als [ ]
wordt aangeraakt gedurende minstens 2 seconden.
Zoeken op titel/groep/mapnummer
Gebruik deze functie om eenvoudig posities te vinden op de dvd door
gebruik te maken van de titels, groepen of mapnummers van de dvd.
1
Raak [P1/2]* terwijl de weergave gestopt is.
De functiegids verschijnt.
* De weergave verschilt, afhankelijk van de disc (modus).
2
Raak [10KEY] aan.
Het invoerscherm met numerieke toetsen verschijnt.
3
Voer een gewenste titel, groep of map in door de
overeenkomstige titel, groep of mapnummer aan te
raken.
Zie pagina 27 voor gebruik van het numerieke toetsenbord.
4
Bevestig uw selectie door [Enter] aan te raken.
Weergave start vanaf het geselecteerde titelnummer.
Deze functie kan niet worden gebruikt op discs waarop geen
titelnummers zijn opgenomen.
Weergave start vanaf het begin van het hoofdstuk/tracknummer in de
status Pre Stop.
Bepaalde discs laten mogelijk geen handelingen toe.
Het hoofdstuk wordt herhaaldelijk
afgespeeld.
De titel wordt herhaaldelijk
afgespeeld.
De weergave gaat terug naar normale
modus.
De track wordt herhaaldelijk afgespeeld.
De disc wordt herhaaldelijk afgespeeld.
Weergave wordt niet herhaald.
*
De track wordt herhaaldelijk
afgespeeld.
De groep wordt herhaaldelijk
afgespeeld.
De weergave gaat terug naar normale
modus.
De track wordt herhaaldelijk
afgespeeld.
De groep wordt herhaaldelijk
afgespeeld.
De disc wordt herhaaldelijk
afgespeeld.
Het bestand wordt herhaaldelijk
afgespeeld.
De disc wordt herhaaldelijk
afgespeeld.
De map wordt herhaaldelijk
afgespeeld.
31-NL
Rechtstreeks zoeken op nummer van
hoofdstuk, track of bestand
Gebruik deze functie om gemakkelijk naar het begin van de
hoofdstukken, tracks of bestanden op de disc te gaan.
1
Raak [P1/2]* aan in om het even welke modus
behalve de stop-modus.
De functiegids verschijnt.
* De weergave verschilt, afhankelijk van de disc (modus).
2
Raak [10KEY] aan.
Het invoerscherm met de numerieke toetsen verschijnt.
3
Raak het hoofdstuk- of tracknummer aan dat u wilt
afspelen.
Zie pagina 27 voor gebruik van het numerieke toetsenbord.
4
Raak [Enter] aan om uw selectie te bevestigen.
Weergave start vanaf het geselecteerde hoofdstuk of de
geselecteerde track.
Deze functie is niet beschikbaar voor een disc waarop hoofdstukken
of tracks niet zijn opgeslagen.
Zorg ervoor dat PBC is uitgeschakeld voor u de zoekopdracht start
(zie
"De Video CD-weergavemodus instellen" op pagina 42).
De hoek wijzigen
Op dvd's met scènes die in verschillende hoeken zijn gefilmd, kan de
hoek gewisseld worden tijdens weergave.
1
Raak tijdens weergave [P1/2]* aan.
De functiegids verandert.
* De weergave verschilt, afhankelijk van de disc (modus).
2
Raak [ANGLE] aan.
De hoek wisselt iedere keer de toets wordt aangeraakt
tussen de hoeken die op de disc zijn opgenomen.
Het kan even duren voordat de hoek wordt gewijzigd.
Afhankelijk van de disc kan de hoek op één van twee manieren
gewijzigd worden.
- Seamless (vloeiend): de hoek wisselt vloeiend.
- Non-seamless (niet vloeiend): bij het wijzigen van de hoek wordt
eerst een stilstaand beeld weergegeven en vervolgens wordt de hoek
gewijzigd.
Om een dvd-audiodisc af te spelen, stelt u "VCAP" in bij "De
weergavemodus DVD-Audio instellen" (pagina 41).
Scrollen om een pagina verder of
terug te bladeren
Een "page" is een stilstaand beeld dat is opgeslagen op een dvd-
audiodisc.
1
Raak [P1/3] tweemaal aan tijdens weergave van een
DVD-audiodisc in VCAP-modus*.
* Een dvd-audiodisc afspelen wanneer "VCAP" ingesteld is bij "De
weergavemodus DVD-Audio instellen" (pagina 41).
2
Raak PAGE (pagina) [ ] of [ ] aan.
De weergave wisselt.
Raak gedurende enkele seconden aan om de home-pagina
weer te geven.
Bij DVD-audiodiscs zonder pagina's (afhankelijk van de geplaatste
dvd-audiodisc) kunt u mogelijk de "page"-functie niet gebruiken als
beelden in een diavoorstelling zijn opgenomen.
Audiosporen overschakelen
Bij dvd's met multiplex-audio of meerdere gesproken talen kunt u de
taal wijzigen tijdens het afspelen.
1
Raak tijdens weergave [P1/2]* aan.
* De weergave verschilt, afhankelijk van de disc (modus).
2
Raak [AUDIO] aan.
Het geluid schakelt tussen de verschillende audiosporen op
de disc, telkens als de toets wordt aangeraakt.
Het geselecteerde alternatieve spoor wordt de standaardinstelling,
telkens het apparaat wordt ingeschakeld of de disc weer geplaatst
wordt. Wanneer een disc niet over dat audiospoor beschikt, wordt in
de plaats daarvan de standaardtaal van die disc geselecteerd.
Niet alle discs laten toe dat er gewisseld wordt tussen audiosporen
tijdens weergave. Selecteer in dit geval audiosporen via het menu van
de dvd.
Er kan een vertraging zijn voordat het geselecteerde spoor begint te
spelen.
Video-cd's met multiplex-audio
1
Raak tijdens weergave [P1/2] aan.
De functiegids verandert.
2
Raak [AUDIO] aan.
Telkens wanneer de knop wordt aangeraakt, wijzigt de
uitvoer van het linker- en rechterkanaal zoals wordt
weergegeven.
Audio LR Audio LL Audio RR Audio LR
32-NL
Tussen ondertitels schakelen (taal
ondertitels)
Met dvd's die ondertitels in meerdere talen bevatten, kan de taal van de
ondertitels worden gewijzigd tijdens weergave. Ondertitels kunnen ook
verborgen worden.
1
Raak tijdens weergave [P1/2]* aan.
De functiegids verandert.
* De weergave verschilt, afhankelijk van de disc (modus).
2
Raak [SUBT.] (ondertiteling) aan.
Door deze toets aan te raken worden de talen voor de
ondertitels op de disc sequentieel geselecteerd en
vervolgens uitgeschakeld.
Om een dvd-audiodisc af te spelen, stelt u "VCAP" in bij "De
weergavemodus DVD-Audio instellen" (pagina 41).
Er kan een vertraging zijn voordat de geselecteerde ondertitel
verschijnt.
Niet alle discs laten toe dat er gewisseld wordt tussen ondertitels
tijdens weergave. Selecteer in dit geval ondertitels via het menu van
de dvd.
De geselecteerde taal voor ondertitels wordt de standaardinstelling,
telkens het apparaat wordt ingeschakeld of de disc weer geplaatst
wordt. Wanneer een disc niet over deze taal beschikt, wordt in de
plaats daarvan de standaardtaal van die disc geselecteerd. De taal
voor de ondertitels kan echter verschillen afhankelijk van de disc.
Bij sommige discs worden de ondertitels weergegeven, zelfs wanneer
u deze hebt ingesteld op OFF. De taal voor de ondertitels kan echter
verschillen afhankelijk van de disc.
Het disc-menu overschakelen
Voor bepaalde discs kunnen de audiotaal, hoek en ondertitels gewisseld
worden via het disc-menu.
1
Raak [MENU] of [TOP MENU] (bovenste menu)
aan om het menu weer te geven.
2
Selecteer een item om te bevestigen.
Zie "Als een menuscherm verschijnt" op pagina 27.
Om een dvd-audiodisc af te spelen, stelt u "VCAP" in bij "De
weergavemodus DVD-Audio instellen" (pagina 41).
Over DivX
DivX® is een codec (software)-programma om bewegende beelden te
comprimeren met behoud van de beeldkwaliteit met sterk geavanceerde
compressieverhouding en werkingssnelheid.
Officieel DivX® Certified-product
Geeft alle versies van DivX®-video weer (inclusief DivX® 5)
met standaardweergave van DivX®-mediabestanden
DivX®, DivX Certified® en bijbehorende logo's zijn
handelsmerken van DivX, Inc. en worden onder licentie gebruikt
DivX Certified® voor het afspelen van DivX®-video, inclusief
premium-inhoud.
Het toestel kan CD-R/CD-RW/DVD-R/DVD-RW/DVD+R/
DVD+RW-discs afspelen die zijn opgenomen in de DivX®-
modus met extensie "avi" of "divx".
De optimale grootte voor DivX®-discweergave is als
volgt:
Met een andere beeldverhouding dan 16:9 worden mogelijk
zwarte randen weergegeven aan de linker- en rechterzijde of
aan de boven- en onderzijde van het scherm.
De volgende audio-opnamesystemen worden
ondersteund.
OVER DIVX VIDEO:
DivX® is een digitale video-indeling van DivX, Inc.
Dit is een officieel DivX Certified®-apparaat dat DivX-video's
kan afspelen. Ga naar divx.com voor meer informatie en voor
software waarmee u uw bestanden kunt converteren naar
DivX-video's.
OVER DIVX VIDEO-ON-DEMAND:
Dit DivX Certified®-apparaat moet worden geregistreerd om
gekochte DivX VOD-films (Video-on-Demand) te kunnen
afspelen.
U vindt de registratiecode in het DivX VOD-gedeelte in het
instellingenmenu van uw toestel. Ga naar vod.divx.com voor
meer informatie over het voltooien van de registratie.
Schermgrootte: 32 tot 720 pixels (horizontaal) × 32 tot 576
pixels (verticaal)
Bitsnelheid van
het beeld:
"gemiddeld 4 Mbps, maximum 8 Mbps",
Home
Theatre Profile wordt ondersteund
MPEG1 Layer II 64 tot 384 kbps
MPEG1 Layer III 32 tot 320 kbps
MPEG2 Layer III 8 tot 160 kbps
MPEG2.5 Layer III 8 tot 160 kbps
Dolby Digital 64 tot 448 kbps (Max. 5.1ch)
33-NL
\
De geluidsweergave aanpassen
1
Druk op SOURCE/ op het toestel.
Het bronselectiescherm wordt weergegeven.
2
Raak [ ] aan op het hoofdbronscherm.
Het selectiescherm voor instellingen wordt weergegeven.
3
Raak [ ] van Audio Setup aan.
Het scherm voor Audio Setup verschijnt.
Weergavevoorbeeld voor het scherm Audio Setup
Als de optionele IMPRINT-audioprocessor (PXA-H100) of een
externe audioprocessor is aangesloten, wordt de lijst "A.Processor"
weergegeven. Raadpleeg
"IMPRINT-functie (optioneel)" (pagina 50)
of "Externe audioprocessor gebruiken (optioneel)" (pagina 56) voor
meer informatie.
U kunt per lijn door de lijst bladeren door [ ] of [ ] aan te raken.
U kunt per pagina door de lijst bladeren door [ ] of [ ] aan te
raken.
Raak [ ] aan om naar het vorige scherm terug te keren.
...Dit item kunt u alleen bedienen met de INA-W910R.
...Dit item is beschikbaar wanneer de optionele
IMPRINT-audioprocessor (PXA-H100) is
aangesloten.
...Dit item is beschikbaar wanneer een externe
audioprocessor is aangesloten.
Balance/Fader (balans/fader) aanpassen
Raak [ ] van Balance/Fader aan.
Het scherm schakelt over naar het aanpassingsscherm voor
Balance/Fader (balans/fader).
Weergavevoorbeeld voor het Balance/Fader-scherm (balans/fader)
De Fader aanpassen
Raak [F] of [R] aan om het volume van de luidsprekers
vooraan en achteraan aan te passen.
Instellingsbereik: F15 tot R15
Wanneer een IMPRINT-audioprocessor (PXA-H100) is aangesloten
op het toestel en u hebt de 2.2ch (3WAY)/4.2ch (FRONT/REAR/
SUBW.)-schakelaar van de IMPRINT-audioprocessor (PXA-H100)
ingesteld op 2.2ch (3WAY), dan kunt u de modus FADER niet
aanpassen. Meer informatie kunt u vinden in de gebruiksaanwijzing
van de PXA-H100.
De Balance aanpassen
Raak [L] of [R] aan om het volume van de linkse en
rechtse luidsprekers aan te passen.
Instellingsbereik: L15 tot R15
De Balance/Fader rechtstreeks aanpassen
Raak [ ] aan en verschuif naar de gewenste instelling.
U kunt eveneens het gewenste bereik aanraken waardoor [ ]
zal verschuiven tot op de aangeraakte plaats.
Raak [L] of [R] onder Balance en [F] of [R] onder Fader aan voor
fijnafstemming.
Bass/Treble (lage tonen/hoge tonen) wijzigen
U kunt de frequentie van de hoge of lage tonen aanpassen
om uw eigen toonvoorkeur te creëren.
Raak [ ] van Bass/Treble (hoge tonen/lage tonen) aan om het
scherm aan te passen.
Aanpassingen kunnen niet worden doorgevoerd wanneer Defeat op
ON staat.
Als OFF is ingesteld in "De MultEQ-modus wijzigen" (pagina 50)
wanneer de IMPRINT-audioprocessor is aangesloten, wordt de lijst
niet weergegeven.
Instellen van het niveau voor lage tonen
U kunt de lage tonen versterken of verzwakken.
Raak [ ] of [ ] van Bass Level aan om het gewenste niveau
van lage tonen te selecteren.
Instellingsbereik: –7 tot +7
Instellen van het niveau voor hoge tonen
U kunt de hoge tonen benadrukken.
Raak [ ] of [ ] aan van Treble Level (niveau hoge tonen) om
een gewenst niveau voor hoge tonen in te stellen.
Instellingsbereik: –7 tot +7
Andere nuttige
functies
A
B
C
34-NL
Bass/Treble (lage tonen/hoge tonen) wijzigen
U kunt de frequentie van de hoge of lage tonen aanpassen
om uw eigen toonvoorkeur te creëren.
Raak [ ] van Bass/Treble (hoge tonen/lage tonen) aan om het
scherm aan te passen.
Aanpassingen kunnen niet worden doorgevoerd wanneer Defeat op
ON staat.
Instellen van het niveau voor lage tonen
U kunt de lage tonen versterken of verzwakken.
Raak [ ] of [ ] van Bass Level aan om het gewenste niveau
van lage tonen te selecteren.
Instellingsbereik: –6 tot +6
Als G-EQ ingesteld is in "De EQ-modus instellen" (pagina 35), kan
de waarde van het niveau overeenkomstig veranderen met de waarde
die ingesteld is in Band 1.
Als P-EQ ingesteld is in "De EQ-modus instellen" (pagina 35), kan
de waarde van het niveau overeenkomstig veranderen met de waarde
die ingesteld is in Band 1.
Instellen van het niveau voor hoge tonen
U kunt de hoge tonen versterken of verzwakken.
Raak [ ] of [ ] aan van Treble Level (niveau hoge tonen) om
een gewenst niveau voor hoge tonen in te stellen.
Instellingsbereik: –6 tot +6
Als G-EQ ingesteld is in "De EQ-modus instellen" (pagina 35), kan
de waarde van het niveau overeenkomstig veranderen met de waarde
die ingesteld is in Band 7.
Als P-EQ ingesteld is in "De EQ-modus instellen" (pagina 35), kan
de waarde van het niveau overeenkomstig veranderen met de waarde
die ingesteld is in Band 5.
De middenfrequentie van de lage tonen instellen
De weergegeven frequentie van de lage tonen wordt
benadrukt.
Raak [ ] of [ ] aan van Bass Freq. om een gewenste
middenfrequentie van lage tonen in te stellen.
Instellingsbereik: 63 Hz 80 Hz 100 Hz 200 Hz
Deze handeling kan alleen worden uitgevoerd als P-EG geselecteerd
is in
"De EQ-modus instellen" op pagina 35.
Als P-EQ ingesteld is in "De EQ-modus instellen" (pagina 35), kan
de waarde van de bandbreedte overeenkomstig veranderen met de
waarde die ingesteld is in Band 1.
De bandbreedte van de lage tonen instellen
Wijzigt de bandbreedte naar hoog of laag. Een hogere
instelling stimuleert een breed spectrum van frequenties
boven en onder de centerfrequentie. Een lagere instelling
stimuleert enkel frequenties dichtbij de centerfrequentie.
Raak [ ] of [ ] aan van Bass Bandwidth om een gewenste
bandbreedte voor lage tonen in te stellen.
Instellingsbereik: Wide (smal) 1 tot Wide 4 (breed)
Deze handeling kan alleen worden uitgevoerd als P-EG geselecteerd
is in
"De EQ-modus instellen" op pagina 35.
Als P-EQ ingesteld is in "De EQ-modus instellen" (pagina 35), kan
de waarde van de bandbreedte overeenkomstig veranderen met de
waarde die ingesteld is in Band 1.
De middenfrequentie van de hoge tonen instellen
De weergegeven frequentie van de hoge tonen wordt
benadrukt.
Raak [ ] of [ ] aan van Treble Freq. om een gewenste
middenfrequentie van hoge tonen in te stellen.
Instellingsbereik: 10 kHz 12,5 kHz 16 kHz 17,5 kHz
Deze handeling kan alleen worden uitgevoerd als P-EG geselecteerd
is in
"De EQ-modus instellen" op pagina 35.
Als P-EQ ingesteld is in "De EQ-modus instellen" (pagina 35), kan
de waarde van de frequentie overeenkomstig veranderen met de
waarde die ingesteld is in Band 5.
Subwoofer aan en uit
Raak [ ] of [ ] aan onder Subwoofer om Subwoofer in te stellen
op ON of OFF.
Het subwoofer-niveau aanpassen
Als ON is ingesteld in "Subwoofer aan en uit ", wordt het item
weergegeven.
Wanneer een externe audioprocessor is aangesloten, wordt de
lijst niet weergegeven.
1 Raak [ ] van Subwoofer aan.
Het scherm schakelt over naar het Subwoofer-instellingsscherm.
2 Raak
[ ]
of
[ ]
van Level aan om de subwoofer-uitvoer te wijzigen.
Instellingsbereik: 0 tot 15
De fase van de subwoofer instellen
Als ON is ingesteld in "Subwoofer aan en uit" wanneer de auto
geparkeerd is, wordt het item weergegeven.
De uitvoerfase van de subwoofer kunt u instellen op subwoofer
normaal (0
°
) of subwoofer reverse (180
°
).
1 Raak [ ] van Subwoofer aan.
Het scherm schakelt over naar het Subwoofer-instellingsscherm.
2 Raak
[ ]
of
[ ]
van Phase (fase) aan om 0° of 180° te selecteren.
Stel "De MultEQ-modus wijzigen" (pagina 50) in op OFF terwijl de auto
geparkeerd is wanneer de IMPRINT-audioprocessor is aangesloten.
Het subwoofersysteem instellen
Als ON is ingesteld in "Subwoofer aan en uit" wanneer de auto
geparkeerd is, wordt het item weergegeven.
1 Raak [ ] van Subwoofer aan.
Het scherm schakelt over naar het Subwoofer-instellingsscherm.
2 Raak [ ] of [ ] van System aan om System 1 of System 2 te
selecteren.
System 1: het niveau van de subwoofer wijzigt
overeenkomstig met de algemene volume-
instellingen.
System 2: het niveau van de subwoofer wijzigt niet
overeenkomstig met de hoofdinstelling van het
volume. Bijvoorbeeld: zelfs bij een laag volume is
de subwoofer nog steeds hoorbaar.
Het subwooferkanaal instellen
Als ON is ingesteld in "Subwoofer aan en uit" wanneer de auto
geparkeerd is, wordt het item weergegeven.
1 Raak [ ] van Subwoofer aan.
Het scherm schakelt over naar het Subwoofer-instellingsscherm.
2 Raak [ ] of [ ] van Channel (kanaal) aan om Stereo of Mono
(monauraal) te selecteren.
Stereo: subwooferstereo-uitvoer (L/R)
Mono: subwoofermono-uitvoer
Stel "De MultEQ-modus wijzigen" (pagina 50) in op OFF terwijl de auto
geparkeerd is wanneer de IMPRINT-audioprocessor is aangesloten.
Het subwoofer-niveau wijzigen
Wanneer een externe audioprocessor is aangesloten, wordt de
lijst weergegeven.
Raak [ ] of [ ] van Subw. Level aan om de subwoofer-uitvoer te
regelen.
Instellingsbereik: 0 tot 15
OFF: Subwoofer-uitvoer is uit.
ON: Subwoofer-uitvoer is aan.
35-NL
Nav. Mix Level aanpassen
Raak [ ] of [ ] van Nav. Mix Level aan om het volume van de
navigatieonderbreking te regelen.
Instellingsbereik: 0 tot 15
De instelling voor navigatieonderbreking wordt niet weergegeven
wanneer een externe audioprocessor die niet compatibel is met Nav.
Mix is aangesloten.
Wanneer er een externe audioprocessor aangesloten is, is het mogelijk dat
deze functie niet kan worden gebruikt wanneer Defeat is ingesteld op ON.
De modus Media Xpander instellen
Wanneer de Media Xpander is ingeschakeld, kunt u het niveau
van de Media Xpander aanpassen. Het item wordt weergegeven
wanneer de auto geparkeerd is.
1
Selecteer ON of OFF bij MX door [ ] of [ ] bij Media
Xpander aan te raken.
2
Raak [ ] van Media Xpander aan nadat u ON
gekozen hebt.
Het instelscherm van Media Xpander verschijnt.
3
Raak [ ] of [ ] van de huidige MX-modus aan.
Het muziekbronniveau (zoals van USB en cd's enz.) kan worden
ingesteld.
MX CD (No Effect, Level 1 tot 3)
De cd-modus verwerkt een grote hoeveelheid gegevens. Deze
gegevens worden gebruikt om het geluid zuiver weer te geven
met behulp van de gegevenshoeveelheid.
MX CMPM (No Effect, Level 1 tot 3)
Dit corrigeert informatie die was weggelaten tijdens de
compressie. Dit brengt een goed gebalanceerd geluid voort dat
dicht aanleunt bij het origineel.
MX DVD (No Effect, Level 1 tot 3)
De dialogen in de video worden helderder voortgebracht.
MX AUX (No Effect, Level 1 tot 3)
Kies de MX-modus die overeenstemt met het aangesloten
medium.
Als No Effect is geselecteerd, wordt het MX-effect van elke
MX-modus op OFF ingesteld.
Elke muziekbron, zoals cd of MP3, kan een eigen MX-instelling
hebben.
Er is geen MX-modus voor FM-, MW- en LW-radio.
MX CMPM wordt toegepast voor MP3/WMA/AAC en iPod/iPhone.
De MX-instelling kan alleen worden uitgevoerd als er een bron
geselecteerd is.
De functie kan niet worden gebruikt wanneer Defeat op ON staat.
De tijdcorrectie aanpassen
Dit item wordt weergegeven wanneer de auto geparkeerd is.
Raadpleeg "Over tijdcorrectie" (pagina 54) voor u de volgende
procedures uitvoert.
1
Raak [ ] van Time Correction aan.
Het scherm Time Correction wordt weergegeven.
2
Pas de afstand (0,0 tot 336,6 cm) van de gewenste
luidspreker aan door de respectieve [
]- of [ ]-
knop aan te raken.
L = (afstand tot de verste luidspreker) – (afstand tot andere
luidsprekers)
Zie "Waardenlijst tijdcorrectie" op pagina 54.
3
Herhaal stap 2 om een andere luidspreker in te
stellen.
Door deze waarden in te stellen, bereikt het geluid van de
luidspreker de luisterpositie op hetzelfde ogenblik als het
geluid van de andere luidsprekers.
De totale aanpassingsafstand voor alle luidsprekers moet minder
dan 680
cm bedragen.
De eenheid voor tijdcorrectie instellen (T.Corr Parameter)
Dit item wordt weergegeven wanneer de auto geparkeerd is.
U kunt de eenheid voor tijdcorrectie (cm of inch) wijzigen.
Raak [ ] of [ ] onder T.Corr Parameter aan om cm of Inch te
selecteren.
Instellingsitem: T.Corr Parameter
cm Inch
De EQ-modus instellen
Dit item kan worden aangepast wanneer de auto geparkeerd is.
Deze instelling laat u toe te kiezen tussen een 5-band
parametrische of een 7-band grafische equalizer.
Raak [ ] of [ ] aan van EQ Select om P-EQ of G-EQ te
selecteren.
Dit instellingsitem werkt niet wanneer Defeat op ON is ingesteld of
een externe audioprocessor is aangesloten.
De parametrische equalizer-curve aanpassen (P-EQ)
Wanneer P-EQ ingesteld is bij "De EQ-modus instellen" terwijl de
wagen geparkeerd is, kan dit item worden aangepast.
U kunt de equalizer-instellingen aanpassen om een responscurve
te creëren die meer aan uw persoonlijke smaak beantwoordt.
1
Raak [ ] van EQ Select aan na P-EQ te hebben
geselecteerd bij "De EQ-modus instellen".
Het P-EQ-lijstscherm verschijnt.
2
Pas de P-EQ aan volgens uw voorkeur.
De band aanpassen
Raak [ ] of [ ] bij Band aan om de band te kiezen die moet
worden aangepast.
Band 1 / Band 2 / Band 3 / Band 4 / Band 5
OFF: Schakelt het MX-effect uit voor elke muziekbron.
ON: Schakelt de opgegeven MX-modus in.
cm: De eenheid voor tijdcorrectie is cm.
Inch: De eenheid voor tijdcorrectie is Inch.
P-EQ: 5-band parametrische EQ.
G-EQ: 7-band grafische EQ.
36-NL
De frequentie aanpassen
Raak [ ] of [ ] onder Freq. aan om de frequentie van de
geselecteerde band aan te passen.
Aanpasbare frequentiebanden: 63 Hz tot 17,5 kHz (in stappen
van 1/3 octaaf)
Band-1: 63 Hz~200 Hz (63 Hz)
Band-2: 160 Hz~1 kHz (160 Hz)
Band-3: 630 Hz~4 kHz (630 Hz)
Band-4: 1,6 kHz~10 kHz (1,6 kHz)
Band-5: 10 kHz~17,5 kHz (10 kHz)
Het niveau aanpassen
Raak [ ] of [ ] bij Level aan om het niveau van de
geselecteerde band aan te passen.
Aanpasbaar niveau: –6 tot +6 dB
De bandbreedte instellen
Raak [ ] of [ ] bij Q aan om de bandbreedte te selecteren.
Aanpasbare bandbreedte: 1, 2, 3, 4
3
Herhaal stap 2 om een andere band aan te passen,
en pas alle banden aan.
Het frequentiewaardebereik van de huidige band moet hoger liggen
dan de instelwaarde van de vorige band en lager dan de instelwaarde
van de volgende band.
Bij het aanpassen van de parametrische EQ dient u rekening te
houden met de frequentierespons van de aangesloten luidsprekers.
Als de parametrische EQ aangepast is, werkt de aanpassing van de
grafische EQ niet meer.
De grafische equalizer-curve aanpassen (G-EQ)
Wanneer G-EQ ingesteld is bij "De EQ-modus instellen" terwijl de
wagen geparkeerd is, kan dit item worden aangepast.
U kunt de equalizer-instellingen aanpassen om een
responscurve te creëren die meer aan uw persoonlijke smaak
beantwoordt.
1
Raak [ ] van EQ Select aan na G-EQ te hebben
geselecteerd bij "De EQ-modus instellen".
Het G-EQ-lijstscherm verschijnt.
2
Pas de G-EQ aan volgens uw voorkeur.
Band-1 (80 Hz) / Band-2 (250 Hz) / Band-3 (500 Hz) /
Band-4 (1.000 Hz) / Band-5 (4.000 Hz) / Band-6 (8.000 Hz) /
Band-7 (16.000 Hz)
Het niveau aanpassen
Raak [ ] of [ ] aan om het niveau van de geselecteerde band
aan te passen.
Aanpasbaar niveau: –6 tot +6 dB
3
Herhaal stap 2 om een andere band aan te passen,
en pas vervolgens alle banden aan.
Als de grafische EQ aangepast is, werkt de aanpassing van de
parametrische EQ niet meer.
De Highpass Filter (hoogdoorlaatfilter) aanpassen
Wanneer Defeat is ingesteld op OFF, raakt u de titelbalk aan van
H.P.F. om het scherm aan te passen.
Raak [ ] of [ ] aan van Front H.P.F. om de voorluidspreker aan
te passen.
Instelgebied: OFF, 60 Hz, 80 Hz, 100 Hz
Raak [ ] of [ ] aan van Rear H.P.F. om de achterluidspreker
aan te passen.
Instelgebied: OFF, 60 Hz, 80 Hz, 100 Hz
Selecteer OFF (uit) als er geen aanpassing nodig is.
Defeat in- en uitschakelen
Raak [ ] of [ ] aan onder Defeat om deze functie in te stellen
op ON of OFF.
Instellingen in het geheugen opslaan
Aanpassingen en instellingen voor Time Correction en P/G-EQ kunnen
opgeslagen worden.
Inhoud die kan worden opgeslagen, verschilt afhankelijk van de
gebruikte audioprocessor.
1
Controleer of de Defeat-modus is ingesteld op OFF.
2
Raak [MEMORY] aan op de rechterzijde van het
onderste scherm.
3
Raak binnen de 5 seconden een van de
preselectieknoppen [P.SET
1] tot [P.SET 6] aan op
het onderste scherm.
De inhoud van de instellingen wordt opgeslagen.
De opgeslagen inhoud wordt niet verwijderd, zelfs als de
stroomkabel van de accu is losgekoppeld.
Het preselectiegeheugen oproepen
1
Controleer of de Defeat-modus is ingesteld op OFF.
2
Raak een van de preselectieknoppen [P.SET 1] tot
[P.SET
6] aan op het onderste scherm om het
preselectiegeheugen te selecteren.
Het duurt enkele ogenblikken om het preselectiegeheugen op te
roepen.
Zoekfunctie
1
Raak [ ] op de functiegids aan in de modus cd,
MP3/WMA/AAC of DivX®.
Het zoeklijstscherm wordt weergegeven.
Selecteer een gewenste track of map
Raak [ ] aan voor rechtstreekse weergave.
Als een hiërarchische lijst is aangemaakt, wordt [ ]
weergegeven. Raak [ ] aan om de respectieve hiërarchische
lijstschermen weer te geven.
37-NL
Weergavevoorbeeld voor zoekscherm
Maak een rechtstreekse selectie door [ ] aan te
raken. De track (of de map/het bestand) wordt
afgespeeld.
Raak [ ] aan om naar het lijstscherm terug te keren.
[ ] wordt weergegeven als er een hiërarchische lijst
is.
Als u [Exit] aanraakt, schakelt u over naar het
hoofdbronscherm.
U kunt pagina per pagina door de lijst bladeren door
[ ] of [ ] aan te raken.
U kunt per lijn door de lijst bladeren door [ ] of [ ] aan
te raken.
De zoekfunctie werkt niet op de dvd, Video CD of cd-wisselaar.
Een maplijst wordt enkel weergegeven tijdens het afspelen van MP3/
WMA/AAC wanneer een dvd-speler (DVA-5210) of -wisselaar
compatibel met MP3 is aangesloten.
Interne cd-speler-modus
1 Het scherm tracklijst* verschijnt.
2Raak [ ] van een gewenste tracktekst* aan.
De geselecteerde track wordt afgespeeld.
* Enkel wanneer de CD compatibel is met CD-tekst.
Modus interne MP3/WMA/AAC/DivX®-speler/externe
MP3-compatibele dvd-speler/-wisselaar
1 Het scherm maplijst verschijnt.
Kies een gewenste map en raak [ ] aan.
([ ] wordt enkel weergegeven wanneer de geselecteerde
map een bestand bevat.)
Het bestandlijstscherm wordt weergegeven.
2Raak [ ] van een gewenste bestandsnaam aan.
Het geselecteerde bestand wordt afgespeeld.
De weergavemodi verwisselen
Raak [WIDE] aan op het visuele bronscherm terwijl uw
voertuig geparkeerd is.
Met elke aanraking schakelt de weergavemodus als volgt:
In Mode 1 (modus 1) (Breed) geeft de monitor een normaal
beeld breder weer om op een breedbeeldmonitor te passen
door het beeld horizontaal gelijkmatig uit te rekken.
In Mode 2 (modus 2) (Cinema) geeft de monitor een normaal
beeld weer door het beeld horizontaal en verticaal uit te rekken.
Deze modus is goed voor weergave van een cinemabeeld in
16:9-verhouding.
In Mode 3 (modus 3) (Normaal) geeft de monitor een normaal
beeld weer in het midden van het scherm met zwarte randen
aan elke zijde.
Om een dvd-audiodisc af te spelen, stelt u "VCAP" in bij "De
weergavemodus DVD-Audio instellen" (pagina 41).
"No Text" wordt weergegeven in de lijst tracktekst als er geen tekst op
de disc is.
Raak [ ] aan om de map rechtstreeks af te spelen.
Mode 1 Mode 2 Mode 3 Mode 1
(WIDE) (CINEMA) (NORMAL) (WIDE)
38-NL
Dvd-instelling uitvoeren
DVD Setup (dvd-instelling) kan worden uitgevoerd nadat de disc
uit het toestel is verwijderd.
1
Druk op SOURCE/ op het toestel.
Het bronselectiescherm wordt weergegeven.
2
Raak [ ] aan op het hoofdbronscherm.
Het selectiescherm voor instellingen wordt weergegeven.
3
Raak [ ] van Source Setup aan.
Het scherm Source Setup verschijnt.
4
Raak [ ] van DVD Setup aan.
Het scherm DVD Setup verschijnt.
5
Raak [ ], [ ] enz. aan van het gewenste item om de
instelling te wijzigen.
Instellingsitems:
Menu Language / Audio Language / SUBT. Language /
Country Code / Parental / Digital Out Mode / Downmix Mode /
TV Screen / Bonus Code / DVD-A Setup / File Play Mode /
DVD Play Mode / DivX Info. / PBC
Weergavevoorbeeld voor het scherm DVD Setup (dvd-instelling)
Raak [Code] aan om het invoerscherm met numeriek
toetsenbord weer te geven.
Raak [ ] of [ ] aan om een gewenste taal in te stellen.
Raak [ ] of [ ] aan om lijn per lijn te bladeren door de
optielijst van een instellingsitem.
Raak
[ ]
of
[ ]
aan om pagina per pagina te bladeren
door de optielijst van een instellingsitem.
Het invoerscherm met numerieke toetsen sluit als het
gedeelte wordt aangeraakt tijdens weergave.
Invoerscherm met numerieke toetsen.
Het numerieke toetsenbord wordt gebruikt als u wilt
afspelen in een andere taal dan de weergegeven taal of
om uw wachtwoord voor ouderlijk toezicht in te voeren
enz.
6
Raak [ ] aan om naar het vorige scherm terug te
keren.
Raak [Exit] aan om terug te keren naar het
hoofdbronscherm dat werd weergegeven voor u aan het
instellen begon.
Zet de contactsleutel niet op OFF onmiddellijk na het wijzigen van
de instelling van dvd-modus (terwijl het systeem automatisch
gegevens schrijft).
Anders zijn de instellingen mogelijk niet gewijzigd.
De audiotaal, taal van de ondertitels en menutaal kunnen ingesteld
worden volgens uw voorkeuren.
Dit wordt de standaardtaal zodra dit is ingesteld. Deze functie is handig
als u altijd in het Engels wilt luisteren. (De taalinstelling werkt mogelijk
niet op bepaalde discs. In dit geval is de standaardtaal ingesteld in de
fabriek.)
Als de instellingen gewijzigd worden, worden de oude instellingen
overschreven. Noteer de huidige instellingen voordat u wijzigingen
aanbrengt. De instellingen worden gewist wanneer de batterij van
het voertuig wordt losgekoppeld.
Om de taal van de huidige disc tijdelijk te wijzigen, verandert u de
instellingen in het dvd-menu of voert u de handelingen uit in
"Audiosporen overschakelen" (pagina 31).
Wanneer een disc niet over de geselecteerde taal beschikt, wordt de
standaardtaal van die disc ingesteld.
Stel de taal voor de menu's in (titelmenu enz.).
Instellingsitem: Menu Language
Inhoud instelling: Auto / EN / JP / DE / ES / FR / IT / SE / RU / CN
Wanneer "Auto" is geselecteerd, wordt de primaire menutaal van de
opgenomen talen afgespeeld.
Instelling
Dvd-instelling
De handrem moet ingeschakeld zijn om toegang te krijgen
tot het dvd-modusscherm. Als u tijdens het rijden dit scherm
tracht te openen, wordt de waarschuwing "Can’t operate
while driving" weergegeven.
Stappen 1 tot 6 hieronder zijn algemene handelingen voor elk
"instellingsitem" bij de DVD Setup. Raadpleeg elke sectie voor
meer informatie.
De taalinstelling wijzigen
De menutaal instellen
39-NL
Stel de audiotaal in die door de luidsprekers wordt geproduceerd.
Instellingsitem: Audio Language
Inhoud instelling: Auto / EN / JP / DE / ES / FR / IT / SE / RU / CN
Wanneer "Auto" is geselecteerd, wordt de primaire gesproken taal
van de opgenomen talen afgespeeld.
Stel de taal voor de ondertitels in die op het scherm worden weergegeven.
Instellingsitem: SUBT. Language
Inhoud instelling: Auto / EN / JP / DE / ES / FR / IT / SE / RU / CN
Wanneer "Auto" is geselecteerd, wordt de primaire ondertiteltaal van
de opgenomen talen afgespeeld.
Afspelen in een andere taal dan de weergegeven taal
1Raak [Code] aan.
Het numerieke toetsenbordscherm wordt weergegeven.
2 Raak de 4 cijfers van het taalnummer aan.
Raadpleeg "Lijst van taalcodes" (pagina 84) voor meer
informatie over de taalnummers.
3Raak [Enter] aan om het nummer op te slaan.
Stel het landnummer in waarvoor u de classificatie wilt wijzigen
(ouderlijk toezicht).
Instellingsitem: Country Code
Inhoud instelling: Auto / Other
Als de instellingen gewijzigd worden, worden de oude instellingen
overschreven. Noteer de huidige instellingen voordat u wijzigingen
aanbrengt. De instellingen worden gewist wanneer de batterij van
het voertuig wordt losgekoppeld.
1Raak [Code] aan van Country Code (landcode).
2Raak [Delete All] of [ ] aan.
Wis het weergegeven landnummer.
3 Raak de 4-cijferige landcode aan.
Raadpleeg "Lijst van landcodes" (pagina's 85, 86) voor
het landnummer.
4Raak [Enter] aan om de code op te slaan.
Deze functie kan het bekijken van films beperken voor kinderen van
bepaalde leeftijdniveaus.
Instellingsitem: Parental
Inhoud instelling: Input
Als de instellingen gewijzigd worden, worden de oude instellingen
overschreven. Noteer de huidige instellingen voordat u wijzigingen
aanbrengt. Het geheugen wordt gewist wanneer de batterij van het
voertuig wordt losgekoppeld.
De weergave wordt niet beperkt voor dvd's zonder classificatie, zelfs
als er een classificatieniveau wordt ingesteld.
Als u dvd-software met de functie ouderlijk toezicht wilt weergeven
en het gebruik is beperkt, wijzig dan het classificatieniveau en het
landnummer om de dvd af te spelen.
Zodra dit is ingesteld, blijft het classificatieniveau in het geheugen
tot het wordt gewijzigd. De instelling moet worden gewijzigd om de
weergave van discs met hogere classificatieniveaus in te schakelen of
om ouderlijk toezicht te annuleren.
Niet alles dvd's zijn voorzien van ouderlijk toezicht. Als u niet zeker
bent over een dvd, speelt u deze eerst af ter bevestiging. Houd dvd's
die u ongeschikt acht ontoegankelijk voor jonge kinderen.
1Raak [Input] aan.
Het numerieke toetsenbordscherm wordt weergegeven.
2 Raak het numerieke toetsenbord aan om het 4-cijferige
wachtwoord in te voeren.
Het standaardnummer is 1111.
Ingevoerde nummers worden weergegeven als "*".
3Raak [Enter] aan om het nummer op te slaan.
Het scherm Parental (ouderlijk) verschijnt.
Stel het classificatieniveau van PARENTAL (ouderlijk) in.
4Raak [ ] van Parental (ouderlijk) aan om het in te
schakelen.
5Raak [ ] of [ ] aan van Parental Level (ouderlijk niveau)
om het classificatieniveau te selecteren (1 tot 8).
Selecteer "OFF" om de kinderbeveiliging te annuleren of
indien u geen beoordelingsgraad wenst in te stellen. Hoe
kleiner het getal, hoe hoger de classificatie.
6Raak [ ] aan om naar het vorige scherm terug te keren.
Het wachtwoord wijzigen
4Raak [Input] aan van Password Change (wachtwoord
wijzigen).
Het numerieke toetsenbordscherm wordt weergegeven.
5 Raak het invoerscherm aan om het 4-cijferige
wachtwoord in te voeren.
Schrijf het nummer op een veilige plaats op voor het geval dat u
het vergeet.
6Raak [Enter] aan om het nummer op te slaan.
7Raak [ ] aan om naar het vorige scherm terug te keren.
Gebruik de volgende procedure om het digitale audiosignaal in te
stellen dat door de INA-W910R wordt uitgevoerd.
Instellingsitem: Digital Out Mode
Inhoud instelling: Auto / LPCM
De audiotaal instellen
De taal voor ondertitels instellen
De ingestelde landcode wijzigen
Auto: De primaire landcode van de opgenomen codes wordt
afgespeeld.
Other: De instelling wijzigt naar "Other" wanneer een
gewenste landcode wordt ingevoerd.
Het classificatieniveau instellen (Parental Lock)
Het classificatieniveau tijdelijk wijzigen
Voor bepaalde discs kan het nodig zijn dat u het
classificatieniveau van de standaardinstellingen wijzigt tijdens
weergave. In dit geval verschijnt op het scherm het bericht
"Parental level change OK? [Yes] / [No]".
Wijzig als volgt het niveau als dit scherm verschijnt:
Druk op [Yes] om het ouderlijk niveau te wijzigen en af te
spelen.
Als [Yes] wordt aangeraakt, verschijnt het invoerscherm met
numeriek toetsenbord. Voer het wachtwoord in (4 cijfers) dat u
hebt ingesteld in "Het classificatieniveau instellen (Parental
Lock)", en raak vervolgens [Enter] aan.
Raak [No] aan om zonder ouderlijk niveau af te spelen.
(Als [No] wordt aangeraakt, gebeurt weergave met het ouderlijk
niveau ingesteld in "Het classificatieniveau instellen (Parental
Lock)".)
De instelling van digitale uitvoer wijzigen
Auto: De digitale uitvoer wordt automatisch
overgeschakeld volgens het type audiosignalen
dat wordt afgespeeld.
Zorg ervoor dat u "Auto" selecteert wanneer u
een digitale audioprocessor wenst aan te sluiten
en Dolby Digital-geluid wenst af te spelen. "Auto"
is de standaardinstelling.
LPCM: De audiosignalen die zijn opgenomen op de disc
worden voor uitvoer geconverteerd naar lineaire
PCM-audiosignalen van 48 kHz/16 bit (voor
dvd's) of 44,1 kHz (voor video-cd's en cd's).
40-NL
Audio-uitvoer/Optische digitale audio-uitvoer
* Niet uitgevoerd bij weergave van een DVD-Audio.
Disc Audio-opnameformaat Digitale uitvoerinstelling
(DVD SETUP)
Optische digitale audio-
uitvoer
Analoge audio-uitvoer
(Ai-NET, RCA-uitvoer)
Formaat Fs Q
LPCM
(CD-DA,
DVD-V, DVD-A)
44,1/176,4 kHz 16/20/24 bit AUTO of LPCM 44,1 kHz, 16 bit, LPCM
2-kanaals (2-kanaals-
downmix)
*
OK
48/96/192 kHz 16/20/24 bit AUTO of LPCM 48 kHz, 16 bit, LPCM
2-kanaals (2-kanaals-
downmix)
*
OK
PPCM
(DVD-A)
44,1/88,2/176,4
kHz
16/20/24 bit AUTO of LPCM Niet uitgevoerd OK
48/96/192 kHz 16/20/24 bit
Dolby Digital
(-EX)
(DVD-V, DVD-A)
48 kHz 16/18/20 bit LPCM 48 kHz, 16 bit,
gedecodeerd 2-kanaals
(2-kanaals-downmix)
*
OK
AUTO Auto (max. 7.1ch)
*
OK
DTS (-ES)
(CD-DA,
DVD-V, DVD-A)
44,1 kHz 16/20/24 bit LPCM 44,1 kHz, 16 bit
gedecodeerd 2-kanaals
(2-kanaals-downmix)
*
OK
AUTO Auto (max. 6.1ch)
*
OK
48/96 kHz 16/20/24 bit LPCM 48 kHz, 16 bit,
gedecodeerd 2-kanaals
(2-kanaals-downmix)
*
OK
AUTO Auto (max. 6.1ch)
*
OK
MPEG1Layer II
(VCD, DVD-V,
DVD-A)
44,1 kHz 16 bit LPCM 44,1 kHz, 16 bit, 2ch
gedecodeerd
*
OK
AUTO Auto
*
OK
48 kHz 16 bit LPCM 48 kHz, 16 bit,
gedecodeerd 2-kanaals
(2-kanaals-downmix)
*
OK
AUTO Auto (max. 5.1ch)
*
OK
MPEG2Layer II
(DVD-V, DVD-A)
44,1 kHz 16 bit LPCM 44,1 kHz, 16 bit, 2ch
gedecodeerd
*
OK
AUTO Auto
*
OK
48 kHz 16 bit LPCM 48 kHz, 16 bit,
gedecodeerd 2-kanaals
(2-kanaals-downmix)
*
OK
AUTO Auto (max. 5.1ch)
*
OK
MPEG1/2/
2.5Layer III
(MP3, WMA)
32 kHz 16 bit AUTO of LPCM 32 kHz, 16 bit, 2ch
gedecodeerd
OK
44,1 kHz 16 bit AUTO of LPCM 44,1 kHz, 16 bit, 2ch
gedecodeerd
OK
48 kHz 16 bit AUTO of LPCM 48 kHz, 16 bit, 2ch
gedecodeerd
OK
41-NL
Deze functie is van toepassing op Dolby Digital, DTS stream-geluid.
Instellingsitem: Downmix Mode
Inhoud instelling: Surround / Stereo
Gebruik onderstaande procedure om het uitvoerscherm aan te passen
volgens het type tv-scherm (monitor achteraan) dat wordt gebruikt.
Deze instelling kan ook worden gebruikt voor de INA-W910R.
Als de achterste monitor niet is aangesloten, is de scherminstelling 16:9.
Instellingsitem: TV Screen
Inhoud instelling: 4:3 LB / 4:3 PS / 16:9
Voor bepaalde discs kan het beeld mogelijk niet op de geselecteerde
schermgrootte worden ingesteld. (Meer informatie hierover vindt u
op de hoes van de disc).
4:3 LETTER BOX:
Selecteer dit als u aangesloten bent op een conventionele
monitor in 4:3-formaat (normale tv-beeldverhouding). Er kunnen
zwarte strepen zichtbaar zijn aan de bovenkant en onderkant
van het scherm (wanneer u een film in 16:9-formaat afspeelt).
De breedte van deze strepen hangt af van de originele
beeldverhouding van de bioscoopversie van de film.
4:3 PAN-SCAN:
Selecteer dit bij aansluiting op een conventioneel beeldscherm
in formaat 4:3. Het beeld zal het volledige tv-scherm opvullen.
Door een verkeerde combinatie van de beeldverhouding
kunnen delen uiterst links en rechts niet zichtbaar zijn (bij
weergave van een film in 16:9-formaat).
16:9 WIDE:
Selecteer dit bij aansluiting op een breedbeeldtelevisie. Dit is de
fabrieksinstelling.
Bepaalde dvd-audiodiscs hebben een bonusgroep.
De 4-cijferige code voor de bonusgroep kan worden opgeslagen.
Raadpleeg de informatie op de cover enz. van de disc voor de code.
Instellingsitem: Bonus Code
Inhoud instelling: Code
1
Raak [Code] aan.
Het invoerscherm met 10 toetsen wordt weergegeven.
2
Voer de 4-cijferige code in van de hoes van de disc
enz.
3
Raak [Enter] aan om het nummer op te slaan.
Als de code van de bonusgroep verschilt van de code die u in deze
sectie instelt, verschijnt het invoerscherm met 10 toetsen
automatisch. Als een nieuwe code wordt ingevoerd, wordt deze code
vervangen.
Om de DVD-audiodisc weer te geven kunt u kiezen uit 3 verschillende
instellingen. Als de disc DVD Video en Audio bevat, stelt u VCAP
(Video Capable Audio Player) of VOFF (Video OFF) in om de DVD
Audio weer te geven.
Instellingsitem: DVD-A Setup
Inhoud instelling: Video / VCAP / VOFF
Bij gebruik van discs die zowel audio- als MP3/WMA/AAC-gegevens
bevatten.
Instellingsitem: File Play Mode
Inhoud instelling: CD / CMPM
Als een disc geplaatst is, moet u die uit het toestel verwijderen
voordat u instelt.
Als een cd-wisselaar wordt gebruikt die compatibel is met MP3, kan
deze instelling niet worden toegepast.
De Downmix-modus instellen
Surround: Surround-compatibele Downmix
Stereo: Stereo Downmix
Het tv-scherm instellen
De bonuscode instellen
De weergavemodus DVD-Audio instellen
Video: Alleen DVD Video wordt weergegeven als de disc
DVD Video en Audio bevat.
VCAP: DVD Audio wordt met Video weergegeven.
VOFF: DVD Audio wordt zonder Video weergegeven.
MP3/WMA/AAC-gegevens weergeven
(File Play Mode)
CD: Geeft alleen de audiogegevens op discs weer die zowel
audiogegevens als MP3/WMA/AAC-gegevens bevatten.
CMPM:Geeft alleen de MP3/WMA/AAC-bestanden weer van
discs met zowel audiogegevens als MP3/WMA/AAC-
gegevens.
42-NL
Als een disc die zowel een gecomprimeerd videobestand als een
gecomprimeerd audiobestand bevat, wordt gebruikt, moet u kiezen om
enkel video of enkel audio weer te geven.
Instellingsitem: DVD Play Mode
Inhoud instelling: Video / Audio
Instellingsitem: DivX Info.
Andere instellingsitems: Registration / Deregistration*
Door de titelbalk bij Registration of Deregistration aan te raken,
wordt de DivX®-registratie- of -deregistratiecode weergegeven.
* Wird nur angezeigt, wenn dieses Gerät bereits registriert ist.
Als u een Video CD afspeelt met weergaveregeling (PBC), kunt u
kiezen om PBC in- of uit te schakelen.
Instellingsitem: PBC
Inhoud instelling: OFF / ON
Broninstelling uitvoeren
1
Druk op SOURCE/ op het toestel.
Het bronselectiescherm wordt weergegeven.
2
Raak [ ] aan op het hoofdbronscherm.
Het selectiescherm voor instellingen wordt weergegeven.
3
Raak [ ] van Source Setup aan.
Het scherm Source Setup verschijnt.
4
Raak [ ] van de gewenste instelmodus aan.
DVD Setup
*
1
/ Radio Setup / BLUETOOTH Setup
*
3
/
RDS Setup
*
2
/ USB Search
*
4
*
1
Zie "Dvd-instelling" op pagina 38.
*
2
Zie "RDS-functie" op pagina 21.
*
3
Weergegeven als "BLUETOOTH IN" op ON ingesteld is (pagina 49).
*
4
U kunt [ ] of [ ] rechtstreeks aanraken om dit item te wijzigen.
5
Raak [ ], [ ] of [ ] enz. aan van het gewenste
item om de instelling te wijzigen.
Radio Setup:
FM Level / PI Seek / RDS Regional / PTY Language / PTY31 /
Tuner Condition
BLUETOOTH Setup:
Paired Devices / Device Search / Clear Device / Service Provider /
Visible Mode / Auto Answer / Speaker Select / MIC Input /
Firmware Version / Firmware Update / Hung Up / Echo Cancel /
Navi Voice IN Call / BT Menu Language / Shortcut Memory
USB Search:
Tag/ Fil e Name
Raadpleeg "BLUETOOTH-instelling" (pagina 62) voor meer
informatie over BLUETOOTH-instelling.
6
Raak [ ] aan om naar het vorige scherm terug te
keren.
Raak [Exit] aan om terug te keren naar het
hoofdbronscherm dat werd weergegeven voor u aan het
instellen begon.
De weergavegegevens van het
gecomprimeerde bestand instellen
Video: Alleen videogegevens worden
weergegeven.
Audio: Alleen audiogegevens worden
weergegeven.
DivX-discinformatie weergeven
De Video CD-weergavemodus instellen
OFF: Het PBC-menu wordt niet weergegeven.
ON: Het PBC-menu wordt weergegeven.
Broninstelling
De handrem moet aangetrokken zijn om het scherm van de
Source-modus te kunnen raadplegen. Als u tijdens het rijden
dit scherm tracht te openen, wordt de waarschuwing "Can’t
operate while driving" weergegeven.
De stappen 1 tot 6 hierna zijn gangbare handelingen voor elk
"Instelitem" van Source Setup. Raadpleeg elke sectie voor meer
informatie.
43-NL
Selecteer "Radio Setup" uit het broninstellingshoofdmenu in stap 4.
Sterkte van de bronsignalen aanpassen
Indien het verschil in volume tussen de cd en de FM-radio te
groot is, pas dan de FM-signaalsterkte als volgt aan.
Instellingsitem: FM Level
Inhoud instelling: Low / High
PI Seek-instelling
Instellingsitem: PI Seek
Inhoud instelling: OFF / Auto
Regionale (lokale) (Local) RDS-zenders ontvangen
Als OFF is geselecteerd, blijft het toestel automatisch de
verwante lokale RDS-zender ontvangen.
Instellingsitem: RDS Regional
Inhoud instelling: OFF / ON
De taal voor PTY (Programme Type) wijzigen
U kunt een van de patronen kiezen van de schermtalen.
Instellingsitem: PTY Language
Inhoud instelling: GB / NL / F / D / I / E
Instelling PTY31-ontvangst (Nooduitzending)
(Emergency Broadcast)
PTY31-ontvangst (nooduitzending) kan ON/OFF worden.
Instellingsitem: PTY31
Inhoud instelling: OFF / ON
Wanneer PTY31 is ingesteld op ON, geeft het toestel automatisch
voorrang aan nooduitzendingen en onderbreekt daarvoor het
programma waarnaar u aan het luisteren bent.
Tijdens de PTY31-ontvangst wordt "Alarm" weergegeven op het
scherm.
De TUNER-toonkwaliteit (FM) instellen (Tuner Condition)
Met dit toestel kunt u uw favoriete toonkwaliteit instellen voor de
bron FM-radio.
Instellingsitem: Tuner Condition
Instelling inhoud: Normal / HiFi / Stable
Ruis is mogelijk meer aanwezig wanneer HiFi is ingesteld,
afhankelijk van de status van de ontvangst. In dit geval raden wij de
Normal-instelling aan.
Selecteer "USB Search" uit het broninstellingshoofdmenu in stap 4.
De USB-zoekmodus instellen
U kunt met het toestel zoeken naar USB-audiobestanden via een
zoekbewerking op tag-informatie of via de Verkennermodus
(op bestandsnaam).
Instellingsitem: USB Search
Inhoud instelling: Tag / File Name
Schakel na de bovenstaande instelling het contact van de auto uit
(ACC OFF) en daarna weer in (ACC ON).
Raadpleeg "Een gewenst nummer zoeken" (pagina 74) voor meer
informatie over de zoekmodus.
Als er een draagbare muziekspeler aangesloten is, dan wordt de
zoekmodus op tag-informatie gebruikt, zelfs als File Name ingesteld
is.
Radio-instelling
Normal: Standaardinstelling
HiFi: Instelling voor hoge kwaliteit
Stable: Ruiscontrole
USB-zoekfunctie
Tag : Als Tag geselecteerd is kunt u de zoekmodus op
Afspeellijsten/Artiesten/Albums/Nummers/Genres/
Componisten/Mappen/Bestanden gebruiken om de
zoekopdracht te verfijnen.
File Name: Als File Name geselecteerd is, kunt u een map/
bestand zoeken op dezelfde wijze als u bestanden
zoekt op een pc.
44-NL
Scherminstelling
1
Druk op SOURCE/ op het toestel.
Het bronselectiescherm wordt weergegeven.
2
Raak [ ] aan op het hoofdbronscherm.
Het selectiescherm voor instellingen wordt weergegeven.
3
Raak [ ] onder Display Setup aan.
Het scherm Display Setup (scherminstelling) verschijnt.
4
Raak [ ], [ ] of [ ] enz. aan van het gewenste
item om de instelling te wijzigen.
Instellingsitems:
Visual EQ / Dimmer / Dimmer Low Level / Function Guide Fade /
Base Color / Screen Alignment / Display
5
Raak [ ] aan om naar het vorige scherm terug te
keren.
Raak [Exit] aan om terug te keren naar het
hoofdbronscherm dat werd weergegeven voor u aan het
instellen begon.
Zet de contactsleutel niet op OFF onmiddellijk na het wijzigen van
de instellingen van de weergavemodus (terwijl het systeem
automatisch gegevens schrijft). Anders zijn de instellingen mogelijk
niet gewijzigd.
De visuele instelling van Bright, Color, Contrast, enz. kan in deze
modus worden aangepast.
Instellingsitem: Visual EQ
Verdere instellingsitems:
Live Contrast* Visual EQ* Bright Color* Tint*
Contrast Sharp* User Memory*
* De instelling is niet beschikbaar in navigatiemodus.
Raak [ ] of [ ] enz. aan van het gewenste item om de
instelling te wijzigen.
De instellingen zijn alleen beschikbaar in de visuele bronmodus.
U kunt de verdere instellingsitems wijzigen door [ ]/[ ] aan te
raken.
Slechts één instellingsitem kan worden weergegeven op elke pagina.
U kunt de gewenste helderheid, beeldtint, enz. selecteren via het
weergegeven scherm.
De beeldhelderheid aanpassen (Live Contrast)
De te heldere/donkere delen van een beeld worden automatisch
gecorrigeerd.
Instellingsitem: Live Contrast
Inhoud instelling: OFF / Low / High
U kunt deze instelling aanpassen in de visuele bronmodus door [ ]
rechtstreeks aan te raken. (In dit geval wordt "Live Contrast"
weergegeven als "Contrast".)
De Visual EQ (visuele EQ)-modus selecteren (instelling
van fabrikant)
U kunt een modus selecteren die geschikt is voor het
onderwerpbeeld.
Verder instellingsitem: Visual EQ
Inhoud instelling: OFF (standaardinstelling) / Night M. / Soft /
Sharp / Contrast / P-1 / P-2
Stel deze functie in op OFF om terug te keren naar de
standaardinstellingen voor video. Keuzes voor de Visual EQ of
gemaakte wijzigingen worden gerest naar de oorspronkelijke
instellingen.
Als er aanpassingen worden gemaakt aan de bestaande keuzes voor
Visual EQ (Night M., enz.), wordt "Custom" weergegeven.
Helderheid aanpassen
Verder instellingsitem: Bright
Inhoud instelling: -15 ~ +15
U kunt de helderheid wijzigen tussen Min (–15) en Max (+15).
Wanneer het minimale of maximale punt is bereikt, wordt
respectievelijk de boodschap "Min" of "Max" weergegeven.
Als u een voorgeprogrammeerde instelling van de Visual EQ
selecteert, wordt de helderheid automatisch aangepast aan de
verlichting in de auto zolang Auto ingesteld is in
"De helderheid van
de achtergrondverlichting instellen" (pagina 45).
De kleur van het beeld aanpassen
Verder instellingsitem: Color
Inhoud instelling: -15 ~ +15
U kunt de kleur wijzigen tussen Min (-15) en Max (+15). Wanneer
het minimale of maximale punt is bereikt, wordt respectievelijk
de boodschap "Min" of "Max" weergegeven.
Kleuraanpassingen kunnen alleen in de modi iPod video, dvd, Video
CD en AUX worden uitgevoerd.
Scherminstelling
De handrem moet aangetrokken zijn om het scherm van de
Display-modus te kunnen raadplegen. Als u tijdens het rijden dit
scherm tracht te openen, wordt de waarschuwing "Can’t operate
while driving" weergegeven.
Stappen 1 tot 5 hieronder zijn algemene handelingen voor elk
"instellingsitem" bij Display Setup. Raadpleeg elke sectie voor
meer informatie.
Visual EQ (visuele EQ)-instelling bepalen
OFF: Oorspronkelijke instelling
Night M.: geschikt voor films met veel donkere scènes.
Soft: geschikt voor CG's en animatiefilms.
Sharp: geschikt voor oude films met onduidelijke
beelden.
Contrast: geschikt voor recente films.
P-1: Roept de Visual EQ-modus op die opgeslagen is
onder preselectienummer P-1 van
"Visual EQ
opslaan" (pagina 45).
P-2: Roept de Visual EQ-modus op die opgeslagen is
onder preselectienummer P-2 van
"Visual EQ
opslaan" (pagina 45).
45-NL
De tint van het beeld aanpassen
Verder instellingsitem: Tint
Inhoud instelling: G15 ~ R15
De kleur aanpassen van G15 naar R15. Bij het maximum van
ieder kleur wordt "G Max" of "R Max" weergegeven.
Tintaanpassingen kunnen alleen in de modi iPod video en AUX
worden uitgevoerd.
Als het beeld van de externe invoer op PAL is ingesteld, kunt u de Tint
niet wijzigen.
Het beeldcontrast aanpassen
Verder instellingsitem: Contrast
Inhoud instelling: -15 tot +15
U kunt het beeldcontrast aanpassen op een schaal van -15 tot
+15. "Low" en "High" verschijnen als u de minimum- en
maximumwaarden bereikt.
De beeldkwaliteit aanpassen
Verder instellingsitem: Sharp
Inhoud instelling: -5 tot +5
U kunt de beeldkwaliteit aanpassen op een schaal van -5 tot +5.
"Soft" en "Hard" verschijnen als u de minimum- en
maximumwaarden bereikt.
Beeldkwaliteit aanpassen kan alleen in de modi iPod video, dvd,
Video CD en AUX.
Visual EQ opslaan
U kunt de instellingen opslaan voor "De helderheid, tint, diepte,
beeldkwaliteit en -contrast van het beeld aanpassen".
Verder instellingsitem: User Memory
Inhoud instelling: P-1 / P-2
1 Na het voltooien van "De helderheid, tint, diepte,
beeldkwaliteit en -contrast van het beeld aanpassen"
(pagina 44), raakt u [] of [] van User Memory aan en
selecteert u vervolgens het preselectienummer
"P-1" of "P-2" waaraan u de instellingen wilt toewijzen.
2 Na selectie van een preselectienummer raakt u [Memory]
aan.
De aangepaste Visual EQ-modus wordt opgeslagen
d.m.v. bovenstaande handelingen.
U kunt de hier opgeslagen Visual EQ-modus oproepen vanaf P-1 of
P-2 in "De Visual EQ (visuele EQ)-modus selecteren (instelling van
fabrikant)" (pagina 44).
Achtergrondverlichting is voorzien door een fluorescerend licht dat in
het lcd-paneel (liquid crystal panel) is ingebouwd. De
verlichtingsregelaar regelt de helderheid van de achtergrondverlichting
op basis van het omgevingslicht in de wagen voor betere zichtbaarheid.
Instellingsitem: Dimmer
Inhoud instelling: OFF / ON / Auto
Wanneer ON of Auto is ingesteld, is deze instelling ook van
toepassing voor de knopverlichting in "De dimmer van
knopverlichting's nachts aanpassen" (pagina 46).
U kunt de helderheid van de achtergrondverlichting wijzigen (LOW).
Deze functie kan bijvoorbeeld gebruikt worden om de
schermhelderheid te wijzigen bij nachtelijke ritten.
Instellingsitem: Dimmer Low Level
Inhoud instelling: -15 tot +15
U kunt het niveau aanpassen tussen Min (-15) en Max (+15).
Wanneer het minimale of maximale punt is bereikt, wordt
respectievelijk de boodschap "Min" of "Max" weergegeven.
Als dit ingeschakeld is, wordt de functiegids automatisch verborgen als
er gedurende 5 seconden geen handeling wordt uitgevoerd.
Instellingsitem: Function Guide Fade
Inhoud instelling: OFF / ON
U kunt kiezen uit 4 verschillende weergavekleuren voor de achtergrond
van het lettertype.
Instellingsitem: Base Color
Inhoud instelling: Blue / Red / Green / Amber
Aanpassing is nodig als de weergavepositie van het lcd-scherm en de
aanraakpositie van het aanraakpaneel niet overeenkomen.
Instellingsitem: Screen Alignment
Inhoud instelling: / Reset
1Raak [] van Screen Alignment aan.
Het aanpassingsscherm verschijnt.
2 Raak de aanduiding nauwkeurig aan in de hoek
onderaan links van het scherm.
Het scherm schakelt over naar het aanpassingsscherm.
3 Raak de aanduiding nauwkeurig aan in de hoek
bovenaan rechts van het scherm.
Dit voltooit de aanpassing en brengt u terug naar het
scherm van de Display Setup-modus (scherminstelling).
Als u een andere plaats hebt aangeraakt dan de -aanduiding,
raakt u [Reset] aan om het aanpassingsscherm terug te brengen naar
de oorspronkelijke instelling.
Indien u [] aanraakt op het aanpassingsscherm, wordt de
aanpassing niet doorgevoerd en krijgt u opnieuw het scherm Display
Setup te zien.
U kunt de schermweergave uitschakelen om het stroomverbruik te
verminderen.
Dit extra vermogen verhoogt de geluidskwaliteit.
Instellingsitem: Display
Inhoud instelling: OFF / ON
Als u op een knop van het toestel drukt terwijl de weergavemodus
uitgeschakeld is, wordt het scherm gedurende 5 seconden weergegeven
om de werking te tonen alvorens de weergave weer wordt uitgeschakeld.
De helderheid van de
achtergrondverlichting instellen
OFF:
Deactiveer de modus Auto Dimmer om de
achtergrondverlichting van de monitor helder te houden.
ON: Houd de achtergrondverlichting van de monitor donker.
Auto: Wijzig de helderheid van de achtergrondverlichting van
de monitor automatisch volgens de helderheid van de
binnenkant van de auto.
Het minimumniveau van
achtergrondverlichting wijzigen
De functiegidsweergave in-/uitschakelen
(ON/OFF)
De achtergrondkleur van het lettertype
wijzigen
Het aanraakpaneel aanpassen
Scherm aan en uit
46-NL
Algemene instelling
1
Druk op SOURCE/ op het toestel.
Het bronselectiescherm wordt weergegeven.
2
Raak [ ] aan op het hoofdbronscherm.
Het selectiescherm voor instellingen wordt weergegeven.
3
Raak [ ] van General Setup aan.
Het General Setup-scherm verschijnt.
4
Raak [ ] of [ ] aan van het gewenste item om de
instelling te wijzigen.
Instellingsitems:
Clock / Demonstration / Beep / Auto Scroll / Language Sel. /
Key Dimmer Level / Security Code
5
Raak [ ] aan om naar het vorige scherm terug te
keren.
Raak [Exit] aan om terug te keren naar het
hoofdbronscherm dat werd weergegeven voor u aan het
instellen begon.
Zet de contactsleutel niet op OFF onmiddellijk na het wijzigen van
de instellingen van de algemene modus (terwijl het systeem
automatisch gegevens schrijft). Anders zijn de instellingen mogelijk
niet gewijzigd.
De klokindicator op het scherm wordt respectievelijk in- of
uitgeschakeld.
Instellingsitem: Clock
Inhoud instelling: OFF / ON
De klok van het toestel wordt automatisch bijgewerkt aan de hand
van de gegevens van het navigatiesysteem en kan niet handmatig
worden aangepast.
Als de GPS-antenne niet correct aangesloten is, bestaat de kans dat
de klokaanduiding van het toestel onjuist is doordat de
tijdsinformatie niet kan worden ontvangen. In dat geval verdient het
aanbeveling "Clock" op "OFF" in te stellen.
Dit toestel is uitgerust met een demonstratiefunctie waarmee de
basisfuncties van respectieve bronnen op het beeldscherm worden
weergegeven.
Instellingsitem: Demonstration
Inhoud instelling: OFF / ON
De demonstratie wordt automatisch herhaald tot de functie wordt
uitgeschakeld.
Instellingsitem: Beep
Inhoud instelling: OFF / ON
Deze instelling is niet beschikbaar voor de navigatiemodus.
Scrollweergave is beschikbaar wanneer cd-tekst, mapnaam,
bestandsnaam of tag-informatie wordt ingevoerd.
Instellingsitem: Auto Scroll
Inhoud instelling: OFF / ON
De weergave scrolt op het toestel als het scherm vol is.
Nummer, artiest, albumnaam, enz. rollen over het scherm wanneer
een iPod/iPhone is aangesloten.
U kunt vier soorten lettertypes kiezen.
Instellingsitem: Language Sel.
Inhoud instelling: Mode1 / Mode2 / Mode3 / Mode4
U kunt de helderheid van de knopverlichting 's nachts aanpassen met de
dimmer.
Instellingsitem: Key Dimmer Level
Niveau instelling: -2 tot +2
Algemene instelling
De handrem moet ingeschakeld zijn om toegang te krijgen tot het
scherm van de algemene modus. Als u tijdens het rijden dit
scherm tracht te openen, wordt de waarschuwing "Can’t operate
while driving" weergegeven.
Stappen 1 tot 5 hieronder zijn algemene handelingen voor elk
"instellingsitem" van General Setup. Raadpleeg elke sectie voor
meer informatie.
De tijd weergeven
Demonstratiefunctie
ON: Schakelt de demonstratiemodus in om de basisfuncties
te tonen.
OFF: Schakelt de demonstratiemodus uit.
Functie geluidsgids (Beep)
ON: De geluidsgidsmodus activeren.
OFF: De geluidsgidsmodus deactiveren. De pieptoon van de
geluidsgids zal niet worden weergegeven als een toets
wordt ingedrukt/aangeraakt.
Scroll instellen
OFF: Schakelt de Auto-scrolmodus uit. Scrollweergave
gebeurt zodra een track wordt gewijzigd.
ON: Schakelt de Auto-scrolmodus in. Scrollweergave wordt
herhaald zolang de modus is ingeschakeld.
Het lettertype wijzigen
Mode1: Normale lettertypeweergave (ISO8859-1).
Mode2: Russisch lettertype (WINDOWS-1251)
U kunt dit lettertype niet voor weergave gebruiken voor
RDS, Tuner-modus
Mode3: Europees lettertype (WINDOWS-1252)
Mode4: Hebreeuws lettertype
De dimmer van knopverlichting's nachts
aanpassen
47-NL
U kunt het systeem zo instellen dat het onbruikbaar is zonder het
invoeren van een wachtwoord. Als u deze instelling op On instelt en een
wachtwoord instelt, dan is het invoeren van het wachtwoord nodig als
het systeem aangesloten wordt op een batterij en voor de eerste keer
ingeschakeld wordt.
Instellingsitem: Security code
Inhoud instelling: On / Off
Het wachtwoord instellen
1
Raak [On] aan.
2
Raak [Yes] aan nadat de bevestigingsmelding
verschijnt.
Het scherm voor het instellen van het wachtwoord wordt
weergegeven.
3
Voer een wachtwoord in en raak vervolgens [OK]
aan.
Voer het getal in dat uit 6 cijfers bestaat.
Ingevoerde cijfers worden weergegeven als "*".
4
Voer hetzelfde wachtwoord opnieuw in en raak
vervolgens [OK] aan.
Het wachtwoord is ingesteld en het systeem keert terug
naar het scherm met algemene instellingen.
Als u een geregistreerd wachtwoord vergeet, kunt u dit toestel niet
gebruiken. In dat geval zal er service nodig zijn.
Het wachtwoord wissen
1
Raak [Off] aan.
Het scherm voor het instellen van het wachtwoord wordt
weergegeven.
2
Voer wachtwoord in dat u hebt ingesteld en raak
vervolgens [OK] aan.
Het wachtwoord is gewist en het systeem keert terug naar
het scherm met algemene instellingen.
Ingevoerde cijfers worden weergegeven als "*".
Systeeminstelling
1
Druk op SOURCE/ op het toestel.
Het bronselectiescherm wordt weergegeven.
2
Raak [ ] aan op het hoofdbronscherm.
Het selectiescherm voor instellingen wordt weergegeven.
3
Raak [ ] van System Setup aan.
Het scherm System Setup (systeeminstelling) verschijnt.
4
Raak [ ] of [ ] enz. aan van het gewenste item om
de instelling te wijzigen.
Instellingsitems:
Remote Sensor
*
/ Camera IN / AUX1 IN / AUX2 IN / AUX Out /
BLUETOOTH IN / Optical Out / Speed Pulse / Rear Source
*
* Het item wordt weergegeven wanneer ON is ingesteld in "De uitvoer
van beeld instellen" (pagina 49).
5
Raak [ ] aan om naar het vorige scherm terug te
keren.
Raak [Exit] aan om terug te keren naar het
hoofdbronscherm dat werd weergegeven voor u aan het
instellen begon.
Zet de contactsleutel niet op OFF onmiddellijk na het wijzigen van
de instellingen van de systeemmodus (terwijl het systeem
automatisch gegevens schrijft). Anders zijn de instellingen mogelijk
niet gewijzigd.
Voor afstandsbediening kan de afstandsbedieningssensor van het
externe apparaat (beeldscherm enz.) worden overgeschakeld naar wens.
Instellingsitem: Remote Sensor
Inhoud instelling: Front / Rear
Wanneer een optionele dvd-wisselaar of dvd-speler is aangesloten en
de afstandsbedieningssensor is ingesteld op Rear, kunnen sommige
handelingen op het scherm ([
] Stop, enz.) niet worden uitgevoerd.
Stel de afstandsbedieningssensor in dit geval in op Front (vooraan).
Beveiligingscode instellen
Systeeminstelling
De handrem moet aangetrokken zijn om het scherm van de
System-modus te kunnen raadplegen. Als u tijdens het rijden dit
scherm tracht te openen, wordt de waarschuwing "Can’t operate
while driving" weergegeven.
Stappen 1 tot 5 hieronder zijn algemene handelingen voor elk
"instellingsitem" bij de System Setup. Raadpleeg elke sectie
voor meer informatie.
De functie van de
afstandsbedieningssensor overschakelen
Front: De afstandsbedieningssensor van dit apparaat
is actief.
Rear: De afstandsbedieningssensor van het externe
beeldscherm dat op de AUX OUT van dit
apparaat is aangesloten, wordt actief. De
afstandsbediening bestuurt de bron die op de
AUX OUT-aansluitingen is aangesloten.
48-NL
Met een optionele camera aangesloten, worden de videobeelden naar de
monitor gestuurd. Afhankelijk van de aangesloten camera, stelt u dit
item in op "Direct" of "RCA". Raadpleeg de tabel op
pagina 48 voor
gedetailleerde informatie over de optionele camera.
Instellingsitem: Camera IN
Inhoud instelling: OFF / Direct / RCA
Door de auto in achteruit (R) te schakelen, worden de beelden uitgevoerd.
Deze functie werkt wanneer de achteruitrijkabel correct is aangesloten.
Na het instellen van dit item op Direct of RCA, raakt u [ ] aan van
Camera IN, waarna u de volgende instellingsitems kunt aanpassen.
De signaalinvoer voor de achteruitrijcamera instellen
Het invoertype voor het videosignaal kan worden gekozen.
Verder instellingsitem: Camera Signal
Inhoud instelling: NTSC/PAL / Auto
Wanneer Auto is ingesteld, is het mogelijk dat het beeld onstabiel is
bij het afspelen van bepaalde zwart-witvideosignalen. Stel in dat
geval NTSC of PAL handmatig in.
Weergave-instelling van de richtlijn van de achteruitrijcamera
U kunt kiezen of de richtlijn voor de achteruitrijcamera al dan niet
wordt weergegeven.
Verder instellingsitem: Guide Line
Inhoud instelling: OFF / ON
De richtlijn van de achteruitrijcamera aanpassen
U kunt de positie van de richtlijn van de achteruitrijcamera aanpassen.
Verder instellingsitem: Guide Line Adjustment
1
Raak [ ] van Guide Line Adjustment aan.
Het aanpassingsscherm voor de richtlijn wordt weergegeven.
2
Raak de gidskegel aan die u wilt aanpassen.
3
Raak [ ], [ ], [ ] of [ ] aan om de positie van de
richtlijn aan te passen.
Wanneer u na het verplaatsen van de kegel
[ ]
aanraakt,
worden de richtlijnen in de horizontale lijn op één rij geplaatst.
4
Raak [OK] aan wanneer de aanpassing voltooid is.
U kunt [Reset] aanraken tijdens de aanpassing om terug te
keren naar de standaardwaarde.
De camera selecteren
Afhankelijk van de aangesloten camera, stelt u dit item in op
"Topview", "Front" of "Rear".
Instellingsitem: Camera Select
Inhoud instelling: Topview *
1
/ Front / Rear
Raadpleeg onderstaande tabel voor meer informatie over de
instelling van de optionele Alpine-camera.
*
1
Dit instelitem wordt gebruikt voor de Alpine-bovenaanzichtcamera.
Dit instellingsitem wordt alleen weergegeven als Camera IN op RCA
ingesteld is; raadpleeg
pagina 48.
*
2
Elke camera voor voor- of achteraanzicht met een RCA-uitgang voor
video kan ook op dit toestel worden aangesloten.
*
3
Als zowel de vooraanzichtcamera HCE-C200F als de
achteraanzichtcamera HCE-C200R aangesloten zijn, stelt u
"Camera IN" in op "RCA" en "Camera Select" op "Rear".
De functie voor het wijzigen van het beeld
in-/uitschakelen (ON/OFF)
Afhankelijk van de aangesloten camera kunt u de kijkhoek van
de camera wijzigen.
Als er een camera met een functie voor het wijzigen van het
beeld aangesloten is, stelt u dit item in op ON.
Instellingsitem: View Change Func.
Wordt alleen weergegeven als Camera IN op Direct is ingesteld en
Rear Camera is geselecteerd; raadpleeg
pagina 48.
Instellingsitem: AUX1 IN
Inhoud instelling: OFF / ON
Als OFF is geselecteerd, kunnen de instellingen met betrekking tot
AUX1 niet worden gewijzigd vanaf dit toestel.
OFF wordt niet weergegeven als de optionele dvd-speler of dvd-
wisselaar is aangesloten via Ai-Net. De instellingen met betrekking
tot AUX1 kunnen niet worden aangepast.
Na het instellen van dit item op ON, raakt u [ ] aan van AUX1 IN,
waarna u de volgende instellingsitems kunt aanpassen.
De modus AUX1-naam aanpassen
Verdere instellingsitems: Primary / Secondary
*
1
Inhoud instelling: OFF
*
2
/ AUX
*
3
/ DVD / Game / TV / DVB-T /
EXT.DVD / DVD CHG / USB Video
*
1
Als een USB Video box of TUE-T200DVB (beiden worden afzonderlijk
verkocht en kunnen niet tegelijk worden aangesloten) wordt
aangesloten, kunt u hiermee één bijkomend extern invoerapparaat
aansluiten. Door de secundaire naam in te stellen, kunt u de bronnaam
wijzigen die voor dit apparaat wordt weergegeven.
*
2
De instelling is enkel beschikbaar voor Secondary.
*
3
De instelling is enkel beschikbaar voor Primary.
U kunt de secundaire naam alleen instellen als de primaire naam
ingesteld is op DVB-T (of USB Video). U kunt niet dezelfde naam
instellen die wordt gebruikt voor de primaire naam.
De geselecteerde naam wordt weergegeven op de selectieschermen
Visual (visueel) en Rear (achter).
Alleen als een Alpine TV tuner is aangesloten, kunt u de weergegeven
functiegids met dit toestel bedienen.
De geselecteerde bronnaam wordt weergegeven in plaats van de
AUX-bronnaam. Selecteer SOURCE (bron) om naar de gidsfunctie
van elke modus over te schakelen.
De invoer van de camera instellen
OFF: De cameramodus kan niet worden gebruikt.
Direct: Gebruikt dit wanneer de optionele rechtstreekse
camera is aangesloten.
RCA: Gebruik dit voor het aansluiten van een optionele
camera met RCA-uitgang.
NTSC/PAL: Hiermee kiest u het invoertype voor het
videosignaal handmatig.
Auto: Het toestel kiest automatisch het geschikte
invoertype voor het videosignaal uit NTSC en PAL.
Rechtstreekse camera RCA-camera*
2
Vooraan HCE-C200F*
3
Achteraan
HCE-C300R
HCE-C117D
HCE-C200R*
3
HCE-C115
De AUX-modus instellen
OFF: AUX1-bron wordt niet weergegeven.
ON: AUX1-bron wordt weergegeven.
49-NL
Instellingsitem: AUX2 IN
Inhoud instelling: iPod Video / AUX
Als iPod Video de huidige bron is, kan deze instelling niet worden
aangepast.
Als u [ ] van AUX1 IN of AUX2 IN aanraakt, kunt u de volgende
instellingsitems aanpassen.
Het audioniveau van de externe invoer regelen
Verder instellingsitem: Level
Inhoud instelling: Low / High
Voor AUX1 kan dit instellingsitem alleen worden aangepast wanneer
AUX1 IN is ingesteld op ON.
Voor AUX2 kan dit instellingsitem alleen worden aangepast wanneer
AUX2 IN is ingesteld op AUX.
Het systeem van de visuele invoersignalen wijzigen
Verder instellingsitem: Signal
Inhoud instelling: NTSC/PAL / Auto
Het type video-invoer kan worden gewijzigd.
Wanneer Auto is ingesteld, is het mogelijk dat het beeld onstabiel is
bij het afspelen van bepaalde zwart-witvideosignalen. Stel in dat
geval NTSC of PAL handmatig in.
Voor AUX1 kan dit instellingsitem alleen worden aangepast wanneer
AUX1 IN is ingesteld op ON.
Voor AUX2 kan dit instellingsitem alleen worden aangepast wanneer
AUX2 IN is ingesteld op AUX.
Voert het beeld van de bron uit die geselecteerd is op de INA-W910R
die aangesloten is op het beeldscherm achteraan.
Instellingsitem: AUX Out
Inhoud instelling: OFF / ON
Instellingsitem: BLUETOOTH IN
Inhoud instelling: OFF / ON
Raadpleeg "Handsfree bellen met BT" (pagina 61) voor meer
informatie over het gebruik van BLUETOOTH.
Als u een mobiele telefoon aansluit die de Voice Dial-functie
ondersteunt, kunt u de Voice Dial-functie gebruiken.
Wanneer u een audioprocessor wilt aansluiten door middel van de
optische digitale uitvoer, dan stelt u "ON" in via de onderstaande
procedure.
Instellingsitem: Optical Out
Inhoud instelling: OFF / ON
Stel ACC vervolgens eenmaal in op OFF en zet opnieuw op ON. De
instelling van de digitale uitgang is vastgelegd.
U kunt de verdeling van het snelheidssignaal instellen. Wanneer u dit op
type 2 instelt, wordt de verdeling van het voertuigsnelheidssignaal
ingeschakeld. Doorgaans dient u deze instelling niet te wijzigen.
Instellingsitem: Speed Pulse
Inhoud instelling: Type1 / Type2
De functie entertainment achteraan leidt verschillende bronnen
onafhankelijk van elkaar naar de voor- en achterzijde van een auto. Zo
kunt u luisteren naar de radio of een andere bron voorin de auto, en
tegelijk kan achterin de auto naar een dvd worden gekeken via het
optionele scherm achterin en de hoofdtelefoon.
Instellingsitem: Rear Source
Inhoud instelling: OFF / Disc / iPod / AUX / Game / DVD / TV /
DVB-T / EXT.DVD / DVD CHG / USB Video /
AUX2
Selecteer OFF om de entertainmentmodus achteraan te annuleren.
De weergave van de instellingsinhoud kan variëren afhankelijk van
de instelling en het aangesloten apparaat.
iPod Video: Instellen wanneer een iPod die compatibel is met
video of een iPhone aangesloten is op de iPod (V)/
AUX-ingang.
AUX: Instellen wanneer een optionele AV/RCA-
interfacekabel (4-polige mini-AV-stekker naar
3-RCA) aangesloten is. Een dvd-speler enz. met
een RCA-audio/video-uitgang kan op dit toestel
worden aangesloten. In dit geval wordt de
iPod-video niet weergegeven.
Low: Verlaagt het geluidsniveau van de externe invoer.
High: Verhoogt het geluidsniveau van de externe invoer.
De uitvoer van beeld instellen
OFF: De items "Remote Sensor" en "Rear Source" worden niet
weergegeven op het scherm System Setup.
ON: De items "Remote Sensor" en "Rear Source" worden
weergegeven op het scherm System Setup.
De BLUETOOTH-verbinding instellen
(BLUETOOTH IN)
OFF: De BLUETOOTH-functie wordt niet gebruikt.
ON: Selecteer dit als u een telefoon die BLUETOOTH
ondersteunt, wilt koppelen met dit toestel.
De digitale uitvoer instellen
Het type snelheidssignaal instellen
Het entertainmentsysteem voor achteraan
instellen
50-NL
Alpine introduceert IMPRINT, de eerste technologie ter wereld die de
akoestische problemen in uw auto, die anders de geluidskwaliteit doen
verminderen, grondig aanpakt. Dat laat de gebruiker toe muziek te
ervaren zoals de artiest het voor ogen had.
Wanneer de IMPRINT-audioprocessor (PXA-H100) (apart
verkrijgbaar) is aangesloten op dit toestel, kunnen MultEQ en de
volgende geluidsregeling worden uitgevoerd.
De MultEQ-modus wijzigen
MultEQ, ontwikkeld door Audyssey Labs, corrigeert automatisch het
geluid voor de luisteromgeving. Het systeem wordt geoptimaliseerd aan
de hand van geselecteerde posities in uw voertuig. Om dit te bereiken,
moet MultEQ de responskenmerken van het voertuig opmeten. Voor
meer informatie over de instellingsprocedure kunt u terecht bij uw
bevoegde Alpine-verdeler.
1
Druk op SOURCE/ op het toestel.
Het bronselectiescherm wordt weergegeven.
2
Raak [ ] aan op het hoofdbronscherm.
Het selectiescherm voor instellingen wordt weergegeven.
3
Nadat u [ ] aangeraakt hebt om het instellingsitem
IMPRINT Setup weer te geven, raakt u [ ] aan van
IMPRINT Setup; het selectiescherm van de MultEQ-
modus zal worden weergegeven.
4
Raak [ ] of [ ] aan om de instelling te wijzigen.
Instellingsbereik: OFF (Manual Mode) / Curve1 (MultEQ-1) /
Curve2 (MultEQ-2)
De Curve-modus kan enkel worden geselecteerd wanneer Curve 1 en
Curve 2 zijn opgeslagen.
Wanneer MultEQ is ingesteld op Curve 1 of 2, worden Media
Xpander, X-Over, Time Correction, T.Corr Parameter, Subwoofer
Phase, Subwoofer Channel, P-EQ, G-EQ, F-EQ en TW Setup
automatisch ingesteld. U kunt ze niet langer zelf aanpassen.
Geluidsinstelling aanpassen in de
manuele modus
U kunt deze geluidsinstellingen aanpassen aan uw eigen voorkeur
wanneer de MultEQ-modus is ingesteld op OFF (manuele modus).
1
Controleer of de Defeat-modus uitgeschakeld is.
2
Druk op SOURCE/ op het toestel.
Het bronselectiescherm wordt weergegeven.
3
Raak [ ] aan op het bronselectiescherm.
Het selectiescherm voor instellingen wordt weergegeven.
4
Raak [ ] van Audio Setup aan.
Het scherm voor Audio Setup verschijnt.
5
Raak [ ] van A.Processor aan.
Het lijstscherm A.Processor verschijnt.
6
Raak [ ], [ ] of [ ] enz. aan van het gewenste
item om de instelling te wijzigen.
Instellingsitems: Media Xpander / X-Over / Time Correction /
T.Corr Parameter / G-EQ / P-EQ / F-EQ /
TW SETUP *
* Deze functie kan enkel worden gebruikt wanneer PXA-H100 (apart
verkrijgbaar) is aangesloten en de 2.2ch (3WAY)-modus is ingesteld.
Meer informatie kunt u vinden in de gebruiksaanwijzing van de
PXA-H100.
Door [Exit] aan te raken, keert u terug naar het bronscherm.
Raak [ ] aan om naar het vorige scherm terug te keren.
Media Xpander, F-EQ, P-EQ en G-EQ kunnen niet aangepast
worden terwijl Defeat op ON ingesteld is.
MX (Media Xpander) doet de zang of instrumenten helder weerklinken
ongeacht de muziekbron. De cd, de dvd, het USB-geheugen en iPod/
iPhone zullen in staat zijn de muziek duidelijk weer te geven, zelfs in
auto's met veel lawaai van buitenaf.
Instellingsitem: Media Xpander
1
Raak [ ] of [ ] aan onder Media Xpander om deze
functie in te stellen op ON of OFF.
2
Raak [ ] van Media Xpander aan nadat u ON
gekozen hebt.
Het instelscherm van Media Xpander verschijnt.
IMPRINT-functie
(optioneel)
De handrem moet ingeschakeld zijn om toegang te krijgen tot het
scherm IMPRINT-modus. Anders kunnen bepaalde functies niet
worden aangepast.
Gebruik stappen 1 tot 6 om een van de
geluidsmenumodi te selecteren en aan te passen.
Raadpleeg het desbetreffende onderdeel voor meer
informatie over het geselecteerde item.
Het MX-niveau instellen (Media Xpander)
OFF: Schakelt het MX-effect uit voor elke muziekbron.
ON: Schakelt de opgegeven MX-modus in.
51-NL
3
Raak [ ] of [ ] van de gewenste MX-modus aan.
U kunt het niveau van de muziekbron (zoals cd, iPod, enz.) instellen.
MX CD (OFF, CD MX 1 tot 3)
De cd-modus verwerkt een grote hoeveelheid gegevens. Deze
gegevens worden gebruikt om het geluid zuiver weer te geven
met behulp van de gegevenshoeveelheid.
MX CMPM (OFF, CMPM MX 1 tot 3)
Dit corrigeert informatie die was weggelaten tijdens de
compressie. Dit brengt een goed gebalanceerd geluid voort dat
dicht aanleunt bij het origineel.
MX DVD (OFF, Movie MX 1 tot 2)
De dialogen van de video worden helderder weergegeven.
MX AUX (OFF, CMPM MX, Movie MX, Music MX)
Kies de MX-modus (CMPM, Music of Movie) die overeenstemt
met het aangesloten medium.
Als OFF is geselecteerd, wordt het MX-effect van elke MX-modus
uitgeschakeld.
Elke muziekbron, zoals cd en MP3, kan een eigen MX-instelling hebben.
MX-modus functioneert niet wanneer MX op ON is ingesteld voor
FM, MW-, LW-radio.
MX CMPM wordt toegepast voor MP3/WMA/AAC en iPod/iPhone.
De MX-instelling kan alleen worden uitgevoerd als er een bron
geselecteerd is.
Deze functie kan niet worden gebruikt wanneer Defeat op ON staat.
Raadpleeg "Over de crossover" (pagina 55) voor u de volgende
procedures uitvoert.
Instellingsitem: X-Over
1
Raak [ ] of [ ] van X-Over aan om L/R of L+R te
selecteren.
2
Raak [ ] van X-Over aan.
Op het X-OVER-scherm verschijnt een lijst van luidsprekers.
3
Raak
[ ]
aan van de band die moet worden aangepast.
Het scherm schakelt over naar het aan te passen X-Over-
scherm.
4.2ch (FRONT/REAR/SUBW.)-systeem / (L+R)
Inhoud instelling:
Low (SUB-W) / Mid (REAR) / High (FRONT)
4.2ch (FRONT/REAR/SUBW.)-systeem / (L/R)
Inhoud instelling:
Low (SUB-W)-L / Low (SUB-W)-R / Mid (REAR)-L /
Mid (REAR)-R / High (FRONT)-L / High (FRONT)-R
4
Pas de crossover aan volgens uw voorkeur.
De grensfrequentie selecteren
Raak [ ] of [ ] onder Freq. aan en kies vervolgens de
grensfrequentie (crossover-punt).
De aanpasbare bandbreedte verschilt afhankelijk van de
luidspreker (kanaal).
4.2ch (FRONT/REAR/SUBW.)-systeem
Inhoud instelling:
Low (SUB-W) 20 Hz~200 Hz
Mid (REAR) 20 Hz~200 Hz
High (FRONT) 20 Hz~200 Hz
De curve aanpassen
Raak [ ] of [ ] van Slope aan om de curve van HPF of LPF
te wijzigen.
Aanpasbare curve: FLAT, –6 dB/oct., –12 dB/oct., –18 dB/oct.,
–24 dB/oct.
Het niveau aanpassen
Raak [ ] of [ ] van Level aan om het niveau van HPF of LPF
te wijzigen.
Aanpasbaar uitvoerniveau: -12 tot 0 dB.
5
Herhaal stappen 3 en 4 om de andere banden aan te
passen.
2.2ch-systeem (3WAY) / (L+R)
Inhoud instelling:
Low / Mid-L / Mid-H / High
2.2ch-systeem (3WAY) / (L/R)
Inhoud instelling:
Low-L / Low-R / Mid-L-L / Mid-L-R / Mid-H-L /
Mid-H-R / High-L / High-R
4
Pas de crossover aan volgens uw voorkeur.
De grensfrequentie selecteren
Raak [ ] of [ ] onder Freq. aan en kies vervolgens de
grensfrequentie (crossover-punt).
De aanpasbare bandbreedte verschilt afhankelijk van de
luidspreker (kanaal).
2.2ch-systeem (3WAY)
Inhoud instelling:
Low / Mid-L 20 Hz~200 Hz
Mid-H 20 Hz~20 kHz
High (1 kHz~20 kHz)*
1
/(20 Hz~20 kHz)*
2
*
1
Als Factory's geselecteerd is, raadpleegt u "De responscurve voor de
hogetonenluidspreker instellen (TW Setup)" (pagina 53).
*
2
Als User's geselecteerd is, raadpleegt u "De responscurve voor de
hogetonenluidspreker instellen (TW Setup)" (pagina 53).
(DVD Music)
Deze disc bevat een grote hoeveelheid gegevens zoals muziekclips.
MX gebruikt deze gegevens om het geluid accuraat weer te geven.
De crossover-instellingen aanpassen (X-Over)
L/R: Verschillende aanpassingswaarden kunnen worden
ingesteld voor de linker- en rechterkanalen.
L+R: Stelt dezelfde aanpassingswaarden in voor de linker- en
rechterkanalen.
4.2ch (FRONT/REAR/SUBW.)-systeem
2.2ch-systeem (3WAY)
52-NL
Het niveau aanpassen
Raak [ ] of [ ] van Level aan om het niveau van HPF of LPF
te wijzigen.
Aanpasbaar uitvoerniveau: –12 tot 0 dB.
De curve aanpassen
Raak [ ] of [ ] van Slope aan om de curve van HPF of LPF
te wijzigen.
Aanpasbare curve: FLAT*, –6 dB/oct., –12 dB/oct., –18 dB/oct.,
–24 dB/oct.
* FLAT kan alleen worden ingesteld voor de HIGH-curve als User's is
geselecteerd in
"De responscurve voor de hogetonenluidspreker
instellen (TW Setup)" (pagina 53). Afhankelijk van de
responskenmerken van de luidspreker, dient u op te letten bij het
instellen van de responscurve op FLAT, want dit kan schade aan de
luidspreker veroorzaken. Bij dit toestel wordt een boodschap
weergegeven wanneer de responscurve voor de hogetonenluidspreker
op FLAT is ingesteld.
5
Herhaal stappen 3 en 4 om de andere banden aan te
passen.
Bij het aanpassen van X-Over dient u rekening te houden met de
frequentierespons van de aangesloten luidsprekers.
Over het 2.2ch (3WAY)/4.2ch (FRONT/REAR/SUBW.)-systeem, u
kunt de systeemmodus omschakelen met de 2.2ch (3WAY)/4.2ch
(FRONT/REAR/SUBW.)-schakelaar op de PXA-H100. Meer
informatie kunt u vinden in de gebruiksaanwijzing van de
PXA-H100.
Raadpleeg "Over tijdcorrectie" (pagina 54) voor u de volgende
procedures uitvoert.
Instellingsitem: Time Correction
1
Raak [ ] van Time Correction aan.
Het aanpassingsscherm voor tijdcorrectie verschijnt.
2
Raak [ ] of [ ] aan van de gewenste luidspreker
om de afstand te wijzigen.
L = (afstand tot de verste luidspreker) – (afstand tot andere
luidsprekers)
Zie "Waardenlijst tijdcorrectie" op pagina 54.
3
Herhaal stap 2 om een andere luidspreker in te
stellen.
Door deze waarden in te stellen, bereikt het geluid van de
luidspreker de luisterpositie op hetzelfde ogenblik als het
geluid van de andere luidsprekers.
U kunt de eenheid voor tijdcorrectie (cm of inch) wijzigen.
Selecteer cm of Inch door [ ] of [ ] onder T.Corr Parameter aan te
raken.
Instellingsitem: T.Corr Parameter
Inhoud instelling: cm / Inch
U kunt de equalizer-instellingen aanpassen om een responscurve te
creëren die meer aan uw persoonlijke smaak beantwoordt.
Instellingsitem: G-EQ
1
Selecteer L+R door [ ] van G-EQ aan te raken.
Als de parametrische EQ wordt aangepast, wordt deze
instelling op OFF ingesteld.
2
Raak [ ] van G-EQ aan nadat u L+R hebt
geselecteerd.
Het G-EQ-lijstscherm verschijnt.
3
Pas de G-EQ aan volgens uw voorkeur.
De frequentieband selecteren
Raak [ ] of [ ] bij Band aan om de band te kiezen die moet
worden aangepast.
Band-1 (63 Hz) / Band-2 (150 Hz) / Band-3 (400 Hz) /
Band-4 (1 kHz) / Band-5 (2,5 kHz) / Band-6 (6,3 kHz) /
Band-7 (17,5 kHz)
Het niveau aanpassen
Raak [ ] of [ ] bij Level aan om het niveau van de
geselecteerde band aan te passen.
Aanpasbaar uitvoerniveau: –6 tot +6 dB
4
Om een andere band aan te passen herhaalt u stap 3
en past u vervolgens alle banden aan.
Als de grafische EQ aangepast is, werkt de aanpassing van de
parametrische EQ niet meer.
U kunt de equalizer-instellingen aanpassen om een responscurve te
creëren die meer aan uw persoonlijke smaak beantwoordt.
Instellingsitem: P-EQ
1
Selecteer L+R door [ ] van P-EQ aan te raken.
Als de grafische EQ wordt aangepast, wordt deze instelling
op OFF ingesteld.
2
Raak [ ] van P-EQ aan nadat u L+R hebt
geselecteerd.
Het P-EQ-lijstscherm verschijnt.
3
Pas de P-EQ aan volgens uw voorkeur.
De frequentieband selecteren
Raak [ ] of [ ] bij Band aan om de band te kiezen die moet
worden aangepast.
Band 1 / Band 2 / Band 3 / Band 4 / Band 5
De tijdcorrectie aanpassen
De eenheid voor tijdcorrectie instellen
(T.Corr Parameter)
cm: Tijdcorrectiewaarde in cm.
Inch: Tijdcorrectiewaarde in inch.
Aanpassingen aan grafische equalizer (G-EQ)
L+R: Stelt dezelfde aanpassingswaarden in voor de linker- en
rechterkanalen.
De parametrische equalizer-curve
aanpassen (P-EQ)
L+R: Stelt dezelfde aanpassingswaarden in voor de linker- en
rechterkanalen.
53-NL
De frequentie aanpassen
Raak [ ] of [ ] onder Freq. aan om de frequentie van de
geselecteerde band aan te passen.
Aanpasbare frequentiebanden: 20 Hz tot 20 kHz
(in stappen van 1/3 octaaf)
Band-1: 20 Hz~80 Hz (63 Hz)
Band-2: 50 Hz~200 Hz (150 Hz)
Band-3: 125 Hz~3,2 kHz (400 Hz)
Band-4: 315 Hz~8 kHz (1 kHz)
Band-5: 800 Hz~20 kHz (2,5 kHz)
Het niveau aanpassen
Raak [ ] of [ ] bij Level aan om het niveau van de
geselecteerde band aan te passen.
Aanpasbaar niveau: –6 tot +6 dB
De bandbreedte instellen
Raak [ ] of [ ] bij Q aan om de bandbreedte te selecteren.
Aanpasbare bandbreedte: 1, 1,5, 3
4
Om een andere band aan te passen herhaalt u stap 3
en past u alle banden aan.
Als de parametrische EQ aangepast is, werkt de aanpassing van de
grafische EQ niet meer.
De frequenties van aangrenzende frequentiebanden kunnen niet
binnen 4 stappen worden aangepast.
Bij het aanpassen van de parametrische EQ dient u rekening te
houden met de frequentierespons van de aangesloten luidsprekers.
In de fabriek worden 10 typische equalizer-instellingen
voorgeprogrammeerd voor verscheidene muzieksoorten.
Instelling inhoud: F-EQ
1
Raak [ ] van F-EQ aan.
Het F-EQ-lijstscherm verschijnt.
2
Raak [ ] of [ ] van het gewenste type aan om dit
op ON in te stellen.
Flat / Pops / Rock / News / Jazz&Blues / Electrical Dance /
Hip Hop&Rap / Easy Listening / Country / Classical / User1 /
User2 / User3 / User4 / User5 / User6
U kunt slechts één type op ON instellen.
Door User 1 tot 6 te kiezen, kunt u het opgeslagen preselectienummer
oproepen in
"Aanpassingen aan grafische equalizer (G-EQ)"
(pagina 52) of "De parametrische equalizer-curve aanpassen (P-
EQ)" (pagina 52).
Afhankelijk van de responskenmerken van de luidspreker, dient u op te
letten bij het instellen van de responscurve voor de
hogetonenluidspreker op FLAT in de 2.2ch-modus (3WAY) (zie
"De
crossover-instellingen aanpassen (X-Over)" op pagina 51), want dat kan
schade aan de luidspreker veroorzaken.
Instellingsitem: TW Setup
Raak [ ] of [ ] aan bij TW Setup om Factory's of User's te
kiezen.
Alleen als de 2.2ch (3WAY)-schakelaar wordt geschakeld tussen
4.2ch (FRONT/REAR/SUBW.) en 2.2ch (3WAY) op de
IMPRINT-audioprocessor (PXA-H100), kunt u de TW Setup-modus
selecteren.
Instellingen in het geheugen opslaan
Aanpassingen of instellingsinhoud van X-Over, Time Correction en
P-EQ, enz. kunnen worden opgeslagen.
Inhoud die kan worden opgeslagen, verschilt afhankelijk van de
gebruikte IMPRINT-audioprocessor.
1
Controleer of de Defeat-modus is ingesteld op OFF.
2
Raak [MEMORY] aan op de A.Processor-
lijstweergave.
3
Raak binnen 5 seconden een van de
preselectieknoppen [P.SET 1] tot [P.SET 6] aan op
de A.Processor-lijst.
De inhoud van de instellingen wordt opgeslagen.
De opgeslagen inhoud wordt niet verwijderd, zelfs als de
stroomkabel van de accu is losgekoppeld.
U kunt deze handeling niet uitvoeren als er een typische equalizer-
instelling (bv. pops) geselecteerd is in
"Voorgeprogrammeerde
equalizer-instellingen (F-EQ)" (pagina 53).
Het preselectiegeheugen oproepen
1
Controleer of de Defeat-modus is ingesteld op OFF.
2
Raak om het even welke van de preselectietoetsen
[P.SET
1] tot [P.SET 6] aan op de A.Processor-
lijstweergave om het preselectiegeheugen te
selecteren.
Het oproepen van het preselectiegeheugen duurt even.
Voorgeprogrammeerde equalizer-
instellingen (F-EQ)
De responscurve voor de
hogetonenluidspreker instellen (TW Setup)
Factory's: Ter bescherming tegen mogelijke schade aan de
luidspreker, kan FLAT niet worden ingesteld voor de
responscurve van de hogetonenluidspreker in de
2.2ch-modus (3WAY).
User's: De FLAT-instelling is mogelijk in de 2.2ch-modus
(3WAY).
54-NL
Over tijdcorrectie
De afstand tussen de luisteraar en de luidsprekers in een auto is erg
uiteenlopend wegens de complexe positionering van de luidsprekers.
Deze verschillen in afstanden tussen de verschillende luidsprekers en de
luisteraar veroorzaken een verschuiving van het geluidsbeeld en de
frequentiekenmerken. Dit wordt veroorzaakt door de tijdvertraging tussen
het geluid dat het linkeroor versus het rechteroor van de luisteraar bereikt.
Om dit te corrigeren, kan dit toestel het audiosignaal vertragen dat uit de
luidsprekers komt die het dichtst bij de luisteraar liggen. Dit zorgt
ervoor dat het geluid uit die luidsprekers van verder lijkt te komen. De
luisteraar kan op een gelijke afstand van de linker- en rechterluidspreker
worden geplaatst voor een optimale instelling.
De aanpassing zal voor elke luidspreker in stappen van 3,4 cm worden
gemaakt.
Pas het tijdcorrectieniveau van de luidspreker linksvoor aan naar een hoge
waarde en de luidspreker rechtsachter naar een lage waarde of nulwaarde.
Het geluid is niet in balans omdat de afstand tussen de luisterpositie
en de diverse luidsprekers verschillend is.
Het verschil in afstand tussen de luidspreker linksvoor en de
luidspreker rechtsachter bedraagt 1,75 m.
In het diagram hierboven berekenen we de tijdcorrectiewaarde voor
de luidspreker linksvoor.
Omstandigheden:
Verste luidspreker – luisterpositie: 2,25 m
Luidspreker linksvoor – luisterpositie: 0,5 m
Berekening: L = 2,25 m – 0,5 m = 1,75 m
Tijdcorrectie = 1,75 ÷ 343*
1
× 1.000 = 5,1 (ms)
*
1
Geluidssnelheid: 343 m/s bij 20 °C
Met andere woorden, als we aan de luidspreker linksvoor een tijdcorrectiewaarde
toekennen van 5,1 ms, lijkt het alsof de afstand van de luidspreker linksvoor tot de
luisteraar dezelfde is als de afstand tot de verste luidspreker.
Tijdcorrectie elimineert de verschillen in tijd die het geluid erover doet
om de luisterpositie te bereiken.
De tijd van de luidspreker linksvoor wordt gecorrigeerd met 5,1 ms
zodat het geluid ervan de luisterpositie bereikt op hetzelfde ogenblik
als het geluid van de andere luidsprekers.
Pas het tijdcorrectieniveau van elke luidspreker aan naar bijna hetzelfde
niveau.
1
Ga zitten in de luisterpositie (bestuurdersplaats,
enz.) en meet de afstand (in meter) tussen uw hoofd
en de verschillende luidsprekers.
2
Bereken het verschil tussen de afstandscorrectiewaarde
tot de verste luidspreker en de andere luidsprekers.
L = (afstand tot de verste luidspreker) – (afstand tot andere
luidsprekers)
Deze waarden vormen de tijdcorrectiewaarden voor de
verschillende luidsprekers. Door deze waarden in te stellen,
bereikt elk geluid de luisterpositie op hetzelfde ogenblik als het
geluid van de andere luidsprekers.
Waardenlijst tijdcorrectie
Voorbeeld 1. Luisterpositie: zitplaats linksvoor
Voorbeeld 2. Luisterpositie: alle zitplaatsen
5,1ms
2,25m
0,5m
Vert ragings-
waarde
Tijdsver-
schil
(ms)
Afstand
(cm)
Afstand
(inch)
Vertragings-
waarde
Tijds-
verschil
(ms)
Afstand
(cm)
Afstand
(inch)
1 0,0 0,0 0,0 51 5,0 170,0 67,0
2 0,1 3,4 1,3 52 5,1 173,4 68,3
3 0,2 6,8 2,7 53 5,2 176,8 69,7
4 0,3 10,2 4,0 54 5,3 180,2 71,0
5 0,4 13,6 5,4 55 5,4 183,6 72,4
6 0,5 17,0 6,7 56 5,5 187,0 73,7
7 0,6 20,4 8,0 57 5,6 190,4 75,0
8 0,7 23,8 9,4 58 5,7 193,8 76,4
9 0,8 27,2 10,7 59 5,8 197,2 77,7
10 0,9 30,6 12,1 60 5,9 200,6 79,1
11 1,0 34,0 13,4 61 6,0 204,0 80,4
12 1,1 37,4 14,7 62 6,1 207,4 81,7
13 1,2 40,8 16,1 63 6,2 210,8 83,1
14 1,3 44,2 17,4 64 6,3 214,2 84,4
15 1,4 47,6 18,8 65 6,4 217,6 85,8
16 1,5 51,0 20,1 66 6,5 221,0 87,1
17 1,6 54,4 21,4 67 6,6 224,4 88,4
18 1,7 57,8 22,8 68 6,7 227,8 89,8
19 1,8 61,2 24,1 69 6,8 231,2 91,1
20 1,9 64,6 25,5 70 6,9 234,6 92,5
21 2,0 68,0 26,8 71 7,0 238,0 93,8
22 2,1 71,4 28,1 72 7,1 241,4 95,1
23 2,2 74,8 29,5 73 7,2 244,8 96,5
24 2,3 78,2 30,8 74 7,3 248,2 97,8
25 2,4 81,6 32,2 75 7,4 251,6 99,2
26 2,5 85,0 33,5 76 7,5 255,0 100,5
27 2,6 88,4 34,8 77 7,6 258,4 101,8
28 2,7 91,8 36,2 78 7,7 261,8 103,2
29 2,8 95,2 37,5 79 7,8 265,2 104,5
30 2,9 98,6 38,9 80 7,9 268,6 105,9
31 3,0 102,0 40,2 81 8,0 272,0 107,2
32 3,1 105,4 41,5 82 8,1 275,4 108,5
33 3,2 108,8 42,9 83 8,2 278,8 109,9
34 3,3 112,2 44,2 84 8,3 282,2 111,2
35 3,4 115,6 45,6 85 8,4 285,6 112,6
36 3,5 119,0 46,9 86 8,5 289,0 113,9
37 3,6 122,4 48,2 87 8,6 292,4 115,2
38 3,7 125,8 49,6 88 8,7 295,8 116,6
39 3,8 129,2 50,9 89 8,8 299,2 117,9
40 3,9 132,6 52,3 90 8,9 302,6 119,3
41 4,0 136,0 53,6 91 9,0 306,0 120,6
42 4,1 139,4 54,9 92 9,1 309,4 121,9
43 4,2 142,8 56,3 93 9,2 312,8 123,3
44 4,3 146,2 57,6 94 9,3 316,2 124,6
45 4,4 149,6 59,0 95 9,4 319,6 126,0
46 4,5 153,0 60,3 96 9,5 323,0 127,3
47 4,6 156,4 61,6 97 9,6 326,4 128,6
48 4,7 159,8 63,0 98 9,7 329,8 130,0
49 4,8 163,2 64,3 99 9,8 333,2 131,3
50 4,9 166,6 65,7 100 9,9 336,6 132,7
55-NL
Over de crossover
Crossover (X-Over):
Dit toestel is uitgerust met een actieve crossover (scheidingsfilter). De
crossover beperkt de frequenties die worden geleverd aan de
verschillende luidsprekers. Elk kanaal wordt afzonderlijk gecontroleerd.
Zo kan elke luidspreker aangedreven worden door de optimale
frequenties waarvoor ze werden ontworpen.
De crossover past de HPF (hoogdoorlaatfilter) of LPF
(laagdoorlaatfilter) van elke band aan, evenals de curve (hoe snel de
filter de hoge of lage tonen aanbrengt).
Aanpassingen dienen te worden uitgevoerd op basis van de
weergavekenmerken van de luidsprekers. Afhankelijk van de
luidsprekers is het mogelijk dat er geen nood is aan een passief netwerk.
Contacteer uw bevoegde Alpine-verdeler indien u hierover twijfelt.
4.2ch (FRONT/REAR/SUBW.)-modus
2.2ch-modus (3WAY)
* Alleen wanneer u User's selecteert in "De responscurve voor de
hogetonenluidspreker instellen (TW Setup)" (pagina 53).
HPF (hoogdoorlaatfilter): houdt de lagere frequenties tegen en laat
de hogere frequenties door.
LPF (laagdoorlaatfilter): houdt de hogere frequenties tegen en laat
de lagere frequenties door.
Curve: de niveauwijziging (in dB) voor een frequentiewijziging van
één octaaf.
Hoe hoger de curvewaarde, hoe steiler de curve wordt.
Stel de curve in op FLAT om de HP- en LP-filters te negeren.
Gebruik geen tweeter wanneer de HPF niet is ingeschakeld of niet op
een lage frequentie is ingesteld. Dat kan immers schade veroorzaken
aan de luidspreker door de lage frequentie-inhoud.
U kunt de crossover-frequentie niet hoger instellen dan de HPF of
lager dan de LPF.
Aanpassingen dienen te worden uitgevoerd op basis van de
aangeraden crossover-frequentie van de aangesloten luidsprekers.
Bepaal de aangeraden crossover-frequentie van de luidsprekers. Het
instellen op een frequentie buiten het aangeraden bereik kan schade
veroorzaken aan de luidsprekers.
De aan te raden crossover-frequenties van Alpine-luidsprekers kunt u
terugvinden in hun respectieve gebruiksaanwijzingen.
Wij zijn niet verantwoordelijk voor schade of storingen aan de
luidsprekers ten gevolge van het instellen van de crossover buiten de
aangeraden waarden.
Grensfrequentie
(stappen van 1/3
octaaf)
Curve
Niveau
HPF LPF HPF LPF
Lagetonen-
luidspreker
----
20 Hz -
200 Hz
----
FLAT, 6,
12, 18,
24 dB/
oct.
0 tot
12 dB
Hogetonen-
luidspreker
achter
20 Hz -
200 Hz
----
FLAT, 6,
12, 18,
24 dB/oct.
----
0 tot
12 dB
Hogetonen-
luidspreker
voor
20 Hz -
200 Hz
----
FLAT, 6,
12, 18,
24 dB/oct.
----
0 tot
12 dB
Grensfrequentie
(stappen van 1/3
octaaf)
Curve
Niveau
HPF LPF HPF LPF
Lagetonen-
luidspreker
----
20 Hz -
200 Hz
----
FLAT, 6,
12, 18,
24 dB/oct.
0 tot
12 dB
Midden-
tonenluid-
spreker
20 Hz -
200 Hz
20 Hz -
20 kHz
FLAT, 6,
12, 18,
24 dB/oct.
FLAT, 6,
12, 18,
24 dB/oct.
0 tot
12 dB
Hoge-
tonenluid-
spreker
1 kHz -
20 kHz,
(20 Hz ~
20 kHz)*
----
FLAT*
6, 12, 18,
24 dB/oct.
----
0 tot
12 dB
Lage tonen Hoge tonen
(Verschilt van de werkelijke weergave)
Lage tonen Midden tonen Hoge tonen
(Verschilt van de werkelijke weergave)
Niveau-aanpassing
(0 tot –12 dB)
Uitvoerfrequentiebereik
Curve FLAT
Curve-aanpassing
20 Hz
HPF-grens-
frequentie
LPF-grens-
frequentie
(Verschilt van de werkelijke weergave)
56-NL
U kunt een compatibele, externe audioprocessor gebruiken wanneer u
deze aansluit op dit toestel. Sommige audioprocessors vereisen een
bedrade controller. In de onderstaande uitleg wordt de PXA-H700/
PXA-H701 als voorbeeld gebruikt. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing
van de audioprocessor voor meer informatie.
De aanpassingen of instellingen die worden uitgevoerd op de
aangesloten audioprocessor kunnen niet naar behoren worden
bediend met dit toestel.
De instellingen "De luidsprekers instellen", "Geluidsregeling voor
lage tonen instellen" en "Aanpassingen aan grafische equalizer" zijn
niet beschikbaar als de MRA-D550 is aangesloten. Bovendien is de
volgende instelling "De MX-modus instellen" niet beschikbaar als de
MRA-F350 is aangesloten. De inhoud van de instelling verschilt ook
tussen de PXA-H700 en PXA-H701.
Dit toestel kan niet op de PXA-H510 en PXA-H900 worden
aangesloten.
Aanpassingsprocedure voor Dolby
Surround
Voer onderstaande aanpassingen uit om Dolby Digital en DTS-geluid
nauwkeuriger weer te geven.
Aanpassingsprocedure
Bij combinatie van automatische aanpassingen enz.
Wij raden aan om de automatische aanpassingen uit te voeren vóór de
aanpassingen van Dolby Surround.
De externe audioprocessor instellen
1
Ga na of de modus Defeat op OFF staat.
2
Druk op SOURCE/ op het toestel.
Het bronselectiescherm wordt weergegeven.
3
Raak [ ] aan op het bronselectiescherm.
Het selectiescherm voor instellingen wordt weergegeven.
4
Raak [ ] van Audio Setup aan.
Het scherm voor Audio Setup verschijnt.
5
Raak [ ] van A.Processor aan.
Het lijstscherm A.Processor verschijnt.
6
Raak [ ], [ ] of [ ] enz. aan van het gewenste
item om de instelling te wijzigen.
Instellingsitems:
Media Xpander / Bass Sound Cont. / Dolby PLII / Rear Fill /
X-Over / Time Correction / Phase / G-EQ / P-EQ / Speaker Select /
Multi Ch Setup / Speaker Setup / DVD Level / PCM Mode
7
Raak
[ ]
aan om naar het vorige scherm terug te keren.
Als u [Exit] aanraakt, schakelt u over naar het hoofdbronscherm.
Externe audioprocessor
gebruiken (optioneel)
De handrem moet ingeschakeld zijn om toegang te krijgen tot het
scherm van de audioprocessormodus. Als u tijdens het rijden dit
scherm tracht te openen, wordt de waarschuwing "Can’t operate
while driving" weergegeven.
1
2
3
Luidsprekerinstelling (pagina 60)
(De luidsprekers die zullen worden gebruikt in- en
uitschakelen en hun respons instellen)
De luidsprekerniveaus aanpassen (pagina 60)
(De uitvoerniveaus van het signaal aanpassen aan de
verschillende luidsprekers)
Lage tonen mengen naar het achterste kanaal
(pagina 60)
(Vloeiend geluid bereiken op de achterbank door de
voorste signalen met de achterste luidsprekers te
mengen)
4
5
6
7
De volgende stappen 1 tot 7 beschrijven de gangbare procedures
voor het bedienen van de instelfunctie van de audioprocessor.
Raadpleeg de omschrijvingen van de respectieve items voor
meer informatie over de items van de instelfunctie.
Het akoestische beeld aanpassen (pagina 60)
(Het akoestische beeld aanpassen om een geluid te
bereiken waarbij het lijkt alsof de centrale luidspreker
recht voor de luisteraar staat)
Krachtig geluid van hoog volume bereiken
(pagina 60)
(Energiek geluid bereiken met nog meer kracht, zoals
het geluid in een filmzaal)
Het dvd-niveau aanpassen (pagina 61)
(Pas het volume (signaalniveau) aan in de modi
Dolby Digital, Pro Logic II, DTS en PCM.)
Instellingen in het geheugen opslaan
(pagina 61)
(Alle instellingen en aanpassingen die op de INA-W910R
werden uitgevoerd (niet alleen de bovenstaande
instellingen/aanpassingen) in het geheugen opslaan)
57-NL
Voordat u onderstaande handelingen uitvoert, stelt u de modus MX
(Media Xpander) van de PXA-H700 in op "AUTO" als de PXA-H700 is
aangesloten.
Instellingsitem: Media Xpander
1
Selecteer ON of OFF bij MX door [ ] of [ ] bij Media
Xpander aan te raken.
2
Raak [ ] van Media Xpander aan nadat u ON
gekozen hebt.
Het instelscherm van Media Xpander verschijnt.
3
Raak [ ] of [ ] van de gewenste MX-modus aan.
U kunt het niveau van de muziekbron (zoals cd, iPod) instellen.
MX CD (OFF, CD MX 1 tot 3)
De cd-modus verwerkt een grote hoeveelheid gegevens. Deze
gegevens worden gebruikt om het geluid zuiver weer te geven
met behulp van de gegevenshoeveelheid.
MX CMPM (OFF, CMPM MX 1 tot 3)
Dit corrigeert informatie die was weggelaten tijdens de
compressie. Dit brengt een goed gebalanceerd geluid voort dat
dicht aanleunt bij het origineel.
MX DVD (OFF, Movie MX 1 tot 2)
De dialogen van de video worden helderder weergegeven.
MX AUX (OFF, CMPM MX, Movie MX, Music MX)
Kies de MX-modus (CMPM, Music of Movie) die overeenstemt
met het aangesloten medium.
De inhoud van MX die hier is ingesteld, wordt weerspiegeld in
PXA-H700 of PXA-H701.
Als OFF is geselecteerd, wordt het MX-effect van elke MX-modus
uitgeschakeld.
Elke muziekbron, zoals cd en MP3, kan een eigen MX-instelling
hebben.
Er is geen MX-modus voor FM-, MW- en LW-radio.
MX CMPM wordt toegepast voor MP3/WMA/AAC en iPod/iPhone.
De MX-instelling kan alleen worden uitgevoerd als er een bron
geselecteerd is.
Deze functie kan niet worden gebruikt wanneer Defeat op ON staat.
Instellingsitem: Bass Sound Cont.
Compressor voor lage tonen instellen
U kunt het geluid van lage frequenties naar wens aanpassen.
Raak [ ] of [ ] van Bass Comp. aan om de gewenste
modus te selecteren.
De lage tonen worden meer benadrukt als de modus
sequentieel wordt overgeschakeld als Mode 1
2 3, met
levendige lage frequenties als gevolg.
Selecteer OFF als de instelling niet nodig is.
Focus voor lage tonen instellen
Door de vorige aangegeven vertragingswaarde (tijdsverschil) te
gebruiken, kunt u een tijdsverschil instellen tussen de voor-
achter/links-rechts-luidsprekers. Dat maakt namelijk een
tijdcorrectie volgens uw voorkeur mogelijk. Met een
oorspronkelijke vertraging van 0,05 ms voor elk van de 0 tot 400
stappen, kan een hoorbare tijdcorrectie worden bereikt.
Stel de vertragingswaarde in voor en achter en links en
rechts van de gewenste luidspreker door de respectieve
toets [
] of [ ] aan te raken.
Elke instelling in focus voor lage tonen wordt ook in tijdcorrectie
toegepast (
pagina 58).
Pro Logic-verwerking kan worden uitgevoerd op de muzieksignalen die
werden opgenomen op twee kanalen om Dolby Pro Logic II surround-
geluid te verkrijgen. Voor tweekanaals Dolby Digital- en DTS-signalen
is er ook een functie "Rear Fill" (vullen achter) voor het weergeven van
signalen van het voorste kanaal naar het achterste kanaal.
Instellingsitem: Dolby PLII / Rear Fill
Raak [ ] of [ ] van Dolby PLII/Rear aan om de
gewenste modus te selecteren.
Als PLII Music is geselecteerd, kan de breedte van het
middenkanaal worden aangepast met de volgende handelingen.
Deze functie biedt de optimale weerklankpositie door het
middenkanaal tussen de middenluidspreker en de
L/R-luidspreker te positioneren. (De wijzigingen die in "Het
akoestische beeld aanpassen (Bi-Phantom)" (pagina 60) werden
uitgevoerd hebben geen invloed als deze functie actief is.)
Raak [ ] of [ ] van Centre Width Cont. aan om het niveau
aan te passen.
Het niveau kan van 0 tot +7 worden aangepast. Als het
niveau wordt verhoogd, beweegt het middenkanaal van de
middenluidspreker naar beide zijden.
Raak [Off] bij Centre Width Cont. aan om de centrale
breedteregeling uit te schakelen.
Deze aanpassing wordt van kracht als de instelling van de
middenluidspreker op Small of Large is ingesteld in de
luidsprekerinstellingen (
pagina 60).
Functie "Rear Fill":
Afhankelijk van de invoersignalen wordt het geluid mogelijk alleen
uitgevoerd via de voorluidsprekers. In dat geval kan de functie "Rear
Fill" worden gebruikt om de signalen ook via de achterste
luidsprekers uit te voeren.
Vermijd tijdens deze aanpassing om de disc te stoppen, te pauzeren of
te wisselen, de cue-functie te gebruiken, snel vooruit te spoelen of het
audiokanaal van dit toestel te wisselen. De instelling wordt
geannuleerd als wordt overgeschakeld naar de decodeermodus.
Deze aanpassing heeft geen effect als de luidspreker Centre op OFF
(midden uit) is ingesteld in
"De luidsprekers instellen" (pagina 59).
Deze functie werkt alleen met signalen van twee kanalen. Dit werkt niet
als 5.1-kanaals DTS- of Dolby Digital-signalen worden ingevoerd.
Als de instelling Rear Fill (vullen achter) wordt gebruikt terwijl Rear
Mix (mix achter) is ON, blijft het geluid onveranderd in de instelling
Rear Fill (vullen achter) omdat Rear Mix prioriteit krijgt boven
lineaire PCM bij 2-kanaals decodering.
Voor lineaire PCM-signalen wordt de stem uitgevoerd via de
achterste luidsprekers ongeacht de instelling van Rear Fill (vullen
achter) en Rear Mix (mix achter).
MX-modus van de externe audioprocessor
instellen
OFF: Schakelt het MX-effect uit voor elke muziekbron.
ON: Schakelt de opgegeven MX-modus in.
(DVD Music)
Deze disc bevat een grote hoeveelheid gegevens zoals
muziekclips. MX gebruikt deze gegevens om het geluid
accuraat weer te geven.
Geluidsregeling voor lage tonen instellen
De modus Pro Logic II gebruiken
PLII Movie:
Geschikt voor tv-programma's in stereo en alle
programma's die in Dolby Surround gecodeerd zijn.
Dit verbetert de gerichtheid van het geluidsveld tot
ongeveer het discrete 5.1-kanaals geluid.
PLII Music:
Kan worden gebruikt voor alle stereomuziekopnamen
en zorgt voor een breed, diep geluidsveld.
OFF: Schakelt Dolby PLII OFF.
58-NL
Instellingsitem: X-Over
1
Raak [ ] of [ ] van X-Over aan om L+R of L/R te
selecteren.
2
Raak [ ] van X-Over aan.
Er wordt een luidsprekerlijst weergegeven op het
X-Over-scherm.
3
Raak [ ] aan van de luidspreker die moet worden
aangepast.
Het scherm schakelt over naar het aan te passen
X-Over-scherm.
4
Pas de crossover aan volgens uw voorkeur.
De grensfrequentie selecteren
Raak [ ] of [ ] onder Freq. aan en kies vervolgens de
grensfrequentie (crossover-punt).
De aanpasbare bandbreedte verschilt afhankelijk van de
luidspreker (kanaal).
Het niveau aanpassen
Raak [ ] of [ ] van Level aan om het niveau van HPF of LPF
te wijzigen.
De curve aanpassen
Raak [ ] of [ ] van Slope aan om de curve van HPF of LPF
te wijzigen.
Als de luidspreker op "OFF" is ingesteld, kan de X-Over voor die
luidspreker niet worden ingesteld. Zie
"De luidsprekers instellen"
(pagina 59).
Controleer de weergavefrequenties van de aangesloten luidsprekers
voor de aanpassing.
Om de luidsprekers te beschermen is er geen OFF-instelling voor de
laagdoorlaatfilter van de subwoofer (de curve blijft dezelfde).
Voor de HPF kan Slope niet op OFF worden ingesteld als Tweeter
(TW) geselecteerd is voor Front1. Of, alleen de subwoofer kan
worden aangepast als Stereo is geselecteerd voor de subwoofer.
Omwille van de specifieke omstandigheden in het voertuig kunnen er
grote verschillen zijn tussen de afstanden tussen de verschillende
luidsprekers en de luisterpositie. Het is mogelijk om zelf de optimale
correctiewaarden te berekenen en de tijdfout vanaf de luisterpositie te
elimineren met deze functie.
Instellingsitem: Time Correction
1
Ga zitten in de luisterpositie (bestuurdersplaats
bijvoorbeeld) en meet de afstand (in meter) tussen
uw hoofd en de verschillende luidsprekers.
2
Bereken het verschil in afstand tussen de verste
luidspreker en de andere luidsprekers.
3
Deel de afstand die voor de verschillende
luidsprekers is berekend door de snelheid van
geluid (343 m/s temperatuur 20°C).
Deze waarde vormt de tijdcorrectiewaarde voor de
verschillende luidsprekers.
Concrete voorbeelden
De tijdcorrectiewaarde berekenen voor de luidspreker links
vooraan op het onderstaande diagram.
Met andere woorden, de tijdcorrectiewaarde voor de luidspreker
links vooraan op 5,1 (ms) instellen creëert een virtuele afstand
die overeenkomt met de afstand tot de verste luidspreker.
4
Raak [ ] of [ ] van Time Correction aan.
Selecteer L+R of L/R.
5
Raak [ ] van Time Correction aan.
Het aanpassingsscherm voor tijdcorrectie verschijnt.
6
Pas de tijdcorrectiewaarde (0,00 ~ 20,00 ms) van een
gewenste luidspreker aan door de respectieve toets
[
] of [ ] (1 stap = 0,05 ms) aan te raken.
Als de luidspreker op "OFF" is ingesteld, kan de TCR voor die
luidspreker niet worden ingesteld. Zie
"De luidsprekers instellen"
(pagina 59).
De aanpassingswaarde voor Front2 (luidsprekers) die wordt
aangepast in tijdcorrectie, wordt ook toegepast op de voorste
luidsprekers in
"Focus voor lage tonen instellen" (pagina 57).
De aanpassing (AUTO TCR) kan niet automatisch worden ingesteld
op dit toestel.
X-OVER-aanpassing
L+R: Stelt dezelfde aanpassingswaarden in voor de linker- en
rechterkanalen.
L/R: Verschillende aanpassingswaarden kunnen worden
ingesteld voor de linker- en rechterkanalen.
Tijdcorrectie handmatig uitvoeren
(Time Correction)
L = (afstand van de verste luidspreker)
– (afstand van andere luidsprekers)
Omstandigheden:
Afstand tussen de verste luidspreker en de luisterpositie:
2,25 m
Afstand tussen de luidspreker vooraan links en de luisterpositie:
0,5 m
Berekening:
L = 2,25 m – 0,5 m = 1,75 m
Compensatietijd = 1,75 ÷ 343 x 1.000 = 5,1 (ms)
L+R: Stelt dezelfde aanpassingswaarden in voor de linker- en
rechterkanalen.
L/R: Verschillende aanpassingswaarden kunnen worden
ingesteld voor de linker- en rechterkanalen.
2,25m
0,5m
5,1ms
Het geluid is niet in balans
omdat de afstand tussen de
luisterpositie en de
verschillende luidsprekers
verschillend is.
Het verschil in afstand tussen
de luidspreker linksvoor en
de luidspreker rechtsachter
bedraagt 1,75 meter.
Tijdcorrectie elimineert het
verschil in tijd tussen het
geluid uit de verschillende
luidsprekers om de
luisterpositie te bereiken.
De tijdcorrectie van de
luidspreker linksvoor op 5,1
ms instellen maakt het
mogelijk om de afstand van
de luisterpositie tot de
luidspreker te coördineren.
59-NL
Instellingsitem: Phase
Wissel de fase (0° of 180°) door [ ] of [ ] van de
gewenste luidspreker aan te raken.
De grafische equalizer laat u toe om het geluid aan te passen met behulp
van 31 banden, telkens voor de voorste (links en rechts), achterste (links
en rechts) en centrale luidsprekers. 10 extra banden zijn beschikbaar voor
de subwoofer. Dit laat u toe om het geluid naar voorkeur aan te passen.
Instellingsitem: G-EQ
1
Selecteer L+R of L/R door [ ] of [ ] van G-EQ aan
te raken.
Als de parametrische EQ wordt aangepast, wordt deze
instelling uitgeschakeld.
2
Raak [ ] van G-EQ aan.
Het G-EQ-lijstscherm verschijnt.
3
Raak
[ ]
van de gewenste luidspreker (kanaal) aan.
Het G-EQ-aanpassingsscherm verschijnt.
4
Pas de G-EQ aan volgens uw voorkeur.
Het niveau aanpassen
Raak [ ] of [ ] aan van de gewenste frequentie om het
niveau te wijzigen.
Als de luidspreker op "OFF" is ingesteld, kan de grafische equalizer
voor die luidspreker niet worden ingesteld. Zie
"De luidsprekers
instellen" (pagina 59).
Controleer het frequentiebereik van de aangesloten luidsprekers
voordat u aanpassingen aan de equalizer uitvoert. Als het
frequentiebereik van de luidsprekers bijvoorbeeld 55 Hz tot 30 kHz
is, heeft het aanpassen van de 40 Hz- of 20 Hz-band geen effect.
Bovendien kunt u de luidsprekers overbelasten en beschadigen.
Als de grafische EQ aangepast is, werkt de aanpassing van de
parametrische EQ niet meer.
De frequentiebanden van de grafische equalizer zijn vast. Dit maakt het
erg moeilijk om ongewenste pieken en dalen op specifieke frequenties
te corrigeren. De centerfrequentie van de parametrische equalizer kan
op deze specifieke frequenties worden ingesteld. Vervolgens worden de
bandbreedte (Q) en het niveau afgestemd om de nodige aanpassingen te
doen. De parametrische equalizer-functie is een geavanceerde tool voor
echte audiofielen.
Instellingsitem: P-EQ
1
Selecteer L+R of L/R door [ ] of [ ] van P-EQ aan
te raken.
Als de grafische EQ wordt aangepast, wordt deze instelling
uitgeschakeld.
2
Raak [ ] van P-EQ aan.
Het P-EQ-lijstscherm verschijnt.
3
Raak [ ] van de gewenste luidspreker (kanaal)
aan.
Het P-EQ-aanpassingsscherm verschijnt.
4
Pas de P-EQ aan volgens uw voorkeur.
De frequentieband selecteren
Raak [ ] of [ ] aan bij Band om de gewenste band te
selecteren.
De frequentie aanpassen
Raak [ ] of [ ] onder Freq. aan om de frequentie van de
geselecteerde band aan te passen.
Het niveau aanpassen
Raak [ ] of [ ] bij Level aan om het niveau van de
geselecteerde band aan te passen.
De bandbreedte instellen
Raak [ ] of [ ] bij Q aan om de bandbreedte te selecteren.
Als de luidspreker op "OFF" is ingesteld, kan de parametrische
equalizer voor die luidspreker niet worden ingesteld. Zie
"De
luidsprekers instellen" (pagina 59).
Het is niet mogelijk om de frequenties van de aangrenzende banden
in 7 stappen aan te passen.
Controleer het frequentiebereik van de aangesloten luidsprekers
voordat u aanpassingen aan de equalizer uitvoert. Als het
frequentiebereik van de luidsprekers bijvoorbeeld 55 Hz tot 30 kHz
is, heeft het aanpassen van de 40 Hz- of 20 Hz-band geen effect.
Bovendien kunt u de luidsprekers overbelasten en beschadigen.
Als de parametrische EQ aangepast is, werkt de aanpassing van de
grafische EQ niet meer.
Instellingsitem: Speaker Select
Stel de aangesloten luidspreker in door de respectieve
[
] of [ ]-toets aan te raken.
Stel de luidspreker die niet aangesloten is in op OFF.
De bovenstaande instellingen kunnen worden uitgevoerd zelfs als de
luidspreker op OFF is ingesteld in
"Luidsprekerinstelling"
(pagina 60).
Om de subwoofer in Mono te gebruiken met PXA-H700 of PXA-H701
aangesloten, sluit u de subwoofer aan op de subwoofer-uitgang van
PXA-H700 of PXA-H701.
Fase wisselen
Aanpassingen aan grafische equalizer
L+R: Stelt dezelfde aanpassingswaarden in voor de linker- en
rechterkanalen.
L/R: Verschillende aanpassingswaarden kunnen worden
ingesteld voor de linker- en rechterkanalen.
Aanpassing van de parametrische equalizer
L+R: Stelt dezelfde aanpassingswaarden in voor de linker- en
rechterkanalen.
L/R: Verschillende aanpassingswaarden kunnen worden
ingesteld voor de linker- en rechterkanalen.
De luidsprekers instellen
Front1: OFF/Full (Volledig bereik)/TW (Tweeter)
Front2: OFF/ON
Rear: OFF/ON
Centre: OFF/ON
Subw.: OFF/Mono/Stereo
60-NL
Instellingsitem: Multi Ch Setup
Het akoestische beeld aanpassen (Bi-Phantom)
Bij de meeste installaties moet de middenluidspreker direct
tussen de voorste passagier en de bestuurder worden geplaatst.
Met deze functie wordt de informatie van het middenkanaal
verdeeld over de linker- en rechterluidsprekers. Dit zorgt voor
een akoestisch beeld dat een middenluidspreker recht voor elke
luisteraar simuleert. Door de middenbreedte aan te passen in
PLII Music (zie
"De modus Pro Logic II gebruiken" op pagina 57)
wordt het effect van deze functie ongedaan gemaakt.
Vermijd tijdens deze aanpassing om de disc te stoppen, te pauzeren of
te wisselen, de cue-functie te gebruiken, snel vooruit te spoelen of het
audiokanaal van dit toestel te wisselen. De instelling wordt
geannuleerd als wordt overgeschakeld naar de decodeermodus.
Raak [ ] of [ ] van Bi-Phantom aan om het niveau aan te passen.
Het niveau kan worden aangepast in een bereik van -5 tot +5. Hoe
hoger het niveau, des te meer de positie van de middenluidspreker
naar de zijkanten wordt verschoven.
De Bi-Phantom-functie wordt uitgeschakeld door [Off] aan te raken.
Deze aanpassing is van kracht als de instelling van de
middenluidspreker op Small of Large is ingesteld in de
luidsprekerinstellingen.
Deze aanpassing heeft geen effect als de luidspreker Centre op OFF
(midden uit) is ingesteld in
"De luidsprekers instellen" (pagina 59).
Lage tonen mengen naar het achterste kanaal (Rear Mix)
Deze functie mengt de signalen van het voorste kanaal met de
audiosignalen van de achterste luidsprekers om het geluid op
de achterbank van de wagen te verbeteren.
Vermijd tijdens deze aanpassing om de disc te stoppen, te pauzeren of
te wisselen, de cue-functie te gebruiken, snel vooruit te spoelen of het
audiokanaal van dit toestel te wisselen. De instelling wordt
geannuleerd als wordt overgeschakeld naar de decodeermodus.
Raak [ ] of [ ] van Rear Mix aan om het niveau te wijzigen.
Het niveau kan worden aangepast in vijf stappen: -6, -3, ±0, +3 en
+6. Hoe hoger het niveau, des te meer lage tonen worden
weergegeven door de achterste luidsprekers. (Het effect verschilt
volgens de software (dvd enz.))
De functie Rear Mix wordt uitgeschakeld door [Off] aan te raken.
Deze aanpassing is van kracht als de luidsprekerinstelling van de
achterste luidspreker op "OFF" is ingesteld.
Voor lineaire PCM-signalen wordt de stem uitgevoerd via de
achterste luidsprekers ongeacht de instelling van Rear Fill (vullen
achter) en Rear Mix (mix achter).
Krachtig geluid van hoog volume bereiken
(Listening Mode)
Met Dolby Digital wordt het dynamische bereik gecomprimeerd
zodat krachtig geluid kan worden bereikt aan gewone
volumeniveaus. Deze compressie kan worden geannuleerd om
een energiek geluid te bereiken dat nog krachtiger klinkt, zoals
het geluid in een filmzaal. Deze functie werkt alleen in de modus
Dolby Digital.
Raak [ ] of [ ] van Listening Mode aan om STD of MAX
te selecteren.
Houd het volume op een niveau waarbij geluiden buiten het voertuig
nog kunnen worden gehoord.
De luidsprekerniveaus aanpassen (Output Level)
De testtonen helpen u bij het wijzigen van het volume van de
verschillende luidsprekers. Als de niveaus gelijk zijn, kan een
sterk gevoel van presentie worden waargenomen van de
verschillende luidsprekers in de luisterpositie.
Vermijd tijdens deze aanpassing om de disc te stoppen, te pauzeren of
te wisselen, de cue-functie te gebruiken, snel vooruit te spoelen of het
audiokanaal van dit toestel te wisselen. De instelling wordt
geannuleerd als de decodeermodus wordt overgeschakeld.
1Raak [On] van Output Level aan.
Testtonen worden herhaald voor elk van de verschillende
luidsprekerkanalen. Ze worden herhaald in de onderstaande volgorde.
Als er geen handeling wordt uitgevoerd gedurende 2
seconden, schakelt het kanaal over naar het volgende kanaal.
2 Terwijl de testtoon wordt weergegeven via de luidsprekers,
raakt u [
] of [ ] van Output Level aan om de uitvoer van alle
luidsprekers te balanceren.
3Raak [On] opnieuw aan om uit te schakelen.
Als een luidspreker is uitgeschakeld, kan het niveau van die luidspreker
niet worden aangepast. Zie
"Luidsprekerinstelling" (pagina 60).
De PXA-H700 of PXA-H701 kan worden ingesteld volgens het
frequentiebereik van uw luidsprekers.
Controleer het frequentiebereik van de luidsprekers (subwoofer niet inbegrepen)
voordat u deze handeling uitvoert om te verifiëren of de luidsprekers lage
frequenties kunnen weergeven (van ongeveer 80 Hz of minder).
Vermijd tijdens deze aanpassing om de disc te stoppen, te pauzeren of
te wisselen, de cue-functie te gebruiken, snel vooruit te spoelen of het
audiokanaal van dit toestel te wisselen. De instelling wordt
geannuleerd als de decodeermodus wordt overgeschakeld.
Instellingsitem: Speaker Setup
Selecteer de luidsprekereigenschappen door [ ], [ ]
van de gewenste luidsprekerinstelling aan te raken.
*
1
Het is niet mogelijk om de voorste luidsprekers op "OFF" in te stellen.
*
2
Als de voorste luidsprekers op "Small" ingesteld zijn, kunt u de
achterste luidsprekers en middenluidsprekers niet op "Large" instellen.
De subwoofer kan alleen worden ingesteld op ON/OFF.
Als de centrale luidspreker op "OFF" is ingesteld, worden de
audiosignalen van het middenkanaal toegevoegd aan de
audiosignalen van de voorste luidsprekers.
Als u de luidsprekerrespons op "OFF" instelt, dient u ook de
luidsprekerinstelling op "OFF" in te stellen (
pagina 59).
Voer de instelling uit voor alle luidsprekers ("Front", "Centre", "Rear"
en "Subwoofer"). Als dat niet zo is, is het geluid misschien niet in balans.
Als de middenluidspreker op "OFF" is ingesteld, heeft deze instelling
geen effect, zelfs als de middenluidspreker met deze functie is ingesteld.
Door de instellingen op elke luidspreker te wijzigen, kan de weergave
door de andere luidsprekers beïnvloed worden door de
instellingsvereisten.
Als u PRO Logic II gebruikt terwijl de achterste luidspreker op
"Large" is ingesteld, wordt er geen geluid weergegeven door de
subwoofer.
Instelling van Dolby Digital
STD: voor krachtig geluid aan normaal volume
MAX.: voor krachtig geluid aan hoog volume
Left Centre Right Right Surround
Left Surround Left
Het aanpassingsbereik voor de verschillende luidsprekers
is –10 dB - +10 dB.
Pas aan op basis van de voorste luidsprekers.
Luidsprekerinstelling
OFF*
1
: Als er geen luidspreker is aangesloten.
Small: Als een luidspreker is aangesloten die geen lage
frequenties (80 Hz of lager) kan weergeven.
Large*
2
: Als een luidspreker is aangesloten die lage
frequenties (80 Hz of lager) kan weergeven.
61-NL
Het volume (signaalniveau) voor de modi Dolby Digital, Dolby PLII,
DTS en PCM kan worden ingesteld.
Vermijd tijdens deze aanpassing om de disc te stoppen, te pauzeren of
te wisselen, de cue-functie te gebruiken, snel vooruit te spoelen of het
audiokanaal van dit toestel te wisselen. De instelling wordt
geannuleerd als wordt overgeschakeld naar de decodeermodus.
Instellingsitem: DVD Level
Wijzig het niveau door [] of [] van de gewenste
aanpassingsmodus aan te raken.
De uitvoer bij het afspelen van discs die in lineaire PCM zijn
opgenomen kan op 2 of 3 kanalen worden ingesteld.
Instellingsitem: PCM Mode
Raak [] of [] van PCM Mode aan om 2CH of 3CH te
selecteren.
Deze aanpassing heeft geen effect als de luidspreker Centre op OFF
(midden uit) is ingesteld in "De luidsprekers instellen" (pagina 59).
Instellingen in het geheugen opslaan
Aanpassingen of inhoud van een instelling kan worden opgeslagen.
Inhoud die kan worden opgeslagen, verschilt afhankelijk van de
gebruikte audioprocessor.
1
Raak [MEMORY] aan op de A.Processor-
lijstweergave.
2
Raak binnen 5 seconden een van de
preselectieknoppen [P.SET 1] tot [P.SET 6] aan op
het scherm met de A.Processor-lijst.
De inhoud van de instellingen wordt opgeslagen.
De opgeslagen inhoud wordt niet verwijderd, zelfs als de
stroomkabel van de accu is losgekoppeld.
Het preselectiegeheugen oproepen
Raak om het even welke van de preselectietoetsen
[P.SET 1] tot [P.SET 6] aan op de A.Processor-
lijstweergave om het preselectiegeheugen te selecteren.
Het duurt enkele ogenblikken om het preselectiegeheugen op te
roepen.
BT-audiobron is niet beschikbaar op dit toestel.
Instelling voor gebruik
BLUETOOTH is een draadloze technologie die zorgt voor
communicatie tussen mobiele apparaten of pc's over een korte afstand.
Hierdoor is het mogelijk handenvrij te bellen of gegevens te versturen
tussen apparaten die compatibel zijn met BLUETOOTH.
BLUETOOTH-overdracht is beschikbaar in het vrije spectrum van
2,4 GHz als de afstand tussen apparaten minder dan 10 meter bedraagt.
Raadpleeg de homepage van BLUETOOTH voor meer informatie
(http://www.bluetooth.com).
Afhankelijk van de versie van BLUETOOTH, kan een apparaat dat
BLUETOOTH ondersteunt mogelijk niet communiceren met dit
toestel.
De correcte werking van dit toestel met alle apparaten die
BLUETOOTH ondersteunen, is niet gegarandeerd. Raadpleeg uw
ALPINE-handelaar of de website van ALPINE voor de bediening van
het apparaat dat BT ondersteunt.
Afhankelijk van de omgeving kan de draadloze BLUETOOTH-
verbinding onstabiel zijn.
Zorg ervoor dat u de auto op een veilige plaats tot stilstand brengt
als u belt of instellingen invoert.
Afhankelijk van het aangesloten apparaat dat BLUETOOTH
ondersteunt, kan de werking verschillen. Zie ook de
gebruiksaanwijzing van de aangesloten apparaten.
Voor het gebruik van de handenvrije telefoon moeten de volgende
instellingen gemaakt worden.
Stel "BLUETOOTH IN" in op ON (pagina 49).
Voor u een handenvrije telefoon gebruikt, moet hij gekoppeld worden
aan dit toestel. Zie "BLUETOOTH-instelling" (pagina's 62-64.)
Meer informatie over de bediening vanaf een apparaat dat
BLUETOOTH ondersteunt, kunt u vinden in de gebruiksaanwijzing van
het apparaat dat BLUETOOTH ondersteunt.
1
Een BLUETOOTH-verbinding instellen vanaf een
apparaat dat BLUETOOTH ondersteunt.
2
De PIN-code ("0000") wordt op het toestel
weergegeven.
3
Voer de PIN-code ("0000") in een apparaat dat
BLUETOOTH ondersteunt in.
4
Als dit toestel correct is verbonden met een
BLUETOOTH-apparaat, wordt "Connected/(Device
name)" weergegeven, waarna het toestel naar de
normale modus terugkeert.
Het dvd-niveau aanpassen
Lineaire PCM-instelling
2CH: 2-kanaals uitvoer (L/R)
3CH: 3-kanaals uitvoer (L/R/CENTRE)
Handsfree bellen
met BT
Over BLUETOOTH
Voor u de handenvrije functie gebruikt
Een apparaat verbinden dat BLUETOOTH
ondersteunt (Koppelen)
62-NL
Stel "De zoekmodus instellen" (pagina 63) in op Visible Mode ON om
mogelijk te maken dat dit toestel een mobiele telefoon herkent.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de mobiele telefoon voor het
invoeren van de sleutelcode (wachtwoord). Daarnaast kunt u
rechtstreeks vanaf dit toestel een mobiele telefoon zoeken. Zie
"Het
BLUETOOTH-apparaat registreren" (pagina 62).
Als een BLUETOOTH-apparaat met succes werd verbonden, wordt
het toestel automatisch met het voordien verbonden apparaat
verbonden als u de volgende keer de contactsleutel inschakelt. Soms
kan de verbinding echter mislukken. Als de automatische verbinding
niet lukt, kunt u ze handmatig tot stand brengen.
BLUETOOTH-instelling
De volgende stappen 1 tot 6 zijn gemeenschappelijk voor de
verschillende BLUETOOTH-functies. Meer informatie kunt u vinden
onder iedere individuele functie.
Tijdens het bellen kan de BLUETOOTH-instelling niet uitgevoerd
worden.
Stel "BLUETOOTH IN" in op ON (pagina 49) en voer vervolgens de
BLUETOOTH-instelling uit.
1
Druk op SOURCE/ op het toestel.
Het bronselectiescherm wordt weergegeven.
2
Raak [ ] aan op het hoofdbronscherm.
Het selectiescherm voor instellingen wordt weergegeven.
3
Raak [ ] van Source Setup aan.
Het scherm Source Setup verschijnt.
4
Raak [ ] van BLUETOOTH Setup aan.
Het scherm BLUETOOTH Setup verschijnt.
5
Raak [ ], [ ] of [ ] aan van het gewenste item om
de instelling te wijzigen.
Instellingsitems:
Paired Devices / Device Search / Clear Device /
Service Provider / Visible Mode / Auto Answer / Speaker Select /
MIC Input / Firmware Version / Firmware Update / Hung Up /
Echo Cancel / Navi Voice IN Call / BT Menu Language /
Shortcut Memory
6
Raak [ ] aan aan de linkerzijde van het scherm om
terug te keren naar het vorige scherm.
Raak [Exit] aan om terug te keren naar het
hoofdbronscherm dat werd weergegeven voor u aan het
instellen begon.
Het BLUETOOTH-apparaat instellen
Selecteer een van 5 aangesloten apparaten die BLUETOOTH
ondersteunen die u voordien hebt geregistreerd.
Instellingsitem: Paired Devices
Raak een apparaat aan dat BLUETOOTH ondersteunt en
dat u wilt gebruiken (wijzig verbinding)
uit de lijst met
gekoppelde apparaten.
Als de verbinding met succes gewijzigd is, wordt "Connected NO./
(naam apparaat)" gedurende 2 seconden weergegeven en vervolgens
keert het scherm terug naar het scherm Setup.
Als je het verkeerde wachtwoord invoert of de communicatie mislukt,
wordt "Failed" weergegeven.
Als u een ander BLUETOOTH-apparaat wilt aansluiten nadat u het
huidige BLUETOOTH-apparaat hebt losgekoppeld, sluit dan het
BLUETOOTH-apparaat aan waar u naar wilt overschakelen.
Het registratienummer 5 wordt verwijderd als u het contact van ACC
naar OFF schakelt. Als alle 5 de posities geregistreerd zijn, kunt u
geen 6de apparaat registreren. Om nog een apparaat te registreren,
dient u eerst een van de apparaten te verwijderen op positie 1 tot 5.
Het BLUETOOTH-apparaat registreren
Het BLUETOOTH-apparaat wordt gebruikt als er vanaf dit toestel
een aansluitbaar apparaat dat BLUETOOTH ondersteunt, wordt
gezocht en verbonden of als er een nieuw apparaat dat
BLUETOOTH ondersteunt, wordt geregistreerd.
Instellingsitem: Device Search
1
Als Device Search geselecteerd is, wordt "Now
Searching" weergegeven en begint het zoeken.
2
Raak de naam aan van het apparaat dat u wilt
aansluiten in de apparaatzoeklijst.
3
Als dit apparaat met succes verbonden is met een
BLUETOOTH-apparaat, worden de naam van het
gekoppelde apparaat en een registratienummer
(nr. 1 tot 5) weergegeven. Vervolgens keert het
toestel terug naar de normale modus.
Als u een mobiele telefoon voor de eerste keer registreert:
Voer een wachtwoord in als het scherm met numeriek toetsenbord
verschijnt en voer hetzelfde wachtwoord in het BLUETOOTH-
apparaat in om dit te koppelen. Nadat het koppelen voltooid is, zal
het toestel automatisch verbinding maken met het BLUETOOTH-
apparaat.
Als je het verkeerde wachtwoord invoert of de communicatie mislukt,
wordt "Failed" weergegeven.
Een wachtwoord op het toestel bestaat uit maximaal 4 cijfers. Als een
wachtwoord op het BLUETOOTH-apparaat meer dan 4 cijfers
bedraagt, dient u het opnieuw in te stellen en deze instelling opnieuw
uit te voeren.
BLUETOOTH-instelling
63-NL
Een BLUETOOTH-apparaat uit de lijst wissen
U kunt de geschiedenis van een voordien aangesloten
BLUETOOTH-apparaat wissen.
Instellingsitem: Clear Device
1
Raak het BLUETOOTH-apparaat aan dat u wilt
wissen uit de apparaatwislijst.
Er wordt een melding weergegeven.
2
Raak [Yes] aan als u wilt wissen.
Als u [No] aanraakt, wordt de instelling geannuleerd.
Het registratienummer 5 wordt verwijderd als u de contactsleutel van
ACC naar OFF schakelt.
De naam van de provider van de telefoondienst
weergeven
Instellingsitem : Service Provider
De naam van de serviceprovider van het verbonden
BLUETOOTH-apparaat zal worden weergegeven. Als er geen
BLUETOOTH-apparaat verbonden is, dan zal "ID Unsent"
worden weergegeven.
Afhankelijk van het soort tekens kan de naam van sommige providers
van telefoondiensten mogelijk niet worden weergegeven.
De zoekmodus instellen
U kunt instellen of dit apparaat al dan niet herkend kan worden
door een BLUETOOTH-apparaat. Normaal stelt u Visible Mode
in op ON.
Instellingsitem: Visible Mode
Afhankelijk van de mobiele telefoon kan het nodig zijn een
wachtwoord in te voeren. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de
mobiele telefoon voor het invoeren van het wachtwoord.
Instellen van automatisch oproepen ontvangen
(Auto Answer)
Als u een oproep ontvangt, kunt u instellen of die automatisch
aangenomen wordt of niet.
Instellingsitem: Auto Answer
Als de instelling voor het ontvangen van oproepen op de mobiele
telefoon ingeschakeld is, zal de oproep automatisch aangenomen
worden, ook al staat deze instelling op OFF.
Als er een melding van een tweede oproep wordt weergegeven, is
automatisch bellen onbeschikbaar, zelfs als Auto Answer op "ON" is
ingesteld.
De uitvoerluidspreker selecteren
U kunt de aangesloten luidspreker in de auto selecteren die het
geluidssignaal van de telefoon zal uitvoeren.
Instellingsitem : Speaker Select
De instelling kan niet aangepast worden gedurende een
telefoongesprek. Pas de instelling aan voordat u een oproep maakt.
Als een IMPRINT-audioprocessor (PXA-H100) of externe
audioprocessor (PXA-H701, enzovoort) aangesloten is, wordt de
standaardinstelling All ingesteld en kunt u deze niet aanpassen.
Het volume voor de microfooningang aanpassen
U kunt het volumeniveau van de microfooningang versterken of
verzwakken.
Instellingsitem : MIC Input
Raak
[ ] of [ ]
aan om het gewenste volumeniveau te
selecteren (0 ~ 7).
De instelling kan niet aangepast worden gedurende een
telefoongesprek. Pas de instelling aan voordat u een oproep maakt.
De instelling kan alleen worden aangepast als er een BLUETOOTH-
apparaat aangesloten is.
De versie van de firmware weergeven
Instellingsitem: Firmware Version
De versie van de huidige firmware zal worden weergegeven.
De firmware updaten
Instellingsitem: Firmware Update
In de toekomst zullen updates van de BLUETOOTH-firmware
(voor compatibiliteit met telefoons) beschikbaar gesteld worden
voor dit toestel.
Voor meer informatie over het bijwerken van uw
BLUETOOTH-firmware, kunt u uw plaatselijke Alpine-website
raadplegen of uw land kiezen op de Europese startpagina van
Alpine (http://www.alpine-europe.com).
De inhaakmodus instellen
Als er een inkomend gesprek is, wordt de inhaaktoets onderaan
rechts op het navigatiescherm weergegeven tijdens een
telefoongesprek.
Instellingsitem: Hung Up
Echo Cancel ON of OFF
Instellingsitem: Echo Cancel
De echo van een handenvrije telefoon wordt vermeden door
Echo cancel op ON te zetten.
ON: Hierdoor kan het BLUETOOTH-apparaat dit apparaat
herkennen.
OFF: Hierdoor kan het BLUETOOTH-apparaat dit apparaat niet
herkennen.
ON: Als u een oproep ontvangt, dan wordt die automatisch
aangenomen na ongeveer 5 seconden.
OFF:Als u een oproep ontvangt, dan wordt die niet automatisch
aangenomen. Als een melding wordt weergegeven en u
raakt
[ ] aan terwijl u een oproep ontvangt, dan kunt u
de oproep aannemen.
All: Het geluid wordt uitgevoerd vanaf alle luidsprekers in de
auto.
F-L: Het geluid wordt enkel uitgevoerd vanaf de luidspreker
linksvoor.
F-R: Het geluid wordt enkel uitgevoerd vanaf de luidspreker
rechtsvoor.
F-LR:Het geluid wordt uitgevoerd vanaf de luidspreker linksvoor
en rechtsvoor.
ON: [ ] wordt weergegeven.
OFF: [ ] wordt niet weergegeven.
64-NL
De navigatiestem ontvangen tijdens het bellen
Instellingsitem: Navi Voice IN Call
Door Navi Voice IN Call in te stellen op ON wordt de
spraakbegeleiding van het navigatiesysteem gemengd met het
gesprek.
De BT-menutaal instellen
Voor het BT-menu kunt u tussen 7 talen schakelen. De
geselecteerde items worden geel weergegeven.
Instellingsitem: BT Menu Language
Inhoud instelling: English / Deutsch / Francais / Espanol /
Italiano / Nederlands / Hebrew
Het opgeslagen Shortcut Memory wissen
U kunt een in het Shortcut Memory opgeslagen telefoonnummer
als volgt wissen.
Instellingsitem: Shortcut Memory
Raak [Delete] van preselectienummer 1-5 aan om het Shortcut
Memory te wissen.
Om een telefoonnummer op te slaan als een sneltoets, raadpleegt u
pagina 67.
Handenvrije bediening van de telefoon
U kunt handenvrij bellen als u in combinatie met dit toestel een mobiele
telefoon gebruikt die HSP (Head Set Profile) en HFP (Hands-Free
Profile) ondersteunt.
Vermijd handenvrij bellen bij druk verkeer of langs smalle of
kronkelige baantjes.
Sluit de ramen wanneer u belt om achtergrondlawaai te verminderen.
Als beide bellers handenvrije apparaten gebruiken of als de oproep
gebeurt in een luide omgeving, is het normaal dat u de stem van de
andere persoon moeilijk hoort.
Afhankelijk van de kwaliteit van de lijn of bepaalde mobiele
apparaten, kunnen stemmen onnatuurlijk klinken.
Als u een microfoon gebruikt, dient u er zo rechtstreeks mogelijk in te
spreken om de beste geluidskwaliteit te produceren.
Bepaalde functies van mobiele telefoons zijn afhankelijk van de
capaciteiten en instellingen van het netwerk van uw serviceprovider.
Bovendien is het mogelijk dat bepaalde functies niet geactiveerd zijn
door uw serviceprovider en/of dat de netwerkinstellingen van de
provider de werking van de functie beperken.
Neem altijd contact op met uw serviceprovider voor informatie over
de beschikbaarheid van functies en werking.
Alle functies, de werking, andere productspecificaties en de gegevens
in de gebruiksaanwijzing zijn gebaseerd op de meest recente
beschikbare informatie en worden geacht correct te zijn bij het
drukken.
Alpine behoudt zich het recht voor om informatie of specificaties te
wijzigen zonder voorafgaande kennisgeving of verplichtingen.
Een oproep beantwoorden
Inkomende oproepen worden aangekondigd door de ringtone voor
ontvangen gesprekken en een melding die wordt weergegeven (naam
van de beller/telefoonnummer).
Raak [ ] aan.
De oproep begint.
Aanduiding (signaalsterkte):
Tijdens het bellen geeft deze aanduiding de huidige signaalsterkte
aan van de mobiele telefoon. Als het toestel zich in een andere modus
dan die voor het bellen bevindt, kan de signaalsterkte van de mobiele
telefoon niet precies gelezen worden. In dat geval geeft de
aanduiding de signaalsterkte van de laatste oproep weer.
Als "Instellen van automatisch oproepen ontvangen (Auto Answer)"
(pagina 63) op ON is ingesteld, dan kunt u een oproep automatisch
aannemen.
Tijdens het bellen wordt het brongeluid van het toestel onderbroken.
Na het bellen wordt het afspelen hervat.
De telefoon inhaken
Raak [ ] aan.
Het telefoongesprek wordt beëindigd.
Het volume aanpassen wanneer u een
oproep ontvangt
U kunt het volume aanpassen terwijl u belt. Het aangepaste
volumeniveau wordt opgeslagen.
Druk op / op het apparaat om het volume te
regelen.
Het kan nodig zijn dat u het volume hoger zet dan het volumeniveau
waarop u normaal naar muziek luistert. Als u het volume echter
overdadig verhoogt, kan dit leiden tot terugkoppeling. Wanneer u
terugkoppeling waarneemt, verminder dan het volume tot een
aanvaardbaar niveau om het te beëindigen, aangezien
terugkoppeling rechtstreeks samenhangt met het volume. Door de
microfoon zo te plaatsen dat hij weg is gericht van de
hoofdluidsprekers van de auto (bv. vastgeklemd op de zonneklep),
kunt u ook terugkoppeling verminderen bij een hoog volume.
Nummerherhaling
U kunt opnieuw bellen naar de persoon waar u eerder al naar belde.
Raak na het beëindigen van een oproep in minder dan
5
seconden [ ] aan op het scherm.
Het nummer wordt opnieuw gekozen.
Oproepen overschakelen
Met deze functie kunt u tijdens het bellen de geluidsuitvoer
overschakelen tussen de mobiele telefoon en de luidsprekers in de auto.
Raak tijdens het bellen [ ] aan om het geluid van de
oproep over te schakelen tussen het toestel en de
mobiele telefoon.
Afhankelijk van de mobiele telefoon is het mogelijk dat deze
handeling niet kan worden uitgevoerd.
Over de handenvrije telefoon
65-NL
Oproepgeschiedenis
De oproepgeschiedenis wordt bijgehouden voor de laatst gebelde/
ontvangen/gemiste oproepen. Er zijn verschillende manieren om te
bellen op basis van de "Oproepgeschiedenis". De volgende stappen 1 tot
3 zijn gemeenschappelijk voor de verschillende manieren om te bellen.
Meer informatie kunt u vinden onder elke afzonderlijke categorie voor
het bellen.
1
Houd MUTE/PHONE gedurende minstens 2
seconden ingedrukt.
Het telefoonmenuscherm wordt weergegeven.
2
Raak [ ] van het gewenste item aan om te bellen.
Instellingsitems:
Als "BT Menu Language" ingesteld is op "English", wordt het
telefoonmenu als volgt weergegeven:
Dialed Numbers / Received Calls / Missed Calls / Phone Book /
Voice Dial / Dial Input
Als "BT Menu Language" ingesteld is op "Deutsch", wordt het
telefoonmenu als volgt weergegeven:
Als "BT Menu Language" ingesteld is op "Francais", wordt het
telefoonmenu als volgt weergegeven:
Als "BT Menu Language" ingesteld is op "Espanol", wordt het
telefoonmenu als volgt weergegeven:
Als "BT Menu Language" ingesteld is op "Italiano", wordt het
telefoonmenu als volgt weergegeven:
Als "BT Menu Language" ingesteld is op "Nederlands", wordt het
telefoonmenu als volgt weergegeven:
Als "BT Menu Language" ingesteld is op "Hebrew", wordt het
telefoonmenu als volgt weergegeven:
Raadpleeg "De BT-menutaal instellen" (pagina 64) voor meer
informatie.
Het toestel zal de informatie in de oproepgeschiedenis automatisch
bijwerken telkens als er een mobiele telefoon wordt aangesloten of
als er een oproep wordt ontvangen/gemaakt. Als u op dat ogenblik
een uitgaande modus selecteert, wordt "Now Updating"
weergegeven.
Het kan even duren voordat de lijst wordt weergegeven en het is
mogelijk dat de lijst meteen na het verbinden nog niet is bijgewerkt.
3
Raak [ ] aan om naar het vorige scherm terug te
keren.
Raak [Exit] aan om terug te keren naar het
hoofdbronscherm dat werd weergegeven voor u aan het
instellen begon.
Als u rechtstreeks een oproep maakt vanaf de gekoppelde mobiele
telefoon, wordt het telefoonnummer niet weergegeven en werkt de
nummerherhaling niet.
Reeds gebelde nummers worden opgeslagen in de lijst met uitgaande
oproepen. U kunt een nummer opnieuw bellen door het in deze lijst te
zoeken.
Instellingsitem: Dialled Numbers
Raak
[Call]
aan bij de naam of het telefoonnummer van de
persoon die u wilt bellen in de lijst met uitgaande oproepen.
Er wordt gebeld.
Telefoonnummers van ontvangen oproepen worden opgeslagen in de ontvangen
oproepgeschiedenis. U kunt die nummers opnieuw kiezen door hier te zoeken.
Instellingsitem: Received Calls
Raak
[Call]
aan bij de naam of het telefoonnummer van de
persoon die u wilt bellen in de lijst met ontvangen oproepen.
Er wordt gebeld.
Telefoonnummers van ontvangen oproepen die u miste, worden
opgeslagen in de gemiste oproepgeschiedenis. U kunt die nummers
opnieuw kiezen door hier te zoeken.
Instellingsitem: Missed Calls
Raak
[Call]
aan bij de naam of het telefoonnummer van de
persoon die u wilt bellen in de lijst met gemiste oproepen.
Er wordt gebeld.
U kunt tot 1.000 telefoonnummers downloaden naar het toestel dat
BLUETOOTH ondersteunt vanaf een mobiele telefoon. Kies een
nummer door een persoon uit het telefoonboek te selecteren.
Instellingsitem: Phone Book
U kunt per lijn door de lijst bladeren door [ ] of [ ] aan
te raken.
U kunt pagina per pagina door de lijst bladeren door
[ ] of [ ] aan te raken.
De letterzoekfunctie activeren. Raadpleeg
"Letterzoekfunctie voor het telefoonboek" (pagina 66)
voor meer informatie.
Een nummer herhalen uit de lijst met
uitgaande oproepen
Een nummer uit de ontvangen
oproepgeschiedenis bellen
Een nummer bellen uit de gemiste
oproepgeschiedenis
Een nummer uit het telefoonboek bellen
(Phone Book)
Weergavevoorbeeld van het telefoonboekscherm
66-NL
Raak [Call] aan bij de naam of het telefoonnummer van
de persoon die u wilt bellen in het telefoonboek.
Er wordt gebeld.
Als er voor een naam meerdere nummers geregistreerd zijn in het
telefoonboek, maak dan een keuze en raak [Call] aan bij het
gewenste nummer nadat u [
] van de naam hebt aangeraakt. Er
wordt gebeld. Als u [Call] rechtstreeks bij de naam aanraakt, zal het
standaardnummer voor die naam worden gebeld. Afhankelijk van de
mobiele telefoon die aangesloten is, is het mogelijk dat deze
handeling niet kan worden uitgevoerd.
Indien er via het telefoonboek geen naam kan worden gevonden,
wordt alleen het telefoonnummer (standaardnummer) weergegeven.
Als er naam noch nummer kunnen worden gevonden, wordt "ID
Unsent" weergegeven.
Indien de belgeschiedenis of het telefoonboek van de mobiele telefoon
wordt gewijzigd terwijl de telefoon met het toestel verbonden is, dan
wordt de lijst die het toestel weergeeft mogelijk niet bijgewerkt. Als
die lijst niet bijgewerkt is, kunt u niet correct bellen.
U kunt gebruik maken van de telefoon via spraakbediening.
Instellingsitem: Voice Dial
1
Raak [ ] van Voice Dial aan.
Er wordt een melding weergegeven.
2
Druk op
[Yes]
om de spraakbedieningsmodus te activeren.
De spraakbedieningsmodus is actief en "Speak" wordt
weergegeven.
Raak [No] aan om terug te keren naar het telefoonmenuscherm.
3
Zeg het telefoonnummer* of de naam* die u wilt
bellen in de microfoon.
* Het nummer en de naam zijn afhankelijk van de
spraakbedieningsinformatie die opgeslagen is in de mobiele telefoon.
Als bellen via spraakbediening mislukt, zal het toestel na 30
seconden terugkeren naar de normale modus.
U kunt enkel gebruik maken van deze functie als een mobiele telefoon
verbonden is die de spraakbedieningsfunctie ondersteunt. Als de
mobiele telefoon spraakbediening niet ondersteunt, wordt "No
Support" gedurende 2 seconden weergegeven.
De werking van de spraakbedieningsfunctie hangt af van het
herkenningsbereik van de mobiele telefoon en de plaats waar de
microfoon opgehangen is. Let dus op waar u de microfoon plaatst.
De werking van spraakbediening hangt af van de functies van de
mobiele telefoon. Meer informatie kunt u vinden in de
gebruiksaanwijzing van de mobiele telefoon.
U kunt bellen door het telefoonnummer rechtstreeks in te voeren via het
scherm met numeriek toetsenbord op het toestel.
1
Raak
[ ]
aan om het item van Dial Input weer te geven.
Instellingsitem: Dial Input
Weergavevoorbeeld van het nummerinvoerscherm
2
Het numerieke toetsenbordscherm wordt
weergegeven. Raak het telefoonnummer aan
(voer het in) en raak vervolgens [Call] aan.
Er wordt gebeld.
Over het numerieke toetsenbord
[ ]: hiermee sluit u het numerieke toetsenbord af.
[Delete All]: hiermee wist u alle ingevoerde cijfers.
[ ]: hiermee wist u het vorige cijfer.
Letterzoekfunctie voor het telefoonboek
Raak [ALPHABET] op het telefoonboekscherm aan om het
zoekscherm weer te geven. Raak een van de tekens van A tot Z of de
nummers van 0 tot 9 aan om naar de overeenstemmende lijst over te
schakelen.
1
Raak [ALPHABET] aan.
Het letterzoekscherm wordt weergegeven.
2
-1 Raak de letter aan van de naam die u wilt zoeken.
(bv: Raak "B" aan.)
Het telefoonboekscherm van de door u geselecteerde letter
wordt weergegeven.
2
-2 Raak [Cyrillic]* of [Hebrew]* aan.
Het in veld A weergegeven toetsenbord met letters/cijfers
zal worden gewijzigd.
* De knop wordt alleen weergegeven wanneer het lettertype ingesteld
is op Mode2 (Russisch lettertype) of Mode4 (Hebreeuws lettertype).
Voor de gedetailleerde instelling raadpleegt u
"Het lettertype
wijzigen" op pagina 46.
U kunt de taalcode van uw voorkeur selecteren. Zie "Het lettertype
wijzigen" (pagina 46).
3
Raak [Call] aan bij de naam of het telefoonnummer
van de persoon die u wilt bellen.
Er wordt gebeld.
4
Raak [ ] aan om naar het vorige scherm terug te
keren.
Raak [Exit] aan om terug te keren naar het
hoofdbronscherm.
Spraakbediening gebruiken
Een nummer bellen via rechtstreekse nummerinvoer
67-NL
Functie voor tweede inkomende oproep
Als een tweede oproep wordt ontvangen tijdens een huidige oproep, dan
kunt u de eerste beller even laten wachten terwijl u de tweede oproep
beantwoordt. Als u klaar bent met de ene oproep, kunt u naar de andere
overschakelen.
1
Als een tweede oproep wordt ontvangen tijdens een
huidige oproep, kunt u een melding voor een
inkomende oproep zien op het oproepscherm. Raak
[
] aan van de melding voor de inkomende
oproep.
In dit geval wordt het huidige gesprek even gepauzeerd
terwijl u de nieuwe oproep beantwoordt. De naam en het
telefoonnummer van de wachtende persoon, worden
weergegeven.
Weergavevoorbeeld van het scherm voor 2e inkomende oproep
Melding voor tweede oproep
Haak de eerste oproep in en de tweede oproep wordt
beantwoord.
Haak de tweede inkomende oproep in.
Weergavevoorbeeld van het scherm voor verbonden 2e
inkomende oproep
Feedback van de verbonden tweede oproep
2
Als u [ ] aanraakt op het scherm met de
wachtende oproep, kunt u overschakelen tussen de
bellende en de wachtende persoon.
Een nummer in het telefoonboek
voorprogrammeren (Sneltoets)
Nummers die u vaak belt, kunt u voorprogrammeren om ze snel op te
roepen.
U kunt maximaal vijf vaak gebelde nummers toekennen aan
voorgeprogrammeerde cijfertoetsen.
1
Raak in de telefoonboeklijst [ ] aan van de naam
van de persoon die u wilt voorprogrammeren.
Het nummerscherm van het telefoonboek wordt
weergegeven.
Weergavevoorbeeld van het nummerlijstscherm van het
telefoonboek
2
Raak [Preset] aan.
Het telefoonnummer dat u geselecteerd hebt wordt
opgeslagen in een voorgeprogrammeerde knop.
De knop [Preset] op het telefoonboekscherm is niet beschikbaar als
het geheugen vol is.
Als alle 5 de posities geregistreerd zijn, kunt u geen 6de nummer
toewijzen. Om nog een nummer toe te wijzen, dient u eerst een van de
preselectienummers te verwijderen op positie 1 tot 5. Voor het
verwijderen van het preselectienummer raadpleegt u
"Het
opgeslagen Shortcut Memory wissen" op pagina 64.
Het preselectienummer vormen
Weergavevoorbeeld voor telefoonmenuscherm
Raak een van de voorgeprogrammeerde knoppen
[P.SET 1] tot [P.SET 5] aan waaraan een nummer is
toegewezen in het telefoonmenuscherm.
Het opgeslagen preselectienummer wordt rechtstreeks
gevormd.
A
B
68-NL
Wanneer een optionele camera is aangesloten, kan het beeld van de
camera uitgevoerd worden naar de monitor.
Een camera voor bovenaanzicht, voor vooraanzicht of voor
achteraanzicht kan worden aangesloten op dit toestel.
Gelieve eerst, afhankelijk van uw camera, de aansluitingswijze (Direct of
RCA) en het cameratype (Topview, Front of Rear) te kiezen. Raadpleeg
"De invoer van de camera instellen" (pagina 48) voor meer informatie.
Raadpleeg onderstaande tabel voor informatie over de Alpine-camera.
Camera voor vooraanzicht*
2
Als de HCE-C200F aangesloten is, kunnen de omstandigheden
vóór het voertuig, zoals wegen met slechte zichtbaarheid,
worden bepaald.
Camera voor achteraanzicht*
2
Als een camera van de HCE-C300R/HCE-C200R/HCE-C117D/HCE-
C115-reeks aangesloten is en het voertuig in achteruit geschakeld
wordt, dan wordt het beeld van de achteruitrijcamera (met
aanduidingen voor de breedte van het voertuig en de beschikbare
afstand) automatisch op het scherm van dit toestel weergegeven.
*
1
Als de HCE-C300R wordt aangesloten, moet er gekalibreerd worden.
Raadpleeg
"Kalibreren indien aangesloten op de HCE-C300R"
(pagina 97) en "Kalibreren" in de gebruiksaanwijzing van de
HCE-C300R voor meer informatie over het kalibreren.
*
2
U kunt ook een andere camera (met RCA-uitgang voor video) aansluiten
op de video-ingang voor camera als camera voor voor- of achteraanzicht.
Bediening van de camera voor vooraanzicht
1
Druk op SOURCE/ op het toestel.
Het bronselectiescherm wordt weergegeven.
2
Raak (CAMERA) aan.
De cameramodus wordt geactiveerd en de beelden van de
camera worden weergegeven.
3
Raak het scherm op een willekeurige plaats aan om
de functietoetsen weer te geven voor het wijzigen
van het beeld.
4
Raak [Panorama], [Corner] of [Top] aan om de
kijkhoek te kiezen.
Raak [ ] aan en de functietoetsen voor het wijzigen van
het beeld zullen verdwijnen.
Voor meer informatie kunt u de gebruiksaanwijzing raadplegen van
de aangesloten camera voor vooraanzicht.
Achteruitrijcamera gebruiken
1
Druk op SOURCE/ op het toestel.
Het bronselectiescherm wordt weergegeven.
2
Raak (CAMERA) aan.
De cameramodus wordt geactiveerd en de beelden van de
camera worden weergegeven.
3
Raak het scherm op een willekeurige plaats aan om
de functietoetsen weer te geven voor het wijzigen
van het beeld.*
3
4
Raak [Back], [Panorama], [Corner] of [Top] aan
om de kijkhoek te kiezen.
5
Raak [Guide On] of [Guide Off] aan om in te
stellen of de richtlijn van de achteruitrijcamera*
4
al
dan niet wordt weergegeven.
Raak [ ] aan en de functietoetsen voor het wijzigen van
het beeld zullen verdwijnen.
1
Schakel de versnellingspook naar de
achteruitpositie (R).
Zolang de auto in zijn achteruit staat, worden de beelden
van de achteruitrijcamera weergegeven.
2
Raak het scherm op een willekeurige plaats aan om
de functietoetsen weer te geven voor het wijzigen
van het beeld.*
3
3
Raak [Back], [Panorama], [Corner] of [Top] aan
om de kijkhoek te kiezen.
4
Raak [Guide On] of [Guide Off] aan om in te
stellen of de richtlijn van de achteruitrijcamera*
4
al
dan niet wordt weergegeven.
Raak [ ] aan en de functietoetsen voor het wijzigen van
het beeld zullen verdwijnen.
*
3
Wordt alleen weergegeven als een camera voor achteruitrijcamera
aangesloten is met een functie voor het wijzigen van het beeld en als
View Change Func. ingesteld is op ON (
pagina 48).
*
4
Wordt alleen weergegeven op het scherm met achteraanzicht van de
achteruitrijcamera.
Kijk ook zelf achter de auto. Gebruik de camerabeelden als
bijkomende hulp om de omstandigheden achter de auto te zien.
Deze functie werkt wanneer de achteruitrijkabel correct is aangesloten.
Voor meer informatie kunt u de gebruiksaanwijzing raadplegen van
de aangesloten camera voor achteraanzicht.
Camera gebruiken
(optioneel)
Rechtstreekse camera RCA-camera
Vooraan HCE-C200F
Achteraan
HCE-C300R*
1
HCE-C117D
HCE-C200R
HCE-C115
De beelden van het vooraanzicht
handmatig weergeven
[Panorama]: Panoramisch zicht
[Corner]: Hoekzicht
[Top]: Grondzicht
De beelden van de achteruitrijcamera
handmatig weergeven
[Back]: Achteruitaanzicht
[Panorama]: Panoramisch zicht
[Corner]: Hoekzicht
[Top]: Grondzicht
De beelden van de achteruitrijcamera
weergeven als de auto in de
achteruitversnelling staat
[Back]: Achteruitaanzicht
[Panorama]: Panoramisch zicht
[Corner]: Hoekzicht
[Top]: Grondzicht
69-NL
Deze handeling kan alleen worden uitgevoerd wanneer de versnelling
van de auto in achteruit (R) is geplaatst.
Zorg ervoor dat de functie voor het wijzigen van het beeld op ON
ingesteld is (
pagina 48).
1
Raak het scherm op een willekeurige plaats aan om
de functietoetsen weer te geven voor het wijzigen
van het beeld.
2
Raak [Back] driemaal aan.
Het scherm voor volumeaanpassing verschijnt.
3
Raak [Panorama] aan om een gewenst
volumeniveau in te stellen.
Als u de knop aanraakt wordt het volumeniveau
omgeschakeld.
4
Raak [ ] aan om terug te schakelen naar de
normale modus.
Deze handeling kan alleen worden uitgevoerd wanneer de versnelling
van de auto in achteruit (R) is geplaatst.
Zorg ervoor dat de functie voor het wijzigen van het beeld op ON
ingesteld is (
pagina 48).
1
Raak het scherm op een willekeurige plaats aan om
de functietoetsen weer te geven voor het wijzigen
van het beeld.
2
Raak [Back] driemaal aan.
Het scherm voor volumeaanpassing verschijnt.
3
Raak [Back] opnieuw aan.
Het scherm voor het aanpassen van de gevoeligheid
verschijnt.
4
Raak [Panorama] aan om een gewenst niveau van
detectiegevoeligheid in te stellen.
Als u de knop aanraakt wordt het volumeniveau
omgeschakeld.
5
Raak [ ] aan om terug te schakelen naar de
normale modus.
Het alarmvolume aanpassen
(enkel HCE-C300R)
De detectiegevoeligheid aanpassen
(enkel HCE-C300R)
Weergavevoorbeeld voor het scherm voor volumeaanpassing
Low: Hiermee worden voornamelijk bewegende
objecten gedetecteerd.
Bijna geen stilstaande objecten worden
gedetecteerd.
High: Hiermee worden zowel bewegende als stilstaande
objecten gedetecteerd.
Weergavevoorbeeld voor het scherm voor het aanpassen
van de gevoeligheid
70-NL
Naar het scherm voor video op een
SD-geheugen schakelen
Videogegevens die opgeslagen zijn op een SD-geheugenkaart kunnen
worden afgespeeld door de speler die in dit toestel ingebouwd is.
Als u het bijkomende apparaat probeert te activeren tijdens het
rijden, toont het scherm de waarschuwing-Picture off for your safety.
1
Druk op SOURCE/ op het toestel.
Het bronselectiescherm wordt weergegeven.
2
Raak [SD card] aan.
Het afspelen begint.
Meer informatie over het bedienen van het videogeheugen vindt u in
de "Gebruiksaanwijzing van de SD-videospeler" op de bijgeleverde
cd-rom.
Het SD-videobeeld kan niet worden weergegeven op de monitor
achteraan via de AUX OUT-poort.
De SD-videobron kan alleen monogeluid uitvoeren.
Bijkomende apparaten bedienen
(optioneel)
Volg de onderstaande procedure om uw apparaten te bedienen die zijn
aangesloten op de AUX-aansluitingen van het achterpaneel van de
INA-W910R (AUX1-modus) of op de iPod (V)/AUX-aansluiting met
behulp van een AV/RCA-interfacekabel (apart verkrijgbaar)
(AUX2-modus).
Als u het bijkomende apparaat probeert te activeren tijdens het
rijden, toont het scherm de waarschuwing "Picture off for your
safety".
1
Druk op SOURCE/ op het toestel.
Het bronselectiescherm wordt weergegeven.
2
Raak [Aux1]* of [Aux2] aan.
Het externe invoerscherm wordt weergegeven.
3
Raak [NTSC/PAL] aan om de video-invoer te
wijzigen.
* De naam wordt weergegeven die opgegeven is als de naam van de
bron in
"De AUX-modus instellen" op pagina 48.
Als de AUX-modus niet wordt weergegeven op het hoofdmenu, stelt u
AUX1 IN in op ON of AUX2 IN op AUX door
"De AUX-modus
instellen" (pagina 48) te volgen.
De instellingen voor het schakelen van NTSC/PAL, die u in dit
gedeelte hebt ingesteld, kunnen op dezelfde manier worden gebruikt
in
"Het systeem van de visuele invoersignalen wijzigen" op
pagina 49.
De weergavemodus wijzigt als u [WIDE] aanraakt.
Raadpleeg "De weergavemodi verwisselen" op pagina 37 voor meer
informatie over de bediening.
Video op
SD-geheugen
WAARSCHUWING
Het is gevaarlijk voor de bestuurder om tv/video te
kijken tijdens het rijden met het voertuig. De
bestuurder kan worden afgeleid van het zicht op de
baan en er kan een ongeluk gebeuren.
Installeer de INA-W910R correct zodat de bestuurder
geen tv/video kan kijken tenzij het voertuig gestopt is
en de handrem gebruikt wordt.
Als de INA-W910R niet correct is geïnstalleerd, zal de
bestuurder de tv/video tijdens het rijden kunnen
bekijken en afgeleid worden van de baan waardoor
een ongeluk kan gebeuren. De bestuurder of andere
personen kunnen ernstig gewond geraken.
Bijkomend apparaat
(optioneel)
WAARSCHUWING
Het is gevaarlijk voor de bestuurder om tv/video te
kijken tijdens het rijden met het voertuig. De
bestuurder kan worden afgeleid van het zicht op de
baan en er kan een ongeluk gebeuren.
Installeer de INA-W910R correct zodat de bestuurder
geen tv/video kan kijken tenzij het voertuig gestopt is
en de handrem gebruikt wordt.
Als de INA-W910R niet correct is geïnstalleerd, zal de
bestuurder de tv/video tijdens het rijden kunnen
bekijken en afgeleid worden van de baan waardoor
een ongeluk kan gebeuren. De bestuurder of andere
personen kunnen ernstig gewond geraken.
71-NL
De TUE-T200DVB bedienen (optioneel)
Kan worden gebruikt als optionele TUE-T200DVB is aangesloten.
Als DVB-T is geselecteerd in "De AUX-modus instellen" (pagina 48),
wordt de bron weergegeven in het bronselectiescherm.
1
Druk op SOURCE/ op het toestel terwijl uw
voertuig geparkeerd is.
Het bronselectiescherm wordt weergegeven.
2
Raak [DVB-T] aan.
Het DVB-T-scherm wordt weergegeven.
3
Voer de gewenste handeling uit.
Kanaalnummer omhoog/omlaag of favoriet
kanaalnummer omhoog/omlaag
Raak [CH.]* aan om het kanaal of favoriete kanaal te wijzigen.
Raak CH. [ ] of [ ] aan om een hoger of lager kanaalnummer
te selecteren.
Raak FAV [ ] of [ ] aan om een hoger of lager favoriet
kanaalnummer te selecteren.
* De toets geeft de huidige schakelmodus weer ([CH.] of [FAV]).
Het hoofdmenuscherm oproepen
Raak [MENU] aan om het hoofdmenuscherm op te roepen.
De menubedieningsmodus oproepen
Raak
[MENU CONT]
aan om de menubedieningsmodus op te roepen.
De bron wisselen
Raak [A/V] aan.
De bron wordt bij elke aanraking gewisseld.
Elektronische programmagids oproepen (EPG)
Raak [EPG] aan om de elektronische programmagids op te
roepen.
Scanmodus
1
Raak [P1/3] aan.
De functiegids verschijnt.
2
Raak [SCAN] aan om de automatische
scanprocedure te starten.
Meer informatie kunt u vinden in de gebruiksaanwijzing van de apart
verkrijgbare TUE-T200DVB.
Het videomenu van de TUE-T200DVB bedienen
1
Raak [P1/3] tweemaal aan.
Het scherm van de directe aanraakmodus wordt weergegeven.
Als de optionele TUE-T200DVB aangesloten is, kunt u deze bedienen via de
aanraaktoetsen (behalve de toets [Control]) op het scherm van het toestel.
2
Raak [Control] aan.
Keer terug naar het hoofdscherm van DVB-T.
Als er gedurende 5 seconden geen handeling wordt uitgevoerd, wordt
er automatisch overgeschakeld naar de volledige schermmodus.
Een cd-wisselaar bedienen (optioneel)
Een optionele cd-wisselaar met 6 cd's of 12 cd's kan worden
aangesloten op de INA-W910R als de wisselaar compatibel is met
Ai-NET. Wanneer er een cd-wisselaar is aangesloten op de
Ai-NET-ingang van de INA-W910R, kunt u de cd-wisselaar bedienen
via de INA-W910R.
Wanneer u een wisselaar aansluit die compatibel is met MP3, kunt u
CD-ROM's, CD-R's en CD-RW's die MP3-bestanden bevatten afspelen
op de INA-W910R.
Door gebruik te maken van de KCA-410C (Versatile Link Terminal),
kunt u meerdere wisselaars bedienen via de INA-W910R.
Raadpleeg het gedeelte "Meerdere wisselaars selecteren (optioneel)"
(uitgelegd op
pagina 72) om de cd-wisselaars te selecteren.
1
Druk op SOURCE/ op het toestel.
Het bronselectiescherm wordt weergegeven.
2
Raak [CD CHG] aan.
Het scherm schakelt over naar het modusscherm voor de
cd-wisselaar.
Wanneer een cd-wisselaar met 6 cd's is aangesloten;
1Raak [P1/2]* aan.
De functiegids verschijnt.
* Als een cd- of dvd-wisselaar is aangesloten die compatibel is met
MP3, raakt u die herhaaldelijk aan tot het disc-nummer wordt
weergegeven.
2 Raak een van de selectietoetsen
[DISC 1]
tot
[DISC 6]
aan.
DISC 1 tot DISC 6 selecteren de discs van de eerste tot
de zesde disc.
Wanneer een MP3-compatibele cd-wisselaar is aangesloten;
1Raak [P1/3] aan om de functiegidsweergave te wijzigen.
2 Raak een van de selectietoetsen [DISC 1] tot [DISC 6]
aan.
DISC 1 tot DISC 6 selecteren de discs van de eerste tot
de zesde disc.
Wanneer een cd-wisselaar met 12 cd's is aangesloten;
U kunt de disc-nummers 1 tot 6 op dezelfde manier selecteren
als voor de cd-wisselaar met 6 discs.
Raak [P1/3] tweemaal aan om disc-nummers 7 tot 12 te
selecteren.
De functiegidsweergave wijzigt zodat DISC 7 tot DISC 12
disc-nummers 7 tot 12 voorstellen.
Na het kiezen van de gewenste disc, kunt u dezelfde functies
gebruiken als voor de cd-speler. Raadpleeg het onderdeel CD/MP3/
WMA/AAC voor meer informatie.
Als een MP3-compatibele cd-wisselaar is aangesloten, kan het
toestel discs afspelen die zowel audiogegevens als MP3-gegevens
bevatten.
De dvd-wisselaar (optioneel) kan evenals de cd-wisselaar via de
INA-W910R worden bediend.
Voor de bediening van de aangesloten dvd-wisselaar (DHA-S690),
raadpleegt u het gedeelte "CD/MP3/WMA/AAC" of "DVD/Video CD"
dat beschreven is in deze handleiding, of de gebruiksaanwijzing van
de DHA-S690.
Als de optionele dvd-wisselaar (DHA-S690) aangesloten is op dit
toestel, wordt de video-invoer omgeschakeld als u [NTSC/PAL]
aanraakt nadat u [P1/4] driemaal hebt aangeraakt.
TUE-T200DVB-
bediening (optioneel)
Wisselaar
(optioneel)
72-NL
Meerdere wisselaars selecteren
(optioneel)
Wanneer u gebruikmaakt van de KCA-410C (Versatile Link Terminal),
kunt u twee wisselaars aansluiten.
1
In de wisselaarmodus raakt u [CHG SEL] aan of
drukt u op BAND op de afstandsbediening (apart
verkrijgbaar) om de volgende wisselaar te
selecteren.
2
Raadpleeg het gedeelte "CD/MP3/WMA/AAC" om de
geselecteerde wisselaar te bedienen.
Een USB-geheugen of draagbare muziekspeler kan aangesloten worden
via de USB-aansluiting van dit toestel.
Als een USB-geheugen of draagbare muziekspeler aangesloten is op het
toestel, kunnen MP3/WMA/AAC-bestanden van het USB-geheugen en
MP3/WMA-bestanden van de draagbare muziekspeler worden
afgespeeld.
BANK-functie (alleen de zoekmodus op tag)
Als een USB-geheugen aangesloten is, dan is de volgende beschrijving
alleen beschikbaar als Tag ingesteld is in
"De USB-zoekmodus
instellen" (pagina 43).
Wat is een bank?
Een bank is een eenheid die tot 1.000 nummers kan bevatten en
die is opgeslagen in het geheugen/de draagbare muziekspeler.
"Banken" betekent het groeperen van nummers die beschikbaar
zijn in een USB-geheugen/draagbare muziekspeler in banken
van 1.000 nummers elk. Als er een USB-geheugen aangesloten
is, kan 1BANK tot 1.000 nummers opslaan onder de volgende
omstandigheden. In andere omstandigheden kan het aantal
nummers dat kan worden opgeslagen mogelijk minder dan
1.000 bedragen.
Omstandigheden (algemeen geschatte waarden)
Afspeellijsten: 20 (32 tekens; 64 bytes)
Genres: 10 (32 tekens; 64 bytes)
Componisten: 30 (32 tekens; 64 bytes)
Artiesten: 30 (32 tekens; 64 bytes)
Albums: 100 (32 tekens; 64 bytes)
Titels: 1.000 (32 tekens; 64 bytes)
Mappen: 100 (32 tekens; 64 bytes)
Bestanden: 1.000 (32 tekens; 64 bytes)
Bestandspaden: 1.000 (128 tekens; 256 bytes)
Over banken
Tijdens het opbouwen van een bank wordt "Banking"
weergegeven. Het banken gebeurt telkens als er een USB-
geheugen/draagbare muziekspeler wordt aangesloten of als de
stroom van de hoofdeenheid wordt ingeschakeld.
Het kan enkele seconden tot meerdere minuten duren eer het
banken voltooid is. Dat hangt af van het aantal bestanden en
mappen die zich in het USB-geheugen/op de draagbare
muziekspeler bevinden.
Bestandsvolgorde bij banken
Bestanden worden in verschillende banken ingedeeld op basis
van de tijd en de hiërarchie waarin ze in het USB-geheugen
worden opgeslagen, tot maximaal 1.000 bestanden per bank.
De volgorde van de bestanden is als volgt:
De bestanden in hiërarchie 1 worden eerst worden eerst
ingedeeld en de bestanden in andere hiërarchieën worden
ingedeeld op basis van het tijdstip waarop hun bovenliggende
map in hiërarchie 1 is opgeslagen.
USB-geheugen/
draagbare
muziekspeler
(optioneel)
73-NL
Als er een bestand of map wordt verwijderd in het USB-geheugen,
kan de plaats ervan in sommige gevallen worden ingenomen door
een nieuw bestand of nieuwe map die in het USB-geheugen wordt
opgeslagen.
Beschikbare functies tijdens het banken
Zoekfuncties zoals de albumzoekmodus of taginformatie
(weergave artiest, enz.) zijn beschikbaar tijdens het banken.
Tijdens het banken wijzigt echter de weergave van de
taginformatie.
Normaal snel vooruitspoelen en selectie van het volgende
nummer zijn beschikbaar.
Tijdens het banken verschilt de afspeelvolgorde van de
nummers mogelijk van de volgorde van de nummers in het
USB-geheugen/op de draagbare muziekspeler.
Dit toestel beschikt over een BANK-functie die automatisch elke 1.000
nummers die zijn opgeslagen op het USB-geheugen/de draagbare
muziekspeler verdeelt in individuele banken om het zoeken naar en
afspelen van een nummer eenvoudiger te maken. Een maximum van
1.000 nummers per bank kan worden opgeslagen op basis van de
volgorde opgeslagen op het USB-geheugen/de draagbare muziekspeler.
Er kunnen maximum 20 banken (20.000 nummers) worden herkend.
BANK1 (nummers 1 tot 1.000) is de standaardinstelling. Wilt u verder
zoeken dan 1.000 nummers, voer dan de volgende handeling uit om een
andere bank te selecteren.
1
Raak [P1/2] aan om de functiegids te wijzigen.
2
Raak BANK [ ] of [ ] aan om de gewenste BANK
te selecteren.
Elke handeling kan worden uitgevoerd in de geselecteerde
bank.
Zelfs als de bestanden zich in dezelfde map bevinden, kunnen ze
worden opgeslagen in een verschillende bank.
Afspelen
1
Druk op SOURCE/ op het toestel.
Het bronselectiescherm wordt weergegeven.
2
Raak
[USB Audio]
aan. De USB-modus wordt geactiveerd
en het scherm USB Audio wordt weergegeven.
3
Raak [ ] of [ ] aan om het gewenste nummer
(bestand) te selecteren.
Terugkeren naar het begin van het huidige nummer (bestand):
Raak [ ] aan.
Snel terugspoelen:
Blijf [ ] aanraken.
Vooruitgaan naar het begin van het volgende nummer (bestand):
Raak [ ] aan.
Snel vooruitspoelen:
Blijf [ ] aanraken.
Afhankelijk van de aangesloten draagbare muziekspeler, is snel
vooruitspoelen/terugspoelen soms niet mogelijk.
4
Raak [ / ] aan om het afspelen te pauzeren.
Wanneer u [ / ] opnieuw aanraakt, zal het afspelen
hervatten.
WMA-bestanden die worden beschermd door DRM (Digital Rights
Management), AAC-bestanden die werden gekocht via de iTunes
Music Store die niet DRM-vrij zijn en bestanden die beveiligd zijn
tegen kopiëren, kunnen niet worden afgespeeld op dit toestel.
De afspeeltijd wordt mogelijk niet correct weergegeven wanneer een
bestand opgenomen met VBR (Variable Bit Rate) wordt afgespeeld.
Wanneer er tag-informatie beschikbaar is, worden artiest/
albumnaam/tracknaam weergegeven.
ID3-tag/WMA-tag
Als een MP3/WMA/AAC-bestand ID3-tag/WMA-tag-informatie
bevat, wordt de ID3-tag/WMA-tag-informatie weergegeven (bv. titel
van het nummer, artiest en albumnaam). Alle andere tag-gegevens
worden genegeerd.
"No Support" (geen ondersteuning) rolt over het scherm wanneer
tekstinformatie niet compatibel is met dit toestel.
Voordat u het USB-geheugen verwijdert, moet u naar een andere
bron overschakelen of het toestel op pauze instellen.
Repeat
Enkel Herhaal één is beschikbaar voor deze modus.
Herhaal één: één enkel nummer wordt herhaaldelijk afgespeeld.
Herhaal map: alleen bestanden in een map worden herhaald weergegeven.
1
Raak [P1/2] aan.
De functiegids wordt weergegeven.
2
Raak [ ] aan.
Het bestand wordt herhaaldelijk afgespeeld.
Als een nummer wordt gezocht op tag-informatie
Als een map/bestand wordt gezocht via de Verkennermodus
(op bestandsnaam) (alleen USB-geheugen)
3
Raak [ ] aan om herhaald afspelen te annuleren.
U kunt de Band omschakelen wanneer "Tag" is ingesteld in "De
USB-zoekmodus instellen" (pagina 43), als de Band wordt gewijzigd,
wordt het herhaald afspelen geannuleerd.
BANK-nummer Nummer van de song
BANK1 1~1.000
BANK2 1.001~2.000
...
...
BANK20 19.001~20.000
USB-geheugen
Hiërarchie 1
Hiërarchie 2
Hiërarchie 3
Map
MP3/WMA/AAC-bestand
(uit)
(Herhaal één)
(uit)
(Herhaal één) (Herhaal map)
74-NL
Willekeurig afspelen (M.I.X.)
De Shuffle-functie van het USB-geheugen of van de draagbare
muziekspeler wordt weergegeven als
op de INA-W910R.
1
Raak [ ] aan nadat u [P1/2] hebt aangeraakt.
De nummers worden afgespeeld in willekeurige volgorde.
Als een nummer wordt gezocht op tag-informatie
Als een map/bestand wordt gezocht via de Verkennermodus
(op bestandsnaam) (alleen USB-geheugen)
*
1
De optie Shuffle nummers speelt de nummers binnen een geselecteerde categorie
(afspeellijst, album, enz.) willekeurig af. De nummers binnen de categorie
worden slechts één keer afgespeeld tot alle nummers werden afgespeeld.
*
2
Alle nummers in de huidige bank worden in willekeurige volgorde afgespeeld.
Een nummer wordt niet meer herhaald tot alle nummers werden afgespeeld.
*
3
Alle nummers in de huidige map worden in willekeurige volgorde afgespeeld.
Een nummer wordt niet meer herhaald tot alle nummers werden afgespeeld.
*
4
Alle nummers in het USB-geheugen worden in willekeurige volgorde afgespeeld.
Een nummer wordt niet meer herhaald tot alle nummers werden afgespeeld.
2
Raak
[ ]
aan om het afspelen in M.I.X. te annuleren.
Als een nummer tijdens de willekeurige weergave (M.I.X.) wordt
afgespeeld, kan het nummer opnieuw willekeurig worden afgespeeld,
zelfs als niet alle nummers van het USB-geheugen werden afgespeeld.
Een gewenst nummer zoeken
U kunt kiezen of een nummer wordt gezocht op tag-informatie of via de
Verkennermodus (op bestandsnaam). Selecteer de gewenste zoekmodus in
"De USB-zoekmodus instellen" (pagina 43) voordat u een nummer zoekt.
Controleer of Tag geselecteerd is in "De USB-zoekmodus instellen"
(pagina 43) voor u de volgende handelingen uitvoert.
Een USB-geheugen of draagbare muziekspeler kan honderden nummers
bevatten. Door gebruik te maken van de tag-informatie in bestanden en
de nummers te organiseren in afspeellijsten, zal het zoeken naar
nummers eenvoudig verlopen met de zoekfuncties van dit toestel.
Elke muziekcategorie heeft een individuele hiërarchie. Gebruik de
zoekmodus volgens Playlists
*
1
/Artists/Albums/Songs/Genres/
Composers/Folders/Files (Afspeellijsten/Artiesten/Albums/Nummers/
Genres/Componisten/Mappen/Bestanden) om zoekopdrachten te
verfijnen op basis van de hieronder afgebeelde tabel.
*
1
Zoeken op afspeellijst is niet beschikbaar als er een draagbare
muziekspeler aangesloten is.
Bijvoorbeeld: zoeken op artiestennaam
Het volgende voorbeeld legt uit hoe een zoekopdracht op artiest wordt
uitgevoerd. Een andere zoekmodus kan worden gebruikt voor dezelfde
handeling, maar dan op basis van een andere hiërarchie.
1
Raak [ ] aan.
De zoekmodus is geactiveerd en het scherm met de
zoeklijst wordt weergegeven.
Door [ ] gedurende minstens 2 seconden aan te raken, keert u
terug naar de vorige zoekmodus.
2
Raak [ ] van Artists aan.
Het zoekscherm Artists wordt weergegeven.
3
Selecteer de gewenste artiest.
De artiest rechtstreeks afspelen
1Raak [ ] aan naast de naam van de artiest.
Alle nummers van de geselecteerde artiest worden afgespeeld.
Een album van een artiest zoeken
1Raak [ ] van de geselecteerde artiest aan.
Het zoekscherm Albums van de geselecteerde artiest wordt
weergegeven.
2Raak [ ] aan naast de naam van het gewenste album.
Alle nummers van het geselecteerde album worden afgespeeld.
Een nummer in het album van een artiest zoeken
1Raak [ ] van het gewenste album aan in "Een album van
een artiest zoeken" in stap 2.
Het zoekscherm Songs van het geselecteerde album wordt
weergegeven.
2Raak [ ] aan naast de naam van het gewenste nummer.
Het geselecteerde nummer wordt afgespeeld.
Controleer of File Name geselecteerd is in "De USB-zoekmodus instellen"
(pagina 43) voor u de volgende handelingen uitvoert.
Een USB-geheugen kan honderden nummers bevatten. Door te zoeken op
map-/bestandsnaam, kunt u de gewenste map of het gewenste bestand snel
vinden. Deze handeling lijkt op het zoeken van een map/bestand op een pc.
1
Raak [ ] aan.
De zoekmodus is geactiveerd en het scherm met de
zoeklijst wordt weergegeven.
2
Raak [ ] aan om de geselecteerde map te openen
of [ ] om het geselecteerde bestand af te spelen.
Raak [ ] van de geselecteerde map aan om alle
nummers in de map af te spelen.
3
Herhaal stap 2 tot de gewenste map/het gewenste
bestand gevonden is wanneer u een map opent.
Als er een draagbare muziekspeler aangesloten is, dan wordt de
zoekmodus op tag-informatie gebruikt, zelfs als File Name ingesteld
is in
"De USB-zoekmodus instellen" (pagina 43).
Wanneer een zoekopdracht wordt gegeven tijdens het afspelen in
M.I.X., wordt de M.I.X.-modus geannuleerd.
In de zoekmodus kunt u ook pagina per pagina door de lijst bladeren
door [
] of [ ] aan te raken.
*
1
ALL*
2
(uit)
(Shuffle nummers)
(Shuffle ALLES)
*
3
ALL*
4
(uit)
(Shuffle mappen) (Shuffle ALLES)
Zoeken op tag-informatie
Hiërarchie 1 Hiërarchie 2 Hiërarchie 3 Hiërarchie 4
Afspeellijsten
(Playlists)*
1
Nummers
Artiesten
(Artists)*
Albums* Nummers
Albums
(Albums)*
Nummers
Nummers
(Songs)
Genres
(Genres)*
Artiesten* Albums* Nummers
Componisten
(Composers)*
Albums* Nummers
Mappen
(Folders)
Bestanden
Bestanden
(Files)
Zoeken op artiestennaam
Zoeken via Verkennermodus
(op bestandsnaam) (alleen USB-geheugen)
75-NL
In de zoekmodus kunt u naar een toegewezen positie springen door
de directe zoekbalk aan te raken voor een snelle zoekopdracht.
Raadpleeg
"Direct Search-functie" (pagina 78) voor meer
informatie.
Nadat u [ ] van ALL (alle) aangeraakt hebt in de zoekmodus op
tag, worden alle nummers in de lijst afgespeeld als u zich in een
hiërarchie met een asterisk "*" bevindt (zie de tabel op de vorige
pagina).
Als u [ ] van ALL aanraakt in de zoekmodus op tag zal de zoeklijst
in de volgende hiërarchie worden weergegeven.
In de zoekmodus op tag kunt u snel zoeken door gebruik te maken van
de functie om letters over te slaan om de gewenste artiest, het
gewenste nummer, enz. te vinden. Raadpleeg
"Functie om letters over
te slaan (alleen de zoekmodus op tag)" op pagina 75 voor meer
informatie.
Functie om letters over te slaan (alleen
de zoekmodus op tag)
Het toestel is uitgerust met een functie om letters over te slaan voor
efficiënter zoeken. Als u deze functie gebruikt in de zoekmodus kunt u
snel een artiest of een nummer, enz. zoeken.
Geeft de huidige zoekmodus weer.
U kunt per lijn door de lijst bladeren door [ ] of [ ]
aan te raken.
U kunt ook één pagina van de lijst per keer overslaan
door [ ] of [ ] aan te raken. Als u [ ] of [ ] blijft
aanraken, verandert het scherm voortdurend.
U kunt ook één letter per keer in de lijst overslaan door
ALPHABET [ ] of [ ] aan te raken.
Raak [ ] aan om naar het vorige menu terug te keren.
Alleen letters die opgenomen zijn in de UTF-16-tekencode komen in
aanmerking.
Afspeellijst/Artiest/Album/Genre/
Componist selecteren (Alleen
zoekmodus op tag.)
Playlist*/Artist/Album/Genre/Composer (Afspeellijst/Artiest/Album/
Genre/Componist) kunnen eenvoudig worden gewijzigd.
Wanneer u bijvoorbeeld naar een nummer uit een gekozen album
luistert, kunt u het album wijzigen.
Raak
[ ]
of
[ ]
aan om de gewenste (Afspeellijst) /
(Artiest) / (Album) / (Genre) / (Componist)
te selecteren.
* Dit item is niet beschikbaar als er een draagbare muziekspeler
aangesloten is.
Als de zoekselectiemodus niet actief is, is zoeken op nummer niet
mogelijk.
Als een album werd geselecteerd tijdens een zoekopdracht op artiest,
kan er in dat album gezocht worden.
Tijdens willekeurige weergave (M.I.X.) is deze functie niet
beschikbaar.
De gewenste map selecteren
(map omhoog/omlaag)
Als u een bestand uit een geselecteerde map beluistert, dan kunt u die
map wijzigen.
Raak [ ] of [ ] aan om de map te selecteren.
Tijdens M.I.X. ALL is deze functie niet beschikbaar.
Wanneer Map omhoog/omlaag wordt uitgevoerd tijdens het afspelen
in M.I.X. Map., wordt de M.I.X. Map-modus geannuleerd.
Een afspeellijst aanmaken op basis van
de informatie over artiest/album van het
huidige nummer (alleen zoekmodus op
tag)
Als een nummer afgespeeld wordt, dan kan een afspeellijst aangemaakt
worden met alle nummers van dezelfde artiest of van hetzelfde album
die opgeslagen zijn op het USB-geheugen of de draagbare
muziekspeler.
1
Raak [P1/2] aan terwijl een nummer afgespeeld
wordt.
De functiegids verandert.
2
Raak [X-RPT ARTIST] of [X-RPT ALBUM] aan om
de afspeellijst aan te maken.
Op basis van de artiest-/albuminformatie van het huidige nummer
wordt een afspeellijst aangemaakt met alle nummers van dezelfde
artiest/uit hetzelfde album binnen de BANK, waarna de afspeellijst
wordt afgespeeld.
Functie om letters over
te slaan:
Met de functie om letters over te
slaan gaat u naar de volgende letter,
bv. van A naar B, B naar C, enz. door
op ALPHABET [
] te drukken. U
kunt ook in omgekeerde volgorde
letters overslaan, bv. van B naar A,
door op ALPHABET [
] te drukken.
Weergavevoorbeeld van het zoekscherm voor Albums
76-NL
Over het MP3/WMA/AAC-bestand in
USB-geheugen
MP3/WMA/AAC afspelen
MP3/WMA/AAC-bestanden worden voorbereid en vervolgens
opgeslagen in een USB-geheugen. Een mediaspeler of een
jukebox kan ook worden gebruikt om muziek te synchroniseren
met een draagbaar apparaat. Zorg ervoor dat de afspeeltijd van
een bestand niet langer dan 1 uur bedraagt.
Ondersteunde media
Dit apparaat kan afspelen uit het USB-geheugen of een
draagbare muziekspeler.
Overeenkomstige bestandssystemen
Dit apparaat ondersteunt FAT 12/16/32 voor USB-
geheugenapparaat/draagbare muziekspeler.
Een iPod/iPhone aansluiten
U kunt een iPod/iPhone aansluiten op dit toestel via een USB-
verbindingskabel. Als er een iPod/iPhone aangesloten is op dit toestel,
kunt u kiezen of u de iPod/iPhone bedient met de bedieningselementen
van het apparaat in kwestie of met de bedieningselementen van het
hoofdtoestel. Raadpleeg
"De bediening van de iPod instellen"
(pagina 77) voor meer informatie.
In de gebruiksaanwijzing wordt alleen uitgelegd hoe u een iPod/iPhone
via dit toestel gebruikt. Zorg dus dat u dat HU-modus instelt in
"De
bediening van de iPod instellen" (pagina 77) voordat u de volgende
handeling uitvoert. Raadpleeg de handleiding van iPod/iPhone voor de
afzonderlijke bediening van een iPod/iPhone.
Andere toepassingen (internet, enz.) van de iPod touch of
iPhone kunnen niet worden bediend vanaf het toestel; deze
functies kunnen wel worden bediend vanaf de iPod touch of
iPhone zelf.
Als u een iPhone op dit toestel aansluit, dan kan die gebruikt
worden als een iPod.
Om het videoscherm te bekijken voor een bestand vanaf
iPod/iPhone (iPhone, iPod touch, iPod classic, iPod 5de
generatie, iPod nano (3de generatie), iPod nano (4de
generatie) en iPod nano (5de generatie)), via een USB-
verbinding en met de handrem ingeschakeld, stelt u
"AUX2 IN" in op "iPod Video" in "De AUX-modus instellen"
(pagina 48).
Bij voertuigen met een automatische versnelling, dient u de
versnellingshendel in de parkeerpositie te plaatsen.
Modellen van iPod/iPhone die compatibel zijn met dit toestel
Apparaten die een Made for iPod-bevestiging gekregen
hebben.
De correcte werking van eerdere versies kan niet worden
gegarandeerd.
iPod touch (4de generatie): Ver.4.2.1
iPod nano (6de generatie): Ver.1.0
iPod touch (3de generatie): Ver.4.2.1
iPod nano (5de generatie): Ver.1.0.2
iPod classic (eind 2009): Ver.2.0.4
iPod touch (2de generatie): Ver.4.2.1
iPod nano (4de generatie): Ver.1.0.4
iPod classic (120 GB): Ver.2.0.1
iPod touch (1ste generatie): Ver.3.1.3
iPod nano (3de generatie): Ver.1.1.3 PC
iPod classic (80 GB, 160 GB): Ver.1.1.2
iPod nano (2de generatie): Ver.1.1.3
iPod (5de generatie): Ver.1.3
iPod nano (1ste generatie): Ver.1.3.1
Apparaten die een Made for iPhone-bevestiging gekregen
hebben.
De correcte werking van eerdere versies kan niet worden
gegarandeerd.
iPhone 4: Ver.4.2.1
iPhone 3GS: Ver.4.2.1
iPhone 3G: Ver.4.2.1
iPhone: Ver.3.1.3
Raadpleeg het document van Apple zelf "Bepalen welk
iPod-model u hebt" op http://support.apple.com/kb/HT1353
om te bepalen welk iPod-model u hebt.
iPod/iPhone
(optioneel)
77-NL
De bediening van de iPod instellen
Als een iPod/iPhone aangesloten is, kunt u deze bedienen via de eigen
bedieningselementen of via dit toestel.
1
Blijft [ ] gedurende minstens 2 seconden
aanraken op het iPod-modusscherm.
De aanduiding "iPod mode" verschijnt op het scherm.
2
Als u op het scherm van de iPod-modus [ ]
opnieuw blijft aanraken, wordt er naar de HU-modus
geschakeld.
De aanduiding "HU mode" verschijnt op het scherm.
Voor "HU mode": Bedien de iPod/iPhone via dit toestel.
Voor "iPod mode": Bedien de iPod/iPhone met de
bedieningselementen van het apparaat in kwestie. Als iPod
geselecteerd is, zult u bepaalde functies niet via het
hoofdtoestel kunnen bedienen.
Als de bedieningsmodus wordt gewijzigd, wordt de pauzestatus
ingesteld. Raak [
/ ] aan om door te gaan.
Als u de bedieningsmodus voor iPod gebruikt, dient u ervoor te
zorgen dat de USB 30P-kabel correct aangesloten is op de iPod(V)/
AUX-ingang door het gebruik van de AV-verlengkabel.
Als u niets afspeelt op de iPod in de iPod-bedieningsmodus, word
"Stop" weergegeven op dit toestel.
Afhankelijk van de gebruikte iPod, kunt u mogelijk niet kiezen voor
bediening via de iPod. Het is ook mogelijk dat de bediening toch van
het hoofdtoestel moet gebeuren, ook al is iPod geselecteerd.
Afspelen
1
Druk op SOURCE/ op het toestel.
Het bronselectiescherm wordt weergegeven.
2
Raak [iPod] aan.
Het scherm toont het iPod-modusscherm.
3
Raak [ ] of [ ] aan om het gewenste nummer
te selecteren.
Terugkeren naar het begin van het huidige nummer:
Raak [ ] aan.
Het huidige nummer snel achteruitspoelen:
Blijf [ ] aanraken.
Doorspoelen naar het begin van het volgende nummer:
Raak [ ] aan.
Het huidige nummer snel vooruitspoelen:
Blijf [ ] aanraken.
4
Raak [ / ] aan om het afspelen te pauzeren.
Wanneer u
[ / ]
opnieuw aanraakt, zal het afspelen hervatten.
Als een nummer wordt afgespeeld wanneer de iPod/iPhone wordt
aangesloten op dit toestel, dan zal het nummer blijven spelen na het
aansluiten van de iPod/iPhone.
Als de artiest, het album of de naam van een nummer aangemaakt in
iTunes te veel tekens bevat, is het mogelijk dat het nummer niet wordt
afgespeeld wanneer de iPod is aangesloten op dit toestel. Om die
reden is een maximum van 250 tekens aanbevolen. Het maximale
aantal tekens van de hoofdeenheid is 128 (128 byte).
Sommige tekens worden mogelijk niet correct weergegeven.
"No Support" wordt weergegeven wanneer tekstinformatie niet
compatibel is met dit toestel.
Als een iPhone of video-compatibele iPod is aangesloten, wijzigt de
weergavemodus door [WIDE] aan te raken op de functiegids.
Raadpleeg
"De weergavemodi verwisselen" (pagina 37) voor meer
informatie over de bediening.
Een aflevering kan uit verschillende hoofdstukken bestaan. Het
hoofdstuk kan gewijzigd worden door te drukken op [
] of
[ ].
Een gewenst nummer zoeken
Een iPod/iPhone kan honderden nummers bevatten. Door die nummers
te organiseren in afspeellijsten, kan dit toestel eenvoudiger zoeken naar
nummers.
Met behulp van de individuele hiërarchie van de zoekmodus kunt u
zoekopdrachten verfijnen zoals te zien is in de hieronder afgebeelde
tabel.
<Zoekmenu MUSIC>
De zoekmodus voor video hangt van de iPod/iPhone af. Als de
specificatie van de iPod/iPhone gewijzigd is, zal de zoekmodus op dit
toestel ook gewijzigd zijn.
Bijvoorbeeld: zoeken op artiestennaam
Het volgende voorbeeld legt uit hoe een zoekopdracht op artiest wordt
uitgevoerd. Een andere zoekmodus kan worden gebruikt voor dezelfde
handeling, maar dan op basis van een andere hiërarchie.
1
Raak [ ] aan.
De zoekmodus is geactiveerd en het scherm met de
zoeklijst wordt weergegeven.
Door [ ] gedurende minstens 2 seconden te blijven aanraken,
keert u terug naar de vorige zoekmodus.
Deze functie is niet beschikbaar als iPod-modus geselecteerd is in
"De bediening van de iPod instellen" (pagina 77).
2
Raak [ ] van Music aan.
Het zoekmenuscherm voor muziek wordt weergegeven.
Hiërarchie 1 Hiërarchie 2 Hiërarchie 3 Hiërarchie 4
Afspeellijsten
(Playlists)
Nummers
Artiesten
(Artists)*
Albums* Nummers
Albums
(Albums)*
Nummers
Nummers
(Songs)
Podcasts Afleveringen
Genres
(Genres)*
Artiesten* Albums* Nummers
Componisten
(Composers)*
Albums* Nummers
Gesproken
boeken
(Audiobooks)
Zoeken op artiestennaam
78-NL
Als de videomodus geselecteerd is, kan de zoekmodus voor
videoafspeellijsten/films/muziekvideo's/tv-programma's/
videopodcasts gebruikt worden afhankelijk van de aangesloten iPod/
iPhone (alleen voor video die met iPhone of iPod compatibel is).
Als u de zoekmodus voor video wilt selecteren, dient u vooraf AUX2
IN op iPod Video in te stellen. Zie
"De AUX-modus instellen" op
pagina 48.
3
Raak [ ] van Artists aan.
Het zoekscherm voor artiesten wordt weergegeven.
4
Selecteer de gewenste artiest.
De artiest rechtstreeks afspelen
1Raak [ ] aan naast de naam van de artiest.
Alle nummers van de geselecteerde artiest worden afgespeeld.
Een album van een artiest zoeken
1Raak [ ] van de geselecteerde artiest aan.
Het zoekscherm voor albums van de geselecteerde artiest
wordt weergegeven.
2Raak [ ] aan naast de naam van het gewenste album.
Alle nummers van het geselecteerde album worden
afgespeeld.
Een nummer in het album van een artiest zoeken
1Raak [ ] van het gewenste album aan in "Een album van
een artiest zoeken" in stap 2.
Het zoekscherm voor nummers van het geselecteerde album
wordt weergegeven.
2Raak [ ] aan naast de naam van het gewenste nummer.
Het geselecteerde nummer wordt afgespeeld.
Door [ ] van ALL aan te raken, worden alle nummers in de lijst
afgespeeld als u zich in een hiërarchie met een asterisk "*" bevindt
(zie de tabel op de vorige pagina).
Door [ ] van ALL aan te raken, wordt de zoeklijst in de volgende
hiërarchie weergegeven.
In de zoekmodus kunt u naar een toegewezen positie springen door
de directe zoekbalk aan te raken voor een snelle zoekopdracht.
Raadpleeg
"Direct Search-functie" (pagina 78) voor meer
informatie.
Als de functie om letters over te slaan geactiveerd wordt in de
zoekmodus kunt u snel zoeken door gebruik te maken van de functie
om letters over te slaan om de gewenste artiest, het gewenste
nummer, enz. te vinden. Raadpleeg
"Functie om letters over te slaan"
op pagina 78 voor meer informatie.
Wanneer een zoekopdracht wordt gegeven tijdens het afspelen in
M.I.X., wordt de M.I.X.-modus geannuleerd.
Raak [ ] aan in de zoekmodus om naar het vorige menu terug te
keren.
Raak [Exit] aan in de zoekmodus om terug te keren naar het
hoofdscherm voor iPod.
Direct Search-functie
De directe zoekfunctie van het toestel kan worden gebruikt om
efficiënter te zoeken naar een album, nummer, enz. In de modi Playlists/
Artists/Albums/Songs/Genres/Composers/Podcasts/Audiobooks
(Afspeellijsten/Artiesten/Albums/Nummers/Genres/Componisten/
Podcasts/Gesproken boeken) kunt u snel een nummer zoeken.
Directe zoekbalk
Keert terug naar het vorige scherm.
Als u [Exit] aanraakt, wordt het zoekscherm afgesloten
en wordt er naar het hoofdscherm teruggekeerd.
In de zoekmodus kunt u om het even waar de directe
zoekbalk aanraken om stapsgewijs door items te
bladeren. Het zoeklijstscherm wijzigt ook volgens de
geselecteerde nummerpositie.
Functie om letters over te slaan
Het toestel is uitgerust met een functie om letters over te slaan voor
efficiënter zoeken. Als u deze functie gebruikt in de zoekmodus kunt u
snel een artiest of een nummer, enz. zoeken.
Functie om letters over
te slaan:
Met de functie om letters over te
slaan gaat u naar de volgende letter,
bv. van A naar B, B naar C, enz. door
op ALPHABET [
] te drukken. U
kunt ook in omgekeerde volgorde
letters overslaan, bv. van B naar A,
door op ALPHABET [
] te drukken.
Weergavevoorbeeld van het zoekscherm voor Albums
79-NL
Geeft de huidige zoekmodus weer.
U kunt per lijn door de lijst bladeren door [ ] of [ ]
aan te raken.
U kunt ook één pagina van de lijst per keer overslaan
door [ ] of [ ] aan te raken. Als u [ ] of [ ] blijft
aanraken, verandert het scherm voortdurend.
U kunt ook één letter per keer in de lijst overslaan door
ALPHABET [ ] of [ ] aan te raken.
Raak [ ] aan om naar het vorige scherm terug te
keren.
Afspeellijst/Artiest/Album/Genre/
Componist/Aflevering/Categorie
selecteren
Playlist/Artist/Album/Genre/Composer/Episode/Category*
(Afspeellijst/Artiest/Album/Genre/Componist/Aflevering/Categorie)
kunnen eenvoudig worden gewijzigd.
Wanneer u bijvoorbeeld naar een nummer uit een gekozen album
luistert, kunt u het album wijzigen.
Druk op
[ ]
of
[ ]
om de gewenste (Afspeellijst) /
(Artiest) / (Album) / (Genre) / (Componist) /
(Aflevering) / Category (Categorie)
*
te selecteren.
* Categorie kan enkel worden gewijzigd als de videobestanden van een
iPod/iPhone worden afgespeeld.
Als de zoekselectiemodus niet actief is, is zoeken op nummer niet
mogelijk.
Tijdens willekeurige weergave (M.I.X.) is deze functie niet
beschikbaar.
Als niet op Playlist (afspeellijst)/Artist (artiest)/Album/Genre/
Componist (auteur) wordt gezocht, is deze functie niet mogelijk.
Als een album werd geselecteerd tijdens een zoekopdracht naar een
artiest, kan er in dat album gezocht worden.
Deze functie is niet beschikbaar als iPod-modus geselecteerd is in
"De bediening van de iPod instellen" (pagina 77).
Willekeurig afspelen (M.I.X.)
De Shuffle-functie van de iPod wordt weergegeven als op de
INA-W910R.
Shuffle ALLES ALL:
Alle nummers van de iPod worden afgespeeld in willekeurige
volgorde. Een nummer wordt niet meer herhaald tot alle
nummers werden afgespeeld.
Shuffle Albums :
De nummers uit elk album worden in de juiste volgorde
afgespeeld. Na het afspelen van alle nummers op een album,
wordt het volgende album willekeurig geselecteerd. Dit gaat zo
verder tot alle albums werden afgespeeld.
Shuffle nummers :
De optie shuffle nummers speelt de nummers binnen een
geselecteerde categorie (afspeellijst, album, enz.) willekeurig af.
De nummers binnen de categorie worden slechts één keer
afgespeeld tot alle nummers werden afgespeeld.
1
Raak [ ALL]* aan.
De nummers worden afgespeeld in willekeurige volgorde.
ALL (uit)
(Shuffle ALLES)
Raak [ ] aan nadat u [P1/2] hebt aangeraakt.
2
Raak [ ALL] of [ ] aan om M.I.X.-weergave te
annuleren.
Raadpleeg "Een gewenst nummer zoeken" (pagina 77) voor meer
informatie over de zoekmodus.
Wanneer een nummer is geselecteerd in de albumzoekmodus voordat
Shuffle (M.I.X.) werd geselecteerd, zullen de nummers niet
willekeurig afspelen, ook al wordt Shuffle album geselecteerd.
* Deze functie kan niet worden gebruikt voor de videobestanden van
een iPod/iPhone worden afgespeeld.
Repeat
Enkel Repeat One (herhaal één) is beschikbaar voor de iPod.
Herhaal één: één enkel nummer wordt herhaaldelijk afgespeeld.
1
Raak [P1/2] aan.
De functiegids wordt weergegeven.
2
Raak [ ] aan.
Het bestand wordt herhaaldelijk afgespeeld.
3
Raak [ ] aan om herhaald afspelen te annuleren.
Afhankelijk van de aangesloten iPod, is het mogelijk dat nummer
omhoog/omlaag niet beschikbaar is tijdens het herhaald afspelen.
W
eergavevoor
b
ee
ld
van
h
et zoe
k
sc
h
erm voor
Alb
ums
(Shuffle Albums)
(Shuffle nummers)
(uit)
(uit)
(Herhaal één) (Herhaal de lijst
die wordt afgespeeld)
80-NL
Bedieningselementen op
afstandsbediening
PWR-knop
Hiermee schakelt u de stroom in (ON) en uit (OFF).
SRC-knop
Hiermee selecteert u de audiobron.
DN-knop
VOLUME / -knop
Hiermee verhoogt of verlaagt u het volumeniveau.
RETURN-knop
DVD/Video CD (PBC ON)/DivX-modus:
Hiermee keert u terug naar het vorige
scherm. (Keert niet terug bij bepaalde
discs.)
-knop
/ -knop
-knop
Hiermee stopt u.
MENU-knop
CLR-knop
Hiermee verwijdert u het vorige nummer op het numerieke
toetsenbord of sluit u het scherm met het numerieke
toetsenbord.
DISP/TOP M.-knop
SETUP-knop
Niet gebruikt.
Afstandsbediening
Radiomodus: Hiermee selecteert u in dalende volgorde
radiozenders die in de preselectieknoppen
van de radio voorgeprogrammeerd zijn.
MP3/WMA/AAC/DivX-modus:
Met de mapselectieknop (DN) selecteert u de
map.
Wisselaarmodus:
Met de DISC-selectieknop (DN) selecteert u
een disc in dalende volgorde.
iPod/iPhone-
modus:
Hiermee selecteert u een afspeellijst/artiest/
album/genre/componist/aflevering in dalende
volgorde.
Radiomodus: SEEK (DN)-knop
CD/Wisselaarmodus:
Druk op de knop om terug te keren naar het
begin van de huidige track. Houd deze
knop ingedrukt om snel terug te spoelen.
MP3/WMA/AAC iPod-modus:
Druk op de knop om terug te keren naar het
begin van het huidige bestand. Houd deze
knop ingedrukt om snel terug te spoelen.
DVD Video/Video CD/DivX:
Hiermee gaat u naar de gewenste plaats
op de disc.
Houd deze knop tijdens het afspelen
langer dan 1 seconde ingedrukt om de
disc terug te spoelen aan dubbele
snelheid. Houd deze knop langer dan 5
seconden ingedrukt om de disc terug te
spoelen aan 8 keer de normale snelheid.
Houd deze knop langer dan 10
seconden ingedrukt om de disc terug te
spoelen aan 21 keer de normale
snelheid.
DVD Video: Als u deze knop ingedrukt houdt in de
pauzemodus, wordt de disc
achterwaarts vertraagd weergegeven
aan 1/8 van de normale snelheid. Indien
u de knop langer dan 5 seconden
indrukt, schakelt de achterwaartse
vertraagde weergave over naar 1/2 van
de normale snelheid.
Het beeld wordt één frame
teruggespoeld telkens u op de knop
drukt in de pauzemodus.
Radiomodus: Hiermee kiest u de afstemmingsmodus.
Door dit meer dan 2 seconden in te drukken,
wordt Automatic Memory geactiveerd.
Disc/iPod-
modus:
Hiermee schakelt u tussen afspelen en
pauzeren.
SEARCH-knop: Niet gebruikt.
DVD Video/Video CD/DivX:
Door één keer te drukken stelt u PRE-stop in,
door twee keer te drukken stelt u stop in.
DVD Video-modus:
Hiermee geeft u het menu weer.
DVD Video/Video CD-modus:
Hiermee geeft u de afspeelstatus weer
(alleen als de auto gestopt is).
DVD Video-modus:
Door meer dan 2 seconden te drukken geeft
u het hoofdmenu weer.
81-NL
AUDIO-knop
DVD Video/Video CD/DivX-modus: Hiermee schakelt u de audio om.
BAND-knop
A.PROC-knop
MUTE-knop
Hiermee verlaagt u het volume onmiddellijk met 20 dB. Druk
opnieuw op de knop om te annuleren.
UP-knop
, , ,
ENT.-knop
Hiermee voert u het geselecteerde item in; druk op de knop
om uw selectie te bevestigen die op het invoerscherm met
numerieke toetsen te zien is.
-knop
Numerieke toetsen
Hiermee voert u nummers in.
MONITOR-knop
Niet gebruikt.
ANGLE-knop
SUBTITLE-knop
SETUP van het toestel kan niet worden uitgevoerd vanaf de
afstandsbediening.
Bepaalde handelingen werken mogelijk niet, afhankelijk van de disc.
Bij het gebruik van de afstandsbediening
Richt de afstandsbediening op de
afstandsbedieningssensor binnen een afstand van
ongeveer 2 meter.
De afstandsbediening werkt mogelijk niet als de
afstandsbedieningssensor aan direct zonlicht wordt
blootgesteld.
De afstandsbediening is een klein, licht
precisieapparaat. Neem het volgende in acht om
schade, een korte levensduur van de batterij,
bedieningsfouten en slechte ontvangst te voorkomen.
- Stel de afstandsbediening niet bloot aan overmatige
schokken.
- Stop de afstandsbediening niet in een broekzak.
- Houd de afstandsbediening weg van voedsel, vocht
en vuil.
- Leg de afstandsbediening niet in direct zonlicht.
Radiomodus:
Hiermee wijzigt u de frequentieband.
Wisselaarmodus:
Hiermee schakelt u de discmodus om.
(wanneer een optionele KCA-410C aangesloten is)
DVD Video/Video CD-modus:
Als u een dvd of video-cd afspeelt, wordt de
weergavemodus omgeschakeld (alleen als
de auto gestopt is).
Wanneer een externe audioprocessor aangesloten is:
Druk op de knop om het instelscherm voor
de audioprocessor weer te geven.
Wanneer geen externe audioprocessor aangesloten is:
Druk op de knop om het scherm van de
audiomodus weer te geven.
Radiomodus: Hiermee selecteert u in oplopende volgorde
radiozenders die in de preselectieknoppen
van de radio voorgeprogrammeerd zijn.
MP3/WMA/AAC/DivX-modus:
Met de mapselectieknop (UP) selecteert u de map.
Wisselaarmodus:
Met de DISC-selectieknop (UP) selecteert u
een disc in oplopende volgorde.
iPod/iPhone-modus:
Hiermee selecteert u een afspeellijst/artiest/
album/genre/componist/podcast in
oplopende volgorde.
DVD Video-modus:
Hiermee selecteert u een item weergegeven
op het scherm.
Radiomodus: SEEK (UP)-knop
CD/Wisselaarmodus:
Druk op de knop om door te spoelen naar
het begin van de volgende track. Houd deze
knop ingedrukt om snel vooruit te spoelen.
MP3/WMA/AAC iPod-modus:
Druk op de knop om vooruit te spoelen naar het
begin van het volgende bestand. Houd deze
knop ingedrukt om snel vooruit te spoelen.
DVD Video/Video CD/DivX:
Hiermee gaat u naar de gewenste plaats
op de disc.
Houd deze knop tijdens het afspelen
langer dan 1 seconde ingedrukt om de
disc vooruit te spoelen aan dubbele
snelheid. Houd deze knop langer dan 5
seconden ingedrukt om de disc vooruit te
spoelen aan 8 keer de normale snelheid.
Houd deze knop langer dan 10 seconden
ingedrukt om de disc vooruit te spoelen
aan 21 keer de normale snelheid.
DVD Video/Video CD:
Als u deze knop ingedrukt houdt in de
pauzemodus, wordt de disc vertraagd
weergegeven aan 1/8 van de normale
snelheid. Indien u de toets langer dan 5
seconden aanraakt, schakelt de
vertraagde weergave over naar 1/2 van
de normale snelheid.
Het beeld wordt één frame
vooruitgespoeld telkens u op de knop
drukt in de pauzemodus.
DVD Video-modus:
Hiermee schakelt u de hoek van het beeld
om.
DVD Video/DivX-modus:
Hiermee bedient u de ondertitels.
82-NL
De batterij vervangen
Batterijtype: CR2025-batterij of gelijkwaardig.
1
Het batterijvak openen
Schuif het batterijdeksel naar buiten terwijl u stevig in de
richting van de pijl drukt.
2
De batterij vervangen
Plaats de batterij in het vak met de aanduiding (+) naar
boven geplaatst, zoals te zien is op de afbeelding.
Een batterij omgekeerd plaatsen kan een storing veroorzaken.
3
Het deksel sluiten
Schuif het deksel zoals te zien is op de afbeelding tot u een
klik hoort.
Over DVD'S
Muziek-cd's en dvd's hebben groeven (tracks) waarin de
digitale gegevens worden opgenomen. De gegevens worden
voorgesteld als microscopische putjes die in de track zijn
opgenomen – deze putjes worden door een laserstraal gelezen
om de disc af te spelen. Voor dvd's is de dichtheid van de tracks
en putjes twee keer die van cd's, dus kunnen dvd's meer
gegevens op minder ruimte bevatten.
Een disc van 12 cm kan één film of ongeveer vier uur muziek
bevatten.
Bovendien bieden dvd's een scherpe beeldkwaliteit met levendige
kleuren, dankzij een horizontale resolutie van meer dan 500 lijnen (in
vergelijking met minder dan 300 voor VHS-tape).
Bovendien bieden dvd's verschillende functies.
Meervoudige audio* (pagina 31)
Films kunnen worden opgenomen in maximaal acht talen. De
gewenste taal kan met het toestel worden geselecteerd.
Functie ondertitels* (pagina 32)
Films kunnen ondertitels in maximaal 32 talen bevatten. De
gewenste taal voor ondertitels kan met het toestel worden
geselecteerd.
Functie meervoudige hoeken* (pagina 31)
Als een dvd een film bevat die in meerdere hoeken is
opgenomen, kan de gewenste hoek met het toestel worden
geselecteerd.
Functie meervoudige verhaallijnen*
Met deze functie bevat een enkele film verschillende
verhaallijnen. U kunt verschillende verhaallijnen selecteren om
verschillende versies van dezelfde film te bekijken.
Bediening verschilt van disc tot disc. Selectieschermen voor
verhaallijnen met instructies verschijnen tijdens de film. Volg
gewoon de instructies.
* De functies audiotalen, talen voor ondertitels, hoeken enz.,
verschillen van disc tot disc. Raadpleeg de handleiding van de disc
voor meer informatie.
Waarschuwing
GEBRUIK HET TOESTEL NIET WANNEER DIT U
VERHINDERT VEILIG MET UW VOERTUIG TE RIJDEN.
Wanneer een functie uw langdurige aandacht vereist, dient u
eerst volledig stil te staan voor u deze uitvoert. Parkeer uw
voertuig steeds op een veilige plaats vooraleer u een functie
gaat gebruiken. Doet u dit niet, dan loopt u het gevaar een
ongeval te veroorzaken.
Informatie
CD'S
Minimale
putlengte -
0,9 µm
1,2 mm
Trackhoogte -
1,6 µm
DVD'S
Minimale
putlengte -
0,9 µm
0,6 mm
Trackhoogte -
0,74 µm
0,6 mm
83-NL
Terminologie
Dolby Digital
Dolby Digital is een digitale audiocompressietechnologie die
door Dolby Laboratories werd ontwikkeld om grote
hoeveelheden audiogegevens efficiënt op discs op te nemen.
Het is compatibel met audiosignalen van mono (1 kanaal) tot
5,1-kanaals surround-geluid. De signalen voor de verschillende
kanalen zijn volledig onafhankelijk en aangezien het geluid van
hoge digitale kwaliteit is, gaat er geen geluidskwaliteit verloren.
DTS
Dit is een digitaal geluidsformaat voor thuis van het DTS Sound
System. Dit is een geluidsysteem van hoge kwaliteit, ontwikkeld
door DTS, Inc. voor gebruik in filmzalen.
DTS heeft zes onafhankelijke geluidssporen. De
bioscoopervaring wordt zowel thuis als in andere omgevingen
volledig waargemaakt. DTS staat voor Digital Theatre System.
* Om DTS-surround-geluid te beluisteren, dient u de apart
verkrijgbare digitale DTS-audioprocessor te gebruiken (PXA-H700
enz.). De videosoftware van de dvd moet ook een DTS-geluidsspoor
bevatten.
De INA-W910R heeft een ingebouwde 2-kanaals
DTS-audiodecoder. Analoge audio-ingangen zijn beschikbaar.
Dolby Pro Logic II
Dolby Pro Logic II geeft 2-kanaals bronnen in 5 kanalen weer
over het volledige frequentiebereik.
Dit wordt gedaan met een geavanceerde surround-decoder met
een matrix voor hoge geluidskwaliteit, die de ruimtelijke
eigenschappen van de originele opname uitrekt zonder geluiden
toe te voegen of het geluid van de bron te wijzigen.
* De apart verkrijgbare digitale audioprocessor (PXA-H700 enz.) is
vereist om Dolby Pro Logic II-surround-geluid weer te geven.
Lineaire PCM-audio (LPCM)
LPCM is een signaalopnameformaat dat wordt gebruikt voor
muziek-cd's. Muziek-cd's worden opgenomen aan 44,1 kHz/
16
bit, terwijl dvd's worden opgenomen aan 48 kHz/16 bit tot
96
kHz/24 bit en dus een hogere geluidskwaliteit dan muziek-
cd's bevatten.
Classificatieniveaus (ouderlijk toezicht)
Dit is een functie van de dvd voor het beperken van de leeftijd
van de kijker volgens de wetten in verschillende landen. De
manier waarop de weergave wordt beperkt, verschilt van dvd tot
dvd. Soms kan de dvd helemaal niet worden afgespeeld, soms
worden bepaalde scènes overgeslagen en soms worden
bepaalde scènes vervangen door andere.
Midden-
luidspreker
Voo r-
luidsprekers
Achter-
luidsprekers
Subwoofer
Luidsprekerschema voor Dolby
Digital/DTS-geluid
84-NL
Lijst van taalcodes
(Zie pagina 39 voor meer informatie.)
Taal
Kirundi
Romanian
Russian
Kinyarwanda
Sanskrit
Sindhi
Sangho
Serbo-Croatian
Singhalese
Slovak
Slovenian
Samoan
Shona
Somali
Albanian
Serbian
Siswati
Sesotho
Sundanese
Swedish
Swahili
Tamil
Te l u
gu
Tajik
Thai
Tigrinya
Turkmen
Tagalog
Setswana
Tonga
Turkish
Tsonga
Tatar
Tw i
Ukrainian
Urdu
Uzbek
Vietnamese
Volapuk
Wolof
Xhosa
Yo r uba
Chinese
Zulu
Afkorting
AA
AB
AF
AM
AR
AS
AY
AZ
BA
BE
BG
BH
BI
BN
BO
BR
CA
CO
CS
CY
DA
DE
DZ
EL
EN
EO
ES
ET
EU
FA
FI
FJ
FO
FR
FY
GA
GD
GL
GN
GU
HA
HI
HR
HU
HY
IA
Taal
Afar
Abkhazian
Afrikaans
Amharic
Arabic
Assamese
Aymara
Azerbaijani
Bashkir
Byelorussian
Bulgarian
Bihari
Bislama
Bengali, Bangla
Tibetan
Breton
Catalan
Corsican
Czech
Welsh
Danish
German
Bhutani
Greek
English
Esperanto
Spanish
Estonian
Basque
Persian
Finnish
Fiji
Faroese
French
Frisian
Irish
Scots Gaelic
Galician
Guarani
Gujarati
Hausa
Hindi
Croatian
Hungarian
Armeni
an
Interlingua
Code
6565
6566
6570
6577
6582
6583
6589
6590
6665
6669
6671
6672
6673
6678
6679
6682
6765
6779
6783
6789
6865
6869
6890
6976
6978
6979
6983
6984
6985
7065
7073
7074
7079
7082
7089
7165
7168
7176
7178
7185
7265
7273
7282
7285
7289
7365
Afkorting
IE
IK
IN
IS
IT
IW
JP
JI
JW
KA
KK
KL
KM
KN
KO
KS
KU
KY
LA
LN
LO
LT
LV
MG
MI
MK
ML
MN
MO
MR
MS
MT
MY
NA
NE
NL
NO
OC
OM
OR
PA
PL
PS
PT
QU
RM
Code
7369
7375
7378
7383
7384
7387
7465
7473
7487
7565
7575
7576
7577
7578
7579
7583
7585
7589
7665
7678
7679
7684
7686
7771
7773
7775
7776
7778
7779
7782
7783
7784
7789
7865
7869
7876
7
879
7967
7977
7982
8065
8076
8083
8084
8185
8277
Taal
Interlingue
Inupiak
Indonesian
Icelandic
Italian
Hebrew
Japanese
Yiddish
Javanese
Georgian
Kazakh
Greenlandic
Cambodian
Kannada
Korean
Kashmiri
Kurdish
Kirghiz
Latin
Lingala
Laothian
Lithuanian
Latvian, Lettish
Malagasy
Maori
Macedonian
Malayalam
Mongolian
Moldavian
Marathi
Malay
Maltese
Burmese
Nauru
Nepali
Dutch
Norwegian
Occitan
(Afan) Oromo
Oriya
Punjab
i
Polish
Pashto, Pushto
Portuguese
Quechua
Rhaeto-Romance
Afkorting
RN
RO
RU
RW
SA
SD
SG
SH
SI
SK
SL
SM
SN
SO
SQ
SR
SS
ST
SU
SE
SW
TA
TE
TG
TH
TI
TK
TL
TN
TO
TR
TS
TT
TW
UK
UR
UZ
VI
VO
WO
XH
YO
CN
ZU
Code
8278
8279
8285
8287
8365
8368
8371
8372
8373
8375
8376
8377
8378
8379
8381
8382
8383
8384
8385
8386
8387
8465
8469
8471
8472
8473
8475
8476
8478
8479
8482
8483
8484
8487
8575
8582
8590
8673
8679
8779
8872
8979
9072
9085
85-NL
Lijst van landcodes
(Zie pagina 39 voor meer informatie.)
7573
7577
7578
7580
7582
7587
7589
7590
7665
7666
7667
7673
7675
7682
7683
7684
7685
7686
7689
7765
7767
7768
7771
7772
7775
7776
7777
7778
7779
7780
7781
7782
7783
7784
7785
7786
7787
7788
7789
7790
7865
7867
7869
7870
7871
7873
7876
7879
7880
7882
7885
7890
7977
8065
Afkorting
AD
AE
AF
AG
AI
AL
AM
AN
AO
AQ
AR
AS
AT
AU
AW
AZ
BA
BB
BD
BE
BF
BG
BH
BI
BJ
BM
BN
BO
BR
BS
BT
BV
BW
BY
BZ
CA
CC
CD
CF
CG
CH
CI
CK
CL
CM
CN
CO
CR
CU
CV
CX
CY
CZ
DE
DJ
DK
Land
Andorra
United Arab Emirates
Afghanistan
Antigua and Barbuda
Anguilla
Albania
Armenia
Netherlands Antilles
Angola
Antarctica
Argentina
American Samoa
Austria
Australia
Aruba
Azerbaijan
Bosnia and Herzegovina
Barbados
Bangladesh
Belgium
Burkina Faso
Bulgaria
Bahrain
Burundi
Benin
Bermuda
Brunei Darussalam
Bolivia
Brazil
Bahamas
Bhutan
Bouvet Island
Botswana
Belarus
Belize
Canada
Cocos (Keeling) Islands
Congo, the Democratic
Republic of the
Central African Republic
Congo
Switzerland
Cote d’lvoire
Cook Islands
Chile
Cameroon
China
Colombia
Costa Rica
Cuba
Cape Verde
Christmas Island
Cyprus
Czech Republic
Germany
Djibouti
Denmark
Code
6568
6569
6570
6571
6573
6576
6577
6578
6579
6581
6582
6583
6584
6585
6587
6590
6665
6666
6668
6669
6670
6671
6672
6673
6674
6677
6678
6679
6682
6683
6684
6686
6687
6689
6690
6765
6767
6768
6770
6771
6772
6773
6775
6776
6777
6778
6779
6782
6785
6786
6788
6789
6790
6869
6874
6875
DM
DO
DZ
EC
EE
EG
EH
ER
ES
ET
FI
FJ
FK
FM
FO
FR
GA
GB
GD
GE
GF
GH
GI
GL
GM
GN
GP
GQ
GR
GS
GT
GU
GW
GY
HK
HM
HN
HR
HT
HU
ID
IE
IL
IN
IO
IQ
IR
IS
IT
JM
JO
JP
KE
KG
KH
6877
6879
6890
6967
6969
6971
6972
6982
6983
6984
7073
7074
7075
7077
7079
7082
7165
7166
7168
7169
7170
7172
7173
7176
7177
7178
7180
7181
7182
7183
7184
7185
7187
7189
7275
7277
7278
7282
7284
7285
7368
7369
7376
7378
7379
7381
7382
7383
7384
7477
7479
7480
7569
7571
7572
Dominica
Dominican Republic
Algeria
Ecuador
Estonia
Egypt
Western Sahara
Eritrea
Spain
Ethiopia
Finland
Fiji
Falkland Islands
Micronesia, Federated States of
Faroe Islands
France
Gabon
United Kingdom
Grenada
Georgia
French Guiana
Ghana
Gibraltar
Greenland
Gambia
Guinea
Guadeloupe
Equatorial Guinea
Greece
South Georgia and the
South Sandwich Islands
Guatemala
Guam
Guinea-Bissau
Guyana
Hong Kong
Heard Island and
McDonald Islands
Honduras
Croatia
Haiti
Hungary
Indonesia
Ireland
Israel
India
British Indian Ocean Territory
Iraq
Iran, Islamic Republic of
Iceland
Italy
Jamaica
Jordan
Japan
Kenya
Kyrgyzstan
Cambodia
KI
KM
KN
KP
KR
KW
KY
KZ
LA
LB
LC
LI
LK
LR
LS
LT
LU
LV
LY
MA
MC
MD
MG
MH
MK
ML
MM
MN
MO
MP
MQ
MR
MS
MT
MU
MV
MW
MX
MY
MZ
NA
NC
NE
NF
NG
NI
NL
NO
NP
NR
NU
NZ
OM
PA
Kiribati
Comoros
Saint Kitts and Nevis
Korea, Democratic
People’s Republic of
Korea, Republic of
Kuwait
Cayman Islands
Kazakstan
Lao People’s
Democratic Republic
Lebanon
Saint Lucia
Liechtenstein
Sri Lanka
Liberia
Lesotho
Lithuania
Luxembourg
Latvia
Libyan Arab Jamahiriya
Morocco
Monaco
Moldova, Republic of
Madagascar
Marshall Islands
Macedonia, The former
Yugoslav Republic of
Mali
Myanmar
Mongolia
Macau
Northern Mariana Islands
Martinique
Mauritania
Montserrat
Malta
Mauritius
Maldives
Malawi
Mexico
Malaysia
Mozambique
Namibia
New Caledonia
Niger
Norfolk Island
Nigeria
Nicaragua
Netherlands
Norway
Nepal
Nauru
Niue
New Zealand
Oman
Panama
Land LandCode Code
Afkorting Afkorting
86-NL
Peru
French Polynesia
Papua New Guinea
Philippines
Pakistan
Poland
Saint Pierre and Miquelon
Pitcairn
Puerto Rico
Portugal
Palau
Paraguay
Qatar
Reunion
Romania
Russian Federation
Rwanda
Saudi Arabia
Solomon Islands
Seychelles
Sudan
Sweden
Singapore
Saint Helena
Slovenia
Svalbard and Jan Mayen
Slovakia
Sierra Leone
San Marino
Senegal
Somalia
Suriname
Sao Tome and Principe
El Salvador
Syrian Arab Republic
Swaziland
Turks and Caicos Islands
Chad
French Southern Territories
To go
Thailand
Tajikistan
Tokelau
Tu rkmenistan
Tunisia
Tonga
East Timor
Tu rkey
Trinidad and Tobago
Tu va l u
8069
8070
8071
8072
8075
8076
8077
8078
8082
8084
8087
8089
8165
8269
8279
8285
8287
8365
8366
8367
8368
8369
8371
8372
8373
8374
8375
8376
8377
8378
8379
8382
8384
8386
8389
8390
8467
8468
8470
8471
8472
8474
8475
8477
8478
8479
8480
8482
8484
8486
8487
8490
8565
8571
8577
8583
8589
8590
8665
8667
8669
8671
8673
8678
8685
8770
8783
8969
8984
8985
9065
9077
9087
PE
PF
PG
PH
PK
PL
PM
PN
PR
PT
PW
PY
QA
RE
RO
RU
RW
SA
SB
SC
SD
SE
SG
SH
SI
SJ
SK
SL
SM
SN
SO
SR
ST
SV
SY
SZ
TC
TD
TF
TG
TH
TJ
TK
TM
TN
TO
TP
TR
TT
TV
TW
TZ
UA
UG
UM
US
UY
UZ
VA
VC
VE
VG
VI
VN
VU
WF
WS
YE
YT
YU
ZA
ZM
ZW
Ta iwan, Province of China
Tanzania, United Republic of
Ukraine
Uganda
United States Minor
Outlying Islands
United States
Uruguay
Uzbekistan
Holy See (Vatican City State)
Saint Vincent and the
Grenadines
Venezuela
Virgin Island, British
Virgin Islands, U.S
Viet Nam
Vanuatu
Wallis and Futuna
Samoa
Yemen
Mayotte
Yugoslavia
South Africa
Zambia
Zimbabwe
Land
LandCode
Code
Afkorting
Afkorting
LandCode
Afkorting
87-NL
Problemen oplossen
Basis
Geen werking of schermweergave.
Het contact van de auto is niet ingeschakeld.
- Als het toestel volgens de instructies werd aangesloten, zal het
niet werken wanneer het contact van de auto niet is
ingeschakeld.
Verkeerde stroomkabelverbindingen.
- Controleer de stroomkabelverbindingen.
Gesprongen zekering.
- Controleer de zekering van de accukabel van het toestel;
vervang door de juiste waarde indien nodig.
Er is een storing opgetreden in de interne microcomputer ten
gevolge van interferentieruis enz.
- Druk op de RESET-knop met een balpen of een ander puntig
voorwerp.
Display OFF-modus is geactiveerd.
- Annuleer de Display OFF-modus.
Geen geluid of onnatuurlijk geluid.
Verkeerde instelling van de bedieningselementen voor volume/
balans/fader.
- Pas de bedieningselementen aan.
Aansluitingen zijn niet juist of stevig genoeg uitgevoerd.
- Controleer de aansluitingen en maak ze stevig vast.
Scherm niet weergegeven.
Helderheidsregelaar is ingesteld op de minimumpositie.
- Pas de helderheidsregelaar aan.
Temperatuur in het voertuig is te laag.
- Verhoog de temperatuur in het voertuig tot de
bedrijfstemperatuur.
Aansluitingen op de dvd-, cd-speler zijn niet stevig uitgevoerd.
- Controleer de aansluitingen en maak ze stevig vast.
Beweging van het weergegeven beeld is abnormaal.
Temperatuur in het voertuig is te hoog.
- Laat de temperatuur in het voertuig afkoelen.
Onduidelijke weergave of ruis.
De tft-lcd-module is versleten.
- Vervang de tft-lcd-module.
De afstandsbediening werkt niet.
De instelling voor de afstandsbedieningssensor van
"Entertainmentfunctie achteraan" is niet ingesteld op dit
apparaat.
- Stel de instelling in voor dit apparaat.
Navigatie
De positie van het voertuig is onjuist.
De GPS-ontvangst is zwak.
- Rijd met het voertuig in een gebied met goede GPS-ontvangst,
zodat het toestel zichzelf opnieuw kan kalibreren. Ga naar een
plaats waar goede GPS-ontvangst mogelijk is.
Geen bediening
Condensvorming
-
Wacht voldoende lang (ongeveer 1 uur) tot het vocht is verdampt.
Omgevingstemperatuur
- Zorg ervoor dat de temperatuur in het voertuig tussen 0°C en
45°C is.
Radio
Kan geen zenders ontvangen.
Er is geen antenne aangesloten of er is een losgekoppelde
aansluiting in de antennekabel.
- Zorg ervoor dat de antenne correct is aangesloten; vervang
indien nodig de antenne of de kabel.
U kunt geen zenders afstemmen in de zoekmodus.
U bevindt zich in een gebied met zwakke ontvangst.
- Zorg ervoor dat de tuner is ingesteld op DX-modus.
Wanneer u in een gebied met sterke ontvangst bent, is het
mogelijk dat de antenne niet correct is geaard en aangesloten.
- Controleer de verbindingen van de antenne; zorg ervoor dat de
antenne correct is geaard aan de montageplaats.
De antenne heeft mogelijk niet de juiste lengte.
- Zorg ervoor dat de antenne volledig is uitgestrekt; als de
antenne stuk is, vervang hem dan door een nieuwe.
Er is ruis bij de ontvangst.
De antenne heeft niet de juiste lengte.
- Strek de antenne volledig uit; vervang de antenne als hij stuk
is.
De antenne is slecht geaard.
- Zorg ervoor dat de antenne correct is geaard aan de
montageplaats.
Het zendersignaal is zwak en bevat storing.
- Als de bovenstaande oplossing niet werkt, stemt u best af op
een andere zender.
CD/MP3/WMA/AAC/DVD/Video CD
Het afspeelgeluid van de disc is onvast.
Condensatie in de disc-module.
- Wacht voldoende lang (ongeveer 1 uur) tot het vocht is
verdampt.
Kan geen disc plaatsen.
Er bevindt zich al een disc in de dvd-speler.
- Werp de disc uit en verwijder hem.
De disc wordt verkeerd geladen.
- Zorg ervoor dat de disc wordt ingevoerd volgens de instructies
in het onderdeel over de bediening van de CD/MP3/WMA/
AAC, DVD/Video CD-speler.
Wanneer u een probleem ervaart, schakel dan het toestel uit en
daarna weer in. Als het toestel nog steeds niet normaal functioneert,
overloop dan de items in de checklist hieronder. Deze gids zal u
helpen het probleem op te sporen als de oorzaak bij het toestel ligt.
Als dat niet het geval is, controleer dan of het systeem correct is
aangesloten of contacteer uw bevoegde Alpine-verdeler.
88-NL
De disc kan niet worden uitgeworpen.
Er bevindt zich stof in de dvd-speler.
-Raak [Eject] aan onder Disc op het scherm Eject/Tilt en plaats
een andere disc in de discsleuf*. Er zal een deel van de
geblokkeerde disc worden uitgeworpen; trek vervolgens de
disc uit de sleuf.
* Breng de disc in voor zover er ruimte in de discsleuf is; stop het
inbrengen als u een obstakel tegenkomt. Forceer de disc niet in de
sleuf om storingen te voorkomen.
Raadpleeg uw dichtstbijzijnde Alpine-verdeler als de
bovenvermelde oplossing het probleem niet verhelpt.
U kunt de schijf niet snel vooruit of achteruit spoelen.
De disc is beschadigd.
- Werp de disc uit en gooi hem weg; wanneer u een beschadigde
disc gebruikt in het toestel kan dat het mechanisme
beschadigen.
Het afspeelgeluid van de disc hapert door trillingen.
Incorrecte installatie van het toestel.
- Installeer het toestel opnieuw op een correcte manier.
De disc is erg vuil.
- Reinig de disc.
Disc heeft krassen.
- Plaats een andere disc.
De lens is vuil.
- Gebruik geen in de handel verkrijgbare disc om de lens te
reinigen. Contacteer uw dichtstbijzijnde Alpine-verdeler.
Het afspeelgeluid van de disc hapert zonder trillingen.
Vuile of bekraste disc.
- Maak de disc schoon; een beschadigde disc moet worden
vervangen.
Het afspelen van een CD-R/CD-RW is niet mogelijk.
De opnamesessie werd niet afgesloten (gefinaliseerd).
- Finaliseer de sessie en probeer opnieuw.
Foutmeldingen.
Mechanische fout.
-Raak [Eject] aan van Disc op het scherm Eject/Tilt. Plaats de
disc nogmaals nadat de foutmelding verdwenen is. Raadpleeg
uw dichtstbijzijnde Alpine-verdeler als de bovenvermelde
oplossing het probleem niet verhelpt.
MP3/WMA/AAC wordt niet afgespeeld.
Er heeft zich een schrijffout voorgedaan. Het cd-formaat is niet
compatibel.
- Zorg ervoor dat de cd geschreven werd in een ondersteund
formaat. Raadpleeg
"Over MP3/WMA/AAC" (pagina's 24 en
25) en schrijf opnieuw in het formaat dat door dit toestel wordt
ondersteund.
Het toestel werkt niet.
De monitor kan niet worden ingeschakeld.
- Schakel de monitor in.
Condensatie.
- Wacht even (ongeveer 1 uur) tot de condensatie opgedroogd is.
Er wordt geen beeld weergegeven.
De modus van de monitor wordt niet overgeschakeld naar de
modus die u wilt bekijken.
- Schakel over naar de modus die u wilt bekijken.
De handremkabel van de monitor is niet aangesloten.
-
Sluit de handremkabel van de monitor aan en gebruik de handrem.
(Raadpleeg de handleiding van de monitor voor meer informatie.)
Weergave wordt niet gestart.
Disc is ondersteboven geladen.
- Controleer de disc en plaats hem met het label naar boven.
De disc is vuil.
- Reinig de disc.
Een disc die niet met dit toestel kan worden afgespeeld, is geladen.
- Controleer of de disc kan worden afgespeeld.
Ouderlijk toezicht is actief.
-
Annuleer het ouderlijke toezicht of wijzig het classificatieniveau.
Beeld heeft ruis of is onduidelijk.
Disc wordt snel vooruit- of teruggespoeld.
- Het beeld kan lichtjes verstoord zijn, dit is normaal.
De accu van het voertuig is zwak.
- Controleer de stroom en bekabeling van de accu.
(Het toestel kan een fout geven als de acculading onder 11 volt
ligt met toegepaste lading.)
Het beeld stopt soms.
Disc is bekrast.
- Vervang door een disc zonder krassen.
Een DivX®-bestand met DRM-bescherming afspelen
Bepaalde handelingen kunnen niet worden uitgevoerd als het
volgende bericht wordt weergegeven.
"Authorization Error This player is not authorized to play
this video."
Als een niet-geautoriseerd DivX®-bestand met DRM-
bescherming wordt afgespeeld, wordt de volgende melding
weergegeven gedurende 2 seconden:
"Authorization Error This player is not authorized to play this
video." Dit betekent dat de registratiecode van het bestand niet
overeenkomt met de code van de speler en niet kan worden
afgespeeld. Nadat de melding werd weergegeven, wordt het
begin van het volgende bestand automatisch afgespeeld.
"Rental expired"
Een gehuurde DivX® is zo ingesteld dat u hem een bepaald
aantal keer kunt bekijken. Als het aantal keer dat het bestand kan
worden bekeken op 0 staat, wordt "Rental expired" weergegeven
gedurende 2 seconden. Dit betekent dat u het bestand niet meer
kunt afspelen. Nadat de melding werd weergegeven, wordt het
begin van het volgende bestand automatisch afgespeeld.
"Rental Countdown OK?"
Terwijl u een gehuurd bestand afspeelt en als B.SKIP of ENTER
is geselecteerd in het bestandsselectiemenu, wordt "Rental
Countdown OK?" weergegeven. Het afspelen van het gehuurde
bestand wordt onderbroken (het aantal keer dat het bestand kan
worden bekeken wordt met 1 verminderd). Om het beëindigen
van het afspelen te bevestigen, raakt u [Yes] aan of u raakt [No]
aan om het bestand verder af te spelen.
"View DivX® VOD Rental
This rental has (remaining times) views left.
Do you want to use one of your (remaining times) views now?"
Als er nog weergaven voor audio/beelden zijn, wordt het resterende
aantal weergaven getoond. Raak
[Yes]
aan om af te spelen. Als het
volgende bestand moet worden afgespeeld, raakt u
[No]
aan.
89-NL
Indicatie voor CD/MP3/WMA/AAC
Er is geen disc geplaatst.
- Plaats een disc.
Er is een disc geplaatst, maar toch wordt "No Disc" weergegeven
en het toestel speelt de disc niet af of werpt de disc niet uit.
- Verwijder de disc via de volgende stappen:
Druk gedurende minstens 3 seconden op .
Storing van het mechanisme.
1) Raak [Eject] onder Disc aan op het scherm Eject/Tilt en
werp de schijf uit. Indien de disc niet wordt uitgeworpen,
contacteer dan uw Alpine-verdeler.
2) Wanneer de foutmelding nog steeds verschijnt na het
uitwerpen, raakt u [Eject] onder Disc op het scherm Eject/
Tilt nogmaals aan.
Contacteer uw Alpine-verdeler wanneer de foutmelding blijft
verschijnen na verschillende keren [Eject] onder Disc op het
scherm Eject/Tilt te hebben aangeraakt.
De disc werd gedwongen met de hand uitgetrokken tijdens het
automatisch laden.
- Wanneer de foutmelding nog steeds verschijnt na het laden,
probeert u nogmaals te laden.
Contacteer uw Alpine-verdeler wanneer de foutmelding blijft
verschijnen na verschillende keren te hebben gedrukt.
Bekraste disc, vuile disc/slechte opname/disc die niet compatibel
is met dit toestel.
-Raak [Eject] aan van Disc op het scherm Eject/Tilt.
- Plaats een andere disc.
Een WMA-bestand beveiligd tegen kopiëren werd afgespeeld.
- U kunt enkel bestanden afspelen die niet beveiligd zijn tegen
kopiëren.
Een bemonsteringsfrequentie/bitsnelheid wordt gebruikt die niet
wordt ondersteund door dit toestel.
- Gebruik een bemonsteringsfrequentie/bitsnelheid die wordt
ondersteund door dit toestel.
Indicatie voor dvd/Video CD
Er is geen disc geplaatst.
- Plaats een disc.
Er is een disc geplaatst, maar toch wordt "No Disc" weergegeven
en het toestel speelt de disc niet af of werpt de disc niet uit.
- Verwijder de disc via de volgende stappen:
Druk gedurende minstens 3 seconden op .
Gebruik van de knoppen op het toestel of de afstandsbediening is
niet mogelijk.
- Voor bepaalde discs of afspeelmodi zijn bepaalde handelingen
niet mogelijk. Dit duidt niet op een storing.
Storing van het mechanisme.
1) Raak [Eject] aan onder Disc op het scherm Eject/Tilt en
werp de schijf uit.
Indien de disc niet wordt uitgeworpen, contacteer dan uw
Alpine-verdeler.
2) Wanneer de foutmelding nog steeds verschijnt na het
uitwerpen, raakt u [Eject] onder Disc op het scherm Eject/
Tilt nogmaals aan.
Contacteer uw Alpine-verdeler wanneer de foutmelding blijft
verschijnen na verschillende keren [Eject] onder Disc op het
scherm Eject/Tilt te hebben aangeraakt.
De disc werd gedwongen met de hand uitgetrokken tijdens het
automatisch laden.
- Wanneer de foutmelding nog steeds verschijnt na het laden,
probeert u nogmaals te laden.
Contacteer uw Alpine-verdeler wanneer de foutmelding blijft
verschijnen na verschillende keren te hebben gedrukt.
Bekraste disc, vuile disc/slechte opname/disc die niet compatibel
is met dit toestel.
-Raak [Eject] aan van Disc op het scherm Eject/Tilt.
- Plaats een andere disc.
Disc komt niet overeen met de regiocode.
- Plaats een disc die met de regiocode overeenkomt.
90-NL
De dvd-instelling werd geprobeerd terwijl er een disc in het
toestel was geplaatst.
- Werp de disc uit voordat u de dvd-instelling uitvoert.
Een bemonsteringsfrequentie/bitsnelheid wordt gebruikt die niet
wordt ondersteund door dit toestel.
- Gebruik een bemonsteringsfrequentie/bitsnelheid die wordt
ondersteund door dit toestel.
Schermaanduidingen voor de cd-wisselaar
Een beschermend circuit is geactiveerd wegens een hoge
temperatuur.
- De aanduiding zal verdwijnen als de temperatuur zich terug op
het normale bedrijfsniveau bevindt.
Storing in de cd-wisselaar.
- Raadpleeg uw Alpine-verdeler. Druk op de knop om de lader
uit te werpen en verwijder de lader.
Controleer de schermaanduiding. Laad de lader opnieuw.
Indien de lader niet kan worden verwijderd, contacteer dan uw
Alpine-verdeler.
De lader kan niet worden uitgeworpen.
- Druk op de knop om de lader uit te werpen. Indien de lader niet
wordt uitgeworpen, contacteer dan uw Alpine-verdeler.
Een disc is achtergebleven in de cd-wisselaar.
- Druk op de uitwerpknop om de uitwerpfunctie te activeren.
Wanneer de cd-wisselaar de uitwerpfunctie heeft beëindigd,
laadt u een lege cd-lader in de cd-wisselaar om de disc te
ontvangen die is achtergebleven in de cd-wisselaar.
Er is geen lader geplaatst in de cd-wisselaar.
- Plaats een lader.
Er is geen disc aanwezig.
- Kies een andere disc.
Schermaanduiding voor USB-geheugen/draagbare
muziekspeler
Databankfout of decoderfout.
- U kunt het probleem oplossen door het USB-geheugen/de
draagbare muziekspeler opnieuw aan te sluiten.
Communicatiefout of opstartfout enz.
-
U kunt het probleem oplossen door het USB-geheugen/de draagbare
muziekspeler opnieuw aan te sluiten of de bron te wijzigen.
De draagbare muziekspeler is niet gecontroleerd.
- Gebruik een andere draagbare muziekspeler.
Er wordt een abnormale spanning geleverd aan het apparaat dat
met de USB-aansluiting is verbonden.
- Sluit een ander USB-geheugen/draagbare muziekspeler aan.
Er is een USB-apparaat aangesloten dat niet ondersteund wordt
door het toestel.
-
Sluit een USB-apparaat aan dat door het toestel wordt ondersteund.
Er is geen USB-geheugen/draagbare muziekspeler aangesloten.
- Zorg dat het USB-geheugen correct aangesloten is en dat de
kabel niet te veel gebogen is.
Het USB-geheugen/de draagbare muziekspeler bevat geen
nummer (bestand).
- Sluit het USB-geheugen/de draagbare muziekspeler aan nadat
u er nummers (bestanden) hebt op opgeslagen.
Een bemonsteringsfrequentie/bitsnelheid wordt gebruikt die niet
wordt ondersteund door dit toestel.
- Gebruik een bemonsteringsfrequentie/bitsnelheid die wordt
ondersteund door dit toestel.
Een WMA-bestand beveiligd tegen kopiëren werd afgespeeld.
- U kunt enkel bestanden afspelen die niet beveiligd zijn tegen
kopiëren.
(DivX®-modus)
91-NL
Schermaanduidingen voor de iPod-modus
De iPod/iPhone is niet aangesloten.
- Zorg ervoor dat de iPod/iPhone correct is aangesloten
(raadpleeg "Aansluitingen").
Zorg ervoor dat de kabel niet te veel gebogen is.
De iPod/iPhone bevat geen nummers.
- Download nummers op de iPod/iPhone en sluit deze aan op de
INA-W910R.
Databankfout of decoderfout.
- U kunt het probleem oplossen door de iPod/iPhone opnieuw
aan te sluiten.
Communicatiefout of opstartfout enz.
- U kunt het probleem oplossen door de iPod/iPhone opnieuw
aan te sluiten of de bron te wijzigen.
De iPod/iPhone is niet gecontroleerd.
- Gebruik een andere iPod/iPhone.
Er wordt een abnormale spanning geleverd aan het apparaat dat
met de USB-aansluiting is verbonden.
- Probeer verbinding te maken met een andere iPod/iPhone.
Er is een USB-apparaat aangesloten dat niet ondersteund wordt
door het toestel.
- Sluit een iPod/iPhone aan die door het toestel wordt
ondersteund.
Schermaanduidingen voor de BLUETOOTH-modus
Het BLUETOOTH-apparaat is niet aangesloten.
- Sluit het BLUETOOTH-apparaat aan.
Specificaties
MONITORSECTIE
FM-TUNERGEDEELTE
MW-TUNERGEDEELTE
LW-TUNERGEDEELTE
NAVIGATIEGEDEELTE
USB-GEDEELTE
* De frequentierespons kan verschillen afhankelijk van de
coderingssoftware/bitsnelheid.
Schermgrootte 7,0"
Lcd-type Transparant type TN lcd
Besturingssysteem Actieve tft-matrix
Aantal beeldelementen 1.152.000 stuks (800 × 3 × 480)
Effectief aantal beeldelementen
99,99 % of meer
Verlichtingssysteem LED
Afstembereik 87,5 – 108,0 MHz
Bruikbare gevoeligheid mono 8,1 dBf (0,7 µV/75 ohm)
50 dB stiltegevoeligheid 12 dBf (1,1 µV/75 ohm)
Afwisselende
kanaalselectiviteit
80 dB
Signaal/ruis-verhouding 65 dB
Stereoscheiding 35 dB
Ontvangstverhouding 2,0 dB
Afstembereik 531 – 1.602 kHz
Gevoeligheid (IEC-standaard) 25,1 µV/28 dBf
Afstembereik 153 – 281 kHz
Gevoeligheid (IEC-standaard) 31,6 µV/30 dBf
Ontvangen frequentie 1,57542 ±1,023MHz
Ontvangstgevoeligheid -130dBm
USB-vereisten USB 1.1/2.0
Max. stroomverbruik 500mA
USB-klasse USB (Play From Device)/
USB (Mass Storage Class)
Bestandssysteem FAT12/16/32
MP3-decodering MPEG-1/2 AUDIO Layer-3
WMA-decodering Windows Media™ Audio
AAC-decodering AAC-LC-indeling ".m4a"-bestand
Aantal kanalen 2-kanaals (stereo)
Frequentierespons* 5-20.000 Hz (±1 dB)
Totale harmonische
vervorming
0,008 % (bij 1 kHz)
Dynamisch bereik 95 dB (bij 1 kHz)
Signaal/ruis-verhouding 105 dB
Kanaalscheiding 85 dB (bij 1 kHz)
92-NL
BLUETOOTH-GEDEELTE
AFSTANDSBEDIENING
Cd/dvd-gedeelte
ONTVANGST
ALGEMEEN
CHASSIS-GROOTTE
Ten gevolge van voortdurende verbetering van de producten, kunnen
specificaties en ontwerp wijzigen zonder enige kennisgeving.
Het lcd-paneel is gefabriceerd met een uiterst precieze
fabricagetechnologie. De effectieve pixelverhouding is meer dan
99,99 %. Dit betekent dat er een mogelijkheid is dat 0,01 % van de
pixels altijd aan of uit (ON/OFF) zijn.
OPGELET
BLUETOOTH-specificaties Bluetooth V2.0
Uitgangsvermogen +4 dBm Max. (Vermogensklasse 2)
Profiel HFP (Hands-Free Profile)
HSP (Head Set Profile)
Batterijtype CR2025-batterij
Breedte 51 mm
Hoogte 119 mm
Diepte 13 mm
Gewicht 40 g (exclusief batterij)
Frequentierespons 5 – 20.000 Hz (±1 dB)
Snelheidsfluctuaties
(% WRMS)
Onder meetbare limiet
Totale harmonische
vervorming
0,008 % (bij 1 kHz)
Dynamisch bereik 95 dB (bij 1 kHz)
Kanaalscheiding 85 dB (bij 1 kHz)
Signaalsysteem NTSC/PAL
Horizontale resolutie 500 lijnen of meer
Video-uitvoerniveau 1Vp-p (75 ohm)
Video S/N-verhouding DVD: 60 dB
Audio S/N-verhouding 105 dB
Golflengte DVD: 666 nm
CD: 785 nm
Laserkracht CLASS II
Stroomvereiste 14,4 V DC
(11–16 V toelaatbaar)
Bedrijfstemperatuur 0°C tot + 45°C
Maximaal uitgangsvermogen 50 W × 4
Uitvoervoltage 4.000 mV/10.000 ohm
Lage tonen ±14 dB bij 60 Hz
Hoge tonen ±14 dB bij 10 kHz
Gewicht 2,7 kg
Audio-uitvoerniveau
Preout (voor, achter): 4 V/10.000 ohm (max.)
Preout (subwoofer): 4 V/10.000 ohm (max.)
AUX OUT: 1,2 V/10.000 ohm
Ai-NET: 850 mV
Breedte 178 mm
Hoogte 100 mm
Diepte 164,6 mm
CLASS 1
LASER PRODUCT
(Onderkant van het toestel)
CAUTION-Laser radiation when open, DO NOT STARE INTO BEAM
(Onderkant van het toestel)
OPGEPAST-laserstraling indien open, KIJK NIET RECHTSTREEKS
NAAR DE STRAAL
93-NL
Installatie en verbindingen
Lees het volgende en pagina's 7 tot 16 van deze
gebruiksaanwijzing zorgvuldig voor u het toestel
installeert of aansluit, om een juist gebruik te garanderen.
Waarschuwing
SLUIT ALLES CORRECT AAN.
Zaken verkeerd aansluiten, kan vuur of schade aan het product
veroorzaken.
ENKEL TE GEBRUIKEN IN AUTO'S MET EEN NEGATIEVE
AARDING VAN 12 V.
(contacteer bij twijfel uw verdeler). Indien u deze instructie niet
opvolgt, kan dit leiden tot brand, enz.
VERWIJDER DE KABEL VAN DE NEGATIEVE
BATTERIJAANSLUITING VOOR U HET TOESTEL AANSLUIT.
Doet u dit niet, dan kan dit leiden tot elektrocutie of letsels ten
gevolge van kortsluitingen.
LET OP DAT ER GEEN KABELS VERSTRIKT GERAKEN IN
VOORWERPEN IN DE BUURT.
Orden de kabels volgens de handleiding om obstructies tijdens het
rijden te voorkomen. Kabels die een obstructie vormen of worden
opgehangen op plaatsen zoals het stuur, de versnellingspook,
rempedalen, enz. kunnen uiterst gevaarlijk zijn.
SPLITS GEEN ELEKTRISCHE KABELS.
Snijd nooit de kabelisolatie weg om stroom te voorzien voor een ander
apparaat. Wanneer u dit wel doet, zal de stroomcapaciteit van de kabel
overschreden worden, wat kan leiden tot brand of elektrocutie.
BESCHADIG GEEN BUIZEN OF KABELS TIJDENS HET
BOREN VAN GATEN.
Neem uw voorzorgen tijdens het boren van gaten in het chassis
voor de installatie, zodat u geen buizen, brandstoftoevoeren,
brandstoftanks of elektrische bedradingen raakt, beschadigt of
blokkeert. Zoniet kan dit leiden tot brand.
GEBRUIK GEEN BOUTEN OF MOEREN IN DE REM- OF
STUURINRICHTING OM EEN AARDING TE MAKEN.
Bouten of moeren die worden gebruikt in de rem- of stuurinrichting
(of een ander veiligheidssysteem) of tanks mogen NOOIT gebruikt
worden voor installaties of als aardverbinding. Het gebruik van
dergelijke onderdelen kan leiden tot een controleverlies over de
auto en brand enz. veroorzaken.
HOUD KLEINE VOORWERPEN ZOALS BOUTEN OF
SCHROEVEN BUITEN HET BEREIK VAN KINDEREN.
Wanneer deze worden ingeslikt, kan dit leiden tot ernstige
verwondingen. Contacteer in dit geval onmiddellijk een dokter.
INSTALLEER NIET OP LOCATIES DIE HET BESTUREN VAN
UW VOERTUIG KUNNEN HINDEREN, ZOALS HET STUUR OF
DE VERSNELLINGSPOOK.
Wanneer u dit doet, kan dit uw gezichtsvermogen of uw
bewegingen belemmeren met ernstige ongevallen tot gevolg.
Opgelet
LAAT DE AANSLUITING EN INSTALLATIE UITVOEREN DOOR
DESKUNDIGEN.
De aansluiting en installatie van dit toestel vereist specifieke technische
kennis en ervaring. Contacteer voor uw eigen veiligheid steeds de verdeler
waar u dit product hebt gekocht om de installatie te laten uitvoeren.
GEBRUIK GESPECIFICEERDE ACCESSOIRES EN
INSTALLEER ZE OP DE JUISTE MANIER.
Zorg ervoor dat u enkel de gespecificeerde accessoires gebruikt.
Gebruik van andere dan de genoemde onderdelen kunnen interne
schade veroorzaken aan het toestel of zorgen mogelijk voor een
slechte installatie van het toestel. Daardoor kunnen onderdelen
loskomen, met gevaren of storingen tot gevolg.
SCHIK DE KABELS ZODAT ZE NIET GEKNELD ZITTEN OF
GEKNEPEN WORDEN DOOR EEN SCHERPE METALEN KANT.
Leid de kabels en bedrading weg van bewegende onderdelen (zoals
de zetelrails) of scherpe of puntige kanten. Zo vermijdt u knelpunten
en schade aan de bedrading. Wanneer de kabels door een metalen
gat lopen, gebruik dan een rubberen ring om te voorkomen dat de
kabelisolatie doorgesneden wordt door de metalen rand van het gat.
INSTALLEER NIET OP PLAATSEN MET VEEL VOCHT OF STOF.
Vermijd installatie van het toestel op plaatsen waar veel vocht of
stof aanwezig is. Wanneer er vocht of stof terechtkomt in het
toestel, kan dit storingen veroorzaken.
Voorzorgsmaatregelen
Zorg ervoor dat u de kabel verwijdert van de (–) accu-aansluiting
voordat u de INA-W910R installeert. Dit verkleint de kans op
schade aan het toestel bij een kortsluiting.
Zorg ervoor dat u de kleurgecodeerde draden aansluit volgens het
diagram. Foute aansluitingen kunnen storingen veroorzaken in het toestel
of schade teweegbrengen aan het elektrische systeem van de auto.
Tijdens het aansluiten op het elektrische systeem van de auto,
dient u op te letten voor componenten die in de fabriek werden
geïnstalleerd (bv. boordcomputer). Maak geen aftakkingen in
deze kabels om stroom te voorzien voor dit toestel. Zorg er bij
het aansluiten van de INA-W910R op de zekeringkast voor dat
de zekering die bedoeld is voor het circuit van de INA-W910R
de juiste stroomsterkte heeft. Doet u dit niet, dan kan dit leiden
tot schade aan het product en/of het voertuig. Contacteer bij
twijfel uw ALPINE-verdeler.
De INA-W910R maakt gebruik van vrouwelijke
RCA-aansluitingen voor aansluiting op andere apparaten
(bv. versterker) met RCA-aansluitingen. U hebt mogelijk een
adapter nodig om andere apparaten aan te sluiten. Contacteer in
dat geval uw bevoegde ALPINE-verdeler voor hulp.
Zorg ervoor dat u de (–) luidsprekerkabel aansluit op de (–)
luidsprekeraansluiting. Verbind nooit de kabels van het linkse en
het rechtse luidsprekerkanaal met elkaar of met de carrosserie
van het voertuig.
Het scherm moet volledig in de behuizing zijn teruggetrokken bij
installatie. Is dit niet
het geval, dan kunnen er problemen ontstaan.
Zorg bij installatie in auto's ervoor dat het scherm kan openen en
sluiten zonder in aanraking te komen met de versnellingspook.
BELANGRIJK
Noteer het serienummer van uw toestel in de daartoe voorziene ruimte
hieronder en houd het bij als referentie. Het serienummerplaatje
bevindt zich onderaan het toestel.
SERIENUMMER:
DATUM VAN INSTALLATIE:
INSTALLATIETECHNICUS:
PLAATS VAN AANKOOP:
94-NL
Installatie
Waarschuwing betreffende de plaats van installatie
1
Voordat u het toestel installeert, dient u ervoor te
zorgen dat het openen en sluiten van het scherm de
bediening van de versnellingspook niet hindert.
2
Installatiehoek
Wat de installatiehoek betreft, installeert u het
toestel zo horizontaal mogelijk binnen het volgende
bereik. Als de installatiehoek buiten dit bereik valt,
kan dit ertoe leiden dat de huidige positie niet
correct wordt weergegeven, wat voor storingen in de
navigatiemodus zorgt.
3
Verwijder het montageframe van het hoofdtoestel
(zie
"Verwijdering" op pagina 95).
Het toestel kan in het montageframe worden
geïnstalleerd in drie posities door de montageopeningen
(A tot C) aan de zijkanten van het toestel te doen
overeenkomen. Positie A wordt in de meeste gevallen
gebruikt. Als B of C moeten worden gebruikt, moeten de
plaatsen van de openingen worden aangepast.
Bepaal eerst de montagepositie in het montageframe
en bevestig vervolgens de bijgeleverde dichting
(raadpleeg
"Een dichting gebruiken" (pagina 95)).
Schuif het toestel in het montageframe en bevestig het.
Als B of C wordt gebruikt, moet u ervoor zorgen dat er genoeg ruimte
is in de diepte voordat u het toestel installeert. Als het toestel in het
montageframe wordt geforceerd, kan dat tot schade leiden.
*
1
Als het montageframe loszit in het dashboard, kunt u de drukplaten
licht plooien om het probleem op te lossen.
Opgelet
Blokkeer de ventilator of de hitteafvoer van het toestel
niet waardoor de luchtcirculatie onderbroken wordt.
Wanneer de afvoer geblokkeerd is, zal de warmte
binnen het toestel zich ophopen en zo mogelijk brand
veroorzaken.
Ventilatieopening
Achterzijde van het toestel
Beweegbaar scherm
Voorkant van het toestel
Bovenkant van het toestel
10°(±5°)
0-30°
Zijkant van het toestel
<Positie van de montageopening>
Positie A
Positie B
Positie C
Afhankelijk van de gekozen positie zal het voorpaneel
verschillend uitsteken.
Positie A
Positie B
Positie C
Montageframe
(meegeleverd)
Dashboard
Dit toestel
Dichting
(meegeleverd)
Frontplaat*
2
(meegeleverd)
Drukplaten*
1
Rubberen kapje (meegeleverd)
Beugel
Zeskantbout
(meegeleverd)
Voo rpaneel
Dashboard
Voo rpaneel
Dashboard
Voo rpaneel
Dashboard
95-NL
Een dichting gebruiken
Als A wordt gebruikt voor installatie:
Bevestig de dichting zodat de montageopeningen B en C
worden bedekt.
Als B wordt gebruikt voor installatie:
Bevestig de dichting zodat de montageopeningen A en C
worden bedekt.
Als C wordt gebruikt voor installatie:
Bevestig de dichting zodat de montageopeningen A en B
worden bedekt.
De frontplaat installeren
*
2
Als A wordt gebruikt, kan de bijgeleverde frontplaat gemonteerd
worden.
Als B wordt gebruikt, moet de frontplaat worden aangepast vóór
installatie.
Raadpleeg uw Alpine-verdeler voor het aanpassen van de frontplaat.
Als C wordt gebruikt, kan de frontplaat niet worden gemonteerd.
Raadpleeg uw Alpine-verdeler.
Verwijdering
1. Steek de beugelsleutels aan beide kanten in het
toestel in de voorziene openingen. Het toestel kan nu
worden verwijderd uit het montageframe.
2. Trek het toestel uit het dashboard terwijl u de pinnen
open houdt.
<JAPANSE AUTO>
Verwijder de frontplaat en maak de aardingskabel van het
apparaat vast aan een zuiver metalen punt met een schroef (
*)
die al met het chassis van het voertuig is verbonden.
Bevestig de oorspronkelijke montagebeugel aan beide kanten
van de INA-W910R en gebruik daarbij de schroeven die bij de
INA-W910R werden meegeleverd.
4
Schroef
Schroefbout
Dit toestel
Onderstel
Aardingskabel
Metalen
montageband
Zeskantmoer (M5)
*
2
*
1
Wanneer uw voertuig uitgerust is met de beugel,
monteert u de lange zeskantbout op het
achterpaneel van de INA-W910R en plaatst u het
rubberen kapje op de zeskantbout. Versterk de
hoofdeenheid met de metalen montageband (niet
meegeleverd) indien uw voertuig niet is uitgerust
met de montagebeugel. Maak de aardingskabel van
het apparaat vast aan een zuiver metalen punt met
een schroef (*
1
) die al met het chassis van het
voertuig is verbonden. Sluit alle andere kabels van
de INA-W910R aan volgens de details omschreven in
het onderdeel Aansluitingen.
Voor de schroef gemarkeerd met "*
2
", gebruikt u een geschikte
schroef voor de gekozen montageplaats.
5
Schuif de INA-W910R in het dashboard totdat u een
klikgeluid hoort. Dit zorgt ervoor dat het toestel
stevig op zijn plaats zit en niet per ongeluk uit het
dashboard zal vallen.
Dit toestel
Beugelsleutels
(meegeleverd)
Aardingskabel
Onderstel
Schroeven (M5 × 8) (meegeleverd)
Frontplaat (meegeleverd)
Montage-
beugel
*
96-NL
Installeer de GPS-antenne
<In het voertuig>
1. Kleef de basis in het midden van het dashboard, op tweeënhalve centimeter afstand van de voorruit.
2. Bevestig de GPS-antenne aan het midden van de basis. (De kant met de kabel is naar de achterkant van het voertuig gericht.)
<Buiten het voertuig>
Vooraan of achteraan op het dak van het voertuig
De GPS-antenne bedraden
Buig of vouw de GPS-antennekabel niet.
Let er bij het installeren van de INA-W910R op dat de achterkant van het toestel en de kabel niet worden gebogen.
De GPS-antenne aansluiten
Verbind de GPS-antenneaansluiting stevig met de INA-W910R.
De USB-verlengkabel (bijgeleverd) aansluiten
Verbind de USB-verlengkabel met de USB-aansluiting van het toestel en maak dan de verbinding vast zoals hieronder te zien is met behulp van de
vergrendeling die bij de USB-verlengkabel werd geleverd.
Vermijden dat extern lawaai het audiosysteem binnendringt.
Plaats het toestel en leid de kabels minstens 10 cm weg van het autochassis.
Houd de stroomkabels van de accu zo ver mogelijk weg van de andere kabels.
Maak de aardingskabel stevig vast op een bloot stuk metaal (verwijder verf, stof of vet indien nodig) van het autochassis.
Als u een optionele ruisonderdrukker installeert, sluit deze dan aan zo ver mogelijk van het toestel vandaan. Contacteer uw
Alpine-verdeler voor meer informatie over verschillende ruisonderdrukkers.
Uw Alpine-verdeler is uitvoerig op de hoogte van middelen voor ruispreventie. Contacteer uw verdeler dus voor meer
informatie.
INA-W910R
USB-aansluiting
Kabel (meegeleverd)
INA-W910R
(Rood)
(Geel)
SPST-SCH. (optioneel)
ZEKERING (5A)
(optioneel)
ZEKERING (20A)
(optioneel)
Accu
ACC
BATTERY
Aansluitingsschema van SPST-schakelaar (apart verkrijgbaar)
(Als de ACC-stroomvoorziening niet beschikbaar is)
Voeg een SPST (Single-Pole, Single-Throw)-schakelaar (apart verkrijgbaar) en zekering (apart verkrijgbaar) toe als uw voertuig geen
ACC-stroomvoorziening heeft.
Bovenstaand diagram en bovenstaande stroomsterkte gelden als de INA-W910R individueel wordt gebruikt.
Als de geschakelde stroomkabel (ontsteking) van de INA-W910R rechtstreeks op de positieve (+) pool van de accu van het voertuig is aangesloten,
verbruikt de INA-W910R een minimale hoeveelheid stroom (enkele honderden milliampère), zelfs als de schakelaar in de OFF-stand staat, en kan
de accu leeglopen.
97-NL
Kalibreren indien aangesloten op de
HCE-C300R
Voor het regelen van de obstakeldetectie en het instellen van de
hulpaanduidingen van de HCE-C300R (REAR VIEW CAMERA
SYSTEM) is het nodig dat de installatie-informatie van de camera
wordt ingevoerd en dat er wordt gekalibreerd. Als de informatie van de
camera niet wordt ingevoerd, zal nauwkeurige detectie niet mogelijk
zijn. Zorg er dus voor dat u kalibreert.
Raadpleeg "Kalibreren" in de gebruiksaanwijzing van de HCE-C300R
voor meer informatie over het kalibreren. Raadpleeg "Kalibratie
uitvoeren" in de gebruiksaanwijzing van de HCE-C300R voor het
uitvoeren van een kalibratie met de daartoe voorziene schakelaar. Als er
verbinding is met dit toestel kunt u de handelingen via het scherm van
dit toestel uitvoeren.
De modus Calibration Setup op dit toestel activeren
1
Voer stappen 1 en 2 uit van "Kalibratie uitvoeren" in
de gebruiksaanwijzing van de HCE-C300R.
2
Druk op SOURCE/ op het toestel.
Het SOURCE-selectiescherm wordt weergegeven.
3
Raak (CAMERA) aan.
De cameramodus wordt geactiveerd en het bovenste
menuscherm wordt weergegeven.
4
Raak het scherm op een willekeurige plaats aan om
de functietoetsen weer te geven voor het wijzigen
van het beeld.
Zorg ervoor dat de functie voor het wijzigen van het beeld op ON
ingesteld is (pagina 48).
Weergavevoorbeeld voor bovenste menuscherm
5
Raak [Back] [Corner] [Back] aan in
overeenstemming met de instructies op het scherm.
Het scherm van de instelmodus verschijnt.
Weergavevoorbeeld voor het scherm van de instelmodus
Ga door met de volgende handelingen nadat u stap 4 hebt uitgevoerd
van "Kalibratie uitvoeren" in de gebruiksaanwijzing van de
HCE-C300R. Bij het uitvoeren van die handelingen raakt u de knop op
het scherm aan op "CHANGE" of "DONE" te selecteren om de
kalibratie op dit toestel uit te voeren. Als u [Corner] en [Back] aanraakt
op het scherm van dit toestel wordt dezelfde handeling uitgevoerd als bij
het aanraken van de schakelaar die door de HCE-C300R voorzien is.
[Corner] = VIEW:
Hiermee selecteert u een gewenst item.
(De geselecteerde schakelaar is door een gele
rand omkaderd.)
[Back] = SET.:
Hiermee voert u de selectie uit.
98-NL
Aansluitingen
Zet de systeemschakelaar op "NORM" wanneer enkel een wisselaar is aangesloten (wanneer de Ai-NET-compatibele equalizer niet wordt gebruikt).
Wanneer de IMPRINT-audioprocessor is aangesloten, stelt u de EQ/DIV-positie in.
* De systeemschakelaars bevinden zich aan de onderkant van het toestel.
(Rood)
Cd-wisselaar
(apart verkrijgbaar)
Versterker
Versterker
Versterker
Linksachter
Rechtsachter
Linksvoor
Rechtsvoor
Subwoofers
(Wit)
(Geel)
(Rood)
(Wit)
(Geel)
Antenne
ISO-antenneaansluiting
Accu
Contactsleutel
Linksvoor
Linksachter
Rechtsachter
Rechtsvoor
Luidsprekers
(Blauw/Wit)
(Blauw)
(Roze/Zwart)
(Geel/Blauw)
(Geel)
(Zwart)
(Rood)
(Groen)
(Groen/Zwart)
(Wit/Zwart)
(Grijs)
(Paars/Zwart)
(Paars)
AUDIO INTERRUPT IN
REMOTE TURN-ON
PARKING BRAKE
ACC
GND
POWER ANT
BATTERY
(Grijs/Zwart)
(Wit)
Naar invoerkabel voor afstandsbediening
Naar uitgangskabel voor afstandsbediening
Naar plus-zijde van de
achterlichtsignaalkabel van de wagen
Niet gebruikt
Naar de gidsbesturingsingang
Naar de interfacebox van de
stuurafstandsbediening
Microfoon (meegeleverd)
GPS-antenne
Naar video-uitgang
Naar audio-uitgangen
(R,L)
Naar video-ingang
Naar audio-ingangen
(R,L)
Naar audio-ingang
Naar camera met RCA-uitgang
Naar elektrische antenne
Naar de lijn met het snelheidssignaal van
het voertuig
Naar signaalkabel van handrem
Naar versterker of equalizer
Niet gebruikt
(Groen/Wit)
SPEED SENSOR
GUIDE
(Zwart)
CAMERA IN
(Geel)
GUIDE CONT
(Wit/Groen)
CAMERA SW
(Zwart)
REVERSE
(Oranje/Wit)
REMOTE IN
(Wit/Bruin)
REMOTE OUT
(Wit/Bruin)
Naar USB-geheugen/
draagbare muziekspeler
Naar iPod/iPhone
of
(Zwart)
99-NL
Antenneaansluiting
ISO/JASO-antenneadapter (apart verkrijgbaar)
Afhankelijk van het voertuig hebt u mogelijk een ISO/
JASO-antenneadapter nodig.
Uitgangskabel voor afstandsbediening (wit/bruin)
Verbind deze kabel met de ingangskabel van de
afstandsbediening. Deze kabel voert de
bedieningssignalen uit naar de afstandsbediening.
Ingangskabel voor afstandsbediening (wit/bruin)
Sluit het externe Alpine-product aan op de uitgangskabel
van de afstandsbediening.
Reverse-kabel (oranje/wit)
Alleen gebruiken als een achteruitrijcamera is aangesloten. Verbind
deze kabel met de pluskant van het achteruitrijlicht van de auto.
Deze lamp licht op wanneer u de wagen in zijn achteruit (R) zet.
Wanneer deze verbinding correct is uitgevoerd, schakelt
het videobeeld automatisch over naar de achteruitrijcamera
wanneer u de wagen in zijn achteruit (R) zet.
Kabel voor cameraschakelaar (zwart)
Wordt momenteel niet gebruikt voor dit apparaat.
Gidsbesturingskabel (wit/groen)
Gebruik deze kabel als u een optionele externe audioprocessor
aansluit met een ingang voor de gidsbesturing.
Aansluiting interface stuurafstandsbediening
(Zwart)
Naar de interfacebox van de stuurafstandsbediening.
Contacteer uw dichtstbijzijnde Alpine-verdeler voor meer
informatie over de aansluitingen.
Video-ingang (AUX INPUT) (geel)
Voert de video in.
Audio-ingangen (AUX INPUT)
ROOD is rechts en WIT is links om het geluid in te voeren.
Video-uitgang (AUX OUTPUT) (geel)
Voert de video uit.
Audio-uitgangen (AUX OUTPUT)
ROOD is de rechter- en WIT is de linkeruitgang voor de audio.
Gidsaansluiting (zwart)
Voert het audiosignaal uit van de navigatieonderbreking.
Als u een audioprocessor aansluit, dient u deze kabel aan te sluiten
op de gidsingang door middel van een optionele RCA-verlengkabel.
RCA-aansluiting camera-uitvoer (CAMERA IN) (geel)
Gebruik dit om een optionele camera met RCA/Video-
uitgang aan te sluiten.
Stel "RCA" in bij "De invoer van de camera instellen" (pagina 48) bij
het aansluiten van een camera met RCA-uitgang.
RCA-aansluitingen uitvoer/invoer achteraan
Deze kunnen gebruikt worden als RCA-aansluitingen voor
uitvoer of invoer achteraan.
RCA-aansluitingen uitvoer/invoer vooraan
Deze kunnen gebruikt worden als RCA-aansluitingen voor
uitvoer of invoer vooraan.
RCA-aansluitingen subwoofer
ROOD is rechts en WIT is links.
RCA-verlengkabel (apart verkrijgbaar)
Rechtstreekse CAMERA-invoeraansluiting
Gebruik dit wanneer de optionele rechtstreekse camera
aangesloten is.
Wanneer u de achteruitrijcamera HCE-C300R van Alpine gebruikt,
dient u ervoor te zorgen dat deze aangesloten is op dit apparaat via
de rechtstreekse CAMERA-invoeraansluiting.
iPod AUDIO/VIDEO-ingang
Voor het invoeren van het audio/video-signaal van een
iPhone/iPod die video ondersteunt, of het AUX-audio/video-
signaal.
Stel "AUX2 IN" in op "iPod Video" bij "De AUX-modus instellen"
(pagina 48) wanneer een iPhone of een iPod die video ondersteunt is
aangesloten.
Stel "AUX2 IN" in op "AUX" bij "De AUX-modus instellen"
(pagina 48) wanneer normale AUX-audio/video wordt ingevoerd.
GPS-antenneaansluiting
Naar GPS-antenne.
MIC-ingang
Naar microfoon (meegeleverd).
Ai-NET-aansluiting
Sluit deze kabel aan op de uitvoer- of invoeraansluiting van een
ander apparaat (cd-wisselaar, equalizer enz.) uitgerust met Ai-NET.
Zorg ervoor dat "De aangesloten hoofdeenheid instellen (MODEL
SETUP)" ingesteld is op "DVD CHG" als de DHA-S690 aangesloten is.
USB-aansluiting
AUX I/O/Camera-ingang
RCA-uitgang/ingang
Systeemschakelaar
Zet de twee schakelaars in de EQ/DIV-stand als u een equalizer
of verdeler aansluit met de Ai-NET-functie. Zet de schakelaars in
de positie NORM wanneer er geen apparaat is aangesloten.
Zorg ervoor dat het toestel niet wordt voorzien van stroom voor u
deze schakelaar gebruikt.
Aansluiting stroomvoorziening
Digitale uitgang (optisch)
Gebruiken in combinatie met producten die compatibel zijn
met vezeloptische digitale ingang. Gebruik alleen de
optische digitale kabel (KWE-610A) (apart verkrijgbaar).
Ai-NET-kabel (meegeleverd bij cd-wisselaar)
Kabel audio-onderbreking in (roze/zwart)
Niet gebruikt voor dit toestel.
Kabel afstandschakeling (blauw/wit)
Sluit deze kabel aan op de kabel voor afstandschakeling
van uw versterker of signaalprocessor.
Handremkabel (geel/blauw)
Sluit deze kabel aan op de stroomvoorzieningszijde van de
handrem om statussignalen van de handrem naar de
INA-W910R te sturen.
Snelheidssensorkabel (groen/wit)
Door een verkeerde aansluiting van de
snelheidssignaalkabel kunnen belangrijke veiligheidsfuncties
(zoals remmen of airbags) worden verstoord. Dat kan leiden
tot al dan niet dodelijke ongevallen. Wij raden ten zeerste
aan de installatie over te laten aan een erkende
Alpine-verdeler die daartoe speciaal opgeleid is.
Geschakelde stroomkabel (ontsteking) (rood)
Sluit deze kabel aan op een vrije aansluiting in de
zekeringkast van het voertuig of op een andere ongebruikte
voedingsbron die enkel (+) 12V levert wanneer de motor
aan is of de sleutel in de contactpositie staat.
Aardingskabel (massa) (zwart)
Sluit deze kabel aan op een goede chassisaarding in het voertuig.
Zorg ervoor dat de verbinding enkel metaal raakt en stevig is
vastgemaakt door middel van de meegeleverde metalen schroef.
100-NL
Kabel elektrische antenne (blauw)
Sluit deze kabel aan op de +B-aansluiting van uw
elektrische antenne, indien van toepassing.
Deze kabel mag enkel worden gebruikt voor het bedienen van de
automatische antenne van het voertuig. Gebruik deze kabel niet om
een versterker, signaalprocessor, enz. in te schakelen.
Accukabel (geel)
Sluit deze kabel aan op de positieve (+) aansluiting van de
accu van het voertuig.
Zekeringsklem (10A)
ISO-aansluiting voor de stroomvoorziening
ISO-aansluiting (luidsprekeruitvoer)
Kabel luidsprekeruitvoer linksachter (+) (groen)
Kabel luidsprekeruitvoer linksachter (–)
(groen/zwart)
Kabel luidsprekeruitvoer linksvoor (+) (wit)
Kabel luidsprekeruitvoer linksvoor (–) (wit/zwart)
Kabel luidsprekeruitvoer rechtsvoor (–) (grijs/zwart)
Kabel luidsprekeruitvoer rechtsvoor (+) (grijs)
Kabel luidsprekeruitvoer rechtsachter (–)
(paars/zwart)
Kabel luidsprekeruitvoer rechtsachter (+) (paars)
USB-verlengkabel (meegeleverd)
AV-verlengkabel (meegeleverd)
USB 30P-kabel (meegeleverd)
101-NL
Systeemvoorbeeld
Sluit de Ai-NET-compatibele audioprocessor (compatibel met vezeloptische digitale signalen), dvd-speler
en -wisselaar aan.
Audioprocessor (Ai-NET)
(Compatibele vezeloptische
digitale signalen) (apart
verkrijgbaar)
Ai-NET-kabel
Cd-wisselaar
(Ai-NET)
(apart verkrijgbaar)
DVD-videospeler
(Ai-NET)
(DVA-5210, enz.)
(apart verkrijgbaar)
REMOTE IN
REMOTE OUT
(Wit/Bruin)
(Wit/Bruin)
(Geel)
Ai-NET-kabel
Wanneer het vezeloptische compatibele digitale product is aangesloten, is het nodig om de modus van dit apparaat in te stellen. Zie "De digitale
uitvoer instellen" (pagina 49).
L
et op het volgende als u vezeloptische kabels gebruikt.
Rol de vezeloptische kabel niet op in een lus met een straal kleiner dan 30 mm.
Plaats niets bovenop de vezeloptische kabel.
Zorg dat u de vezeloptische kabel niet in een scherpe hoek buigt.
Glasvezelkabel
Ai-NET-
kabel
Vezeloptische
digitale
ingang (voor
dvd-speler)
Vezeloptische digitale
ingang (voor hoofdeenheid)
Optische digitale kabel (KWE-610A)
* Sluit alleen een cd-wisselaar aan die compatibel is met
vezeloptische digitale signalen
Gidsbesturing
102-NL
Ai-NET-aansluiting
Sluit dit aan op de uitgang of ingang van een ander product
uitgerust met Ai-NET.
Systeemschakelaar
Zet de twee schakelaars in de EQ/DIV-stand als u een
equalizer of verdeler aansluit met de Ai-NET-functie. Zet de
schakelaars in de positie NORM wanneer er geen apparaat
is aangesloten.
Zorg ervoor dat het toestel niet wordt voorzien van stroom voor u
deze schakelaar gebruikt.
Ai-NET-kabel (meegeleverd bij dvd-videospeler)
Uitgangskabel voor afstandsbediening (wit/bruin)
Verbind deze kabel met de ingangskabel van de
afstandsbediening. Deze kabel voert de
bedieningssignalen uit naar de afstandsbediening.
Naar Ai-NET-aansluiting (grijs)
RCA-verlengkabel (meegeleverd bij dvd-videospeler)
Video-ingang (AUX INPUT) (geel)
Sluit de video-uitvoerkabel van een dvd-videospeler of
dvd-wisselaar aan op deze aansluiting.
AUX I/O/Camera-ingang
Naar Ai-NET-aansluiting (zwart)
Ai-NET-kabel (meegeleverd bij IMPRINT-
audioprocessor (PXA-H100))
Vezeloptische kabel (apart verkrijgbaar)
Gidsaansluiting (geel)
Voert het audiosignaal uit van de navigatieonderbreking.
RCA-verlengkabel (apart verkrijgbaar)
Ingang voor navigatiegeluid (RCA-ingang)
Gebruik dit om de audio-uitvoersignalen van een
navigatiesysteem in te voeren.
Optische digitale kabel (KWE-610A)
(apart verkrijgbaar)
Ai-NET-kabel (meegeleverd bij cd-wisselaar)
Gidsbesturingskabel (wit/groen)
Digitale uitgang (optisch)
103-NL
Bij aansluiting van externe apparatuur
Naar video-uitgang
Systeemschakelaar
Zet de twee schakelaars in de EQ/DIV-stand als u een
equalizer of verdeler aansluit met de Ai-NET-functie. Zet de
schakelaars in de positie NORM wanneer er geen apparaat
is aangesloten.
Zorg ervoor dat het toestel niet wordt voorzien van stroom voor u
deze schakelaar gebruikt.
AUX I/O/Camera-ingang
RCA-aansluiting camera-uitvoer (CAMERA IN) (geel)
Gebruik dit om een camera met RCA-uitgang aan te sluiten.
Stel "RCA" in bij "De invoer van de camera instellen" (pagina 48) bij
het aansluiten van een camera met RCA-uitgang.
Video/Audio-uitgangen (AUX OUTPUT)
Gebruik dit om een optionele monitor enz. aan te sluiten.
Video/Audio-ingangen (AUX INPUT)
Uitgangskabel voor afstandsbediening (wit/bruin)
Verbind deze kabel met de ingangskabel van de
afstandsbediening. Deze kabel voert de
bedieningssignalen uit naar de afstandsbediening.
Ingangskabel voor afstandsbediening (wit/bruin)
Reverse-kabel (oranje/wit)
Alleen gebruiken als een achteruitrijcamera is aangesloten.
Verbind deze kabel met de pluskant van het achteruitrijlicht
van de auto. Deze lamp licht op wanneer u de wagen in zijn
achteruit (R) zet.
Wanneer deze verbinding correct is uitgevoerd, schakelt
het videobeeld automatisch over naar de achteruitrijcamera
wanneer u de wagen in zijn achteruit (R) zet.
Naar video-ingang
Naar audio-uitgang
DVE-5027, enz.
(apart verkrijgbaar)
Monitor achteraan
(apart verkrijgbaar)
(Wit/Bruin) REMOTE OUT
REMOTE IN
(Wit/Bruin)
(Wit/Bruin) REMOTE IN
REMOTE OUT (Wit/Bruin)
REVERSE
Alleen gebruiken als een achteruitrijcamera is
aangesloten.
Tv-tuner
(apart verkrijgbaar)
Naar video-uitgang
(Oranje/Wit)
Naar audio-uitgang
Rechtstreekse achteruitrijcamera zoals
HCE-C117D enz. (apart verkrijgbaar)
Naar video-uitgang
Camera met RCA-video-
uitvoer (apart verkrijgbaar)
Naar audio-ingang
104-NL
RCA-verlengkabel (apart verkrijgbaar)
Audio/Video-invoeraansluitingen
GEEL is voor invoer van video, ROOD is rechts en WIT is
links om het geluid in te voeren.
AV/RCA-interfacekabel (4-polige mini-AV-stekker
naar 3-RCA) (apart verkrijgbaar)
Bruikbare vierpolige mini-AV-stekker
De kabelconventie van dit systeem is als volgt:
Configuratie in de handel verkrijgbare vierpolige mini-AV-stekkers is
niet gelijk.
iPod (V)/AUX-ingang
Voor het invoeren van het audio/video-signaal van een
iPhone/iPod die video ondersteunt, of het AUX-audio/
video-signaal.
Stel "AUX2 IN" in op "AUX" bij "De AUX-modus instellen"
(pagina 48) wanneer normale AUX-audio/video wordt ingevoerd.
Wanneer u deze aansluiting gebruikt als een normale audio/video-
ingang (AUX 2-ingang), dient u een optionele AV/
RCA-interfacekabel te gebruiken. Raadpleeg voor meer
informatie.
Cameraverlengkabel (meegeleverd met
rechtstreekse achteruitrijcamera)
Rechtstreekse CAMERA-invoeraansluiting
Gebruik dit wanneer de optionele rechtstreekse
achteruitrijcamera HCE-C117D, enz. is aangesloten.
Audio L (wit)
Audio R (rood)
Aarde
Video (geel)
About the Rules of Bluetooth Electromagnetic
Radiation Regulation
Declaration of Conformity
103

Hulp nodig? Stel uw vraag in het forum

Spelregels

Misbruik melden

Gebruikershandleiding.com neemt misbruik van zijn services uitermate serieus. U kunt hieronder aangeven waarom deze vraag ongepast is. Wij controleren de vraag en zonodig wordt deze verwijderd.

Product:

Bijvoorbeeld antisemitische inhoud, racistische inhoud, of materiaal dat gewelddadige fysieke handelingen tot gevolg kan hebben.

Bijvoorbeeld een creditcardnummer, een persoonlijk identificatienummer, of een geheim adres. E-mailadressen en volledige namen worden niet als privégegevens beschouwd.

Spelregels forum

Om tot zinvolle vragen te komen hanteren wij de volgende spelregels:

Belangrijk! Als er een antwoord wordt gegeven op uw vraag, dan is het voor de gever van het antwoord nuttig om te weten als u er wel (of niet) mee geholpen bent! Wij vragen u dus ook te reageren op een antwoord.

Belangrijk! Antwoorden worden ook per e-mail naar abonnees gestuurd. Laat uw emailadres achter op deze site, zodat u op de hoogte blijft. U krijgt dan ook andere vragen en antwoorden te zien.

Abonneren

Abonneer u voor het ontvangen van emails voor uw Alpine INA-W910R bij:


U ontvangt een email met instructies om u voor één of beide opties in te schrijven.


Ontvang uw handleiding per email

Vul uw emailadres in en ontvang de handleiding van Alpine INA-W910R in de taal/talen: Nederlands, Duits, Engels, Frans, Italiaans, Spaans, Zweeds als bijlage per email.

De handleiding is 7,83 mb groot.

 

U ontvangt de handleiding per email binnen enkele minuten. Als u geen email heeft ontvangen, dan heeft u waarschijnlijk een verkeerd emailadres ingevuld of is uw mailbox te vol. Daarnaast kan het zijn dat uw internetprovider een maximum heeft aan de grootte per email. Omdat hier een handleiding wordt meegestuurd, kan het voorkomen dat de email groter is dan toegestaan bij uw provider.

Stel vragen via chat aan uw handleiding

Stel uw vraag over deze PDF

Andere handleiding(en) van Alpine INA-W910R

Alpine INA-W910R Installatiehandleiding - Nederlands - 13 pagina's

Alpine INA-W910R Installatiehandleiding - Deutsch - 13 pagina's

Alpine INA-W910R Aanvulling / aanpassing - Deutsch - 90 pagina's

Alpine INA-W910R Gebruiksaanwijzing - Deutsch - 105 pagina's

Alpine INA-W910R Installatiehandleiding - English, Français - 13 pagina's


Uw handleiding is per email verstuurd. Controleer uw email

Als u niet binnen een kwartier uw email met handleiding ontvangen heeft, kan het zijn dat u een verkeerd emailadres heeft ingevuld of dat uw emailprovider een maximum grootte per email heeft ingesteld die kleiner is dan de grootte van de handleiding.

Er is een email naar u verstuurd om uw inschrijving definitief te maken.

Controleer uw email en volg de aanwijzingen op om uw inschrijving definitief te maken

U heeft geen emailadres opgegeven

Als u de handleiding per email wilt ontvangen, vul dan een geldig emailadres in.

Uw vraag is op deze pagina toegevoegd

Wilt u een email ontvangen bij een antwoord en/of nieuwe vragen? Vul dan hier uw emailadres in.



Info