22
Branchement électrique
Contrôlez, avant de brancher l’appareil, que le
voltage et la fréquence indiqués sur la plaque
signalétique correspondent à ceux de votre réseau.
Tolérance admise: ±6%.
Pour l’adaptation de l’appareil à des voltages
différents, l’adjonction d’un autotransformateur d’une
puissance adéquate est indispensable.
Il faut absolument brancher l'appareil à une prise
de terre réglementaire.
C'est pour cela que la prise du câble d'alimentation
est munie d'un contact prévu exprès. Si la prise de
courant du réseau domestique n'est pas branchée à
la terre, branchez l'appareil à une prise de terre à
part, conformément aux normes en vigueur, en vous
adressant à un technicien spécialisé.
Le fabricant décline toute responsabilité, si cette
norme de prévention des accidents n'est pas
respectée.
INSTALLATION
Emplacement
Placez de préférence votre appareil loin d’une source
de chaleur (chauffage, cuisson ou rayons solaires trop
intenses).
Pour des raisons de sécurité, la ventilation doit être
prévue comme indiqué dans la Fig.
Appreil positionné sous armoires murales de cuisine
en surplomb (voir Fig. A).
Appreil positionné sans armoires murales de cuisine
en surplomb (voir Fig. B).
Attention: veillez à ne pas obstruer les ouvertures
de ventilation.
Mettez l’appareil d’aplomb en agissant sur les pieds
réglables.
-Cet appareil est conforme aux Directives
Communautaires suivantes:
- 87/308 CEE du 2.6.87 concernant la
suppression des interférences radio-électriques
- 73/23 CEE 19/02/73 (Basse Tension) et
modifications successives;
- 89/336 CEE 03/05/89 (Compatibilité Electro-
magnétique) et modifications successives.
Important: L’appareil doit pouvoir être débranché du
secteur ; il est donc nécessaire que la fiche reste
accessible une fois que l’installation est terminée.
31
Tips het invriezen
Enkele belangrijke tips:
• de max. hoeveelheid levensmiddelen die u kunt
invriezen in 24 uur staat aangegeven op het
“typeplaatje”;
• het invriezen duurt 24 uur. Voeg gedurende deze
tijd geen andere in te vriezen levensmiddelen
toe;
• verdeel de levensmiddelen in handzame porties.
Deze vriezen sneller in en bij later gebruik hoeft u
slechts de benodigde hoeveelheid te ontdooie;
• Verpak de levensmiddelen in aluminium- of
kunststoffolie. Sluit de pakjes goed en luchtdicht af;
• zorg ervoor dat in te vriezen pakjes niet in
aanraking komen met reeds ingevroren
produkten; de temperatuur van deze laatste zou
daardoor kunnen stijgen;
• vermijd rechtstreekse konsumptie van ijslollies uit
het vriesvak; u zou uw mondhuid kunnen
verbranden;
• schrijf de invriesdatum op de pakjes zodat u de
houdbaarheidsduur kunt kontroleren;
• De symbolen op de laden geven de diverse
soorten diepvriesproducten aan.
De getallen geven voor iedere soort
diepvriesproduct de opslagtijd in maanden aan.
Of de hoogste of de laagste waarde van de
aangegeven opslagtijd geldt, hangt af van de
kwaliteit van de levensmiddelen en de
behandeling voorafgaand aan het invriezen.
TIPS
Tips het koelen
Enkele praktische tips:
Vlees (alle soorten): wordt in plastic zakjes op de
glazen plaat boven de groentelade geplaatst.
Bewaar vlees niet langer dan één of twee dagen.
Gekookt voedsel, koude schotels enz.: kunnen,
goed afgedekt, op elk rooster geplaatst worden.
Fruit en groente: worden schoongemaakt in de
groentelade(n) gelegd.
Boter en kaas: worden, om blootstelling aan de
lucht te voorkomen, in speciale koeldozen bewaard
of in plastic- of aluminiumfolie vepakt .
Flessen melk: worden, goed gesloten, in het
flessenrek geplaatst.
Bewaar niet-luchtdicht verpakte bananen, aar-
dappelen, uien of knoflook niet in de koelkast.
• plaats geen koolzuurhoudende of
mousserende dranken in het vriesvak; de
blikjes of flessen zouden kunnen ontploffen.
Tips het diepvriesproducten
Neem de volgende regels in acht:
• controleer dat de diepvriesproducten in de winkel
op de juiste wijze bewaard worden;
• breng de diepvriesproducten na aankoop zo snel
mogelijk over naar het vriesvak;
• open de deur altijd zo weinig en zo kort mogelijk;
• wees heel voorzichtig bij aankoop van
diepvriesproducten, want gedeeltelijk ontdooide
waren mag u niet opnieuw invriezen.
• noteer de fabrikatiedatum en respecteer de
vervaldatum van de fabrikant.