NEDERLANDS
31
Waterafvoer
De bocht, aan het eind van de afvoerslang, kunt u
op drie manieren plaatsen:
Over de rand van een wasbak. U moet er dan
voor zorgen dat de bocht niet, door het snel uit-
stromende water, van de rand kan schieten.
Bijvoorbeeld door de bocht met een touwtje aan
de kraan of aan een haak in de muur op te
hangen.
In een aftakking van de wasbakafvoer. Die
aftakking moet boven de sifon (stankafsluiter)
zitten en zodanig dat de bocht van de slang zich
op tenminste 60 cm van de vloer bevindt.
In een afvoerpijp. Wij adviseren een standpijp
van 65 cm hoogte; in ieder geval niet lager dan 60
cm en niet hoger dan 90 cm.
Het eind van de afvoerslang moet altijd belucht
zijn, dat wil zeggen dat de binnendiameter van de
pijp groter moet zijn dan de buitendiameter van
het slangeind.
De afvoerslang legt u vanaf de machinekant over
de vloer en laat u pas bij de afvoermogelijkheid
omhoog lopen.
Elektrische aansluiting
De machine is voor 220-230V / 50Hz gemaakt.
De machine is voorzien van een drie-aderig
aansluitsnoer en steker met randaarde.
De steker mag u uitsluitend plaatsen in een
stopcontact met randaarde; de machine dient
deugdelijk geaard te zijn.
Het aansluitsnoer mag u niet verlengen. Indien
het snoer te kort blijkt te zijn, laat uw installateur
dan of een langer snoer aan de machine
monteren of het stopcontact verplaatsen.
Het gebruik van een verlengsnoer of kabelhaspel
is niet toegestaan.
In bad- of doucheruimten moet doorgaans een
zogeheten «vaste aansluiting» gemaakt worden;
raadpleeg uw installateur.