16
Volgorde van handelen
Giet vóór het in gebruik nemen 2 liter water in het
vakje van de wasmiddellade om de spaarklep te
activeren. Voer dan een wasgang zonder wasgoed
uit, opdat vetresten (die bij de fabricage zijn
ontstaan) uit de wastrommel en de kuip worden
verwijderd. Programma: bonte was 60°C, met een
halve maatbeker wasmiddel.
1. Wasgoed in de machine doen
Open de vuldeur. Doe de stukken wasgoed één voor
één in de trommel. Haal opgevouwen wasgoed eerst
uit elkaar. Sluit de vuldeur; druk hem goed in het
slot.
2. Wasmiddel doseren
Trek de wasmiddellade uit het bedieningspaneel tot
hij stuit.
Meet de gewenste hoeveelheid wasmiddel in een
maatbekertje af en giet het in het vakje voor het
hoofdwasmiddel .
Gaat u ook voorwassen (VOORWAS-functie), doe
dan een biologisch voorwasmiddel in het vakje .
3. Wasverzachter doseren
Giet, indien gewenst, wasverzachter in het daarvoor
bestemde vakje .
Overschrijd het niveau MAX niet.
4. De machine inschakelen
Druk op de AAN/UIT toets om de machine in te
schakelen. Het lampje boven de toets brandt en op
de display verschijnen drie knipperende streepjes of
een knipperende nul.
5. Het wasprogramma instellen
Druk op de toets TEXTILE totdat u het gewenste
programma/soort textiel gekozen heeft; het
betreffende lampje brandt.
De lampjes van de fasen waaruit het programma
bestaat, gaan branden.
Op de display verschijnt de tijdsduur van het
gekozen programma, berekend over de maximale
belading voor het type textiel en het lampje van de
START/PAUZE toets knippert.
Als de machinebelading niet maximaal is, wordt bij
het begin van de cyclus op de display altijd de
tijdsduur voor een volle trommel aangegeven.
Tijdens de afwerking van de cyclus wordt deze
tijdsduur langzamerhand aangepast.
6. De wastemperatuur kiezen
Druk op de toets als u een wastemperatuur wilt kiezen
anders dan de temperatuur die de machine voorstelt of
als u koud wilt wassen; het betreffende lampje brandt.