6
temperatuurregelaar na het invriezen weer op de normale
stand te draaien.
Ijsblokjes kunnen ook op het ijsbereidingsvak gemaakt
respectievelijk opgeborgen worden, voorzover in het vak
geen voldoende plaats voor de ijsschotel is.
Verdere ijsschotels kunnen in het handelsverkeer worden
aangeschaft.
U kunt de ijsblokjes makkelijker losmaken door het
ijsblokjesbakje onder stromend water te houden en het
dan iets te verdraaien.
Tips en adviezen
Het draadrooster in het apparaat heeft links een
opklapbaar gedeelte, zodat u ook grote flessen
kunt neerzetten.
De bovenste deurvakken kunt u gebruiken om bijv. fruit
en salade te serveren.
Twee deurvakken op elkaar kunt u gebruiken om
levensmiddelen in of buiten het apparaat te bewaren.
Tips
In dit hoofdstuk vindt u praktische tips om het apparaat zo
energiezuinig mogelijk te gebruiken. U vindt hier ook
informatie m.b.t. het milieu.
Energie besparen
Zet het apparaat liever niet in de zon of naast een
warmte afgevend apparaat.
Zorg ervoor dat de condensor en de compressor
voldoende ventilatie hebben. Bedek de ventilatie-
openingen niet.
Doe levensmiddelen in een afgesloten schaaltje of in
vershoudfolie om onnodige rijpvorming te
voorkomen.
Open de deur niet onnodig en laat hem niet langer
open staan dan nodig is.
Bewaar vloeistoffen altijd in een afgesloten fles of
schaaltje.
Laat warme levensmiddelen en vloeistoffen altijd
eerst tot kamertemperatuur afkoelen voordat u ze in
het apparaat zet.
Ontdooi het apparaat als de rijplaag in het
ijsvakje zo'n 4-5 mm dik is.
Houd de condensor schoon.
Het apparaat en het milieu
Dit apparaat bevat, zowel in het koelcircuit als in het
isolatiemateriaal, geen gassen die de ozonlaag kunnen
aantasten. Het apparaat mag niet samen met huisvuil of
gesloopte apparaten weggegooid worden. Uit het
oogpunt van milieubescherming moeten afgedankte
koel- en vriestoestellen volgens de plaatselijke
regelingen op deskundige wijze verwerkt worden.
Informeer bij de gemeente naar de mogelijkheden in uw
woonplaats. Zorg ervoor dat het koelcircuit, vooral aan
de achterkant bij de warmtewisselaar, niet beschadigd
wordt.
De materialen met het symbool „ ” zijn geschikt voor
recycling.
Onderhoud
Ontdooien
Een deel van het vocht uit de koelruimte wordt tijdens het
gebruik in de vorm van ijs of rijp afgescheiden.
Dikke lagen ijs en rijp hebben een isolerend effect. Het
koelvermogen wordt minder, de temperatuur stijgt, er is
meer energie nodig en als ijs of rijp te dik worden, kan de
deur van het ijsvakje niet meer open, de deur kan zelfs
kapotgaan.
Wij adviseren u het ijsvakje éénmaal per week te
ontdooien of als de rijplaag dikker is dan 4-5 mm.
U ontdooit als volgt:
Maak het apparaat spanningloos of draai de
temperatuurregelaar op stand „0”.
Maak het ijsvakje leeg. Wikkel de levensmiddelen in
enkele lagen krantenpapier of dekens en bewaar ze op
een zo koel mogelijke plaats.
Laat de deuren van het apparaat en het ijsvakje open.
Het ontdooien duurt enkele uren, na afloop kunt u het
verzamelde water uit het ijsvakje verwijderen. Wrijf de
oppervlakken droog.
De stekker weer in het stopcontact steken of de
temperatuurregelaar op stand „4” draaien.
De levensmiddelen weer in het ijsvakje leggen.
Reiniging en onderhoud
Wij adviseren u de binnenzijde van de koelkast elke 3 tot
4 weken schoon te maken.
Gebruik geen reinigingsmiddel of zeep.
Trek de stekker uit het stopcontact. De binnenzijde van
het apparaat met handwarm water schoonmaken en
droog wrijven.
Reinig het magnetische deurrubber met schoon water.
Steek na het reinigen de stekker weer in het stopcontact.
U kunt het ijsvakje het beste schoonmaken en ontdooien
als het leeg of slechts gedeeltelijk vol is.
Stof en vuil die zich op de condensor op de achterkant
van de koelkast hebben afgezet, dient u één of twee maal
per jaar te verwijderen.
Als de koelkast niet in gebruik is
Als de koelkast langere tijd niet in gebruik is, gaat u als
volgt te werk:
Trek de stekker uit het stopcontact.
Maak de koelkast leeg.
Ontdooien en schoonmaken zoals hiervoor beschreven.
De deur open laten om geurvorming te voorkomen.
Problemen oplossen
Er kan soms een kleine storing optreden, die u zelf kunt
verhelpen. In de tabel vindt u informatie m.b.t. het
opheffen van zulke kleine storingen.
Als het apparaat aanstaat, is er soms wat geluid te horen
(compressor, circulatie). Dan is er geen sprake van een
storing.
NNLL