26
Reiniging en onderhoud
3
Reinig de kookplaat elke keer na het gebruik met heet water en afwas-
middel, als hij nog handwarm of koud is. Zo voorkomt u dat verontrei-
nigingen inbranden.
1. Sterke verontreinigingen van de kookzones met een fijn schuurmiddel
of -sponsje verwijderen.
2. Achtergebleven vuil met een vochtige doek wegvegen.
3. Daarna de kookzone licht verwarmen en laten drogen.
4. Voor het onderhoud de kookzones af en toe met wat naaimachine-olie
inwrijven en dan met absorberend papier opwrijven.
1
Attentie: De edelstalen rand van de kookplaat niet met een schuur-
middel of -sponsje reinigen, omdat dat krassen veroorzaakt!
Voor kookplaten van edelstaal alleen geschikte reinigings- en onder-
houdsmiddelen gebruiken. Let op de aanwijzingen van de fabrikant.
Algemene aanwijzingen
• De kookzones na het schoonmaken even opwarmen, om ze te laten
drogen.
• Geen vochtige of natte voorwerpen op de kookzones leggen.
• Pannen afdrogen voordat u ze op de kookzone zet.
3
Door de thermische belasting bij het kookproces kan de edelstalen
rand van de kookplaat iets verkleuren. Dit is een natuurkundig ver-
schijnsel.