72
STORINGZOEKEN
Probleem
De afstandbediening werkt niet.
De afstandbediening werkt niet goed.
Programmering kan niet met succes
plaatsvinden. (De TRANSMIT/LEARN
indicator licht niet op of knippert niet.)
Doorlopend werkende functies zoals
volume worden geprogrammeerd, maar
werken slechts voor een kort moment
alvorens te stoppen.
Oorzaak
De batterijen van deze afstandbediening zijn
zwak.
De interne microcomputer “valt stil”.
Verkeerde afstand of hoek.
De afstandbediening-sensor van het
hoofdcomponent wordt belicht door direct
invallend zonlicht of een andere lichtbron
(fluorescerende lamp of neonlamp, enz.).
De interne microcomputer “valt stil”.
De batterijen van deze afstandbediening
en/of de andere afstandbediening zijn zwak.
De afstand tussen de beide
afstandbedieningen is te groot of te klein.
De signaalcodering of modulatie van de
andere afstandbediening is niet uitwisselbaar
met deze afstandbediening.
De geheugencapaciteit is vol.
De interne microcomputer “valt stil”.
Het programmeringsproces is niet voltooid.
Maatregelen
Vervang de batterijen door nieuwe en druk de
RESET knop op de afstandbediening in.
Druk de RESET knop op de afstandbediening
in.
De afstandbediening zal functioneren tot een
maximum afstand van 6 meter en tot een
hoek van niet meer dan 30° ten opzichte van
het voorpaneel.
Verander de opstelling van het
hoofdcomponent.
Druk de RESET knop op de afstandbediening
in.
Vervang de batterijen (en druk de RESET
knop voor deze afstandbediening in).
Plaats de afstandbedieningen op juiste
afstand van elkaar.
Programmeren is niet mogelijk.
Verdere programmering is niet mogelijk
zonder het wissen van niet noodzakelijke
opdrachten.
Druk de RESET knop op de afstandbediening
in.
Zorg er voor de functietoets op de andere
afstandbediening ingedrukt te houden totdat
de TRANSMIT/LEARN indicator langzaam
begint te knipperen.
Afstandbediening
Probleem
Het geluid “bromt”.
Het volumeniveau is laag tijden shet
afspelen van een grammofoonplaat.
Het volumeniveau kan niet worden
verhoogd, of het geluid is vervormd.
DSP parameters en bepaalde overige
instellingen op deze apparatuur kunnen
niet veranderd worden.
“INPUT DATA ERR” verschijnt op de
display en er wordt geen geluid
weergegeven.
Het geluidsveld kan niet worden
opgenomen.
Het apparaat functioneert niet goed.
Een bron kan niet worden opgenomen op
een tapedeck of videorecorder die
aangesloten is op deze apparatuur.
Storing van een TV of tuner in de directe
nabijheid.
Degradatie van het geluid treedt op tijdens
het meeluisteren met behulp van de
hoofdtelefoon die is aangesloten op de
compact disc speler of het tapedeck welke
is aangesloten op dit apparaat.
Oorzaak
De kabels zijn verkeerd aangesloten.
Geen verbinding van de platenspeler naar de
GND aansluiting.
De grammofoonplaat wordt afgespeeld op
een platenspeler met een MC element.
Het component dat aangesloten is op de
TAPE/MD OUT aansluitingen van dit
apparaat is uitgeschakeld.
De functie “6. MEMORY GUARD” in de SET
MENU modus staat op “ON”.
Er wordt een niet-gestandaardiseerde bron
weergegeven of het apparaat dat de bron
weergeeft functioneert niet goed.
Het is niet mogelijk het geluidsveld op te
nemen op een tapedeck dat aangesloten is
op de TAPE/MD OUT aansluitingen van deze
apparatuur.
De interne microcomputer is buiten werking
geraakt door een elektrische schok van
buitenaf (blikseminslag, hoge mate van
statische elektriciteit, enz.) of door een
stroomtoevoer met lage spanning.
De bronapparatuur is enkel tussen digitale
aansluitingen aangesloten op deze
apparatuur.
Deze apparatuur bevindt zich te dicht bij de
storing veroorzakende apparaten.
Dit apparaat is op de standby functie
ingesteld.
Maatregelen
Sluit de audiostekkers stevig aan. Indien het
probleem blijft voortbestaan, zijn de kabels
mogelijk defect.
Maak de GND verbinding tussen de
platenspeler en dit apparaat.
De platenspeler dient aangesloten te worden
op dit apparaat via de MC hoofversteker.
Schakel de stroom toevoer naar het
component in.
Op “OFF” zetten.
Controleer de bron of schakel het apparaat
dat de bron weergeeft uit en schakel het
vervolgens weer in.
Trek de stekker uit het stopcontact en steek
de stekker na ongeveer 1 minuut weer in.
Breng verdere aansluiting tot stand tussen de
analoge aansluitingen.
Plaats deze apparatuur verder van de storing
veroorzakende apparaten vandaan.
Schakel de stroomtoevoer naar deze
apparatuur in.