37
Als het hoortoestel niet werkt
Werkt uw hoortoestel niet, dan kan dat zijn omdat:
• het hoortoestel niet is ingeschakeld. Controleer of de
batterijlade, die tevens aan/uit-schakelaar is, volle-
dig omhoog is geduwd zodat het woord “OFF” niet
meer zichtbaar is.
• de batterij leeg is. Vervang de batterij. Zorg ervoor
dat de batterij correct geplaatst wordt en dat de
batterijlade goed wordt gesloten.
• de geluidsuitgang in het oorstukje verstopt is. Maak
de geluidsuitgang schoon zoals beschreven op pa-
gina 26.
Is het hoortoestel niet luid genoeg, dan kan dat zijn
omdat:
• de batterij bijna leeg is. Vervang de batterij. Zorg er-
voor dat de batterij correct geplaatst wordt en dat
de batterijlade goed wordt gesloten.
• de geluidsuitgang of het oorstukje verstopt is. Ver-
stopping van de geluidsuitgang of het oorstukje
wordt meestal veroorzaakt door oorsmeer. Maak de
geluidsuitgang schoon zoals beschreven op pagina
26.
• uw gehoorgang verstopt is door oorsmeer. Raadpleeg
uw huisarts of KNO-arts.
• uw gehoor veranderd is. Raadpleeg uw KNO-arts.