||
10 Onderhoud en service
10
384
N.B.
•
Hoe hoger de stroomafname in de
auto (extra koeling/verwarming e.d.),
hoe meer de accu’s moeten worden
bijgeladen = hoe hoger het brandstof-
verbruik.
•
Wanneer de capaciteit van de star-
taccu tot onder de ondergrens is
gedaald, wordt het Start/Stop-systeem
uitgeschakeld.
Een tijdelijke functiebeperking van het
Start/Stop-systeem op grond van een hoge
stroomafname houdt het volgende in:
•
Auto-start motor
16
werkt zonder dat u de
koppeling bedient (handmatige versnel-
lingsbak).
•
De motor start automatisch zonder dat u
uw voet van het rempedaal haalt (auto-
matische versnellingsbak).
Locatie accu’s
(1) Startaccu
17
(2) Hulpaccu
De hulpaccu vergt doorgaans niet meer ser-
vice dan de normale startaccu. Neem bij vra-
gen of problemen contact op met een werk-
plaats - geadviseerd wordt een erkende
Volvo-werkplaats.
BELANGRIJK
Bij het negeren van het volgende valt het
Start/Stop-systeem mogelijk tijdelijk uit na
aansluiting van een externe startaccu of
acculader:
•
De minpool van de startaccu in de
auto mag nooit worden gebruikt voor
aansluiting van een externe startaccu
of acculader – alleen het autochassis
dient als massapunt te worden
gebruikt.
Zie Starten met hulpaccu (p. 275) voor een
beschrijving van de locatie van de kabel-
klemmen en de manier van aansluiten.
16
Auto-start is alleen mogelijk, als de versnellingspook in de neutraal staat.
17
Zie Startaccu - algemeen (p. 380) voor een uitvoerige beschrijving van de startaccu.