13
WIELEN EN BANDEN
Banden
594
Maataanduiding voor banden
596
Maataanduiding voor wielen
597
De draairichting van de banden.
597
Slijtage-indicator van banden
598
Bandenspanning controleren
598
Bandenspanning aanpassen
599
Aanbevolen bandenspanning
600
Bandenspanningscontrolesysteem*
601
Nieuwe referentiewaarde opslaan
voor bandenspanningscontrole*
603
Bandenspanningsstatus op het
middendisplay* bekijken
604
Maatregel bij een waarschuwing
voor een lage bandenspanning
604
Meldingen voor bandenspannings-
controle*
605
Wiel vervangen
606
Gereedschapsset
608
Krik*
608
Wielbouten
609
Reservewiel*
610
Reservewiel gebruiken*
611
Winterbanden
611
Sneeuwkettingen
612
Noodreparatieset voor banden
613
Noodreparatieset voor banden
gebruiken
614
Band oppompen met compressor
uit reparatieset voor banden
618
LAADMOGELIJKHEDEN,
OPBERGMOGELIJKHEDEN EN
INTERIEUR
Auto-interieur
620
Tunnelconsole
621
Stroomaansluitingen
621
Elektrische aansluitingen gebruiken
622
Dashboardkastje gebruiken
623
Zonnekleppen
624
Bagageruimte
625
Adviezen voor het vervoer van bagage
625
Lading vervoeren op het dak en op
lastdragers
626
Draagtashouders
627
Verankeringsogen
627
Doorsteekluik in achterbank*
628
EHBO-set*
628
Gevarendriehoek
628