2
0478 111 9912 I - NL
• Leen het apparaat alleen uit
aan personen die met dit
model en de bediening
ervan vertrouwd zijn en geef
altijd de gebruiksaanwijzing
mee.
Voorbereidende maatregelen
• Draag tijdens het maaien
altijd vaste
schoenen met grip
en een lange
broek.
Maai nooit op blote voeten
of bijvoorbeeld op sandalen.
• Controleer het complete
terrein waarop het apparaat
wordt gebruikt en verwijder
alle stenen, stokken, kabels,
botten en andere
verontreinigingen.
• Kijk vóór gebruik altijd of het
snijgereedschap, de
bevestigingsbout en de
complete snijeenheid zich in
perfecte staat bevinden.
• Neem de plaatselijk
voorgeschreven tijden voor
het gebruik van grasmaaiers
in acht.
Werkwijze bij het grasmaaien
• Vermijd het maaien van nat
gras. Door nat gras is er een
verhoogde kans op
ongevallen (Kans op
uitglijden).
• De door de fabrikant op het
apparaat geïnstalleerde
schakelinrichtingen mogen
niet worden verwijderd of
overbrugd, zoals bijv. een
schakelhefboom aan de
duwstang vastbinden.
• Maai alleen bij daglicht of bij
goede verlichting.
• Zorg altijd voor een goede
stand op hellingen. Maai niet
op zeer steile hellingen om
te voorkomen dat u de
controle over het apparaat
verliest.
• Maai altijd stapvoets. Door
snel te lopen met het
apparaat is er meer kans op
letsel door struikelen,
uitglijden enz.
• Maai dwars op de helling,
nooit naar boven of naar
beneden om bij het
eventueel verliezen van de
controle over het apparaat
of het vallen niet nog eens
door de draaiende
grasmaaier te worden
geraakt.
• Wees bijzonder voorzichtig
als u op een helling van
richting verandert om te
voorkomen dat u de controle
over het apparaat verliest.
• Wees bijzonder voorzichtig
bij het achteruitrijden en bij
het trekken van de
grasmaaier.
Struikelgevaar!
• Wees bijzonder voorzichtig
als u de grasmaaier
omdraait of naar u toe trekt.
• Zet de motor af of koppel
het maaimes los, als de
grasmaaier bij het
verplaatsen of rijden over
andere ondergronden dan
gras moet worden opgetild
en als u de grasmaaier naar
en van het maaivlak
verplaatst of rijdt.
• Gebruik de grasmaaier nooit
met beschadigde
veiligheidsvoorzieningen of
beschermroosters of zonder
aangebouwde
veiligheidsvoorzieningen,
bijv. zonder uitwerpklep of
zonder
grasopvanginrichting.
• Start de grasmaaier
voorzichtig. Houd uw voeten
op voldoende afstand van
het snijgereedschap.
• Om te starten het apparaat
op een vlakke ondergrond
zetten.
Bij het starten van de motor
mag het apparaat niet
worden gekanteld.
• Houd andere personen uit
de gevarenzone.
• Zolang de motor loopt, mag
de uitwerpklep niet worden
geopend en mag de
grasopvangbox niet worden
leeggemaakt. Het
ronddraaiende mes kan
letsel veroorzaken.
• Kans op letsel! Houd
handen of voeten
nooit tegen of onder
draaiende onder -
delen. Blijf altijd uit de buurt
van de uitwerpopening.
Neem steeds de door de
duwstang bepaalde
veiligheidsafstand in acht.
• Een maaier met draaiende
motor mag nooit worden
opgetild of gedragen.
• Bevestig nooit voorwerpen
aan de duwstang (bijv.
werkkleding).
• Schakel de motor uit en trek
de bou giestekker
eruit:
- voordat u blokkades opheft
of verstoppingen in het
uitwerpkanaal verwijdert.