31
1. Gasaansluiting aanbrengen volgens NBN D51-003
aanbrengen.
AT: De gasaansluiting volgens ÖVGW-TR Gas
1996 en de regionale bouwverordeningen tot
stand brengen.
CH: De gasaansluiting volgens SVGW tot stand
brengen.
Aanwijzing
In de gasleiding moet conform de voorschriften
voor het stoken een thermische afsluitinrichting zijn
ingebouwd.
Bij onzuiverheden in de gasleiding (bijv. oude lei-
dingen met corroderende producten) wordt aange-
raden om in de toevoer een gasfilter te installeren.
Gasaansluitdruk 20 mbar (2 kPa)
Max. toegestane gas-
aansluitdruk
50 mbar (5 kPa)
Gasaansluiting
■
400 kW R 1¼
■
500 en 630 kW R 1½
2. Gasleiding op dichtheid controleren.
!
Opgelet
Een te hoge testdruk leidt tot schade aan de
brander en de gascombinatieregelaar.
Max. testdruk 150 mbar (15 kPa).Bij
hogere druk voor het opsporen van lekkages
de brander en gascombinatieregelaar van
de hoofdleiding scheiden (schroefverbinding
losmaken).
Geek lekzoekspray op elektrische delen en
aansluitingen spuiten.
3. De gasleiding ontluchten.
Gevaar
Ontsnappend gas kan explosies veroorza-
ken met zeer ernstige verwondingen als
gevolg.
Gasleiding niet via de verbrandingsruimte
van de ketel ontluchten.
Brander aan gaszijde aansluiten
5783 641 B/fl