Inhoudsopgave
2 Installatie- en onderhoudshandleiding geoTHERM 0020250182_00
Inhoudsopgave
1 Veiligheid.............................................................. 4
1.1 Waarschuwingen bij handelingen.......................... 4
1.2 Algemene veiligheidsinstructies ............................ 4
1.3 Reglementair gebruik............................................. 7
1.4 Voorschriften (richtlijnen, wetten, normen) ............ 7
2 Aanwijzingen bij de documentatie..................... 8
2.1 Aanvullend geldende documenten in acht
nemen.................................................................... 8
2.2 Documenten bewaren ........................................... 8
2.3 Geldigheid van de handleiding .............................. 8
3 Productbeschrijving ............................................ 8
3.1 Veiligheidsinrichtingen........................................... 8
3.2 Opbouw en werking van het product..................... 9
3.3 Gegevens op het typeplaatje............................... 10
3.4 Toelichting bij de productstickers ........................ 10
3.5 CE-markering....................................................... 10
4 Montage.............................................................. 10
4.1 Verpakking verwijderen ....................................... 10
4.2 Leveringsomvang controleren ............................. 10
4.3 Opstelplaats kiezen ............................................. 11
4.4 Warmtepomp transporteren................................. 11
4.5 Afmetingen........................................................... 12
4.6 Minimumafstanden .............................................. 13
4.7 Montagesjabloon gebruiken ................................ 13
4.8 Product ophangen ............................................... 13
4.9 Voormantel demonteren ...................................... 14
4.10 Zijmantel demonteren.......................................... 14
4.11 Transportbeveiligingen verwijderen..................... 14
5 Hydraulische installatie..................................... 14
5.1 Hydraulische installatie uitvoeren ........................ 14
5.2 Vereisten aan het CV-circuit................................ 15
5.3 Warmtepomp op CV-circuit aansluiten ................ 15
5.4 Warmtepomp op brijncircuit aansluiten ............... 15
5.5 Afvoerleiding van het veiligheidsventiel
plaatsen ............................................................... 15
5.6 CV-circuit vullen en ontluchten ............................ 16
5.7 Brijncircuit vullen en ontluchten ........................... 17
6 Elektrische installatie ........................................ 18
6.1 Elektrische installatie uitvoeren ........................... 18
6.2 eBus-leidingen plaatsen ...................................... 19
6.3 Schakelkast openen ............................................ 19
6.4 Bedradingsschema's ........................................... 20
6.5 Thermostaat en toebehoren aan de
elektronica aansluiten.......................................... 22
6.6 Schakelkast sluiten.............................................. 22
6.7 Elektrische installatie controleren........................ 22
6.8 Installatie afsluiten ............................................... 22
7 Ingebruikname ................................................... 23
7.1 Bedieningsconcept van de warmtepomp............. 23
7.2 Warmtepomp in gebruik nemen .......................... 23
7.3 Installatieassistent doorlopen .............................. 23
7.4 Live monitor oproepen (statuscodes
controleren).......................................................... 24
7.5 Installateurniveau oproepen ................................ 24
7.6 Aanvoertemperatuurregeling CV-bedrijf.............. 24
7.7 Statistieken oproepen.......................................... 24
7.8 Productfunctie controleren................................... 24
8 Aanpassing aan de CV-installatie .................... 24
8.1 Aanpassing aan de CV-installatie........................ 24
8.2 Instelparameters van de warmtepomp ................ 24
8.3 Instellen van de hoogefficiënte pompen .............. 25
8.4 Aanvoertemperatuur in het CV-bedrijf instellen
(zonder aangesloten thermostaat)....................... 25
8.5 Aanvoertemperatuur in het koelbedrijf instellen
(zonder aangesloten thermostaat)....................... 25
8.6 Product aan de gebruiker opleveren ................... 26
9 Inspectie en onderhoud .................................... 26
9.1 Inspectie- en onderhoudschecklist ...................... 26
9.2 Inspectie- en onderhoudsintervallen in acht
nemen.................................................................. 26
9.3 Inspectie en onderhoud voorbereiden................. 26
9.4 Product reinigen................................................... 27
9.5 Vuldruk van de CV-installatie controleren en
corrigeren............................................................. 27
9.6 Vuldruk van het brijncircuit controleren en
corrigeren............................................................. 27
9.7 Heringebruikname en proefbedrijf uitvoeren ....... 27
10 Verhelpen van storingen................................... 27
10.1 Opsporen van fouten ........................................... 27
11 Vervangen van onderdelen............................... 28
11.1 Reserveonderdelen aankopen ............................ 28
12 Buitenbedrijfstelling .......................................... 29
12.1 Tijdelijke buitenbedrijfstelling............................... 29
12.2 Definitieve buitenbedrijfstelling............................ 29
13 Serviceteam........................................................ 30
Bijlage................................................................................. 31
A Warmtepompschema ........................................ 31
B Overzicht installateurniveau............................. 31
C Onderhoudsmeldingen ..................................... 34
D Statuscodes ....................................................... 34
E Foutcodes........................................................... 35
F Voelerkenwaarden externe
temperatuursensor VR 10 ................................. 38
G Voelerkenwaarden interne
temperatuursensoren........................................ 39
H Voelerkenwaarden
buitentemperatuurvoeler VRC
DCF ..................................................................... 40
I Technische gegevens ....................................... 40
J Hydraulische schema's..................................... 43
J.1 Hydraulisch schema 0020232108 ....................... 43
J.2 Hydraulisch schema 0020235577 ....................... 44
J.3 Hydraulisch schema 0020235580 ....................... 45
J.4 Hydraulisch schema 0020249867 ....................... 46