535173
10
Verklein
Vergroot
Pagina terug
1/24
Pagina verder
Bedienings- en installatiehandleiding
Voor de gebruiker/voor de installateur
BEnl
Bedienings- en installatiehandleiding
atmoSTOR
VGH
Vaillant gasgestookte boiler
Inhoudsopgave
2 Bedienings- en installatiehandleiding atmoSTOR 0020148317_00
Inhoudsopgave
1 Aanwijzingen bij de documentatie ...........................3
1.1 Documenten bewaren .....................................................3
1.2 Gebruikte symbolen ........................................................3
1.3 Geldigheid van de handleiding......................................3
1.4 CE-markering ....................................................................3
1.5 Typeplaatje ........................................................................3
2 Toestelbeschrijving ........................................................ 4
2.1 Typeoverzicht ....................................................................4
2.2 Gebruik volgens de voorschriften ................................4
3 Veiligheid ...........................................................................5
3.1 Veiligheids- en waarschuwingsaanwijzingen .............5
3.1.1 Classificatie van de waarschuwingen bij
handelingen ....................................................................... 5
3.2 Algemene veiligheidsaanwijzingen ..............................5
3.3 Voorschriften, normen en richtlijnen ..........................6
4 Bediening ..........................................................................7
4.1 Boiler voor ingebruikneming voorbereiden ..............7
4.2 Boiler in gebruik nemen .................................................7
4.3 Watertemperatuur instellen ..........................................8
4.4 Boiler buiten bedrijf stellen ...........................................8
4.5 Vorstbeveiliging ................................................................8
4.6 Reiniging ............................................................................9
4.7 Herinschakelen na storing .............................................9
4.8 Herinschakelen na uitschakelen door de
rookgassensor ...................................................................9
5 Installatie ........................................................................ 10
5.1 Voorwaarde ..................................................................... 10
5.2 Afmetingen ...................................................................... 10
5.3 Plaatsing .......................................................................... 10
5.3.1 Stookplaats controleren ............................................... 10
5.3.2 Opstellen .......................................................................... 10
5.3.3 Uitlijnen ............................................................................ 10
5.4 Gasleiding aansluiten ......................................................11
5.5 Waterleidingen aansluiten .............................................11
5.6 Rookgasbuis aansluiten .................................................12
5.7 Rookgassensor monteren .............................................13
5.8 Storing van de rookgassensor verhelpen .................14
5.9 Toestel bedrijfsklaar maken .........................................14
6 Gasinstelling ...................................................................15
6.1 Omstelmaatregelen ........................................................15
6.2 Aansluitstroomdruk controleren .................................15
6.3 Ontstekingsvlam instellen .............................................16
6.4 Aardgasinstelling controleren (volumetrische
methode) ...........................................................................17
6.5 Functie controleren ....................................................... 18
7 Inspectie/onderhoud.....................................................19
7.1 Beschermingsanode controleren ................................19
7.2 Brander en stromingsbeveiliging reinigen ................19
7.3 Binnenreservoir reinigen ...............................................21
7.4 Functiecontrole ................................................................21
8 Recycling en afvoer .....................................................22
9 Garantie en serviceteam ...........................................22
9.1 Fabrieksgarantie .............................................................22
9.2 Klantendienst ..................................................................22
10 Technische gegevens ..................................................23
Aanwijzingen bij de documentatie
Bedienings- en installatiehandleiding atmoSTOR 0020148317_00 3
1
1 Aanwijzingen bij de documentatie
De volgende aanwijzingen zijn een wegwijzer door de volle-
dige documentatie. Naast deze bedienings- en installatie-
handleiding zijn er andere documenten van toepassing.
Voor schade, ontstaan door het niet naleven van deze hand-
leidingen, kan Vaillant niet aansprakelijk worden gesteld.
Neem als gebruiker voor gebruik van uw toestel vooral de
hoofdstukken
Aanwijzingen bij de documentatie
Veiligheid
bediening
recycling en afvoer
zorgvuldig door.
De andere hoofdstukken van deze handleiding zijn bestemd
voor de installateur, die voor de eerste installatie verant-
woordelijk is.
Aanvullend geldende documenten in acht nemen
> Neem bij het gebruik en de installatie van de atmoSTOR
VGH absoluut alle bedienings- en installatiehandleidingen
van onderdelen en componenten van de installatie in
acht.
Deze bedienings- en installatiehandleidingen worden mee-
geleverd met de betreffende onderdelen van de installatie
en aanvullende componenten.
> Neem verder goed nota van alle gebruiksaanwijzingen
die bij de componenten van het systeem worden mee-
geleverd.
1.1 Documenten bewaren
> U dient deze bedienings- en installatiehandleiding even-
als alle aanvullend geldende documenten en eventueel
benodigde hulpmiddelen aan de gebruiker van de instal-
latie te geven.
Deze bewaart ze, zodat de handleidingen en hulpmiddelen
indien nodig ter beschikking staan.
1.2 Gebruikte symbolen
Hieronder worden de in de tekst gebruikte symbolen
verklaard.
i
Symbool voor een nuttige tip en informatie
> Symbool voor een vereiste handeling
1.3 Geldigheid van de handleiding
Deze handleiding geldt uitsluitend voor:
Typeaanduiding Artikelnummer
VGH 130/5 XZU
0010014077
VGH 160/5 XZU
0010014078
VGH 190/5 XZU
0010014079
VGH 220/5 XZU
0010014080
1.1 Artikelnummers
1.4 CE-markering
Met de CE-markering wordt aangegeven dat de toestellen
volgens het typeoverzicht aan de gastoestelrichtlijn
(2009/142/EG) voldoen.
1.5 Typeplaatje
Het typeplaatje bevindt zich op de mantelplaat vooraan.
Toestelbeschrijving
4 Bedienings- en installatiehandleiding atmoSTOR 0020148317_00
2
2 Toestelbeschrijving
2.1 Typeoverzicht
Type
atmoSTOR
Land van bestem-
ming
Benaming vol-
gens ISO 3166
Toelatings-
categorie
Gas
(af fabriek)
Nominale
inhoud
V
s
[dm
3
(l)]
Nominaal
warmtever-
mogen
P
n
[kW]
Nominale
warmtebe-
lasting
Q
n
[kW]
Vaillant
kenletter
VGH 130/5 XZU
VGH 160/5 XZU
VGH 190/5 XZU
VGH 220/5 XZU
BEfr (België)
I
E+
Type B
11BS
E+
G20
20 mbar/hPa
(aardgas)
130
160
188
220
6,30
7, 25
8,20
8,20
7,0 0
8,00
9,00
9,00
H
2.1 Typeoverzicht voor aardgastoestellen
2.2 Gebruik volgens de voorschriften
De Vaillant boilers atmoSTOR VGH .../5 zijn gebouwd vol-
gens de huidige stand van de techniek en de erkende veilig-
heidsvoorschriften. Toch kunnen er bij ondeskundig of onei-
genlijk gebruik gevaren voor lijf en leven van de gebruiker
of derden resp. beschadigingen aan het toestel en andere
voorwerpen ontstaan.
De Vaillant gasgestookte boiler atmoSTOR VGH .../5 is een
direct verwarmde staande warmwaterboiler voor een geslo-
ten (drukvast) systeem met een gasbrander voor aardgas.
Hij dient voor de comfortabele en economische warmwater-
voorziening in flats, een- en meergezinswoningen, restau-
rants, enz.
De gasgestookte boiler atmoSTOR VGH .../5 kan in wonin-
gen, kelderruimtes, bergruimtes of polyvalente ruimtes
geïnstalleerd worden, waarbij deze handleiding in acht
genomen moet worden.
Een ander gebruik dan het in deze handleiding beschreven
gebruik of een gebruik dat van het hier beschreven gebruik
afwijkt, geldt als niet reglementair. Niet reglementair is ook
elk direct commercieel en industrieel gebruik. Voor schade
die hieruit voortvloeit, kan de fabrikant/leverancier niet
aansprakelijk worden gesteld. Uitsluitend de gebruiker is
hiervoor verantwoordelijk.
Het reglementaire gebruik houdt in:
het naleven van de bijgevoegde gebruiks-, installatie- en
onderhoudshandleidingen van het Vaillant-product en
van andere onderdelen en componenten van de installa-
tie
het naleven van alle in de handleidingen vermelde
inspectie- en onderhoudsvoorwaarden.
Attentie!
Ieder misbruik is verboden.
Bedienings- en installatiehandleiding atmoSTOR 0020148317_00 5
a
Veiligheid
a
3
3 Veiligheid
3.1 Veiligheids- en waarschuwingsaanwijzingen
Neem bij gebruik en installatie goed nota van de algemene
veiligheidsaanwijzingen en de waarschuwingen die vóór
elke handeling staan vermeld.
3.1.1 Classificatie van de waarschuwingen bij
handelingen
De waarschuwingen bij handelingen zijn als volgt door
waarschuwingstekens en signaalwoorden aangaande de
ernst van het potentiële gevaar ingedeeld:
Waarschu-
wing
Signaal-
woord
Toelichting
a
Gevaar! Onmiddellijk levensgevaar of
gevaar voor ernstig lichamelijk
letsel
e
Gevaar! Levensgevaar door elektrische
schok
a
Waarschu-
wing!
Gevaar voor licht lichamelijk let-
sel
b
Attentie! Kans op materiële schade of mili-
euschade
3.2 Algemene veiligheidsaanwijzingen
Plaatsing en instelling
Het toestel mag uitsluitend door een installateur worden
geïnstalleerd. Hierbij moet hij de bestaande voorschriften,
regels en richtlijnen in acht nemen. Deze is eveneens
bevoegd voor inspectie, onderhoud en reparatie van het
toestel en voor wijzigingen van het ingestelde gasvolume.
Handelwijze in noodgevallen bij gaslucht
Door een storing kan er een gaslucht optreden en tot ver-
giftigings- en explosiegevaar leiden. Bij gaslucht in gebou-
wen handelt u als volgt:
> Vermijd ruimtes met gaslucht.
> Doe, indien mogelijk, deuren en ramen wijd open en zorg
voor doortocht.
> Vermijd open vuur (bv. aansteker, lucifer).
> Niet roken.
> Bedien geen elektrische schakelaars, geen stekkers,
geen deurbellen, geen telefoons en andere communica-
tiesystemen in huis.
> Sluit de gastellerafsluitkraan of de hoofdkraan.
> Sluit, indien mogelijk, de gaskraan op het toestel.
> Waarschuw andere huisbewoners door te roepen of aan
te kloppen.
> Verlaat het gebouw.
> Verlaat bij hoorbaar uitstromen van gas onmiddellijk het
gebouw en voorkom dat derden het gebouw betreden.
> Alarmeer de brandweer en politie buiten het gebouw.
> Neem contact op met de storingsdienst van het energie-
bedrijf vanaf een telefoonaansluiting buiten het huis.
Wat te doen in noodgevallen bij gaslucht
Door een storing kan gaslucht uittreden en tot vergifti-
gingsgevaar leiden. Bij gaslucht in gebouwen handelt u als
volgt:
> Doe, indien mogelijk, deuren en ramen wijd open en zorg
voor doortocht.
> Schakel de atmoSTOR VGH uit.
Schade door ondeskundige veranderingen
vermijden
U dient geen veranderingen uitvoeren:
aan het toestel
aan de toevoerleidingen
aan de afvoerleidingen voor rookgas.
Het veranderingsverbod geldt ook voor bouwconstructies in
de omgeving van het toestel, voor zover deze van invloed
kunnen zijn op de gebruiksveiligheid van het toestel.
Voorbeelden hiervoor zijn:
Be- en ontluchtingsopeningen in deuren, plafonds, ramen
en wanden mag u niet afsluiten, ook niet tijdelijk. Bedek
bijvoorbeeld geen ventilatieopeningen met kledingstuk-
ken of dergelijke. Bij het leggen van vloerbedekking
mogen de ventilatie-openingen aan de onderkant van
deuren niet worden afgesloten of kleiner worden
gemaakt.
De ongehinderde luchttoevoer naar het toestel mag niet
verstoord worden. Let hier vooral op bij het eventueel
opstellen van kasten, rekken of dergelijke. Een kastach-
tige mantel van het toestel valt onder de betreffende uit-
voeringsvoorschriften.
Vraag uw installateur om informatie, als u een dergelijke
mantel wenst.
Openingen voor luchttoevoer en rookgas aan buitenge-
vels moet u vrijhouden. Zorg ervoor dat afdekkingen van
de openingen, die bijv. bij werkzaamheden aan de buiten-
gevel aangebracht werden, opnieuw verwijderd werden.
6 Bedienings- en installatiehandleiding atmoSTOR 0020148317_00
a
Veiligheid
a
3
Breng geen bijkomende toestellen voor verwarming,
warm water of ventilatie alsook wasdrogers of afzuig-
kappen in de omgeving van het toestel aan zonder voor-
afgaande samenspraak met uw installateur.
Bij het inbouwen van voegdichte vensters moet u in
samenspraak met uw installateur ervoor zorgen dat er
voldoende verbrandingsluchttoevoer naar het toestel
gegarandeerd is.
Voor wijzigingen aan het toestel of in de omgeving ervan is
in elk geval de erkende installateur bevoegd!
Explosiegevaar vermijden
> Gebruik of bewaar geen explosieve of licht ontvlambare
stoffen, zoals bijv. benzine of verf, in de opstellingsruimte
van het toestel.
Verbrandingen vermijden
> Houd er rekening mee dat uit de aftapkranen stromend
water heet kan zijn.
> Houd er rekening mee dat de afdekkap voor de brander
eveneens heet kan zijn.
> Houd vooral kleine kinderen uit de buurt van de armatu-
ren en de atmoSTOR VGH.
Tijdens de opwarmingstijd van het toestel kan heet water
uit de afblaasleiding naar buiten komen.
> Houd de afblaasleiding van de veiligheidsgroep altijd vrij.
Wat te doen bij schade aan het toestel
> Schakel bij schade aan de atmoSTOR VGH het toestel
onmiddellijk uit.
> Breng de installateur op de hoogte.
> Grijp niet zelf in.
Schade door ondichtheden vermijden
> Bij eventuele ondichtheden in de buurt van de warmwa-
terleiding tussen toestel en tappunten onmiddellijk de
koudwaterstopkraan aan het toestel sluiten.
> Laat de lekkage door uw installateur verhelpen.
Schade door corrosie vermijden
Gebruik geen sprays, oplosmiddelen, chloorhoudende reini-
gingsmiddelen, verf, lijm etc. in de omgeving van het toe-
stel. Deze stoffen kunnen onder ongunstige omstandighe-
den leiden tot corrosie - ook in het rookgasafvoersysteem.
Vorstschade vermijden
Om alle veiligheidsfuncties te kunnen gebruiken, mag u de
boiler niet volledig uitschakelen. Als u het toestel langere
tijd in een vorstgevaarlijke, onverwarmde ruimte buiten
bedrijf wilt stellen, dan moet u de boiler volledig legen.
3.3 Voorschriften, normen en richtlijnen
De plaatsing, installatie en eerste ingebruikname van het
Vaillanttoestel mag enkel uitgevoerd worden door een
bekwaam installateur die, onder zijn verantwoordelijkheid
de bestaande normen en de installatievoorschriften naleeft.
Deze brochure moet aan de gebruiker overhandigd worden.
De installatie dient uitgevoerd te worden in overeenstem-
ming met de volgende normen, voorschriften en richtlijnen:
Alle bestaande voorschriften van de plaatselijke water-
maatschappij en BELGAQUA.
Alle NBN-voorschriften in verband met drinkwatervoor-
ziening en reglementen waaronder de NBN E 29-804.
De Belgische norm NBN D 51-003 voor brandstoffen lich-
ter dan lucht.
NBN 61-002
Voor propaan NBN 51-006
Alle NBN-voorschriften voor elektrohuishoudelijke toe-
stellen m.a.w. :
NBN C 73 - 335 - 30
NBN C 73 - 335 - 35
NBN 18 - 300
NBN 92 - 101 enz.
De ARAB- en AREI-voorschriften
Bij de eerste in bedrijfstelling moet de installateur zowel
de gasals de wateraansluitingen van de installatie en het
toestel op dichtheid controleren.
Bediening
Bedienings- en installatiehandleiding atmoSTOR 0020148317_00 7
4
4 Bediening
Deze paragraaf richt zich hoofdzakelijk tot de gebruiker van
de installatie en bevat alles wat u moet weten over de
bediening van de boiler.
4.1 Boiler voor ingebruikneming voorbereiden
1
4.1 Koudwaterstopkranen openen
> Open de koudwaterstopkranen (1) door naar links tot aan
de aanslag te draaien.
> Open daarna een warmwateraftappunt tot er water uit-
stroomt om er zeker van te zijn dat de atmoSTOR VGH
met water gevuld is.
4.2 Gasafsluitkraan openen
> Open de gasafsluitkraan door de greep in te drukken en
tot aan de aanslag naar links te draaien.
4.2 Boiler in gebruik nemen
1
2
3
7
4
5
6
4.3 Brander starten
Legenda
1 Bedieningsknop
2 Temperatuurkeuzeknop
3 Gasverdeelbuis
4 Ontgrendelingsknop
5 Temperatuurbegrenzer
6 Piëzo-ontsteker
7 Opening van de afdekkap
> Draai de temperatuurkeuzeknop (2) op stand "E" = 60 °C
("E" staat boven het cijfer "4").
> Druk eerst de bedieningsknop (1) in, draai deze dan in
ontstekingsstand
en houd de knop ingedrukt vast.
> Druk de piëzo-ontsteker (6) meerdere keren kort na
elkaar in tot de ontstekingsvlam brandt.
> De ontstekingsvlam kunt u door de bovenste opening van
de afdekkap (7) zien.
> Houd de bedieningsknop (1) nog ongeveer 10 seconden
ingedrukt.
> Als de ontstekingsvlam uitgaat, wacht dan ca. 1 minuut.
Bediening
8 Bedienings- en installatiehandleiding atmoSTOR 0020148317_00
4
a
Gevaar!
Verbrandingsgevaar door ontploffing!
Gaat de ontstekingsvlam na het ontsteken
uit, dan kan er een geringe hoeveelheid gas
ontsnappen. Het onmiddellijk opnieuw ont-
steken via de bedieningsknop kan in
extreme gevallen tot ontploffing met een
steekvlam leiden.
> Wacht na het uitgaan van de ontstekings-
vlam absoluut ca. 1 minuut voor u de
bedieningsknop opnieuw draait en
indrukt.
> Herhaal de volledige ontstekingsprocedure.
> Brandt de ontstekingsvlam, dan kunt u de bedienings-
knop (1) op stand
draaien.
Na het loslaten blijft de bedieningsknop op
staan. De
hoofdbrander treedt dan in werking.
4.3 Watertemperatuur instellen
1
4.4 Watertemperatuur instellen
De temperatuur is aan de temperatuurkeuzeknop (1) trap-
loos van ongeveer 40 °C (stand "1" boven) over ca. 60 °C
(stand "E" boven) tot ca. 70 °C (stand "5" boven) instelbaar.
Uit economische en hygiënische overwegingen (b.v. legio-
nellabacteriën) adviseren wij de instelling "5" (ca. 60 °C).
Bij installaties met lange buisleidingen (bijv. ziekenhuizen,
bejaardentehuizen, meergezinswoningen) moet de water-
temperatuur op 60 °C (stand "5") ingesteld worden. Dit
geldt ook voor installaties met meerdere boilers, als deze
samen een inhoud van meer dan 400 l hebben.
i
De atmoSTOR VGH schakelt automatisch in als
de door u aan de bedieningsknop (¬ afb. 4.3,
pos. 1) ingestelde watertemperatuur onderschre-
den wordt en schakelt automatisch uit als de
ingestelde watertemperatuur bereikt is.
4.4 Boiler buiten bedrijf stellen
> Draai de bedieningsknop (¬ afb. 4.3, pos. 1) onder licht
indrukken in "uit"-stand
.
> Sluit de gasafsluitkraan.
4.5 Vorstbeveiliging
1
2
4.5 Boiler leegmaken
Bij vorstgevaar in de opstellingsruimte houdt u uw
atmoSTOR VGH in gebruik. Als u dit niet wenst, moet u hem
na de buitenbedrijfstelling leegmaken. Ga hiervoor als volgt
te werk:
> Sluit de koudwateraftapkranen.
> Sluit de gasafsluitkraan.
> Verwijder de afdekkap (2) voor de brander en open het
daaronder voorhanden aftapventiel (1) en een warmwa-
teraftappunt tot de atmoSTOR VGH volledig geleegd is.
Bediening
Bedienings- en installatiehandleiding atmoSTOR 0020148317_00 9
4
4.6 Reiniging
b
Opgelet!
Beschadigingsgevaar door verkeerd
onderhoud!
Ongeschikte reinigingsmiddelen leiden tot
schade aan de buitendelen en de mantel
van de boiler. Gebruik geen schurende of
oplossende reinigingsmiddelen (allerhande
schuurmiddelen, benzine e.d.).
> Reinig de boiler met een vochtige, evt. in
zeepwater gedrenkte doek.
4.7 Herinschakelen na storing
Als de atmoSTOR VGH door een storing niet meer automa-
tisch in werking treedt, kunt u eens proberen om het toestel
opnieuw in te schakelen.
> Draai de bedieningsknop in "uit"-stand
(¬ afb. 4.3,
pos. 1).
> Wacht na het uitschakelen ca. een minuut.
> Neem het toestel in gebruik (¬ hfdst. 4.2).
a
Gevaar!
Levensgevaar bij defect!
Bij het meermaals uitschakelen kan er
sprake zijn van een gevaarlijke toestand.
> Neem het toestel buiten bedrijf.
> Sluit de gasafsluitkraan.
> Neem contact op met uw installateur om
de storing te laten verhelpen.
4.8 Herinschakelen na uitschakelen door de
rookgassensor
a
Gevaar!
Vergiftigingsgevaar door ontbrekende
rookgasbewaking!
Bij een buiten bedrijf gestelde rookgassen-
sor schakelt de brander niet automatisch
uit als er rookgas lekt.
> Stel de rookgassensor in geen geval bui-
ten bedrijf.
De Vaillant atmoSTOR VGH is met een rookgassensor uitge-
rust waarbij voor de bewaking van de rookgasafvoer de
stromingsbeveiliging met een temperatuurvoeler uitgerust
is. De rookgassensor schakelt de brander automatisch uit
als er rookgas in de stookruimte lekt. Dit kan bij tijdelijke
storingen van de rookgasinstallatie of bij ongunstige win-
domstandigheden het geval zijn.
Bij eenmalige storing is de heringebruikneming als volgt
mogelijk:
> Draai de bedieningsknop in "uit"-stand
(¬ afb. 4.3,
pos. 1).
> Druk de ontgrendelingsknop in (¬ afb. 4.3, pos. 4).
> Neem het toestel in gebruik (¬ hfdst. 4.2).
a
Gevaar!
Levensgevaar bij defect!
Bij het meermaals uitschakelen kan er
sprake zijn van een gevaarlijke toestand.
> Neem het toestel buiten bedrijf.
> Sluit de gasafsluitkraan.
> Neem contact op met uw installateur om
de storing te laten verhelpen.
> Controleer bij herhaalde storing de rookgasinstallatie, de
verbrandingsluchttoevoer en de correcte afvoer van de
rookgassen.
Installatie
10 Bedienings- en installatiehandleiding atmoSTOR 0020148317_00
5
5 Installatie
5.1 Voorwaarde
Vóór de installatie moet het standpunt van het energiebe-
drijf worden gevraagd.
Breng bij schade aan het toestel voor het aansluiten onmid-
dellijk de leverancier op de hoogte.
De installatie en de eerste ingebruikneming mogen uitslui-
tend door een erkende installateur uitgevoerd worden. Deze
is ook verantwoordelijk voor de naleving van bestaande
normen en voorschriften.
> Controleer voor de installatie of de op het typeplaatje
aangegeven waarden, vooral de gassoort, met de plaat-
selijke omstandigheden overeenkomen.
5.2 Afmetingen
250
C
A
522
126
B
595
> 400
Ø 550
Ø 90
5.1 Afmetingen (in mm)
atmoSTOR
Maten
AB
C
VGH 130 1195 1071 1057
VGH 160 1368 1244 1230
VGH 190 1533 1409 1395
VGH 220 1760 1636 1622
5.1 Afmetingen (in mm)
5.3 Plaatsing
5.3.1 Stookplaats controleren
De verbrandingslucht die naar het toestel stroomt, moet
technisch vrij zijn van chemische stoffen, die bijv. fluor,
chloor of zwavel bevatten. Sprays, oplos- en reinigingsmid-
delen, verf, lijm enz. bevatten dergelijke stoffen die bij het
gebruik van het toestel in het slechtste geval kunnen leiden
tot corrosie (ook in de rookgasinstallatie). De vereiste
grootte van de ruimte alsook de be- en ontluchting ervan
moeten aan de geldende voorschriften voldoen. Neem bij
de opstelling het totale gewicht van de atmoSTOR VGH
(¬ hfdst. 10) in acht. Het opstellingsvlak moet horizontaal
zijn.
5.3.2 Opstellen
> Stel het toestel zodanig in de buurt van een rookgas-
schoorsteen op, zodat
warm- en koudwateraansluiting naar de installatie-
wand toe liggen.
er voldoende plaats is voor uit- en herinbouw van de
brander alsook van de beschermingsanode bij het
onderhoud.
de armaturen voor de bediening makkelijk toeganke-
lijk zijn.
aan de rechterkant tussen atmoSTOR VGH en de
muur minstens 400 mm vrije ruimte blijft om het bin-
nenreservoir door de reinigingsflens schoon te kunnen
maken.
5.3.3 Uitlijnen
> Lijn de atmoSTOR VGH met de verstelbare voeten hori-
zontaal uit.
Installatie
Bedienings- en installatiehandleiding atmoSTOR 0020148317_00 11
5
5.4 Gasleiding aansluiten
> Leg de buisdiameter conform de geldende plaatselijke
voorschriften m.b.t. de aansluitwaarde van de gasge-
stookte boiler vast.
2
1
5.2 Gasaansluiting tot stand brengen
b
Opgelet!
Functiestoring door verontreiniging!
Vreemde voorwerpen, zoals bijv. vuil,
bewerkingsresten of afdichtingsmateriaal in
het gasblok kunnen storingen veroorzaken.
> Blaas de gasleiding voor de aansluiting
van het toestel zorgvuldig uit, zodat er
geen vreemde voorwerpen in de tempe-
ratuurkeuzeknop (1) terecht kunnen
komen!
> Bouw in de gasaansluitleiding een gasafsluitkraan (2) in.
> Controleer alle aansluitingen op dichtheid.
5.5 Waterleidingen aansluiten
595
550
101,5
650
150
90
R3/4
R3/4
100
242
R3/4
1
2
3
45
6
5.3 Wateraansluiting tot stand brengen
1 Koudwateraansluiting R3/4 (blauwe ring)
2 Stromingsbeveiliging
3 Reinigingsopening
4 Magnesiumbeschermingsanode
5 Circulatieaansluiting R3/4 (zwarte ring)
6 Warmwateraansluiting R3/4 (rode ring)
De atmoSTOR VGH kan met alle volgens DIN 1988
toegestane installatiematerialen aangesloten worden.
Voor de wateraansluitingen kunnen stalen of koperen bui-
zen gebruikt worden. Kunststofbuizen zijn alleen in de koud-
waterleiding tot aan de veiligheidsgroep toegestaan. Bij de
installatie van de wateraansluiting gaat u als volgt te werk:
> Controleer en spoel het volledige aan te sluiten water-
leidingnet.
Installatie
12 Bedienings- en installatiehandleiding atmoSTOR 0020148317_00
5
gfedc ab
h
I
II
III
5.4 Veiligheidsgroepen
I Vaillant veiligheidsgroep DN 20 zonder drukregelaar
II Vaillant veiligheidsgroep DN 20 met drukregelaar
III Stromingsrichting
a Membraanveiligheidsklep
b Koudwaterstopkraan
c Manometeraansluitstuk
d Terugstroomklep
e Controleventiel
f Drukregelaar
g Koudwaterstopkraan
h Koudwaterhuisleiding
> Installeer de koudwaterleiding met de vereiste veilig-
heidsgroepen en sluit deze aan de aansluiting (1) aan:
Waterdruk aan de installatieplaats onder 4,8 bar:
gekeurde veiligheidsgroep DN 20 zonder drukregelaar
(I) gebruiken,
voor atmoSTOR VGH 130, 160 en 190:
Toebehoren art.-nr. 660
voor atmoSTOR VGH 220:
Toebehoren art.-nr. 661
Waterdruk aan de installatieplaats boven 4,8 bar:
gekeurde veiligheidsgroep DN 20
met drukregelaar (II) gebruiken,
voor atmoSTOR VGH 130, 160 en 190:
Toebehoren art.-nr. 9460
voor atmoSTOR VGH 220:
Toebehoren art.-nr. 9461
> Installeer de warmwaterleiding en sluit deze aan de aan-
sluiting (6) aan.
> Installeer evt. een circulatieleiding en sluit deze aan de
aansluiting (5) aan.
> Breng de veiligheidsklep op een goed toegankelijke
plaats aan, opdat deze tijdens het gebruik geventileerd
kan worden. Breng deze indien mogelijk boven de boiler
aan.
Bouw de veiligheidsklep zodanig in dat personen bij het
uitblazen geen gevaar lopen door heet water of stoom.
De afblaasleiding moet aangepast zijn aan de grootte van
de uitlaatopening van de veiligheidsklep en mag maximaal
twee bochtstukken hebben en max. 2 m lang zijn. Ze moet
altijd open blijven en er moet altijd ingekeken kunnen wor-
den.
i
Omdat door een circulatieleiding stand-byverlie-
zen ontstaan, mag deze alleen bij een ver ver-
takt warmwaternet aangesloten worden. Is een
circulatieleiding vereist, dan moet deze volgens
de CV-verordening met een tijdschakelklok uit-
gerust worden (zie ook DVGW werkblad W 551).
i
Tussen membraanveiligheidsklep en
atmoSTOR VGH mag er geen afsluitmogelijkheid
bestaan.
5.6 Rookgasbuis aansluiten
a
Gevaar!
Vergiftigingsgevaar en defect door ver-
keerde plaatsing van de rookgasbuis!
De rookgasbuis mag niet in de open ruimte
van de schoorsteen steken. Anders is het
perfect afvoeren van het rookgas niet gega-
randeerd.
> Zorg ervoor dat de rookgasbuis niet in de
vrije ruimte van de schoorsteen steekt.
Bij de montage van de rookgasaansluiting moet u de gel-
dende plaatselijke voorschriften in acht nemen.
Zorg door een juiste dimensionering en plaatsing in de
schouw voor een perfecte afvoer van het rookgas. Dit is
nodig omdat de Vaillant atmoSTOR VGH voor de energie-
besparing met hoog rendement werkt.
Installatie
Bedienings- en installatiehandleiding atmoSTOR 0020148317_00 13
5
0,5 m
1
2
5.5 Rookgasaansluiting tot stand brengen
i
Win voor de aansluiting aan de schouw het
advies van de installateur in.
> Plaats de rookgasbuis (1) (Ø 90 mm) in de aansluiting
van de stromingsbeveiliging (2).
De rookgasbuis moet minstens 0,5 m verticaal naar boven
geleid worden voor een kniestuk in de rookgasbuis
geplaatst wordt.
> Plaats de rookgasbuis stijgend naar de schoorsteen toe.
5.7 Rookgassensor monteren
2
1
4
3
5
6
5.6 Montage van de rookgassensor
De rookgassensor bestaat uit:
Temperatuurbegrenzer (2)
Thermostroomwissel (1)
Kabelgoot (4)
Temperatuurvoeler (6)
Ga voor de montage van de rookgassensor als volgt te
werk:
> Schuif de capillaire buis (5) draaiend door de kabelgoot
(4) (niet knikken).
> Steek de temperatuurbegrenzer (2) met de klem op de
verbindingsbuis onder de temperatuurkeuzeknop (3).
> Steek de thermostroomwissel (1) op de temperatuur-
begrenzer (2).
Installatie
14 Bedienings- en installatiehandleiding atmoSTOR 0020148317_00
5
5.8 Storing van de rookgassensor verhelpen
Voor de registratie en bewaking van de rookgastemperatuur
is de rookgassensor met een temperatuurvoeler in de stro-
mingsbeveiliging uitgerust.
Bij eenmalige storing is de heringebruikneming als volgt
mogelijk:
> Draai de bedieningsknop in "uit"-stand
(¬ afb. 4.3,
pos. 1).
> Druk de ontgrendelingsknop in (¬ afb. 4.3, pos. 4).
> Neem het toestel zoals beschreven in gebruik.
Gelieve bij herhaalde storing de rookgasinstallatie, de ver-
brandingsluchttoevoer en de correcte afvoer van de rook-
gassen te controleren.
i
In geen geval mag de rookgasbewakingsinrich-
ting buiten bedrijf gesteld worden.
5.9 Toestel bedrijfsklaar maken
b
Opgelet!
Defect door verkeerde gassoort!
> Vergelijk vóór inbedrijfstelling van het
toestel de gegevens m.b.t. de ingestelde
gassoort op het typeplaatje met de gas-
soort ter plaatse. Een controle van het
gasvolume is niet nodig. De instelling
gebeurt aan de hand van het CO
2
-aan-
deel in het rookgas.
> Controleer of de geleverde toesteluitvoering met de
voorhanden gassoort overeenkomt.
> Stel de gassoort om als de geleverde toesteluitvoering
niet met de voorhanden gasfamilie of de gassoort over-
eenkomt.
Principieel is geen gasinstelling vereist.
Eventueel kunt u de instelling volgens het hoofdstuk "Gasin-
stelling controleren" controleren.
i
Vergelijk de gegevens op het typeplaatje met de
plaatselijke gasomstandigheden (gassoort en
Wobbe-index). Informatie krijgt u bij de plaatse-
lijke gasmaatschappij.
III
I
gb
II
2
1
5.7 Inbedrijfstelling
Legenda
I Vaillant veiligheidsgroep DN 20 zonder drukregelaar
II Vaillant veiligheidsgroep DN 20 met drukregelaar
III Stromingsrichting
1 Afdekkap
2 Gasafsluitkraan
b Afsluitklep
g Koudwaterstopkraan
> Monteer voor de branderopening de afdekkap (1).
> Open de gasafsluitkraan (2).
> Open de afsluitventielen (b en g).
> Vul de atmoSTOR VGH met water
> Neem het toestel zoals beschreven in gebruik.
Gasinstelling
Bedienings- en installatiehandleiding atmoSTOR 0020148317_00 15
6
6 Gasinstelling
6.1 Omstelmaatregelen
Het toestel is af fabriek ingesteld op aardgas E+.
Een gasinstelling achteraf is niet vereist.
De volgende tabel toont de Wobbe-indexbereiken en de ver-
eiste omstellingsmaatregelen:
2e Gasfamilie
Aardgas E+
Aansluitdruk [mbar] 20
Wobbe-index
W
s
[MJ/m
3
]
45,66 - 54,76
Omstelling Fabrieksinstelling
6.1 Gasinstelling
6.2 Aansluitstroomdruk controleren
a
Gevaar!
Levensgevaar door defect bij niet toege-
stane aansluitdruk!
Aardgas:
U mag geen instellingen uitvoeren als de
aansluitdruk minder dan 18 hPa/mbar en
meer dan 33 hPa/mbar bedraagt!
> Stel het toestel buiten bedrijf als de aan-
sluitdruk niet in het toegestane bereik
ligt.
> Informeer de gasmaatschappij.
2
1
6.1 Aansluitstroomdruk controleren
> Sluit de gasafsluitkraan.
> Maak de afdichtschroef aan de meetaansluiting (2) voor
de aansluitdruk los.
> Sluit de U-buismanometer aan de meetaansluiting (2)
voor de aansluitdruk aan.
> Open de gasafsluitkraan.
> Neem de atmoSTOR VGH in gebruik.
> Meet de aansluitstroomdruk.
Toegestaan drukbereik:
17 tot 25 mbar/hPa bij aardgas
> Draai de bedieningsknop (1) in "uit"-stand.
> Sluit de gasafsluitkraan.
> Sluit de U-buis-manometer aan.
> Draai de afdichtschroef aan de meetaansluiting (2) voor
de aansluitdruk gasdicht in.
> Controleer de dichtheid.
> Neem de atmoSTOR VGH in gebruik.
Gasinstelling
16 Bedienings- en installatiehandleiding atmoSTOR 0020148317_00
6
6.3 Ontstekingsvlam instellen
6
4
5
7
8
1
2
3
6.2 Ontstekingsvlam instellen
Legenda
1 Meetaansluiting verstuiverdruk
2 Instelschroef ontstekingsgas
3 Beschermkap
4 Meetaansluiting aansluitdruk
5 Temperatuurkeuzeknop
6 Drukregelaar-blokkeerschroef
7 Instelschroef verstuiverdruk
8 Bedieningsknop
De ontstekingsvlam kan door de opening van de afdekkap
gecontroleerd worden. Bij een gelijkmatig vlambeeld moet
de ontstekingsvlam de bovenste helft van het thermo-ele-
ment raken. Is dit niet het geval, dan moet de instelling na
het afnemen van de beschermkap (3) aan de ontstekings-
gasinstelschroef (2) uitgevoerd worden (gewenste instelling
ongesmoord):
i
Met de klok mee draaien zorgt voor een kleinere
ontstekingsvlam.
Tegen de klok in draaien zorgt voor een grotere
ontstekingsvlam.
Gasinstelling
Bedienings- en installatiehandleiding atmoSTOR 0020148317_00 17
6
6.4 Aardgasinstelling controleren
( volumetrische methode)
> Tap bij een opgewarmde atmoSTOR VGH warm water om
de boilertemperatuur te verlagen.
> Neem het toestel in gebruik.
> Zet de temperatuurkeuzeknop op de stand "E"
(¬ afb. 6.2, pos. 5).
> Stel alle andere gastoestellen buiten bedrijf die via
dezelfde gasteller aangesloten zijn.
> Lees de doorstroming in l/min aan de gasteller af
(meting het best met een chronometer).
1e gasfamilie: aardgas van de groep 2 E+; af fabriek ingesteld voor W
s
= 50,72 MJ/m
3
, H
i
= 34,02 MJ/m
3
atmoSTOR
Nominale
warmtebe-
lasting
Hoofdbranderverstuiver
Ontstekingsbran-
derverstuiver
Gasdoorstro-
ming
Verstuiverdruk
[kW] Aantal Aanduiding* Aanduiding* [l/min] [hPa/mbar]
VGH 130/5 XZU 7,0 3 138 25 12,5 19,8
VGH 160/5 XZU 8,0 3 145 25 14,2 19,8
VGH 190/5 XZU 9,0 3 155 25 16,0 19,8
VGH 220/5 XZU 9,0 3 155 25 16,0 19,8
6.2 Gasfamilies
* De verstuivers zijn met de in deze tabellen vermelde waarden
gestempeld. De aanduiding komt overeen met de boringsdiame-
ter vermenigvuldigd met 100.
> Vergelijk de afgelezen gasdoostromingshoeveelheid met
de gewenste waarden (¬ tab. 6.2).
Bij afwijkingen van minder dan 10 % zijn er geen maatre-
gelen vereist.
Als de afwijkingen groter dan 10 % zijn, controleer dan de
voorsmoorkleppen en de branderverstuiver (¬ tab. 6.2).
> Win het advies van de fabrieksklantendienst in als u bij
deze controle geen onregelmatigheid vaststelt en er na
samenspraak met de bevoegde gasmaatschappij geen
storing in de gasvoorziening is.
Gasinstelling
18 Bedienings- en installatiehandleiding atmoSTOR 0020148317_00
6
6.5 Functie controleren
1
2
6.3 functiecontrole
> Tap bij een opgewarmde atmoSTOR VGH warm water om
de boilertemperatuur te verlagen.
> Neem de atmoSTOR VGH in gebruik (¬ hfdst. 4).
> Controleer de atmoSTOR VGH op gasdichtheid.
> Controleer de perfecte rookgasgeleiding aan de stro-
mingsbeveiliging (1) en aan de gasuitlaat uit de brander-
kamer onder de afdekkap (2).
> Controleer ontsteking en vlambeeld van de brander.
> Controleer de ontstekingsvlam op juiste instelling.
> Controleer de installatie op dichtheid aan waterzijde.
> Maak de klant met de bediening van het toestel ver-
trouwd.
> Wijs de klant erop dat na bouwkundige veranderingen
die de verbrandingsluchtvoorziening hinderen, een
nieuwe functiecontrole door de installateur vereist is.
> Adviseer het afsluiten van een inspectie-/ onderhouds-
contract.
Inspectie/onderhoud
Bedienings- en installatiehandleiding atmoSTOR 0020148317_00 19
7
7 Inspectie/onderhoud
Voorwaarde voor de permanente inzetbaarheid en veilig-
heid, betrouwbaarheid en lange levensduur van uw
atmoSTOR VGH is een jaarlijkse inspectie van het toestel
door de installateur.
Onderhoud gebeurt volgens vaststelling bij de inspectie,
ten laatste echter na 5 jaar.
a
Gevaar!
Letsel en materiële schade als gevolg van
ondeskundig onderhoud en reparatie!
Niet uitgevoerd of ondeskundig onderhoud
kan de bedrijfsveiligheid van het toestel in
gevaar brengen.
> Probeer nooit om zelf onderhoudswerk
of reparaties aan uw boiler uit te voeren.
> Geef daartoe opdracht aan een erkend
installateur. We raden u aan om een
inspectie-/onderhoudscontract af te
sluiten.
a
Gevaar!
Vergiftigings- en explosiegevaar door lek-
kend gas!
> Sluit voor onderhoudswerkzaamheden de
gasafsluitkraan.
Reserveonderdelen aankopen
De originele componenten van het toestel werden in het
kader van de CE-conformiteitskeuring mee gecertificeerd.
Als u bij het onderhoud of bij de reparatie mee gecertifi-
ceerde originele reserveonderdelen van Vaillant niet
gebruikt, dan vervalt de CE-conformiteit van het toestel.
Daarom adviseren we dringend de inbouw van originele
reserveonderdelen van Vaillant.
Informatie over de beschikbare originele Vaillant-reserveon-
derdelen krijgt u op het aan de achterkant vermelde con-
tactadres.
> Als u bij het onderhoud of de reparatie reserveonderde-
len nodig hebt, gebruik dan uitsluitend originele reserve-
onderdelen van Vaillant.
7.1 Beschermingsanode controleren
De levensduur van de magnesiumbeschermingsanode
bedraagt ca. 5 jaar. Deze wordt echter het best een keer per
jaar gecontroleerd.
1
7.1 Magnesiumbeschermingsanode controleren
> Sluit de koudwateraftapkranen.
> Schroef de magnesiumbeschermingsanode (1) eruit.
De diameter van de anode moet minstens 12 mm bedra-
gen en het oppervlak moet voldoende homogeen zijn.
Indien nodig moet de anode door een originele reserve-
magnesiumbeschermingsanode vervangen worden.
> Neem de atmoSTOR VGH in gebruik (¬ hfdst. 5).
7.2 Brander en stromingsbeveiliging reinigen
2
3
1
7.2 Demontage brander voorbereiden
> Sluit de gasafsluitkraan (2).
> Verwijder de afdekkap (1).
Inspectie/onderhoud
20 Bedienings- en installatiehandleiding atmoSTOR 0020148317_00
7
1
5
13
12
11
8
10
2
6
7
2
15
14
9
16
3
4
2
7.3 Brander en ontstekingsbrander demonteren, ontstekings-
en branderverstuivers vervangen
Legenda
1 Temperatuurkeuzeknop
2 Gasverdeelbuis
3 Hoofdbranderverstuiver
4 Afdichting
5 Klem
6 Thermo-element
7 Ontstekingsgasbuis
8 Ontstekingselektrode
9 Ontstekingsbrander
10 Thermo-element
11 Ontstekingsbranderverstuiver
12 Afdichting
13 Ontstekingsgasbuis
14 Keramische staven
15 Houder
16 Branderbevestiging
> Maak de aansluitingen van het thermo-element
(¬ afb. 7.3), pos. 6) en van de ontstekingsgasbuis
(¬ afb. 7.3), pos. 7) van het meervoudige instelorgaan
met temperatuurkeuzeknop (¬ afb. 7.3), pos. 1) los.
> Draai de klem (¬ afb. 7.3), pos. 5) van de gasverdeelbuis
(¬ afb. 7.3), pos. 2) naar de zijkant weg.
> Draai de beide schroeven uit de branderbevestiging
(¬ afb. 7.3), pos. 16).
> Trek de brander er volledig naar voren toe uit.
> Haal de stromingsbeveiliging eraf (¬ afb. 7.2), pos. 3.
> Trek de rookgasspiraal eruit.
> Reinig brander, rookgasspiraal en branderkamer zorg-
vuldig.
> Reinig de primaire luchtzeef van de ontstekingsbrander
(¬ afb. 7.3), pos. 9).
i
Let er hierbij op dat de ontstekingsgasbuis in de
kerf van de branderplaat gelegd is (verdraaiings-
beveiliging).
> Schroef de in de gasverdeelbuis (2) geschroefde hoofd-
branderverstuiver (3) eruit.
> Verwijder de oude afdichting (4) en vervang deze door
een nieuwe afdichting.
> Schroef dan de hoofdbranderverstuiver opnieuw in; zorg
ervoor dat deze goed vastzit.
> Monteer de volledige bouwgroep opnieuw en bouw deze
in het toestel in.
> Let hierbij vooral op het volgende:
a
Gevaar!
Levensgevaar door foute montage na
branderreiniging!
Wordt de brander na de reiniging niet exact
gemonteerd, dan kan het tot ongewilde gas-
lekkages en hierdoor tot levensgevaarlijke
vergiftiging komen. Er bestaat explosie-
gevaar.
> Monteer de brander met alle afdichtin-
gen en houders zorgvuldig en bouw deze
opnieuw in het toestel in.
> Let vooral op de klem aan de gasverdeel-
buis, die exact moet zitten zoals in
(¬ afb. 7.4) getoond.
5
7.4 Klem aan de gasverdeelbuis correct inbouwen
> Monteer de klem (pos. 5 in (¬ afb. 7.3) exact zoals in
(¬ afb. 7.4) getoond.
> Controleer de bouwgroep op gasdichtheid.
Inspectie/onderhoud
Bedienings- en installatiehandleiding atmoSTOR 0020148317_00 21
7
7.3 Binnenreservoir reinigen
Omdat de reinigingswerkzaamheden in het binnenreservoir
van de boiler in het drinkwaterbereik uitgevoerd worden,
dient u op de nodige hygiëne van de reinigingstoestellen en
-middelen te letten.
1
2
3
4
5
6
7.5 Reinigingsflens openen en sluiten
Legenda
1 Flens
2 Afdichting
3 Afdekplaat
4 Flensdeksel
5 Flensschroeven
6 Beschermkap
> Sluit de koudwaterstopkranen en maak de atmoSTOR
VGH via het aftapventiel leeg.
> Open de reinigingsflens: hiervoor trekt u de bescherm-
kap (6) inclusief isolatie eraf. Maak de acht flensschroe-
ven (5) los en haal flensdeksel (4) en afdekplaat (3) als-
ook afdichting (2) van de flens (1).
b
Opgelet!
Gevaar voor materiële schade door
corrosie!
Beschadigingen aan het email leiden
tot corrosie aan het binnenreservoir.
> Zorg er bij de reinigingswerkzaamheden
voor dat u noch het email noch de delen
in het reservoir beschadigt.
> Reinig het binnenreservoir met een waterstraal. Indien
nodig moeten met een geschikt hulpmiddel (bijv. houten
of kunststof schaaf) de afzettingen losgemaakt en uitge-
spoeld worden.
b
Opgelet!
Gevaar voor materiële schade door
lekkend water!
Losse schroefverbindingen leiden tot
ondichtheden.
> Sluit het flensdeksel na het onderhoud
opnieuw zoals het hoort. Zorg ervoor dat
de flensschroeven met ca. 50 N/m kruis-
gewijs vastgedraaid worden.
> Vul het toestel en controleer de flens op
dichtheid.
> Als er - ondanks gelijkmatig vastge-
draaide flens - water lekt, bouw dan een
nieuwe afdichting in.
> Voer de montage in de omgekeerde volgorde uit.
> Neem de atmoSTOR VGH, zoals in hoofdstuk 5 beschre-
ven, in gebruik.
7.4 Functiecontrole
> Voer na de inspectie een functiecontrole van het toestel
en van de veiligheidsgroep uit.
> Controleer de gasinstelling (¬ hfdst. 6).
> Voer een functiecontrole uit.
22 Bedienings- en installatiehandleiding atmoSTOR 0020148317_00
Recycling en afvoer
Garantie en Servicedienst
8
9
8 Recycling en afvoer
Zowel uw Vaillant atmoSTOR GVH alsook de bijbehorende
transportverpakking bestaan hoofdzakelijk uit recyclebaar
materiaal.
Toestel
Uw Vaillant atmoSTOR VGH en alle accessoires horen niet
thuis in het huishoudelijke afval.
> Zorg ervoor dat het oude toestel en eventueel aanwezige
toebehoren op een correcte manier worden afgevoerd.
Verpakking
> Het afvoeren van de transportverpakking kunt u het best
overlaten aan de erkende installateur die het toestel
geïnstalleerd heeft.
9 Garantie en serviceteam
9.1 Fabrieksgarantie
De producten van de NV Vaillant zijn gewaarborgd tegen
alle materiaal- en constructiefouten voor een periode van
twee jaar vanaf de datum vermeld op de aankoopfactuur
die u heel nauwkeurig dient bij te houden.
De waarborg geldt alleen onder de volgende voorwaarden:
1. Het toestel moet door een erkend gekwalificeerd vak-
man geplaatst worden die er, onder zijn volledige ver-
antwoordelijkheid, op zal letten dat de normen en
installatievoorschriften nageleefd worden.
2. Het is enkel aan de technici van de Vaillant fabriek
toegelaten om herstellingen of wijzigingen aan het
toestel onder garantie uit te voeren, opdat de waar-
borg van toepassing zou blijven. De originele onderde-
len moeten in het Vaillant toestel gemonteerd zijn,
zoniet wordt de waarborg geannuleerd.
3. Teneinde de waarborg te laten gelden, moet u ons de
garantiekaart volledig ingevuld, ondertekend en
gefrankeerd terugzenden binnen de veertien dagen na
de installatie!
De waarborg wordt niet toegekend indien de slechte wer-
king van het toestel het gevolg is van een slechte regeling,
door het gebruik van een niet overeenkomstige energie,
een verkeerde of gebrekkige installatie, de niet-naleving van
de gebruiksaanwijzing die bij het toestel gevoegd is, door
het niet opvolgen van de normen betreffende de installatie-
voorschriften, het type lokaal of verluchting, verwaarlozing,
overbelasting, bevriezing, elke normale slijtage of elke han-
deling van overmacht. In dit geval zullen onze prestaties en
de geleverde onderdelen aangerekend worden. Bij factura-
tie, opgesteld volgens de algemene voorwaarden van de na-
verkoop-dienst, wordt deze steeds opgemaakt op de naam
van de persoon die de oproep heeft verricht en/of de naam
van de persoon bij wie het werk is uitgevoerd, behoudens
voorafgaand schriftelijk akkoord van een derde persoon (bv.
huurder, eigenaar, syndic, enz.) die deze factuur uitdrukke-
lijk ten zijne laste neemt. Het factuurbedrag zal contant
betaald moeten worden aan de fabriekstechnicus die het
werk heeft uitgevoerd. Het herstellen of vervangen van
onderdelen tijdens de garantieperiode heeft geen verlen-
ging van de waarborg tot gevolg. De toekenning van garan-
tie sluit elke betaling van schadevergoeding uit en dit tot
voor om het even welke reden ze ook gevraagd wordt. Voor
elk geschil, zijn enkel de Tribunalen van het district waar de
hoofdzetel van de vennootschap gevestigd is, bevoegd.
Om alle functies van het Vaillant toestel op termijn vast te
stellen en om de toegelaten toestand niet te veranderen,
mogen bij onderhoud en herstellingen enkel nog originele
Vaillant onderdelen gebruikt worden.
9.2 Klantendienst
N.V. Vaillant S.A.
Golden Hopestraat 15
B-1620 Drogenbos
Tel : 02 / 334 93 52
Technische gegevens
Bedienings- en installatiehandleiding atmoSTOR 0020148317_00 23
10
10 Technische gegevens
atmoSTOR VGH XZU 130/5 160/5 190/5 220/5 Eenheid
Nominaal warmtevermogen P
n
6,30 7,25 8,20 8,20 kW
Nominaal warmtevermogen Q
n
m.b.t. stookwaarde H
i
(H
u
)
7,00 8,00 8,5 8,5 kW
Nominale inhoud V
s
130 160 188 220 l
Warmwatervermogenskengetal N
L
1,0 1,5 1,8 1,8
-
Continuvermogen warm water 155 178 202 202 l/h
Aansluitwaarde aardgas 0,8 0,9 0,95 0,95 m
3
/h
Aansluitdruk (gasstroomdruk) bij - Aardgas 20 hPa/mbar
Gasaansluiting Rp 1/2 inch
Rookgasmassastroom 19 21 24 24 kg/h
Rookgastemperatuur 120 145 145 145 °C
Vereiste trek 0,05 hPa/mbar
Rookgasaansluiting 90 Ø mm
Wateraansluiting R 3/4 inch
Toegestane werkoverdruk 10 Pa/bar
Opwarmingstijd voor DT = 50 K
72 77 80 94 min
Leeggewicht 72 80 87 95 kg
Totaalgewicht 202 240 275 315 kg
Door de fabrikant aanbevolen veiligheidsgroepen
¬ Hfdst. 5
10.1 Technische gegevens
i
Neem de gegevens op het typeplaatje in acht.
0020148317_00 BEnl 062012 – Wijzigingen voorbehouden
Fabrikant
Leverancier
10

Hulp nodig? Stel uw vraag in het forum

Spelregels
1

Forum

Vaillant-atmoSTOR-VGH

Misbruik melden

Gebruikershandleiding.com neemt misbruik van zijn services uitermate serieus. U kunt hieronder aangeven waarom deze vraag ongepast is. Wij controleren de vraag en zonodig wordt deze verwijderd.

Product:

Bijvoorbeeld antisemitische inhoud, racistische inhoud, of materiaal dat gewelddadige fysieke handelingen tot gevolg kan hebben.

Bijvoorbeeld een creditcardnummer, een persoonlijk identificatienummer, of een geheim adres. E-mailadressen en volledige namen worden niet als privégegevens beschouwd.

Spelregels forum

Om tot zinvolle vragen te komen hanteren wij de volgende spelregels:

Belangrijk! Als er een antwoord wordt gegeven op uw vraag, dan is het voor de gever van het antwoord nuttig om te weten als u er wel (of niet) mee geholpen bent! Wij vragen u dus ook te reageren op een antwoord.

Belangrijk! Antwoorden worden ook per e-mail naar abonnees gestuurd. Laat uw emailadres achter op deze site, zodat u op de hoogte blijft. U krijgt dan ook andere vragen en antwoorden te zien.

Abonneren

Abonneer u voor het ontvangen van emails voor uw Vaillant atmoSTOR VGH bij:


U ontvangt een email met instructies om u voor één of beide opties in te schrijven.


Ontvang uw handleiding per email

Vul uw emailadres in en ontvang de handleiding van Vaillant atmoSTOR VGH in de taal/talen: Nederlands als bijlage per email.

De handleiding is 1,35 mb groot.

 

U ontvangt de handleiding per email binnen enkele minuten. Als u geen email heeft ontvangen, dan heeft u waarschijnlijk een verkeerd emailadres ingevuld of is uw mailbox te vol. Daarnaast kan het zijn dat uw internetprovider een maximum heeft aan de grootte per email. Omdat hier een handleiding wordt meegestuurd, kan het voorkomen dat de email groter is dan toegestaan bij uw provider.

Stel vragen via chat aan uw handleiding

Stel uw vraag over deze PDF

Uw handleiding is per email verstuurd. Controleer uw email

Als u niet binnen een kwartier uw email met handleiding ontvangen heeft, kan het zijn dat u een verkeerd emailadres heeft ingevuld of dat uw emailprovider een maximum grootte per email heeft ingesteld die kleiner is dan de grootte van de handleiding.

Er is een email naar u verstuurd om uw inschrijving definitief te maken.

Controleer uw email en volg de aanwijzingen op om uw inschrijving definitief te maken

U heeft geen emailadres opgegeven

Als u de handleiding per email wilt ontvangen, vul dan een geldig emailadres in.

Uw vraag is op deze pagina toegevoegd

Wilt u een email ontvangen bij een antwoord en/of nieuwe vragen? Vul dan hier uw emailadres in.



Info