162125
51
Verklein
Vergroot
Pagina terug
1/51
Pagina verder
Inhoud
Algemene aanwijzingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2
Verklaring van de symbolen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2
Voor uw veiligheid! . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
Over het functioneren van uw navigatiesysteem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Onderhoud en verzorging . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
Bediening . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
Afstandsbedieningen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
In- en uitschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8
Volume instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8
Wegenkaarten-DVD/CD plaatsen/verwisselen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Bediening van de menu’s . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Hoofdmenu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Navigatie. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Korte inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Invoer bestemmingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Viapunten (tussenstops) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
Begeleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .17
TMC-verkeersinformatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
Dynamische routeplanning. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
Menu „Info“ . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
De boordcomputer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
Adresboek. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27
Menu Noodgeval . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
Telefoon . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
Menu Telefoon . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
Bellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30
SMS (Short Message Service) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34
Telefooninstellingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36
Configuratie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37
Navigatiesysteem aanpassen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37
C-IQ – Intelligent Content On Demand . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 42
C-IQ – uw toegang tot kaart-, verkeers- en reisinformatie . . . . . . . . . . . . . . . 42
Menu C-IQ. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 43
Systeem registreren en product activeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 43
Functie Infopunten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47
Reisinformatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47
Aanhangsel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49
TMC-symbolen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49
Fabrieksinstellingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50
Bluetooth Pairing (koppeling tussen mobiele telefoon en CIX 3000 Blue) . . . . . . . 51
Inhoud
1
Verklaring van de symbolen
In deze gebruiksaanwijzing worden de volgende symbolen gebruikt:
A
Met dit symbool worden veiligheidsaanwijzingen of waarschuwingen aangeduid. Deze
bevatten belangrijke informatie over het veilige gebruik van het apparaat. Indien deze aan
-
wijzing niet wordt opgevolgd, bestaat er kans op materiële schade of verwondingen. Volg
deze aanwijzingen daarom altijd nauwkeurig op.
geeft aan dat u iets moet doen.
:
staat voor de reactie van het apparaat.
geeft u extra informatie.
geeft een opsomming aan.
Begrippen tussen aanhalingstekens geven een beeldschermmenuoptie aan.
Voor vragen m.b.t. onze de multimediasystemen staat in de meeste landen een hotline
ter beschikking. Voor de actuele telefoonnummers verwijzen wij u naar de volgende
website:
www.vdodayton.com
© 2005 Siemens VDO Trading GmbH
Alle rechten voorbehouden.
Deze gebruiksaanwijzing is beschermd door het auteursrecht.
Technische en optische wijzigingen en drukfouten voorbehouden.
Algemene aanwijzingen
2
Voor uw veiligheid!
A
Het gebruik van het navigatiesysteem ontslaat u in geen geval van uw verantwoordelijk
-
heid als bestuurder. De geldende verkeersregels en de huidige verkeerssituatie moeten altijd
worden opgevolgd. Deze hebben altijd voorrang op de door het navigatiesysteem gegeven
aanwijzingen wanneer de momentele verkeerssituatie en de aanwijzingen van het navigatie
-
systeem elkaar tegenspreken.
A
Het systeem houdt geen rekening met de relatieve veiligheid van de voorgestelde routes.
Met wegversperringen, wegwerkzaamheden, hoogte- of gewichtsbeperkingen, verkeers- of
weersomstandigheden of andere invloeden die de veiligheid of de rijtijd van de route beïn
-
vloeden, wordt bij de voorgestelde routes geen rekening gehouden. Controleer de geschiktheid
van de voorgestelde routes naar eigen goeddunken. Gebruik de functie „Alternatieve Route”
om betere routevoorstellen te krijgen of rijd gewoon de route die u het best lijkt en laat de
automatische routeherberekening een nieuwe route plannen.
A
Met het oog op de verkeersveiligheid mogen gegevens alleen aan het vóór de rit of bij
stilstaand voertuig in het navigatiesysteem en de telefoon worden ingevoerd.
A
De wettelijke, actuele maximumsnelheid in het wegverkeer heeft altijd prioriteit boven
de opgeslagen waarden op de gegevens-CD/DVD. Het kan niet onder alle omstandigheden
altijd worden gegarandeerd dat de snelheidswaarden van het navigatiesysteem met die van
de actuele verkeerssituatie overeenstemmen.
A
In sommige gebieden kan het voorkomen dat niet alle informatie over een bepaalde weg
is opgenomen. Zo kan bijvoorbeeld geen informatie beschikbaar zijn over „verboden in te rijden”
in voetgangersgebieden, de rijrichting van een straat met eenrichtingsverkeer, of „verboden
af te slaan”. In deze gebieden geeft het navigatiesysteem een waarschuwing. Neem altijd de
verkeersborden en verkeersregels in acht.
A
Zorg ervoor, dat iedereen die uw multimediasysteem gebruikt, toegang heeft tot deze
gebruiksaanwijzing en de richtlijnen en adviezen vóór het gebruik van het systeem heeft gelezen.
A
Als uw monitor op een flexibele houder is gemonteerd, stelt u de monitor zo in dat u snel
en gemakkelijk op het beeldscherm kunt kijken en reflectie en verblinding worden vermeden.
Parkeer uw auto op een veilige plek voordat u instellingen uitvoert.
A
Is uw monitor op een vaste houder gemonteerd, controleer dan of deze door uw dealer
volgens de bovenstaande adviezen is ingebouwd. De monitor mag niet zodanig worden inge
-
bouwd, dat deze het zicht op belangrijke zaken in het kader van de veilige besturing van het
voertuig belemmert (bijv. straat, spiegels, instrumenten, directe omgeving van het voertuig).
Bovendien mag de monitor niet in het werkingsgebied van de airbags worden gemonteerd.
A
Kijk alleen op het beeldscherm als dit zonder gevaar mogelijk is. Als u lange tijd op het
beeldscherm moet kijken, stop dan eerst op een veilige plek.
A
Bewaar de afstandsbediening altijd op een veilige plaats. Niet-vastgezette voorwerpen
kunnen bij een noodstop of een ongeval rondvliegen en bij inzittenden lestel veroorzaken.
A
De in „Boordcomputer” van het systeem weergegeven waarden voor de huidige snelheid,
de reistijd en de afgelegde afstand zijn berekend. De nauwkeurigheid kan niet in alle gevallen
worden gegarandeerd. Bij de snelheid is de snelheidsmeter altijd bindend.
k
Algemene aanwijzingen
3
A
Als u in een noodgeval een hulpverlenende instantie (politie, brandweer, enz.) zoekt, ver
-
trouw dan niet alleen op het navigatiesysteem. Er kan niet worden gegarandeerd, dat alle
beschikbare hulpdiensten in uw omgeving in de database zijn opgeslagen. Handel naar eigen
goeddunken en bekwaamheid om in een dergelijke situatie snel hulp te krijgen.
A
Door telefoneren tijdens het rijden kan uw concentratie sterk afnemen waardoor u niet
meer goed op de weg let. Om het leven van de inzittenden en dat van de andere verkeersdeel
-
nemers niet in gevaar te brengen, is het verstandig om als bestuurder niet tijdens het rijden te
telefoneren. Neem de plaatselijk geldende voorschriften met betrekking tot het telefoneren
in de auto in acht.
Over het functioneren van uw navigatiesysteem
Dit multimediasysteem is een buitengewoon nuttig hulpmiddel in het dagelijks verkeer.
U voert simpelweg vóór het rijden de bestemming in, activeert „Begeleiding” en u
kunt vertrekken. Het navigatiesysteem geeft u rij-instructies in akoestische en visuele
vorm. Door de mobiele telefoon aan te sluiten kunt u in de auto veiliger en comfor
-
tabeler telefoneren. Een beperkt aantal bedieningstoetsen en een overzichtelijke menu
-
structuur zorgen voor een gemakkelijke bediening.
Functies
Sommige in deze handleiding beschreven functies kunnen alleen in combinatie met
accessoires worden gebruikt. Het is ook mogelijk dat functies in sommige landen niet
kunnen worden gebruikt, omdat de gegevens niet zijn geregistreerd. Vanwege de vele
functies is er omwille van het bedieningsgemak en de functionaliteit van afgezien om
alle instellingen willekeurig combineerbaar te kunnen gebruiken.
Afstandsgegevens
Op snelwegen wijken de afstanden tot afritten die het systeem aangeeft af van de ver-
keersborden. De borden op de snelwegen hebben betrekking op het begin van de afrit,
terwijl het navigatiesysteem altijd de afstand tot het eind van de uitrijstrook aangeeft.
Dat komt overeen met het punt waar de rijbanen zich splitsen.
Beperkingen bij gebruik (landspecifiek)
Als er op de onderste statusregel het symbool van een doorgestreepte hand verschijnt,
zijn de bedieningsopties tijdens het rijden sterk beperkt. Het activeren van deze functie
is afhankelijk van de landelijke wettelijke bepalingen.
GPS-ontvangst
Het systeem blijft in principe ook bij slechte GPS-ontvangst goed werken, hoewel dan
de nauwkeurigheid van de plaatsbepaling kan verminderen.
Algemene aanwijzingen
4
Opstartprocedure
Als het voertuig langere tijd wordt geparkeerd, bewegen de satellieten zich intussen
in hun baan om de aarde voort. Na het inschakelen van het contact kan het daardoor
enkele minuten duren voordat het systeem weer voldoende satellieten kan ontvangen
en de signalen kan analyseren. Voldoende ontvangst (driedimensionale positie) kunt u
herkennen aan het zwarte satellietsymbool Ù in de ingestelde tekstkleur op het display.
Als de GPS-ontvangst niet voldoende is, blijft het satellietsymbool rood.
Bij het opstarten kan het navigatiesysteem u vertellen: „Rij naar de geplande route“.
Het systeem gaat ervan uit, dat het voertuig zich buiten een ingevoerde straat bevindt.
Als zich in dit gebied andere straten bevinden, kan het navigatiesysteem met meldingen
komen die niet kloppen. Het systeem gaat ervan uit, dat het voertuig zich in een andere
straat bevindt.
Automatische nieuwe routebepaling
Als u de aanwijzingen van het systeem niet opvolgt, plant het systeem automatisch een
nieuwe route.
Gebieden met beperkte wegeninformatie
In een aantal gebieden staat niet alle informatie over een weg op de wegenkaarten-
DVD/CD. Zo kunnen bijvoorbeeld afslagverboden, aanwijzingen over de rijrichting van
een weg met eenrichtingverkeer of het inrijverbod in een voetgangersgebied
ontbreken. Wanneer u een dergelijk gebied inrijdt, toont het navigatiesysteem een
waarschuwing.
Gedetailleerde uitleg over de werking van het navigatiesysteem vindt u ook op het
internet onder www.vdodayton.com.
Onderhoud en verzorging
Gebruik geen wasbenzine, alcohol of andere oplosmiddelen. Gebruik het liefst alleen
een vochtige doek.
Algemene aanwijzingen
5
Afstandsbedieningen
Afhankelijk van de geleverde configuratie kunnen er verschillende afstandsbedieningen
zijn meegeleverd. De volledige functionaliteit is uitsluitend gegarandeerd als de juiste
afstandsbediening geactiveerd is.
Activeren van de juiste afstandsbediening
Kies „Instellingen–> Afstandsbediening” en activeer de gewenste afstandsbediening
door de OK-toets in te drukken.
Als u ook nog een afstandsbediening op het stuur gebruikt, activeert u deze ook met
een vinkje.
A
Stel de afstandsbediening met geplaatste batterijen niet aan de brandende zon bloot.
Actieve houder (accessoire)
Als u de afstandsbediening uitsluitend in de actieve houder gebruikt, raden wij u aan
om de batterijen uit de afstandsbediening te verwijderen. Het systeem kan worden be
-
diend als de afstandsbediening in de houder zit.
Melding Batterijen vervangen
Als het systeem niet meer op het indrukken van toetsen reageert, of het batterijsymbool
( op de statusregel verschijnt, moeten de batterijen in de afstandsbediening worden
vervangen.
Aanwijzingen:
In veel landen mogen lege batterijen niet bij het normale huisvuil worden gegooid.
Informeert u zich over de plaatselijke voorschriften voor de afvoer van lege batterijen.
Gebruik uitsluitend batterijen die niet leeglopen. Leeglopende batterijen kunnen de
afstandsbediening of uw auto beschadigen.
Stel de afstandsbediening niet bloot aan direct zonlicht of extreme hitte. De batterijen
ontladen zich bij hoge temperaturen en er bestaat gevaar voor leeglopen.
Bediening
6
RC 5400
1 VOICE / ALT-R . . . Kort indrukken: Hiermee roept u de huidige gesproken begelei
-
dingsaanwijzing op.
Lang indrukken: Hiermee gaat u naar het menu „Alternatieve route“.
2 4, 6, 8, 2. . . . . Cursortoetsen, hiermee verplaatst u de cursor in menu’s.
3 OK . . . . . . . . . . . . Hiermee bevestigt u een keuze.
4 ESC . . . . . . . . . . . Kort indrukken: Hiermee gaat u naar het vorige menu.
Lang indrukken: Hiermee gaat u direct naar het hoofdmenu.
5 NAVIGATIE . . . . . Kort indrukken: Hiermee wijzigt u de weergavesoorten van het
begeleidingsscherm.
Lang indrukken: Hiermee gaat u direct naar het hoofdmenu.
6 VERMAAK . . . . . . Kort indrukken: Hiermee roept u de laatst gebruikte bron van ver-
maak op.
7 FAVORIETEN . . . . Deze toets kan naar eigen keuze worden geprogrammeerd, zodat
u direct toegang tot geselecteerde functies hebt. Voor gedetailleerde
informatie over het programmeren van de toets verwijzen wij u naar
het hoofdstuk „Configuratie“, pagina .
8 W, V . . . . . . . . . Volume-instelling.
9 HOME . . . . . . . . . Kort indrukken: Hiermee neemt u het onder „Thuis“ opgeslagen
adres in de begeleiding over.
Lang indrukken: Hiermee neemt u het onder „Werk“ opgeslagen
adres in de begeleiding over.
De toetsen y, z en x hebben met betrekking tot de navigatie geen functie.
RC 5000
1 ALT-R. . . . . . . . . . Hiermee gaat u naar het menu „Alternatieve Route“.
2 4, 6, 8, 2. . . . . Cursortoetsen, hiermee verplaatst u de cursor in menu’s.
3 OK . . . . . . . . . . . . Hiermee bevestigt u een keuze.
4 MENU . . . . . . . . . Hiermee roept u het hoofdmenu op.
5 KAART . . . . . . . . . Hiermee wijzigt u de weergavesoorten van het
begeleidingsscherm.
6 -, + . . . . . . . . . Volume instellen.
7 REP. . . . . . . . . . . Hiermee roept u de huidige gesproken begeleidingsaanwijzing op.
Bediening
7
5
2
3
1
6
4
9
7
8
5
2
3
1
6
4
7
RC 5400 RC 5000
In- en uitschakelen
De navigatiecomputer wordt samen met het contact in- en uitgeschakeld.
Schakel het contact in.
:
Zodra het navigatiesysteem gereed is voor gebruik, verschijnt op het beeldscherm een
aanwijzing voor het gebruik van het systeem.
Lees deze aanwijzing en druk ter bevestiging op de OK-toets van de afstandsbediening.
:
Het hoofdmenu verschijnt.
Stand-by-modus
U zet het systeem als volgt in de stand-by-modus.
Kies „Stand-by“ in het hoofdmenu.
:
Het beeldscherm en de gesproken begeleidingsaanwijzingen worden uitgeschakeld.
Druk op één van de cursortoetsen 4, 6, 8, 2 of op de OK-toets op de afstandsbe
-
diening om de stand-by-modus weer te verlaten.
Als er een externe luidspreker aangesloten is, hoort u in de stand-by-modus nog steeds
de gesproken aanwijzingen.
Als u geen gesproken aanwijzingen wilt, kiest u „Stop begeleiding“, voordat u het
systeem in de stand-by-modus zet.
Als het navigatiesysteem in de stand-by-modus wordt uitgeschakeld, blijft het ook
na het inschakelen van het contact in de stand-by-modus.
Uitschakelvertraging
Onmiddellijk na het uitschakelen van het contact wordt de monitor uitgeschakeld, maar
blijft de navigatiecomputer nog gedurende een instelbare tijd actief. Het voordeel
hiervan is dat u na een korte stop (bijv. bij een benzinestation) de begeleiding kunt
voortzetten zonder dat de navigatiecomputer de route opnieuw moet berekenen.
De uitschakelvertraging kan in het menu „Instellingen–> Alg. instellingen –> Uitschakel-
procedure“ tussen 1 en 10 minuten worden ingesteld. Zie pagina 41.
Volume instellen
U kunt het volume van de gesproken informatie als volgt instellen:
Druk één of meerdere keren op de V-toets om het volume van de gesproken aan
-
wijzingen te verhogen.
Druk één of meerdere keren op de W-toets om het volume van de gesproken infor
-
matie te verlagen.
Bediening
8
Wegenkaarten-DVD/CD plaatsen/verwisselen
De Power-LED brandt (bijv. als het contact ingeschakeld is):
Druk éénmaal op de toets e op de navigatiecomputer.
Als de Power-LED niet brandt:
Druk eerst éénmaal op de toets e, wacht vervolgens 10 seconden en druk dan nog
-
maals op deze toets.
De DVD/CD wordt uitgeworpen.
Verwijder de DVD/CD en schuif de nieuwe wegenkaarten-DVD/CD voorzichtig met
het opschrift naar boven in het CD-station totdat deze naar binnen wordt getrokken.
Het systeem heeft na het verwisselen van de wegenkaarten-DVD/CD enkele seconden
nodig voor de initialisatie.
A
Belangrijk: Gebruik uitsluitend originele gegevensdragers met een diameter van 12 cm.
Breng geen CD’s van 8 cm of met een speciale vorm aan. Hierdoor kan het systeem worden
beschadigd.
Bediening van de menu’s
De centrale elementen voor de bedie
-
ning van de menu’s zijn de cursor-
toetsen 4, 6, 8 en 2 en de OK-toets.
Gebruik de cursortoetsen om de
cursor (kleurmarkering) op de
gewenste menuoptie te zetten.
Druk op de OK-toets om de keuze
te bevestigen en de functie te
activeren.
Druk op de OK-toets om de
instelling over te nemen.
Druk op de ESC-toets om het menu zonder overnemen van de ingestelde waarde af
te sluiten of om naar het naasthogere menu terug te gaan.
Alle beschikbare opties verschijnen met een kleurmarkering.
Niet-beschikbare opties worden automatisch overgeslagen.
Bediening
9
Navigatie
TMC
4000m
1:52h
9:184
Deutschland
Straat:
Spec. bestemmingen
Naam:
Huisnummer:
Telefoonnr.
Adresboek
Routecriterium
Viapunt
Begeleiding
Terug
Bestemmingskaart
Kempten Allgäu
Hoofdmenu
Het hoofdmenu verschijnt nadat u de
gebruikersaanwijzing hebt bevestigd.
In het hoofdmenu kunt u kiezen uit de
volgende opties:
Navigatie: . . . . . . . . Hiermee roept u het hoofdmenu van de navigatie op (bijv. voor
het invoeren van bestemmingen, begeleiding, adresboek, enz.).
Kaart: . . . . . . . . . . . . Hiermee roept u het laatst gekozen begeleidingsscherm op.
Reisinformatie: . . . . Hiermee roept u het menu met de beschikbare C-IQ reisinformatie
-
producten op (bijv. reisgidsen, restaurant- en hotelgidsen).
Noodgeval: . . . . . . . . Hiermee roept u het noodgevallenmenu met de actuele voertuig
-
positie en het nationale alarmnummer op. Bovendien kunt u een
telefoonnummer voor een wegenwachtservice programmeren.
Info: . . . . . . . . . . . . . Hiermee roept u het menu Info met TMC-verkeersinformatie op.
Bovendien is er nadere informatie met betrekking tot de huidige
route beschikbaar.
Boordcomputer: . . . . Hiermee roept u het boordcomputerscherm met de ritgegevens en
de huidige GPS-positie op.
Telefoon*: . . . . . . . . . Hiermee roept u het menu Telefoon op.
Bluetooth*: . . . . . . . . Hiermee roept u het menu Pairing op (als er geen verbinding tussen
de CIX 3000 Blue en een aangemelde Bluetooth-telefoon is).
TV/Video*: . . . . . . . . Hiermee schakelt u over op de aangesloten TV/video-bron (bijv.
TV-tuner).
C-IQ: . . . . . . . . . . . . . Hiermee roept u het C-IQ-menu op. Hier activeert u C-IQ-producten
en beheert u uw C-IQ-producten.
Instellingen: . . . . . . . Hiermee past u het navigatiesysteem specifiek aan.
Stand-by: . . . . . . . . . Hiermee zet u het systeem in de stand-by-modus.
Druk op de toets OK om het systeem weer te activeren.
* Deze opties verschijnen alleen als de desbetreffende systeemuitbreiding is aangesloten.
Bediening
10
Hoofdmenu
TMC
--:--h
--:--4
Navigation
Begeleiding
Als u alle beschikbare gegevens voor het bestemmingsadres hebt ingevoerd, kunt u de
begeleiding starten.
Het invoeren van een plaatsnaam volstaat voor de navigatie. Het navigatiesysteem
brengt u daarna tot aan de stadsgrens.
Kies „Begeleiding“ in het menu „Navigatie“.
:
De route wordt gepland, op de monitor verschijnt het begeleidingsscherm.
Al naar gelang de eerder gekozen weergave kan dit de pictogram-, de kaart- of de
split-screen-weergave zijn (zie ook de paragraaf „Schermweergaveopties“, pagina 18).
:
Het navigatiesysteem begeleidt u vervolgens met grafische en gesproken aanwijzingen
naar de ingevoerde bestemming.
Stop begeleiding
Als u in één van de begeleidingsschermen bent, kan de begeleiding altijd worden gestopt.
Druk op de OK-toets.
Kies de optie „Stop begeleiding“ en druk op de OK-toets.
Begeleiding in niet-gedigitaliseerde gebieden
Als de ingevoerde bestemming niet in de buurt van een gedigitaliseerde straat ligt, wordt
de begeleiding tot aan een plaats met de kortste afstand (hemelsbreed) t.o.v. de be-
stemming uitgevoerd. Op het scherm verschijnt de aanwijzing ”De bestemming ligt
buiten het gedigitaliseerde gebied”. In alle weergavemodi van de begeleiding verschijnt
nu i.p.v. de begeleidingsaanwijzing een pijl die de richting naar de bestemming aangeeft.
Begeleiding in gedeeltelijk gedigitaliseerde gebieden
In landelijke gebieden en kleine dorpen kan het voorkomen dat niet alle wegen op de
wegenkaarten-DVD/CD opgeslagen zijn. Wanneer u een gedigitaliseerde weg verlaat,
verandert het begeleidingsscherm. In plaats van de gebruikelijke begeleidingsaanwijzing
wordt een pijl getoond, die de richting van de geplande route aangeeft. Op de status-
regel verschijnt de afstand in een rechte lijn naar de route.
Begeleiding in gebieden met beperkte wegeninformatie
In een aantal gebieden staat niet alle informatie over een weg op de wegenkaarten-
DVD/CD. Zo kunnen bijvoorbeeld afslagverboden, aanwijzingen over de rijrichting van
een weg met eenrichtingverkeer of het inrijverbod in een voetgangersgebied ontbreken.
Wanneer u een dergelijk gebied inrijdt, toont het navigatiesysteem een waarschuwing.
De plaatselijke verkeersregels hebben altijd voorrang op de aanwijzingen van het
navigatiesysteem.
In het begeleidingsscherm verschijnt het !-symbool, zolang u zich in een gebied met
beperkte wegeninformatie bevindt.
A
Neem te allen tijde de verkeerstekens en het verkeersreglement in acht.
Navigatie
17
Pictogramweergave
De pictogramweergave biedt de volgende informatie:
1 Afstand naar bestemming resp. volgende viapunt.
2 Richtingspijl hemelsbreed naar bestemming of naar volgende viapunt.
3 Menunaam
4 Afstand tot de volgende verandering van richting.
5 Naam van de weg waarnaar moet worden afgeslagen (volgende richtingsverandering).
6 Rijrichtingspijl en evt. vooraankondiging voor de volgende kruising of splitsing.
Zodra u een kruising of een splitsing nadert, verschijnt een gedetailleerde afslag-
aanwijzing. Afslagaanwijzingen worden bovendien door gesproken meldingen aan-
gekondigd.
7 Huidige positie van het voertuig: straatnaam, plaatsnaam en wijk, voor zover op de
wegenkaarten-DVD/CD aanwezig
8 Statusregel
Menuopties bij de pictogramweergave
Druk op de OK-toets om een menu met de volgende opties weer te geven:
Terug: Hiermee gaat u terug naar het navigatiemenu.
Kaart: Hiermee schakelt u over op kaartweergave.
Info: Hiermee opent u het menu Info.
Stop begeleiding: Hiermee stopt u de begeleiding.
Lokale omleiding: Hiermee plant u indien gewenst een omleiding als er binnen een
afstand van 50 km een verkeersbelemmering op de geplande route ligt.
Deze optie verschijnt alleen als de dynamische routeplanning gedeactiveerd is en de
TMC-verkeersinformatie geactiveerd is. Zie „Dynamische routeplanning“, pagina 25
en „Instellingen –> Berichtselectie“, pagina 37.
Nieuwe route plannen: Hiermee plant u indien gewenst een nieuwe route op basis
van de huidige verkeerssituatie.
Deze optie verschijnt alleen als de dynamische routeplanning geactiveerd is. Zie „Dyna
-
mische routeplanning“, pagina 25.
Navigatie
19
TMC
4000m
167km
A 45, LINDEN
GAMBACHER KREUZ
1:52h 9:18
2
1
6
4
3
4
5
7
8
Begeleiding
Kaartweergave
De kaartweergave toont de volgende informatie:
1 Geplande route (wordt in wit weergegeven).
2 Kompas: De pijl in de cirkel wijst naar het noorden.
3 Ingestelde schaal.
4 Afstand tot de volgende verandering van richting.
5 Vereenvoudigde grafische weergave van de rijrichting, de volgende kruising of
splitsing.
6 Voertuigstandplaats, pijl wijst naar de huidige rijrichting.
Menuopties bij de kaartweergave
Druk op de OK-toets om een invoegmenu met de volgende opties te openen:
Terug: hiermee gaat u terug naar het navigatie- of het hoofdmenu.
Schaal: hiermee opent u het venster voor het wijzigen van de schaal.
Kaartmodus: hiermee wijzigt u de kaartweergave („Noordelijk“, „Rijrichting“ en
„2D/3D“).
De weergavesoort „Rijrichting“ is niet beschikbaar in de schalen 50 km tot 1000 km.
De weergavesoort „2D/3D “ is niet beschikbaar in de schalen 50 km tot 1000 km en
gebeurt altijd in de rijrichting.
Bij het overschakelen op „Rijrichting“ of „2D/3D“ wijzigt het navigatiesysteem evt.
zelf de schaal.
Info: hiermee opent u het menu Info.
Stop begeleiding: hiermee stopt u de begeleiding.
Verkeersinfo: hiermee activeert u de cursor voor het kiezen van TMC-symbolen op
de kaart. Zie paragraaf „TMC-verkeersinformatie“.
Lokale omleiding: hiermee plant u indien gewenst een omleiding als er binnen een
afstand van 50 km een verkeersbelemmering op de geplande route ligt.
Deze optie verschijnt alleen als de dynamische routeplanning gedeactiveerd is en de
TMC-verkeersinformatie geactiveerd is. Zie „Dynamische routeplanning“, pagina 25
en „Instellingen –> Berichtselectie“, pagina 37.
Nieuwe route plannen: hiermee plant u indien gewenst een nieuwe route op basis
van de huidige verkeerssituatie. Deze optie verschijnt alleen als de dynamische rou
-
teplanning geactiveerd is. Zie „Dynamische routeplanning“, pagina 25.
Navigatie
20
OBERURSEL TAUNUS
STEINBACH TAUNUS
ERHÖCHSTADT
NIEDERHÖCHSTADT
NIEDER ERLENBA
C
HARHEIM
455
521
3
3006
661
FRANKFURTER BERG
3003
E451
WEISSKIRCHEN
NIEDER ESCHBACH
BONAMES
TMC
4000m
1:52h
9:184
E
DER ERLENBA
C
Schaal: 1km
2
4
5
6
3
1
In de pictogramweergave
1 TMC-symbool van de volgende verkeersbelemmering op de geplande route.
Wanneer er meer verkeersopstoppingen zijn, wordt dit door een tweede, achter
-
liggend gedeeltelijk afgedekt TMC-symbool aangegeven.
2 Lengte van het traject met de verkeersbelemmering.
Als u al op het betreffende traject bent: afstand tot aan het einde van het traject
met de verkeersbelemmering.
3 Afstand tot de volgende verkeersbelemmering op de geplande route.
4 Vereenvoudigde weergave van de route (zwarte balken) en de positie van de ver
-
keersopstopping (rood segment). De positie van het voertuig wordt aangeduid met
een cirkel met een pijl erin.
Alleen de TMC-meldingen die in het menu „Info“ of „Instellingen“ onder „Bericht-
selectie“ zijn geactiveerd verschijnen.
Bij dringende verkeersberichten in een straal van 50 km rondom de actuele voertuig-
positie verschijnt een afzonderlijke melding op het beeldscherm (bijv. spookrijder).
U kunt deze melding verbergen door deze met de OK-toets te bevestigen. Bovendien
wordt de informatie ook gesproken weergegeven.
Verkeersbelemmeringen op de route worden alleen weergegeven als de begeleiding
actief is.
Navigatie
24
87km
A 45, LINDEN
1
3
TMC
9:18
4
Begeleiding
167km
1:52h
17 km
34 km
2
4
Dynamische routeplanning
Met behulp van de TMC-verkeersinformatie wordt bij de dynamische routeplanning de
totale actuele verkeerssituatie in een instelbare straal (verkeershorizon) rondom de
actuele positie in de berekening van de route meegenomen. Als er voor de berekende
route via TMC een verkeersbelemmering (bijv. een file) wordt gemeld, evalueert het
navigatiesysteem deze informatie en bepaalt het de vertraging die als gevolg hiervan
zou kunnen ontstaan.
Bij een verkeersprobleem op de geplande route ontvangt u vervolgens een aanwijzing
van het navigatiesysteem en kunt u beslissen of het systeem door het wijzigen van de
route het probleem ruim te vermijden of dat u het nuttiger vindt het problematische
traject af te leggen.
De door het navigatiesysteem berekende, mogelijke vertraging als gevolg van een ver
-
keersbelemmering is gebaseerd op de gegevens die het systeem via de op dat moment
ontvangen TMC-zenders ontvangt. De ervaring heeft geleerd dat de werkelijke vertra
-
ging van de berekening kan afwijken.
Als u de automatische modus hebt geactiveerd, plant het systeem de route automatisch
zo dat u ruim om verkeersbelemmeringen heen wordt geleid, zonder dat het systeem
een aanwijzing geeft.
Het systeem controleert tijdens de navigatie voortdurend aan de hand van de verkeers
-
informatie of er een betere route voor de begeleiding is en berekent evt. een nieuwe
route, bijv. wanneer er een file opgelost is.
Al naar gelang de instellingen van de dynamische routeplanning zijn er twee verschil-
lende soorten omleiding:
Ruime omleiding (alleen bij geactiveerde dyn. routeplanning)
Zodra het navigatiesysteem één of meerdere verkeersbelemmeringen via RDS-TMC
ontvangt, die nog meer vertraging voor de begeleiding naar uw bestemming tot gevolg
zouden hebben, biedt het systeem reeds ver vóór de belemmering aan om u ruim om
de verkeersbelemmeringen heen te leiden.
De criteria die het opnieuw plannen van de route beïnvloeden (omleidingswens,
verkeershorizon en totale vertraging), kunnen onder „Instellingen –> Dynamische
route“ worden ingesteld.
Het opnieuw plannen van de route met inachtneming van de huidige verkeerssituatie
is te allen tijde handmatig met de menuoptie „Nieuwe route plannen“ op het be
-
geleidingsscherm mogelijk.
Lokale omleiding (alleen bij gedeactiveerde dyn. routeplanning)
Met de lokale omleiding kunt u steeds de volgende aanstaande verkeersbelemmering
die via TMC wordt gemeld omzeilen.
Zodra u binnen een straal van ca. 50 km van de verkeersbelemmering komt, krijgt u
een overeenkomstige melding.
Met de menuoptie „Lokale omleiding“ op het begeleidingsscherm kunt u naar be
-
hoefte de eerstvolgende verkeersbelemmering ontwijken.
Dynamische routeplanning activeren
Kies „Info” in het hoofdmenu.
Kies „Routecriterium“ in het menu Info.
Activeer „Dynamische route“.
Kies „Terug“ om de configuratie op te slaan.
Navigatie
25
Menu „Info“
Het menu „Info“ kunt u vanuit het hoofdmenu en vanuit alle begeleidingsschermen
selecteren. Als u in het begeleidingsscherm staat:
Druk op de OK-toets als u in één van de begeleidingsschermen staat.
Kies „Info“ en druk op de OK-toets.
Als u in het hoofdmenu staat, kiest u „Info” en drukt u op de OK-toets
De volgende opties zijn beschikbaar:
Berichtselectie: keuze van de TMC-meldingen die op het beeldscherm en akoestisch
moeten worden uitgevoerd.
V-info op pos.: overzicht van verkeersopstoppingen op de geplande route.
V-info op positie: overzicht van verkeersopstoppingen binnen een straal van 400 km
rondom de actuele positie van het voertuig, voorzover deze door de TMC-provider
ter beschikking worden gesteld.
V-info op best.: overzicht van verkeersopstoppingen binnen een straal van 400 km
vanaf het/de volgende viapunt/bestemming, voorzover deze door de TMC-provider
ter beschikking worden gesteld.
Routecriterium: keuze van het criterium voor de routeplanning en routeopties en
activeren van de dynamische routeplanning. Zie ook „Configuratie“, pagina 37.
Routebeschrijving: overzicht van deeltrajecten op de geplande route.
Volgende TMC-zender: zoeken van de volgende TMC-zender via doorloop starten.
Bijzondere lokaties: keuze van maximaal 5 categorieën met bijzondere bestemmingen
die in de kaartweergave moeten worden weergegeven.
Viapunt: weergave van lijst met viapunten en wissen van viapunten.
De boordcomputer
Kies „Boordcomputer” in het hoofdmenu.
De ingebouwde boordcomputer geeft de volgende informatie:
Snelheid: huidige snelheid
Gem. snelheid: gemiddelde snelheid (sinds reset)
Afgelegde weg: traject (sinds reset)
Verstreken tijd: rijtijd (sinds reset)
Lengtegraad*: geografische positie
Breedtegraad*: geografische positie
A
De snelheidsaanduiding dient slechts als aanvullende informatie. Voor het bepalen van de
daadwerkelijke snelheid mag alleen de snelheidsmeter worden gebruikt.
Boordcomputer terugzetten
Kies „Resetten“ om de gegevens voor de gemiddelde snelheid, het afgelegde traject
en de gereden tijd op „0“ terug te zetten.
Boordcomputer in de gesplitste schermweergave
De boordcomputer kan ook samen met de kaartweergave worden weergegeven.
Zie ook „Schermweergaveopties“, pagina 18.
* lengte- en breedtegraad worden bij het gesplitste scherm niet weergegeven.
Navigatie
26
Adresboek
Met de radio met geïntegreerd navi
-
gatiesysteem kunt u ten minste 200
bestemmingsadressen in een persoon
-
lijk adresboek opslaan. Het adresboek
is in de beide categorieën „Privé“ en
„Zakelijk“ verdeeld.
Bovendien kan onder „Thuis“ en
„Werk“ elk een adres voor snelle
toegang (bijv. via de afstandsbe
-
diening) worden opgeslagen.
Daarnaast kunt u met de optie „Adres laden –> Vorige bestemming“ de recent voor de
begeleiding gebruikte bestemmingen oproepen.
Adresboek oproepen
Kies „Adresboek“ in het menu „Navigatie“ of in het menu „Viapunt“, als u het
adresboek voor het invoeren van viapunten wilt gebruiken.
:
Er verschijnt een invoegmenu met de volgende opties:
Adres lezen: hiermee kunt u een reeds in het adresboek opgeslagen adres als bestem
-
ming of als viapunt invoeren.
Adres opslaan: hiermee slaat u het ingevoerde adres op in het adresboek.
Adres wissen: hiermee wist u een adres uit het adresboek.
Positie opslaan: hiermee slaat u de actuele positie van het voertuig in het adresboek
op.
Adressen opslaan
Voer het adres in (zie Bestemming invoeren).
Voer indien gewenst een naam en een telefoonnummer voor het te bewaren adres in.
Kies „Adres opslaan” en bevestig dit met de OK-toets.
Kies de gewenste adresboekcategorie (Thuis, Werk, Privé of Zakelijk) en bevestig uw
keuze met de OK-toets.
:
Het aangegeven adres wordt opgeslagen.
Als het adresgeheugen vol is, wordt dit via een melding aangegeven. In dit geval
moet u één of meerdere adres(sen) wissen voordat u andere adressen kunt opslaan.
Adressen wissen
Kies „Adres wissen” en bevestig dit met de OK-toets.
Kies de gewenste categorie voor het adresboek.
:
Er wordt een lijst met de opgeslagen adressen getoond.
Kies het gewenste adres en druk op de OK-toets.
:
Het gekozen adres wordt verwijderd.
k
Navigatie
27
Navigatie
TMC
4000m
1:52h
9:184
Deutschland
Straat:
Spec. bestemmingen
Adres lezen
Adres opslaan
Terug
Adres wissen
Positie opslaan
Kempten Allgäu
Adresboek
Routecriterium
Viapunt
Als er een passende mobiele telefoon op het navigatiesysteem is aangesloten en de
PIN-code is ingevoerd, verschijnt in het hoofdmenu de optie „Telefoon”.
Als het Bluetooth-symbool verschijnt, is de PIN-code op de mobiele telefoon niet inge
-
voerd of is er geen verbinding met een bekende mobiele telefoon (via CIX 3000 Blue).
Meld in het laatste geval de telefoon eerst bij de CIX 3000 Blue aan. Zie „Bluetooth
Pairing (koppeling tussen mobiele telefoon en CIX 3000 Blue)“, pagina 51.
Menu Telefoon
Kies „Telefoon” in het hoofdmenu.
Het menu Telefoon verschijnt.
1 Aanduiding signaalsterkte. De vulhoogte van de rechthoek geeft de sterkte van het
ontvangen signaal aan.
Als de signaalsterkte in rood wordt aangegeven, bevindt u zich in een gebied waar-
in alleen een extern net kan worden ontvangen. In dit geval kunnen alleen alarm-
meldingen met het alarmnummer „112“ worden doorgegeven.
2 Verbinding verbreken en directe oproep „Gemiste oproepen”.
3 Verbinding tot stand brengen , oproep beantwoorden en directe oproep van de lijst
„gekozen telefoon-nr.”.
4 Wissen van laatste cijfers. Door lang indrukken worden alle ingevoerde cijfers gewist.
5 Toetsenbord voor invoeren van cijfers.
6 Opbouwen van verbinding met voicemailbox van de provider/netwerkexploitant.
Hiervoor moet het nummer van de voicemailbox zijn opgeslagen, zie pagina 36.
7 Berichten/SMS: tekstbericht schrijven of lezen.
8 Bluetooth-symbool (geeft aan dat er een CIX 3000 Blue aangesloten is).
9 Voortgangsindicators voor telefoonboek- en SMS-download.
0 Telefoonboekmenu: opslaan (alleen op SIM-kaart), zoeken of wissen van vermeldingen
in het telefoonboek.
q Telefoonprovider bij wie u momenteel bent geregistreerd.
w Telefoonopties: spraakherkenning (alleen in combinatie met CIX 3000 Blue), de aan
-
genomen, gekozen en de bij afwezigheid binnengekomen gesprekken, de optie om
het telefoonboek in het navigatiesysteem te laden en de algemene telefooninstellingen.
e Actueel ingevoerde cijfers.
r Terug naar het vorige menu.
Telefoon
29
+49694080
123
abc def
jkl mnoghi
456
tuv wxyzpqrs
789
+
*0#
1:52h 9:184
Telefoon TMC 4000m
4
2
3
5
6
Provider
13
14
1
7
8
10
12
1/2
9
11
De mobiele telefoon kan na het uitschakelen van het contact alleen nog direct op
de telefoon worden bediend. Voor de bediening via de monitor en de afstandsbe
-
diening moet het contact zijn ingeschakeld.
Sommige opties zijn alleen bij geselecteerde mobiele telefoons beschikbaar.
Voor een actueel compatibiliteitsoverzicht verwijzen wij u naar het internet onder
www.vdodayton.com.
Bellen
Gespreksvolume
Tijdens een telefoongesprek:
Druk de V -toets één of meerdere keren in om het volume harder te zetten.
Druk de W -toets één of meerdere keren in om het volume zachter te zetten.
De laatst gekozen instelling wordt opgeslagen. Verder kan het volume alleen op de
mobiele telefoon worden ingesteld.
Het volume van de beltoon kan bij een binnenkomend gesprek harder en zachter
worden gezet. Verder kan het volume alleen op de mobiele telefoon worden inge
-
steld.
Tijdens een telefoongesprek kan het volume van de navigatieaanwijzingen alleen
via het menu „Instellingen –> Alg. instellingen –> Spraak instelling“ worden ingesteld.
Kiezen
De volgende opties voor het kiezen van een telefoonnummer zijn beschikbaar:
Directe invoer via het toetsenblok in het menu Telefoon.
Overnemen uit één van de geladen telefoonboeken (SIM-kaart, telefoongeheugen).
Overnemen uit één van de bellijsten (“Gemiste oproepen”, “Ontvangen oproepen”
of “gekozen telefoon-nr”).
Direct kiezen vanuit het menu „Navigatie” (telefoonnummer van de bestemming,
voorzover ingevoerd).
Direct kiezen vanuit de resultatenlijst van de zoekmachine voor route-informatie,
als er een telefoonnummer opgegeven is. Zie ook „Route-informatie“, pagina 47.
Directe invoer via het toetsenblok
Voer in het menu „Telefoon” het gewenste telefoonnummer via het weergegeven
toetsenblok in.
Nadat u een cijfer met de cursor hebt gemarkeerd en vervolgens ter bevestiging op
de OK-toets hebt gedrukt, wordt het cijfer in het rechter weergaveveld overgenomen.
Kies na het volledig invoeren van het gewenste telefoonnummer de groene telefoon
-
toets H en bevestig deze keuze met de OK-toets.
:
De verbinding wordt nu tot stand gebracht.
:
Met de rode telefoontoets P verbreekt u de verbinding.
Telefoon
30
Telefoonlijsten
Telefoonnummers kunnen ook uit de volgende lijsten direct in het telefoonmenu worden
overgenomen:
„Gemiste oproepen” *
„Ontvangen oproepen” *
„gekozen telefoon-nr”
* afhankelijk van de netwerkexploitant en de mobiele telefoon. De beller moet zijn
telefoonnummer doorgeven.
Om een telefoonnummer uit de telefoonlijsten over te nemen:
Kies het E-symbool in het menu „Telefoon“.
Kies ”Lijst gesprekken”.
Kies de gewenste lijst.
Kies de gewenste vermelding uit de lijst.
:
Het geselecteerde telefoonnummer verschijnt in het weergaveveld.
Druk op de groene telefoontoets H om de verbinding tot stand te brengen.
Bellen vanuit het telefoonboek
Kies het B-symbool in het menu „Telefoon“.
Het menu „Telefoonboek” verschijnt.
U kunt nu op twee manieren naar een vermelding in het telefoonboek zoeken:
Zoeken op naam
Voer via het toetsenbord de beginletters van de vermelding in.
:
Als bij het invoeren van de eerste letters een vermelding met dezelfde beginletters
wordt gevonden, verschijnt automatisch de complete vermelding in het weergaveveld.
Kies „OK“ om het telefoonnummer in het menu Telefoon over te nemen.
Kiezen vanuit de telefoonboeklijst
Kies „Lijst“ om alle telefoonnummers van het gekozen telefoonboek weer te geven.
Blader in de lijst en kies de gewenste vermelding om deze in het menu Telefoon
over te nemen.
U kunt ook één of meerdere beginletter(s) invoeren en vervolgens „Lijst“ kiezen om
de mogelijke vermeldingen in te perken.
Telefoon
31
Telefoonboekopties
Telefoonboek kiezen
U kunt tussen de telefoonboeken „SIM-kaart“ en „Mobiele tel.“ omschakelen.
Kies het E-symbool in het menu „Telefoon“.
Het menu voor de telefooninstellingen verschijnt.
Kies „Tel. instell.” en vervolgens „Telefoonboek“.
Kies het gewenste telefoonboek.
Alle beschikbare telefoonboekvermeldingen verwijzen nu naar het gekozen telefoon
-
boek.
Vermelding toevoegen (alleen telefoonboek „SIM-kaart“)
Voer het gewenste telefoonnummer in het menu „Telefoon” in of haal deze uit één
van de telefoonlijsten.
Kies het symbool B.
Kies „Naam invoeren“.
:
Op het beeldscherm verschijnt het toetsenbord om de bijbehorende naam in te voeren.
Bevestig de ingevoerde naam met „OK“.
Opties bij het invoeren, zie onderstaand.
:
De vermelding wordt in het telefoonboek opgeslagen.
Bij onvoldoende geheugencapaciteit van de SIM-kaart of de mobiele telefoon ver-
schijnt er een melding. Om een nieuw nummer op te kunnen slaan, moet eerst een
ander nummer worden gewist.
Opties in het toetsenbord van het telefoonboek
Het toetsenbord in het telefoonboekmenu biedt de volgende opties voor invoeren en
bewerken (afhankelijk van de functie verschijnen niet alle opties):
Lijst: weergeven van de telefoonboeklijst (alfabetisch gesorteerd).
A –> a: van hoofdletters op kleine letters omschakelen.
a –> !: van kleine letters op getallen en speciale tekens omschakelen.
! –> A: van getallen en speciale tekens op hoofdletters omschakelen.
A –> !: van hoofdletters op getallen en speciale tekens omschakelen.
OK: ingevoerde tekenreeks overnemen.
Ins: invoegen van spaties in een bestaande tekenreeks op de huidige positie van de
cursor (bijv. als er achteraf nog tekens moeten worden ingevoegd).
Space: invoegen van spaties.
- - >: bewegen van de cursor activeren/deactiveren.
Opt: weergeven van de telefoonboekopties (vermelding lezen, vermelding
toevoegen, vermelding wissen).
Del: wissen van tekens uit de tekenreeks. Door lang indrukken worden alle
ingevoerde tekens gewist.
Esc: terug naar het bovenliggende menu zonder overnemen van instellingen.
Telefoon
32
SMS (Short Message Service)
Via de koppeling op de mobiele telefoon kunt u ook via het navigatiesysteem korte
tekstberichten (tekst-SMS, lengte maximaal 160 tekens) ontvangen en verzenden. Of
deze functie ter beschikking staat, is afhankelijk van de netwerkexploitant; eventueel
moet deze functie worden geactiveerd. Volg de aanwijzingen van de netwerkexploitant
op.
Afbeeldingen, geluiden, gegevens of multimedia-messages en zeer lange SMS-berichten
worden niet ondersteund. Het telefoonnummer van het SMS-servicecenter moet via de
instellingen op de mobiele telefoon worden ingevoerd.
Ontvangst van SMS-berichten
Als u nieuwe SMS-berichten hebt ontvangen, verschijnt de melding „Nieuwe SMS! Nu
lezen?” op het beeldscherm.
Kies „Ja” als u het bericht direct wilt bekijken.
Kies „Nee” en als u het bericht op een later tijdstip wilt lezen (zie onderstaand).
Ontvangen SMS-berichten worden op de SIM-kaart of in het interne geheugen van
de mobiele telefoon (afhankelijk van het toestel) opgeslagen. Op die manier blijven
zij na het uitschakelen van het systeem behouden en kunnen bijv. ook later op de
mobiele telefoon worden gelezen.
SMS-berichten lezen
SMS-berichten worden automatisch in het navigatiesysteem geladen als de mobiele
telefoon opnieuw op het systeem wordt aangesloten of als het systeem opnieuw wordt
gestart. Het aantal SMS-berichten bedraagt maximaal 50. Bedenk ook dat het inlezen
van alle SMS-teksten enige tijd in beslag kan nemen.
Kies het M-symbool in het menu „Telefoon“.
Kies „SMS lezen“.
Het menu „Opgeslagen SMS” verschijnt.
Blader evt. met de 2 of8-toets op de afstandsbediening per regel naar het einde
resp. het begin van het bericht.
Boven het weergavevenster voor de tekst staat de verzenddatum van de SMS, de tijd
en het telefoonnummer van de afzender (alleen als het telefoonnummer wordt
doorgegeven).
Opties bij SMS-weergave
Tijdens het weergeven van een SMS kunt u door indrukken van de OK-toets op de af
-
standsbediening de volgende opties opvragen.
Terugbellen: hiermee neemt u het telefoonnummer van de afzender over in het menu
Telefoon.
Antwoorden: hiermee legt u een antwoord ter verzending aan de afzender van de
SMS vast.
Bewerken: hiermee bewerkt u de weergegeven tekst. Vervolgens kunt u de gewijzigde
tekst als SMS verzenden.
Wissen: hiermee wist u de weergegeven SMS.
Telefoon
34
SMS-berichten schrijven
Kies het M-symbool in het menu „Telefoon“.
Kies „SMS schrijven“.
Voer de tekst in met behulp van het toetsenbord in (max. 160 tekens).
Kies „OK“ om de ingevoerde tekst te bevestigen.
:
Het menu Telefoon verschijnt.
Voor het invoeren en bewerken van SMS-berichten kunt u over dezelfde opties op
het toetsenbord beschikken als bij het invoeren van namen voor het telefoonboek.
Zie „Opties in het toetsenbord van het telefoonboek“, pagina 32.
SMS-berichten verzenden
Om het ingevoerde SMS-bericht te verzenden voert u het volledige telefoonnum
-
mer van de ontvanger (evt. met internationaal toegangsnummer) in of neemt u het
telefoonnummer over uit het telefoonboek.
Kies vervolgens „SMS verzenden“.
Bij het toevoegen van een antwoord op een ontvangen SMS-bericht wordt het tele
-
foonnummer van de afzender automatisch in het menu „SMS verzenden” overge
-
nomen, voorzover dit doorgegeven is.
Direct kiezen van weergegeven telefoonnummers
Bij bepaalde wegenkaarten-DVD’s/CD’s kan aanvullende informatie bij bijzondere be-
stemmingen worden opgeroepen (zie „Route-informatie“ in het hoofdstuk „C-IQ – In-
telligent Content On Demand“, pagina 47). Als de zoekresultaten een telefoonnummer
bevatten, kan dit direct worden gekozen.
Kies de gewenste bijzondere bestemming in de zoekresultaten.
Markeer het telefoonsymbool en bevestig dit met de OK-toets.
:
Het telefoonnummer wordt in het menu Telefoon overgenomen.
Druk op de groene telefoontoets H om de verbinding tot stand te brengen.
Telefoon
35
Navigatiesysteem aanpassen
U kunt talrijke instellingen wijzigen om het navigatiesysteem naar wens aan te passen.
Kies „Instellingen” in het hoofdmenu.
:
Het menu „Instellingen” verschijnt.
De volgende instellingen kunnen worden geconfigureerd:
Dag-/nachtkleuren
Instellen van de afhankelijkheid van het kleurenschema van de verlichting van het
voertuig. Het kleurenschema kan onder „Beeldscherm“ worden ingesteld.
Automatische omschakeling: Het kleurenschema is afhankelijk van de instelling van
de koplampen.
Altijd kleur bij dag: Er wordt altijd het kleurenschema voor daglicht gebruikt.
Altijd kleur bij nacht: Er wordt altijd het kleurenschema voor duisternis gebruikt.
Beeldscherm
Instellen van de volgende beeldschermeigenschappen:
Kleur bij dag: keuze van het kleurenschema voor een lichte omgeving
Kleur bij nacht: keuze van het kleurenschema voor een donkere omgeving
Statusregel links: keuze van de specificatie die op de statusregel linksonder moet
worden weergegeven.
Statusregel rechts: keuze van de specificatie die op de statusregel rechtsonder moet
worden weergegeven.
Statusregel boven: keuze van de specificatie die op de statusregel boven moet wor-
den weergegeven.
Berichtselectie
Kiezen van de soort TMC-verkeersberichten die door het navigatiesysteem moeten
worden weergegeven en waarmee voor de dynamische routeplanning rekening moet
worden gehouden.
Kies „Alles kiezen“ of „Alles annuleren“, als u alle berichtsoorten tegelijkertijd wilt
activeren/deactiveren.
Sla de gewijzigde instellingen met „Vastleggen“ op.
Druk op de ESC- of de 4-toets om het menu zonder wijzigingen af te sluiten.
Dringende verkeersberichten (bijv. spookrijders) kunnen niet worden geannuleerd
en worden altijd weergegeven.
37
Configuratie
Routecriterium
Voor het berekenen van de route kunt u verschillende criteria kiezen:
Snel: de route wordt voor een zo kort mogelijke reistijd geoptimaliseerd.
Geschikt voor alle situaties.
Kort: de route wordt voor een zo kort mogelijk traject geoptimaliseerd.
Aanbevolen voor stadsritten.
Snelwegen: de route wordt met zoveel mogelijk snelle wegen geoptimaliseerd.
Secundaire wegen: de route wordt met zoveel mogelijk secundaire wegen geopti
-
maliseerd. Aanbevolen wanneer u snelwegen wilt vermijden.
Het symbool van het gekozen routecriterium verschijnt op onderste statusregel.
Bovendien kunt u ook de volgende routeopties activeren:
Tolwegen vermijden*: hiermee vermijdt u tolwegen.
Veerdiensten vermijden*: hiermee vermijdt u veerboten bij de routeberekening.
Tunnels vermijden*: hiermee vermijdt u tunnels bij de routeberekening.
Dynamische route: hiermee activeert/deactiveert u de dynamische routeplanning.
Voor de instellingen voor de dynamische routeplanning verwijzen wij u naar „Dyna
-
mische route“, zie onderstaand.
Sla de gewijzigde instellingen met „Terug“ op.
Druk op de ESC- of de 4-toets om het menu zonder wijzigingen af te sluiten.
* De beschikbaarheid van deze functies is afhankelijk van de gebruikte kaartgegevens.
Wanneer een route niet zonder de geselecteerde uitzonderingen kan worden gepland,
kunnen ook tolwegen, veerverbindingen en tunnels voor het plannen van de route
worden gebruikt.
Dynamische route
Instellen van de volgende parameters voor de dynamische routeplanning:
Omleidingwens: Via deze optie legt u vast of het navigatiesysteem bij verkeersbe-
lemmeringen wel of geen omweg plant. Er zijn vijf niveaus beschikbaar. Het laagste
niveau (1) betekent dat afhankelijk van de omstandigheden en de berekende ver
-
traging ook de oorspronkelijke route door de file heen wordt geprefereerd. Als de
hoogste waarde is gekozen, wordt er in de meeste gevallen een omleiding gepland.
Niveau 3 biedt u een evenwichtige instelling bij de dynamische routeplanning. Deze
waarde is af fabriek ingesteld.
Verkeershorizon: Deze instelling beïnvloedt de omgeving waarin het navigatiesysteem
verkeersbelemmeringen in de routeplanning opneemt.
Totale vertraging: Via deze waarde geeft u aan vanaf welke te verwachten vertra
-
gingstijd als gevolg van een verkeersbelemmering het navigatiesysteem een nieuwe
berekening van de route moet voorstellen.
De te verwachten vertraging wordt met behulp van de gegevens van de ontvangen
TMC-zender bepaald en kan van de werkelijke situatie afwijken.
Automatisch: Als deze functie geactiveerd is, leidt de dynamische routeplanning u
automatisch om files heen. Er verschijnt geen nadere vraag.
Sla de gewijzigde instellingen met „Terug“ op.
Druk op de ESC- of de 4-toets om het menu zonder wijzigingen af te sluiten.
Configuratie
38
Snelh.waarschuwing (snelheidswaarschuwing)
Instellingen voor de aanwijzingen en waarschuwingsmeldingen bij het overschrijden
van de wettelijke of handmatig instelde maximumsnelheid:
Waarsch. ... ov. limiet: Instelling van de tolerantiewaarde voor het overschrijden van
de op de wegenkaarten-DVD/CD opgeslagen wettelijke snelheidslimiet. Bij overschrij
-
den van de ingestelde waarde wordt de snelheid op de statusregel rood weergegeven.
Hiervoor moet de snelheidsaanduiding op de statusregel geactiveerd zijn. Zie ook
paragraaf „Beeldscherm –> Statusregel“.
De beschikbaarheid van de wettelijke maximumsnelheid is afhankelijk van de ge
-
bruikte wegenkaarten-DVD/CD en van het desbetreffende land.
A
BELANGRIJK! De gegevens over maximumsnelheden uit het navigatiesysteem worden
vrijblijvend verstrekt en kunnen niet altijd de actueel geldende regelingen weergeven. Houd u
altijd aan de geldende wettelijke maximumsnelheden en verkeersregels. Voor het weergeven
van de snelheid is uitsluitend de snelheidsmeter bindend.
Waarsch. bij: instellen van een absolute waarde voor een snelheidswaarschuwing. Bij
overschrijden van de waarde verschijnt er een waarschuwingsmelding.
Deze functie is handig bij bijv. een maximumsnelheid voor winterbanden.
Pers. snelh.waars. aan/uit: activeren/deactiveren van een gesproken aanwijzing voor
de snelheidswaarschuwing.
Sla de gewijzigde instellingen met „Terug“ op.
Druk op de ESC- of de 4-toets om het menu zonder wijzigingen af te sluiten.
Afstandsbediening
Instellingen voor de ondersteuning van verschillende afstandsbedieningen:
activeer de afstandsbediening waarmee uw systeem wordt bediend (bijv. wanneer
u ook nog een afstandsbediening op het stuur gebruikt).
Sla de gewijzigde instellingen met „Terug“ op.
Druk op de ESC- of de 4-toets om het menu zonder wijzigingen af te sluiten.
Functie FAVORIETEN
Vastleggen van de functies die met de toets FAVOURITE van de afstandsbediening
moeten worden bediend.
Kies steeds een functie voor het kort en voor het lang indrukken van de toets.
Sla de gewijzigde instellingen met „Vastleggen“ op.
Druk op de ESC- of de 4-toets om het menu zonder wijzigingen af te sluiten.
Configuratie
39
Alg. instellingen
In het menu voor de algemene instellingen zijn de volgende opties beschikbaar:
Taal
Kiezen van de taal voor de meldingen en de gesproken aanwijzingen. Er zijn twee talen
tegelijkertijd in het systeem beschikbaar. Naar behoefte kunnen er andere talen van de
systeemsoftware-CD of de Language Loading-CD worden geladen.
Kiezen van een geïnstalleerde taal:
Kies één van de geïnstalleerde talen.
:
Displaymeldingen en gesproken aanwijzingen worden in de gekozen taal gedaan/
gegeven. Vervolgens verschijnt er een aanwijzing m.b.t. het veilig gebruiken van het
systeem in de gekozen taal.
Andere taal installeren:
Kies „Andere taal“ om één van de beide geladen talen door een taal van de meege
-
leverde Language Loading CD te vervangen.
Plaats de Language Loading-CD in het toestel.
:
Alle op de CD beschikbare talen en sprekers (vrouwelijk/mannelijk) verschijnen.
Kies de gewenste taal.
Kies vervolgens de te vervangen taal.
:
De gekozen taal wordt geladen. Vervolgens verschijnt er een aanwijzing m.b.t. het
veilig gebruiken van het systeem in de gekozen taal.
Sommige uitgebreide gesproken aanwijzingen zijn evt. niet bij alle stemmen
beschikbaar. Daarom raden wij u aan altijd de talen tussen accolades van de
Language Loading CD te laden (bijv. „Nederlands {vrouwenstem 2}“).
Spraak instelling
Instellingen voor de gesproken begeleidingsaanwijzing:
GALA: Instelling van de snelheidsafhankelijke volumestijging.
Geringe (1) tot sterke (5) stijging van het volume naarmate het voertuig sneller rijdt.
Bij „0“ wordt het volume niet verhoogd.
Volume: Instelling van het volume voor de begeleidingsaanwijzingen.
Gespr. info aan/uit: activeren/deactiveren van de gesproken begeleidingsaanwijzingen.
Wanneer de gesproken info uitstaat, knippert het l-symbool op de onderste status
-
regel.
Sla de gewijzigde instellingen met „Terug“ op.
Druk op de ESC- of de 4-toets om het menu zonder wijzigingen af te sluiten.
Maateenheden
Instellingen voor tijd- en datumformaat, maateenheden voor afstandsgegevens en
aanpassen van de huidige tijdzone.
Sla de gewijzigde instellingen met „Terug“ op.
Druk op de ESC- of de 4-toets om het menu zonder wijzigingen af te sluiten.
Configuratie
40
Toestelconfiguratie
Achter de configuratie van het toestel verbergen zich aansluitinstellingen die bij de
installatie van het systeem of bij latere systeemuitbreidingen eenmalig moeten worden
geconfigureerd.
Activeer de desbetreffende uitbreiding.
Sla de gewijzigde instellingen met „Terug“ op.
Druk op de ESC- of de 4-toets om het menu zonder wijzigingen af te sluiten.
Uitschakelprocedure
Instelling van de uitschakelvertraging voor de computer met geïntegreerd navigatie
-
systeem (handig voor bijv. korte tussenstops). De huidige geplande route blijft opge
-
slagen, de computer met geïntegreerd navigatiesysteem is onmiddellijk na het inscha
-
kelen van het contact zonder opstartfase weer gereed voor gebruik.
Stel de gewenste uitschakelvertraging tussen 1 ... 10 minuten in.
Sla de gewijzigde instellingen met „Terug“ op.
Druk op de ESC- of de 4-toets om het menu zonder wijzigingen af te sluiten.
Het toestel schakelt zichzelf na de ingestelde tijd volledig uit.
Systeeminformatie
In het menu „Systeeminformatie“ kunt u kiezen uit de volgende opties:
Diagnose: Door een code beveiligd menu voor installatie- en onderhoudsdoeleinden.
Fabrieksinstelling:: Terugzetten van de gebruikersspecifieke instellingen op de in de
fabriek ingestelde waarden.
Een overzicht van de voorkeursinstellingen vindt u in de bijlage op pagina 50.
Configuratie: Weergeven van toestelidentificatie, hard- en softwareversies voor
onderhoudsdoeleinden.
Snelheidscorr.: Voor de berekening van de resterende reistijd en de geschatte aan-
komsttijd gaat het navigatiesysteem uit van een gemiddelde snelheid. Indien nodig
kunt u deze snelheid aan uw daadwerkelijke gemiddelde snelheid aanpassen. Wij
raden echter geen al te grote afwijkingen van de normale waarde 100 % aan.
Infopunten
Activeren/deactiveren van de aanwijzingen voor C-IQ-infopunten (bijv. bezienswaar
-
digheden, vaste radarinstallaties en flitspalen). Zie daarvoor ook paragraaf „Functie
Infopunten“ in het hoofdstuk „C-IQ – Intelligent Content On Demand“, pagina 47.
Activeer of deactiveer „Alarm bij speciale bestemmingen” door op de OK-toets te
drukken.
Door tweemaal te drukken op de OK-toets kunt u ook nog een gesproken aanwijzing
actieveren.
Bij een geactiveerde gesproken aanwijzing verschijnt een luidsprekersymbool.
Sla de gewijzigde instellingen met „Vastleggen“ op.
Kies „C-IQ“ om contactgegevens van uw C-IQ Service Centre te bekijken of om direct
contact op te nemen (alleen bij aangesloten telefoonuitbreiding).
Druk op de ESC- of de 4-toets om het menu zonder wijzigingen af te sluiten.
Configuratie
41
Menu C-IQ
Kies „C-IQ“ in het hoofdmenu.
:
Het menu „C-IQ“ verschijnt.
Het menu „C-IQ” biedt u de volgende opties:
Code-invoer: invoeren van toegangscodes voor het activeren van C-IQ-producten.
C-IQ SMS-lijst: het systeem is zo uitgevoerd dat de C-IQ-code via SMS kan worden
verwerkt. Om deze functie te kunnen gebruiken hebt u een bijpassende telefoon
-
module nodig.
Mijn C-IQ: overzicht van de op dat moment actieve C-IQ-producten.
Prepaid C-IQ: beheer van uw Prepaid C-IQ-rekening.
Easy Start: activeringsoptie voor vooraf geïnstalleerde C-IQ-producten.
Preview: kiezen en activeren van gratis C-IQ-previewproducten (qua tijd begrensde
producten).
Configuratie: instellingen voor het weergeven van de status van uw geactiveerde
producten (bijv. binnenkort aflopen of starten).
Info: informatie over C-IQ.
C-IQ Service: contactgegevens van het C-IQ Service Center.
Op het bovenste gedeelte van het scherm verschijnen de Navi ID (toestelidentificatie)
en het versienummer van de aangebrachte–DVD/CD.
Systeem registreren en product activeren
Om uw systeem te registreren of om C-IQ-producten te kopen of te retourneren moet
u altijd de Navi ID en het versienummer van de aangebrachte wegenkaarten-DVD/CD
bij de hand hebben zodra u met C-IQ Service contact opneemt.
In het menu „C-IQ“:
Noteer de 8-cijerige code achter „Navi ID“ en de versiegegevens van de kaartensoft
-
ware (rechts naast de Navi ID).
U vindt de Navi ID ook in het menu „Code-invoer“.
In sommige gevallen kan het voor eenduidige informatie van uw systeem noodzakelijk
zijn om de Initial ID op te geven. Deze vindt u in het menu „C-IQ –> Configuratie“.
Nu kunt u contact met C-IQ Service opnemen.
C-IQ – Intelligent Content On Demand
43
C-IQ
TMC
4000m
1:52h
9:184
Navi ID: L3CJ 94GC
C-IQ SMS lijst
Mijn C-IQ
CD EUR 2005/1
Code-invoer
Prepaid C-IQ
Easy Start
Info
C-IQ Service
Configuratie
Terug
Preview
Functie Infopunten
Sommige C-IQ-DVDs/CDs ondersteunen de functie Infopunten van uw navigatiesys
-
teem met optische en akoestische meldingen van markante punten langs uw route.
Verschillende providers van reis- en verkeersinformatie hebben deze speciaal voor
navigatiesystemen geoptimaliseerd. Hierbij horen o.a. het attent maken op perma
-
nente radarinstallaties of andere, voor de veiligheid belangrijke (bijv. flitspalen enz.)
en toeristisch bezienswaardige punten. Als u een dergelijk product via de C-IQ-toe
-
gangscode hebt vrijgegeven, kunt u de functie Infopunten activeren resp. deactiveren.
Kies Infopunten in het menu Configuratie. Druk op de OK-toets.
Zodra u een infopunt nadert, verschijnt er een melding over dit punt op het navi
-
gatiesysteem.
Met INFOkunt u nadere informatie over dit infopunt bekijken. Bij sommige cate
-
gorieën is het mogelijk het infopunt direct in de begeleiding over te nemen (bijv. bij
hotels, restaurants) en de route erheen te plannen.
Het gebruik van de functie Infopunten in combinatie met radarinstallaties ondersteunt
u bij het met extra opmerkzaamheid rijden in de door de overheid als bijzonder
belangrijk voor de veiligheid beschouwde gebieden. Ondanks het betrachten van
uiterste zorgvuldigheid kunnen de gegevens toch hiaten vertonen.
Reisinformatie
Met de functie Reisinformatiehebt u comfortabel toegang tot reisgidsinformatie
van verschillende aanbieders. Al naar gelang de aangebrachte wegenkaarten-DVD/CD
en de geactiveerde C-IQ-route-infoproducten kan er verschillende informatie van ex-
terne aanbieders worden opgeroepen. Dit kunnen bijvoorbeeld hotel-, restaurant- en
shoppinggidsen of toeristische gegevens zijn.
Voor het zoeken in de reisinformatie wordt een zoekmachine gebruikt die vergelijk-
baar is met de zoekmachines op het internet.
De weergegeven informatie kan tekst, afbeeldingen, links, adressen en telefoonnum-
mers bevatten. Zo kunt u bijv. direct uit de reisgids het adres van een hotel in de be-
geleiding overnemen.
Zoeken in reisinformatie
Kies Reisinformatie in het hoofdmenu.
:
Het overzicht van de C-IQ-reisinfoproducten op de wegenkaarten-DVD/CD verschijnt.
De voor u geactiveerde producten worden in vet weergegeven.
Kies het gewenste product uit de lijst.
Kies één van de volgende zoekopties uit de lijst:
Zoeken rondom bestemming: geeft het zoekmasker voor inrichtingen rondom de
bestemming weer.
Zoeken op positie: geeft het zoekmasker voor inrichtingen rondom de actuele positie
weer.
Zoeken rondom een stad: geeft het zoekmasker voor inrichtingen rondom de plaats
van uw keuze weer.
Zoeken bij viapunt: geeft het zoekmasker voor inrichtingen rondom een ingevoerd
viapunt weer.
Ga naar homepage: geeft de startpagina van de gekozen aanbieder weer (voorzover
op de wegenkaarten-DVD/CD aanwezig).
C-IQ – Intelligent Content On Demand
47
Om de gezochte informatie te beperken, verschijnen evt. meerdere lijsten, waaruit u
telkens de subcategorie kunt kiezen (bijv. Auto/Route > Auto > Garages).
Bediening van de zoekmachine
Druk op de toets 4 of 6 om van de ene naar de andere optie in het zoekmasker te
gaan.
:
De gekozen optie wordt telkens donker geaccentueerd.
Bevestig de geaccentueerde optie om de desbetreffende optie te activeren.
Druk op de toets 8 of 2 om dit deel van het scherm naar de zijkant naar boven of
naar beneden te verplaatsen.
Afhankelijk van de provider en het product hebt u vervolgens in het zoekmasker talloze
functies ter beschikking om uw zoekopdracht in te perken. Dit kunnen bijvoorbeeld zijn:
een lijst met afstanden in de omgeving waarvan zich de gezochte inrichting moet
bevinden.
het toetsenbord voor het invoeren van een trefwoord voor het zoeken.
een de lijst met de beschikbare merken (bijv. alle gevonden autofabrikanten in de
rubriek Garages).
Start vervolgens uw zoekopdracht via de optie Zoeken.
Weergeven van de zoekresultaten
Na het starten van een zoekopdracht
verschijnen de resultaten van het zoe-
ken door het navigatiesysteem in de
vorm van een lijst.
De resultaten bevatten het adres van
de inrichtingen en de afstand vanaf de
actuele positie.
Via het -symbool kunt u de ge-
detailleerde informatie over de in-
richtingen weergeven.
Met het -symbool roept u de
volgende pagina met resultaten op.
Met het -symbool kunt u de vorige pagina met resultaten oproepen.
Overnemen in de begeleiding
In het detailscherm kunt u de gekozen inrichting via het
-symbool direct als nieuwe
bestemming in de begeleiding overnemen.
C-IQ – Intelligent Content On Demand
48
26km
Bürgerhof
01234 Bad Bärstadt
1.5 km
Hotel Goldener Löwe
01234 Bad Bärstadt
1.7 km
Landhotel Bärstädter Mühle
01234 Bad Bärstadt-
Obermühlen
5.8 km
(1 - 10) Searched for
1:52h 6 9:18
TMC-symbolen
Onderstaand vindt u een overzicht van alle in het begeleidings- en kaartscherm gebruikte
TMC-symbolen.
Symbool Betekenis Symbool Betekenis
Bij kleine schalen
U Ongelukken
> Verkeersopstopping in de
weergegeven rijrichting
B Langzaam rijdend of stilstaand
verkeer
@ Verkeersopstopping in beide
rijrichtingen
J Filemeldingen
In de gedetailleerde weergave en in het
begeleidingsscherm
W Vertragingen, wachttijden
R Werk in uitvoering g Speciaal transport
6 Gevaar v Wegversmallingen
F Slipgevaar p Parkeerproblemen
Y Slechte weersgesteldheid G Spookrijder
K Slecht wegdek c Versperringen
N Slecht zicht S SMOG-alarm
H Sterke wind D Beperkte doorrijhoogte
r Luister naar de verkeersinformatie
Aanhangsel
49
Fabrieksinstellingen
Als de functie Configuratie > Systeeminformatie > Fabrieksinst. wordt uitgevoerd,
worden de volgende instellingen op de fabriekswaarden teruggezet:
Instelling Fabriekswaarde
Tijdzone 0
Tijdformaat 24 uursformaat
Datumformaat Dag.maand.jaar
Maateenheden Km/m
Gesproken info Aan
Volume Middelste stand
GALA Uit
Kleur bij dag Blauw
Kleur bij nacht Donkerblauw
Kaartkleur Automatische omschakeling
Wegenkaartmodus Richting noorden
Statusregel links Resterende reistijd
Statusregel rechts Geschatte aankomsttijd
Statusregel boven TMC
Routecriterium Snelle
Geen tolwegen Gedeactiveerd
Veerboten mijden Gedeactiveerd
Tunnels mijden Gedeactiveerd
Dynamische route Geactiveerd
Omleidingwens Middel
Vertragingstijd Gering
Automatische modus Uit
Snelheidscorrectie 100%
Infopunten Gedeactiveerd
Configuratie van toestel Multimediabox gedeactiveerd
TV-tuner gedeactiveerd
Achteruitrijdcamera gedeactiveerd
Afstandsbediening RC 5400
Aanhangsel
50
Bluetooth Pairing
(koppeling tussen mobiele telefoon en CIX 3000 Blue)
Bij gebruik van de CIX 3000 Blue handsfree-terminal moet de mobiele telefoon bij de
CIX 3000 Blue worden aangemeld. Deze procedure wordt voor elke telefoon éénmaal
uitgevoerd.
Als er zich geen aan het systeem gekoppelde mobiele telefoon binnen het bereik bevindt,
verschijnt na het inschakelen automatisch de optie Bluetoothin het hoofdmenu van
het navigatiesysteem. Zorg ervoor dat de Bluetooth-functie van uw mobiele telefoon
geactiveerd is (voor nadere informatie verwijzen wij u naar de gebruiksaanwijzing van
uw mobiele telefoon).
Ga als volgt te werk om een mobiele telefoon aan de CIX 3000 Blue te koppelen:
Kies Bluetooth in het hoofdmenu.
:
Op het beeldscherm verschijnt de vraag Pairing starten?.
Kies Ja en druk op de OK-toets.
:
Op het beeldscherm verschijnt de informatie Pairing gestart.
Start nu ook het zoeken naar Bluetooth-toestellen met uw telefoon (deze functie
verschilt per fabrikant).
:
Het navigatiesysteem heeft nu enige tijd nodig om de mobiele telefoon aan te melden.
:
De mobiele telefoon vraagt na het vinden van de CIX 3000 Blue om een PIN-code
om de koppeling uit te voeren. Voer hier 1234 in.
:
Na het voltooien van de procedure verschijnt de apparaatnaam van uw mobiele
telefoon op het beeldscherm.
Bevestig deze met de OK-toets.
:
In het hoofdmenu verschijnt vervolgens de optie Telefoon.
Aanhangsel
51
51

Hulp nodig? Stel uw vraag in het forum

Spelregels
1

Forum

VDO-Dayton-ms-5700
  • Mn systeem werkt niet,althans navigeert wel maar op beeldscherm storing,vaak bij lage temperaturen, meestal na,10 minuten komt t beeld weer en werkt alles,nu geen beeld,alleen streepjes etc, wat kan k doen Gesteld op 12-3-2016 om 14:27

    Reageer op deze vraag Misbruik melden
    • hallo, dit probleem heb ik ook, systeem is ingebouwd in BMW. Na een minuut of 10 bij lagere temperaturen komt ie wel en werkt ook goed. Nu is het zover dat het beeldscherm streepjes blijft geven en ik krijg m niet meer goed. Heb jij al een oplossing gevonden? ik hoor je reactie graag.
      gr M de Schrevel Geantwoord op 22-3-2016 om 21:56

      Waardeer dit antwoord Misbruik melden
  • Hoi, het scherm van m'n VDO MS 5700 komt er niet meer uit, wel hoor ik de radio heel zachtjes spelen, weet iemand wat hieraan te doen is? Gesteld op 14-6-2015 om 15:07

    Reageer op deze vraag Misbruik melden
    • Als je een mail stuurt naar dit adres, die heeft er zeker een oplossing voor, hij heeft ons al verschillende keren geholpen, arie@wellseind.nl Geantwoord op 20-7-2015 om 22:46

      Waardeer dit antwoord Misbruik melden
  • heb een pc 5700I;pas nieuwe DVD gekocht van Europa 2012 2013.werkte perfect,nu na een week,krijg ik strepen,alleen maar streepjes in beeldscherm,na een minuut of 10 is het weg en functioneert normaal,cd is niet beschadigd.wat kan k doen zodat ie hetmeteen doet zoals t hoort?,hij start ook niet op met het beginscherm.graag hoor ik van jullie. Vrgr MdeS Gesteld op 13-12-2014 om 22:51

    Reageer op deze vraag Misbruik melden
    • Hoi,

      Het lijkt erop alsof het moederbord niet helemaal 100% meer is.
      Als hij warm is doet hij het wel normaal.

      Ik heb eventueel wel wat reservedelen liggen.

      Mocht ik je hiermee van dienst kunnen zijn, dan kun je me even bellen op 06-11917468

      M.v.g.

      Ronald Swan Geantwoord op 8-3-2015 om 18:08

      Waardeer dit antwoord (1) Misbruik melden
  • hallo hierbij vraag ik dat vdo 5700 geen gps kan vinden,en geeft allleen ga naar de bestemming Gesteld op 30-6-2014 om 20:03

    Reageer op deze vraag Misbruik melden
    • Hoi,

      Dat kan een defect betekenen of aan je GPS antenne, of aan je PC5700.

      Eventueel kunnen we samen naar het probleem kijken.

      Mocht je dit willen, neem dan even contact op met me op 06-11917468

      M.v.g.

      Ronald Swan Geantwoord op 15-7-2014 om 14:35

      Waardeer dit antwoord Misbruik melden
  • Heb geen sataliet verbinding en krijg ook de cdrom niet uit het appraat Gesteld op 26-5-2014 om 10:47

    Reageer op deze vraag Misbruik melden
    • Hoi,

      Afgaande op de omschreven problemen, dan lijkt het erop alsof de computer een defect aan het moederbord heeft. Dit kan wellicht door waterschade komen.

      Eventueel kunnen we er samen naar kijken.

      Als je dit wilt, neem dan even contact op met me op 06-11917468

      M.v.g.

      Ronald Swan Geantwoord op 15-7-2014 om 14:36

      Waardeer dit antwoord Misbruik melden

Misbruik melden

Gebruikershandleiding.com neemt misbruik van zijn services uitermate serieus. U kunt hieronder aangeven waarom deze vraag ongepast is. Wij controleren de vraag en zonodig wordt deze verwijderd.

Product:

Bijvoorbeeld antisemitische inhoud, racistische inhoud, of materiaal dat gewelddadige fysieke handelingen tot gevolg kan hebben.

Bijvoorbeeld een creditcardnummer, een persoonlijk identificatienummer, of een geheim adres. E-mailadressen en volledige namen worden niet als privégegevens beschouwd.

Spelregels forum

Om tot zinvolle vragen te komen hanteren wij de volgende spelregels:

Belangrijk! Als er een antwoord wordt gegeven op uw vraag, dan is het voor de gever van het antwoord nuttig om te weten als u er wel (of niet) mee geholpen bent! Wij vragen u dus ook te reageren op een antwoord.

Belangrijk! Antwoorden worden ook per e-mail naar abonnees gestuurd. Laat uw emailadres achter op deze site, zodat u op de hoogte blijft. U krijgt dan ook andere vragen en antwoorden te zien.

Abonneren

Abonneer u voor het ontvangen van emails voor uw VDO Dayton ms 5700 bij:


U ontvangt een email met instructies om u voor één of beide opties in te schrijven.


Ontvang uw handleiding per email

Vul uw emailadres in en ontvang de handleiding van VDO Dayton ms 5700 in de taal/talen: Nederlands als bijlage per email.

De handleiding is 1,08 mb groot.

 

U ontvangt de handleiding per email binnen enkele minuten. Als u geen email heeft ontvangen, dan heeft u waarschijnlijk een verkeerd emailadres ingevuld of is uw mailbox te vol. Daarnaast kan het zijn dat uw internetprovider een maximum heeft aan de grootte per email. Omdat hier een handleiding wordt meegestuurd, kan het voorkomen dat de email groter is dan toegestaan bij uw provider.

Stel vragen via chat aan uw handleiding

Stel uw vraag over deze PDF

Uw handleiding is per email verstuurd. Controleer uw email

Als u niet binnen een kwartier uw email met handleiding ontvangen heeft, kan het zijn dat u een verkeerd emailadres heeft ingevuld of dat uw emailprovider een maximum grootte per email heeft ingesteld die kleiner is dan de grootte van de handleiding.

Er is een email naar u verstuurd om uw inschrijving definitief te maken.

Controleer uw email en volg de aanwijzingen op om uw inschrijving definitief te maken

U heeft geen emailadres opgegeven

Als u de handleiding per email wilt ontvangen, vul dan een geldig emailadres in.

Uw vraag is op deze pagina toegevoegd

Wilt u een email ontvangen bij een antwoord en/of nieuwe vragen? Vul dan hier uw emailadres in.



Info