Inbouwhandleiding
De montage en reparatie
mag enkel van een vak-
man worden uitgevoerd!
Vóór begin van de werkzaam-
heden de inbouwinstructies
zorgvuldig lezen en opvolgen.
Belangrijke inbouwin-
structies
1. Het afgeschermde meetka-
bel (lengte 6 m) mag niet
worden gekort, verlengd of
geknikt !
2. Moet er voor een gunstige
kabelvoering een opening (5)
van de gasflessen-kast direkt
in het interieur worden gebo-
ord, moet deze opening ten
minste 50 cm boven de
bodem liggen en vervolgens
met silicone of iets dergelijks
worden versloten.
3. Om onjuiste metingen te
voorkomen, moeten meetka-
bels (4) (ook die van de Sona-
tic L) met een afstand van
ten minste 20 cm naar de
elektrische leidingen (vooral
voor halogeen lampen) wor-
den verlegd.
24
4. Door de opname zit de gas-
fles circa 20 mm hoger. Des-
gewenst moet de gasflessen-
bevestiging zo worden ge-
wijzigd, dat de gasfles regle-
mentair kan worden bevestigd!
Montage van de gas-
fles-opname
Afbeelding A: De bevesti-
ging van de gasfles losmaken
en de opname (1) zo onder de
gasfles leggen, dat het meet-
kabel (2) op een beveiligde
plek uit de flessenkast kan
worden geleid. De gasfles
weer bevestigen om de verti-
cale montagestand van de gas-
fles-opname te waarborgen.
De 4 bevestigingspunten resp.
de vorm kenmerken en de
opname weer eruit nemen.
De 4 bevestigingsgaten
boren (op eronder liggende
verlegde kabels, gaspijpen
enz. letten) en het meetbord
met 4 schroeven (afbeelding
A: 3 - niet tot de levering be-
horend) bevestigen (het
schroevensoort en de schroe-
venlengte dienen in overeen-
stemming met de bodemge-
steldheid te worden gekozen).
Gasfles aanbrengen en weer
reglementair bevestigen.
Attentie: Om verkeerde me-
tingen te voorkomen, moet
de opname horizontal in het
voertuig worden gemonteerd.
Kan een horizontale bevesti-
gingsgordel niet meer wor-
den toegepast, moet een ver-
ticale spangordel onder de
opname worden gemonteerd
(in de vakhandel verkrijgbaar
- zie afbeelding A - linker gas-
fles).
Elektrische aansluiting
Afbeelding A: Het meetka-
bel (2 - lengte 6 m) door de
voorhanden uitsparingen in
het bodembereik van de gas-
flessen-kast (4) langs de ga-
spijp knikvrij naar de bestem-
de plaats van het bedienings-
element verleggen. (om be-
schadigingen te voorkomen,
kan de meetkabel in het be-
reik van de flessenopname in
een veiligheidspijp (binnen
Ø 15 mm) worden verlegd).
Gat Ø 15 mm voor de door-
voering van de meetkabel in
het interieur boren en de aan-
sluitkabel naar de bestemde
plaats van het bedieningsele-
ment knikvrij verleggen.
Afbeelding B: Ter plekke
voor het bedieningselement
gat Ø 15 mm (6) voor de ka-
beldoorvoering boren.
Meetkabel en 12V-toevoerlei-
ding van binnen door de
wand voeren en volgens aan-
sluitschema (afbeelding C)
aan het bedieningselement
vastmaken.
Het bedieningselement met
de 2 bijgevoegde schroeven
bevestigen.
Voor een „verzonken monta-
ge” van het bedieningselement
levert Truma als speciale to-
ebehoren een bedienings-
deelframe (art.-nr. 39980-01).
Het toestel aan het beveiligde
boordnet (centrale elektrische
kast 5 - 10 A) met kabel 2 x
0,75 mm
2
aansluiten. Bij di-
rekte aansluiting aan de accu
de plus- en minleiding bevei-
ligen.
Alle kabels met klemmen be-
veiligen!
Bij gebruik van netdelen
moet er rekening mee wor-
den gehouden, dat het toe-
stel met een veiligheidsklein-
spanning volgens EN 60742
mag worden geëxploiteerd.