Een statuspagina afdrukken ........................................................................................................................... 2-7
Status Monitor ................................................................................................................................................ 2-16
Embedded Web Server RX ............................................................................................................................2-20
Aan- en uitzetten ............................................................................................................................................2-26
Papier plaatsen ..............................................................................................................................................2-29
Een afdruktaak annuleren ............................................................................................................................... 3-3
Vervangen van de tonerafvalbak ....................................................................................................................5-7
De printer reinigen ........................................................................................................................................... 5-9
Langdurig niet gebruiken en verplaatsen van de printer ........................................................................... 5-11
Over de opties ..................................................................................................................................................A-2
Status Monitor......................................................................................................................................2-16
Embedded Web Server RX..................................................................................................................2-20
Aan- en uitzetten..................................................................................................................................2-26
Papier plaatsen ....................................................................................................................................2-29
Voorbereiding voor het gebruik
2-2
Netwerkinterfaceparameters wijzigen
Deze printer ondersteunt TCP/IP (IPv4), TCP/IP (IPv6), IPP, SSL server en de IPSec-protocollen en Beveiligingsniveau.
In de onderstaande tabel staan de benodigde items voor elk van de instellingen.
Configureer de netwerkparameters van de printer zoals nodig voor uw PC en uw netwerkomgeving.
MenuSubmenuInstelling
NetwerkInst.bdr.
netwk.
TCP/IP instel.TCP/IPAan/Uit
IPv4-instellingDHCPAan/Uit
Auto-IPAan/Uit
IP-adresIP-adres
SubnetmaskerIP-adres
Default GatewayIP-adres
IPv6-instellingIPv6-instellingAan/Uit
Handm.
instell.
IP-adresIP-adres
Lengte
prefix
0-128
Default
Gateway
IP-adres
RA(Stateless)Aan/Uit
DHCPv6Aan/Uit
LAN-interfaceAuto/10BASE-Half/
10BASE-Full/
100BASE-Half/
100BASE-Full/
1000BASE-T
Protocol-
instellingen
BonjourUit/AanAan/Uit
IPSecUit/AanAan/Uit
NetBEUIUit/AanAan/Uit
SNMPv3Uit/AanAan/Uit
FTP (Server)Uit/AanAan/Uit
SNMPUit/AanAan/Uit
SMTPUit/AanAan/Uit
POP3Uit/AanAan/Uit
Raw-poortUit/AanAan/Uit
LPDUit/AanAan/Uit
IPPUit/AanAan/Uit
Poortnummer1 - 32767
IPP via SSLUit/AanAan/Uit
2-3
Voorbereiding voor het gebruik
Netwerkinstellingen
Dit deel legt de instellingen uit voor gebruik van DHCP of wanneer een IP-adres ingevoerd wordt met TCP (IPv4)
geselecteerd. Raadpleeg de Engelse Gebruikershandleiding voor meer informatie over de instellingen. Raadpleeg Het
menuselectiesysteem gebruiken op pagina 4-7 voor informatie over gebruik van het menuselectiesysteem.
1
Druk, wanneer de printer Gereed om te printen., Even
wachten aub. of Wordt verwerkt. aangeeft, op [Menu].
Selectiemenu Modus wordt weergegeven.
2
Druk op of om Netwerk te selecteren.
3
Druk op [OK]. Menu Netwerk verschijnt.
4
Druk op of om Inst.bdr. Netwk. te kiezen.
NetwerkProtocol-
instellingen
HTTPUit/AanAan/Uit
HTTPSUit/AanAan/Uit
LDAPUit/AanAan/Uit
ThinPrintUit/AanAan/Uit
Poortnummer1 - 32767
ThinPrint viaSSLAan/Uit
WSD-afdrukUit/AanAan/Uit
EnhancedWSD
(SSL)
Uit/AanAan/Uit
Enhanced
WSD
Uit/AanAan/Uit
Netw.opn.opstartJa/Nee
BeveiligingNetw.
beveilig.
SSL-instellingSSLUit/AanAan/Uit
Opmerking
Wanneer de netwerkinstellingen gewijzigd zijn, moet de netwerkkaart van het apparaat opnieuw
opgestart worden. Dit moet om de instellingen van kracht te maken. Raadpleeg de Engelse Gebruikershandleiding
voor meer informatie.
Opmerking
Controleer bij het handmatig invoeren van een IP-adres het IP-adres, Subnetmasker en Default
Gateway bij de systeembeheerder.
MenuSubmenuInstelling
Menu
Teller
Einde
03
Papier instel.
02
01
Rapport
Netwerk
Hostnaam
Einde
Inst.bdr.netwk.
01
02
Protocolinstell
03
Voorbereiding voor het gebruik
2-4
5
Druk op [OK]. Het menuscherm Inst.bdr. Netwk. verschijnt.
Controleren of TCP/IP ingeschakeld is
Dit is een uitleg voor het instellen van IPv4, maar TCP/IP moet ook aan zijn bij het instellen voor IPv6.
6
Selecteer TCP/IP-instel. en druk op [OK]. Menu TCP/IP
instel. verschijnt.
7
Druk op of om TCP/IP te selecteren.
8
Druk op [OK]. Menu TCP/IP verschijnt.
9
Controleer of Aan geselecteerd is. Als Uit geselecteerd is, druk dan
op of om Aan te selecteren.
10
Druk op [OK]. De TCP/IP-instellingen worden ingesteld en menu
TCP/IP instel. verschijnt opnieuw.
DHCP in- of uitschakelen
Selecteer Aan wanneer een DHCP-server gebruikt wordt om automatisch een IP-adres te verkrijgen. Selecteer Uit om een
IP-adres in te geven.
11
Druk op of om IPv4 Instelling te selecteren.
12
Druk op [OK]. Menu IPv4 Instelling verschijnt.
Inst.bdr.netwk.
TCP/IP instel.
Einde
LAN-interface
01
02
Opmerking
Er wordt "*" weergegeven voor de instelling die
geselecteerd is.
TCP/IP instel.:
a
b
********************-
2
IPv4 Instelling
3
IPv6 Instelling
[ Einde ]
1
TCP/IP
TCP/IP:
a
b
1
Uit
********************-
2
*Aan
TCP/IP instel.:
a
b
********************-
2
IPv4 Instelling
3
IPv6 Instelling
[ Einde ]
1
TCP/IP
IPv4 Instelling:
a
b
********************-
2
Auto-IP
3
IP-adres
[ Einde ]
1
DHCP
2-5
Voorbereiding voor het gebruik
13
Druk op of om DHCP te selecteren.
14
Druk op [OK]. Venster DHCP verschijnt.
15
Druk op of om Uit of Aan te selecteren.
16
Druk op [OK]. De DHCP-instelling wordt ingesteld en menu IPv4
Instelling verschijnt opnieuw.
Ingeven van het IP-adres
Als DHCP ingesteld is op Uit, geef dan het IP-adres handmatig in.
17
Druk op of om IP-adres te selecteren.
18
Druk op [OK]. Menu IP-adres verschijnt.
19
Gebruik de cijfertoetsen of of om het IP-adres in te voeren.
Er kunnen waarden tussen 000 en 255 ingesteld worden.
Verhoog of verlaag de cijfers door op of te drukken.
Gebruik en om de positie waarop ingevoerd wordt, te wijzigen;
de actieve positie wordt benadrukt.
20
Druk op [OK]. Het IP-adres wordt opgeslagen en menu IPv4
Instelling verschijnt opnieuw.
Opmerking
DHCP wordt ingeschakeld wanneer Aan
geselecteerd is. Druk op [Menu] om selectiemenu Modus te
verlaten.
Wanneer Uit ingesteld is, ga dan verder met het IP-adres
ingeven.
DHCP:
a
b
1
Uit
********************-
2
*Aan
IPv4 Instelling:
a
b
********************-
2
Auto-IP
3
IP-adres
[ Einde ]
1
DHCP
IP-adres:
a
b
/**0.
0. 0. 0
IPv4 Instelling:
a
b
1
DHCP
2
Auto-IP
********************-
[ Einde ]
3
IP-adres
Voorbereiding voor het gebruik
2-6
Ingeven van het subnetmasker
Als DHCP ingesteld is op Uit, geef het subnetmasker dan handmatig in.
21
Druk op of om Subnetmasker te selecteren.
22
Druk op [OK]. Menu Subnetmasker verschijnt.
23
Gebruik de cijfertoetsen of of om het subnetmasker in te voeren.
Er kunnen waarden tussen 000 en 255 ingesteld worden.
De invoermethode is gelijk aan die voor het IP-adres.
24
Druk op [OK]. De instelling voor het subnetmasker wordt opgeslagen
en menu IPv4 Instelling verschijnt opnieuw.
Ingeven van de Default Gateway
Als DHCP ingesteld is op Uit, geef de Default Gateway dan handmatig in.
25
Druk op of om Default Gateway te selecteren.
26
Druk op [OK]. Menu Default Gateway verschijnt.
27
Gebruik de cijfertoetsen of of om de default gateway in te
voeren.
Er kunnen waarden tussen 000 en 255 ingesteld worden.
De invoermethode is gelijk aan die voor het IP-adres.
28
Druk op [OK]. De default gateway wordt opgeslagen en menu IPv4
Instelling verschijnt opnieuw.
Hiermee worden de netwerkinstellingen afgerond. Druk op [Menu]
om selectiemenu Modus te verlaten.
Subnetmasker:
a
b
/**0.
0. 0. 0
IPv4 Instelling:
a
b
********************-
5
Default Gateway
6
Bonjour
[ Einde ]
4
Subnetmasker
Opmerking
Wanneer de netwerkinstellingen gewijzigd zijn,
moet de netwerkkaart van het apparaat opnieuw opgestart
worden. Dit moet om de instellingen van kracht te maken.
Raadpleeg de Engelse Gebruikershandleiding voor meer
informatie.
Default Gateway
a
b
/**0.
0. 0. 0
2-7
Voorbereiding voor het gebruik
Een statuspagina afdrukken
Druk, als u klaar bent met de netwerkinstellingen, een statuspagina af. Met de statuspagina kunt u verschillende
informatiegegevens bevestigen, waaronder netwerkadressen en netwerkprotocollen.
Om een statuspagina af te drukken, selecteer Druk rapport af in het menu Rapport en selecteer vervolgens
Statuspagina. Raadpleeg de Engelse Gebruikershandleiding voor meer informatie.
Voorbereiding voor het gebruik
2-8
Software installeren
Installeer de benodigde software op uw pc van de bijgeleverde DVD (Product Library) als u de printerfunctie van dit apparaat
wilt gebruiken op uw pc.
Software
U kunt één van de installatiemethoden Snel installeren of Aangepast installeren selecteren. Snel installeren is de
standaard installatiemethode. Gebruik, om componenten te installeren die niet geïnstalleerd kunnen worden met Snel
installeren, Aangepast installeren.
Voor meer informatie over Aangepast installeren, raadpleeg Aangepast installeren op pagina 2-10.
SoftwareBeschrijving
Snel
installeren
Printing System DriverMet dit stuurprogramma kunt u bestanden op een computer laten afdrukken
door het systeem.
Elk printerstuurprogramma ondersteunt meerdere talen voor pagina-
omschrijvingen (PCL, XL, KPDL, etc.). Dit printerstuurprogramma biedt u de
mogelijkheid om van alle functies van het apparaat gebruik te maken.
Gebruik dit stuurprogramma om PDF-bestanden aan te maken.
Printing System (XPS)
Driver
Dit printerstuurprogramma ondersteunt het XPS-formaat (XML
papierspecificatie) zoals ontwikkeld door Microsoft Corporation.
—
KPDL mini-driver/PCL
mini-driver
Dit is een Microsoft MiniDriver die PCL en KPDL ondersteunt. Er zijn enkele
beperkingen in de functies en optionele functies van het systeem die met dit
stuurprogramma gebruikt kunnen worden.
—
NETWORK PRINT
MONITOR
Dit is een hulpmiddel waarmee het mogelijk is het systeem in het netwerk te
monitoren.
—
Status MonitorDit is een hulpprogramma dat de status van de printer controleert en voorziet
in een doorlopende rapportfunctie.
Network Tool for Direct
Printing
Dit maakt het mogelijk een PDF-bestand af te drukken zonder Adobe
Acrobat/Reader te starten.
—
FONTSDit zijn de lettertypen die het mogelijk maken de in het systeem ingebouwde
lettertypen te gebruiken in een softwaretoepassing.
Opmerking
•De installatie op Windows moet worden uitgevoerd door een gebruiker is aangemeld met
beheerdersbevoegdheden.
•Printing System (XPS) Driver kan niet geïnstalleerd worden op Windows XP.
2-9
Voorbereiding voor het gebruik
Het printerstuurprogramma onder Windows installeren
Snel installeren
De onderstaande procedure is een voorbeeld voor het installeren van de software onder Windows 8.1 met Snel installeren.
Voor meer informatie over Aangepast installeren, raadpleeg Aangepast installeren op pagina 2-10.
1
Plaats de Schijf met Product Library.
2
Klik op Licentieovereenkomst weergeven en lees de
licentieovereenkomst.
Kies Accepteren.
3
Selecteer tabblad Snel installeren.
4
Selecteer het te installeren apparaat.
U kunt ook Hostnaam als poortnaam gebruiken kiezen en de
hostnaam van de standaard TCP/IP-poort instellen. (Een USB-
verbinding kan niet worden gebruikt.)
BELANGRIJK Als Wi-Fi of Wi-Fi Direct is ingeschakeld, dan
moet u het IP-adres voor de poortnaam opgeven.
De installatie kan mislukken als de hostnaam is opgegeven.
5
Selecteer de functies die u wilt gebruiken met dit apparaat.
Opmerking
De installatie op Windows moet worden
uitgevoerd door een gebruiker die is aangemeld met
beheerdersbevoegdheden.
Als dialoogvenster Wizard Nieuwe hardware gevonden
verschijnt, selecteer dan Annuleren.
Als het venster automatisch afspelen verschijnt, klikt u op Voer
setup.exe uit.
Als het venster gebruikersaccountbeheer verschijnt, klikt u op
Ja (Toestaan).
Opmerking
Het apparaat kan niet worden gedetecteerd,
tenzij het is ingeschakeld. Als de computer er niet in slaagt
om het apparaat te detecteren, controleer dan of het is
aangesloten op de computer via een netwerk of USB-kabel
en dat deze is ingeschakeld en klik op (Vernieuwen).
Voorbereiding voor het gebruik
2-10
6
Klik op Installeren.
7
Voltooi de installatie.
Als Uw software is gebruiksklaar verschijnt, dan kunt u de software
gebruiken. Om een testpagina af te drukken, vink het selectievakje
Een testpagina afdrukken aan en selecteer het apparaat.
Klik op Voltooien om de wizard af te sluiten.
Als het bericht systeem herstarten verschijnt, herstart dan de
computer door de aanwijzingen op het scherm op te volgen. Zo wordt
de installatie van het printerstuurprogramma voltooid.
Aangepast installeren
De onderstaande procedure is een voorbeeld voor het installeren van de software onder Windows 8.1 met Aangepast
installeren.
1
Plaats de Schijf met Product Library.
2
Klik op Licentieovereenkomst weergeven en lees de
licentieovereenkomst.
Kies Accepteren.
3
Selecteer tabblad Aangepast installeren.
Opmerking
Als venster Windows Beveiliging verschijnt, kies
dan voor Deze software toch installeren.
Om Status Monitor te installeren, is het noodzakelijk om
Microsoft .NET Framework 4.0 vooraf te hebben geïnstalleerd.
Opmerking
Als u Apparaatinstellingen in Windows XP
hebt geselecteerd, wordt het dialoogvenster voor het instellen
van het apparaat weergegeven na op Voltooien te hebben
geklikt. Configureer de instellingen voor opties die op de
machine zijn geïnstalleerd. Apparaatinstellingen kunnen
worden geconfigureerd nadat de installatie is voltooid.
Raadpleeg voor meer informatie de Printing System Driver
User Guide.
Opmerking
De installatie op Windows moet worden
uitgevoerd door een gebruiker die is aangemeld met
beheerdersbevoegdheden.
Als dialoogvenster Wizard Nieuwe hardware gevonden
verschijnt, selecteer dan Annuleren.
Als het venster automatisch afspelen verschijnt, klikt u op Voer
setup.exe uit.
Als het venster gebruikersaccountbeheer verschijnt, klikt u op
Ja (Toestaan).
2-11
Voorbereiding voor het gebruik
4
Selecteer het te installeren apparaat en klik op de pijltoets om het te
verplaatsen naar de lijst Te installeren producten.
5
Selecteer het te installeren stuurprogramma en klik op de pijltoets om
het te verplaatsen naar de lijst Te installeren producten.
6
Klik op tabblad Hulpprogramma en kies het te installeren
hulpprogramma.
7
Klik op Installeren.
BELANGRIJK Als Wi-Fi of Wi-Fi Direct is ingeschakeld, dan
moet u het IP-adres voor de poortnaam opgeven.
De installatie kan mislukken als de hostnaam is opgegeven.
Opmerking
Het apparaat kan niet worden gedetecteerd,
tenzij het is ingeschakeld. Als de computer er niet in slaagt
om het apparaat te detecteren, controleer dan of het is
aangesloten op de computer via een netwerk of USB-kabel
en dat deze is ingeschakeld en klik op (Vernieuwen).
Als het gewenste apparaat niet wordt weergegeven, druk dan
op Aangepast apparaat toevoegen om het apparaat
rechtstreeks te selecteren.
Opmerking
Om Status Monitor te installeren, is het
noodzakelijk om Microsoft .NET Framework 4.0 vooraf te
hebben geïnstalleerd.
Voorbereiding voor het gebruik
2-12
8
Voltooi de installatie.
Als Uw software is gebruiksklaar verschijnt, dan kunt u de software
gebruiken. Om een testpagina af te drukken, vink het selectievakje
Een testpagina afdrukken aan en selecteer het apparaat.
Klik op Voltooien om de wizard af te sluiten.
Als het bericht systeem herstarten verschijnt, herstart dan de
computer door de aanwijzingen op het scherm op te volgen. Zo wordt
de installatie van het printerstuurprogramma voltooid.
Software verwijderen
Voer de volgende procedure uit om de software van uw computer te verwijderen.
1
Klik op Zoeken in charms, en voer Verwijder Product Library in het
zoekvak in. Kies Verwijder Product Library uit de zoeklijst.
2
Plaats een vinkje in het vakje van de software die moet worden
verwijderd.
Kies Verwijderen.
3
Als het bericht systeem herstarten verschijnt, herstart dan de
computer door de aanwijzingen op het scherm op te volgen. Hiermee
is de procedure voor het verwijderen van de software voltooid.
Opmerking
Als u Apparaatinstellingen in Windows XP
hebt geselecteerd, wordt het dialoogvenster voor het instellen
van het apparaat weergegeven na op Voltooien te hebben
geklikt. Configureer de instellingen voor opties die op de
machine zijn geïnstalleerd. Apparaatinstellingen kunnen
worden geconfigureerd nadat de installatie is voltooid.
Raadpleeg voor meer informatie de Printing System Driver
User Guide.
Opmerking
De installatie onder Windows moet worden uitgevoerd door een gebruiker is aangemeld met
beheerdersbevoegdheden.
Opmerking
In Windows 7, klik op de knop Start in Windows
en selecteer vervolgens Alle programma's, (Naam van
softwarebedrijf) en Verwijder Product Library om de
wizard voor verwijderen te starten.
Opmerking
De software kan ook worden verwijderd met
behulp van de Schijf met Product Library.
In het installatiescherm Product Library, klik op Installatie
verwijderen, en volg de instructies op het scherm om de
software te verwijderen.
2-13
Voorbereiding voor het gebruik
Het printerstuurprogramma installeren op Macintosh computer
De afdrukfunctie van de printer kan worden benut door een Macintosh computer.
Hier volgt een uitleg voor installatie in MAC OSX 10.9.
1
Plaats de Schijf met Product Library.
2
Dubbelklik op het GEN_LIB pictogram.
3
Dubbelklik op OS X 10.5 or higher.
4
Dubbelklik op (Merknaam) OS X x.x.
5
Het installatieprogramma van de printerdriver start.
Opmerking
Het installeren onder MAC OS moet worden gedaan door een gebruiker die zich heeft aangemeld
met beheerdersbevoegdheden.
Wanneer u afdrukt vanaf een Macintosh-computer, moet de emulatiemodus het apparaat worden ingesteld op KPDL
of KPDL(Auto). Raadpleeg de Engelse Gebruikershandleiding voor meer informatie.
Bij verbinding via Bonjour, activeer Bonjour via de netwerkinstellingen van het apparaat. Raadpleeg Engelse
Gebruikershandleiding voor meer informatie.
Voer in het scherm Verificatie de naam en het wachtwoord in die worden gebruikt voor het besturingssysteem.
Voorbereiding voor het gebruik
2-14
6
Installeer het printerstuurprogramma zoals aangegeven door de
instructies in de installatiesoftware.
Hiermee is de installatie van de printerdriver voltooid.
Bij gebruik van een USB-aansluiting, wordt het apparaat automatisch
herkend en verbonden.
Indien een IP-verbinding wordt gebruikt, zijn de onderstaande
instellingen vereist.
7
Open Systeemvoorkeuren en kies Afdrukken en scannen.
8
Klik op het plus-symbool (+) om het geïnstalleerde
printerstuurprogramma toe te voegen.
9
Kies Standaard en klik op het item in het veld Naam.
Selecteer het stuurprogramma in Druk af via en klik op Voeg toe.
Opmerking
Bij gebruik van een IP-verbinding, klik op het IP-
icoon voor een IP-verbinding en voer vervolgens het IP-adres
en de naam van de printer in. Het ingevoerde Adres
verschijnt automatisch in het veld Naam. Wijzig deze waarde
indien nodig.
2-15
Voorbereiding voor het gebruik
10
Selecteer de beschikbare opties voor het apparaat en klik op OK.
11
De geselecteerde printer wordt toegevoegd.
Voorbereiding voor het gebruik
2-16
Status Monitor
De Status Monitor bewaakt de status van de printer en voorziet in een doorlopende rapportfunctie.
Toegang tot de Status Monitor
De Status Monitor start ook op wanneer het afdrukken wordt gestart.
Verlaten van de Status Monitor
Gebruik een van onderstaande methodes voor het verlaten van de Status Monitor.
•Handmatig verlaten:
Klik op het pictogram instellingen en kies Afsluiten in het menu, om de Status Monitor te verlaten.
•Automatisch verlaten:
De Status Monitor sluit automatisch na 7 minuten als deze niet wordt gebruikt.
Schermoverzicht Status Monitor
Het schermoverzicht van de Status Monitor is als volgt.
Sneloverzicht printerstatus
De status van de printer wordt met pictogrammen weergegeven. Gedetailleerde informatie wordt weergegeven door te
klikken op de knopUitbreiden.
Gedetailleerde informatie wordt weergegeven door te klikken op elk tabblad pictogram.
Opmerking
Als u Status Monitor activeert, moet u het volgende controleren.
•Printing System Driver is geïnstalleerd.
•Hetzij Enhanced WSD of EnhancedWSD (SSL) zijn ingesteld op Aan in de Engelse Gebruikershandleiding.
Knop uitbreiden
Tabblad waarschuwing
Tabblad tonerstatus
Tabblad status papierlade
Tabblad voortgang afdruktaken
Pictogram instellingen
2-17
Voorbereiding voor het gebruik
Tabblad voortgang afdruktaken
De status van de afdruktaken wordt weergegeven.
Selecteer een taak uit de lijst via het weergegeven menu en klik met
derechtermuisknop om te annuleren.
Tabblad status papierlade
Informatie over het papier in de printer en de hoeveelheid resterendpapier
wordt getoond.
Tabblad tonerstatus
De resterende hoeveelheid toner wordt weergegeven.
Tabblad waarschuwing
Als een fout optreedt, wordt een bericht weergegeven met een 3D-
beeldweergave en een bericht.
Pictogram status
Takenlijst
Voorbereiding voor het gebruik
2-18
Status Monitor snelmenu
Het volgende menu wordt weergegeven als op de pictogram instellingen wordt geklikt.
•Embedded Web Server RX
Als de printer met een TCP/IP-netwerk is verbonden en een eigen IP-adres heeft, gebruikt u een webbrowser om naar
het Embedded Web Server RX te gaan om de netwerkinstellingen te wijzigen of bevestigen. Raadpleeg voor meer
informatie de Embedded Web Server RX User Guide.
Dit menu wordt niet weergegeven bij gebruik van een USB-verbinding.
•Melding…
Hiermee kan de weergave van de Status Monitor worden ingesteld. Raadpleeg voor meer informatie de Status Monitor
instellingen kennisgeving op pagina 2-19.
•Afsluiten
Hiermee verlaat u de Status Monitor.
Pictogram
instellingen
2-19
Voorbereiding voor het gebruik
Status Monitor instellingen kennisgeving
De Status Monitor instellingen en gedetailleerde lijst gebeurtenissen worden weergegeven.
Selecteer of kennisgeving al dan niet moet worden uitgevoerd als er een fout in de lijst gebeurtenissen optreedt.
1
Kies Gebeurtenismelding inschakelen.
Als deze instelling is ingesteld op Uit, dan wordt de Status Monitor
niet gestart, ook niet als het afdrukken wordt uitgevoerd.
2
Selecteer een gebeurtenis die gebruikt moet worden met de optie
tekst naar spraak in Beschikbare gebeurtenissen.
3
Klik op de kolom Geluidsbestand / Tekst naar spraak.
Klik op de knop Bladeren (...) om de gebeurtenis te melden met een
geluidsbestand.
Bij het aanpassen van het luidop voor te lezen bericht op het scherm,
moet u de tekst in het tekstvak typen.
Opmerking
Het beschikbare bestandsformaat is WAV.
Voorbereiding voor het gebruik
2-20
Embedded Web Server RX
Als het apparaat is aangesloten op het netwerk, kunt u verschillende instellingen configureren met Embedded Web Server
RX.
In dit hoofdstuk worden instructies gegeven voor de toegang tot Embedded Web Server RX en het wijzigen van de
beveiligingsinstellingen en hostnaam. Voor meer informatie over Embedded Web Server RX, raadpleeg de Embedded Web
Server RX User Guide.
De volgende instellingen kunnen door de beheerder en algemene gebruikers worden geconfigureerd in Embedded Web Server
RX.
Toegang tot Embedded Web Server RX
1
Start uw internetbrowser.
2
Voer het IP-adres of de hostnaam van het apparaat in de adres- of
locatiebalk.
Voorbeelden: https://10.180.81.2/ (voor IP-adres)
https://DEVICE001 (als de hostnaam "DEVICE001" is)
Opmerking
Voer de Gebruikersnaam en het Wachtwoord in om toegang te hebben tot alle functies van de
Embedded Web Server RX pagina's, en klik op Aanmelden. Door het vooraf ingestelde wachtwoord van de
systeembeheerder in te voeren, kan de gebruiker alle pagina's openen, inclusief Documentbox en Instellingen in
het navigatiemenu. De standaard fabrieksinstelling voor de standaardgebruiker met de bevoegdheden voor
systeembeheerder wordt hieronder getoond.
Aanmeldingsgebruikersnaam: Admin
Aanmeldingswachtwoord: Admin
* Er wordt onderscheid gemaakt tussen hoofdletters en kleine letters (hoofdlettergevoelig).
InstellingBeschrijvingBeheerder
Algemeen
gebruiker
MachinegegevensDe basisinformatie van het apparaat kan worden opgevraagd.
TaakstatusToont alle informatie over het apparaat, met inbegrip van afdruktaken
en takenlogboek.
Document BoxDocument boxen toevoegen of verwijderen, of documenten uit een
document box verwijderen.
†
†
De aangemelde gebruiker kan mogelijk niet bevoegd zijn om een aantal instellingen te configureren, afhankelijk van de
machtigingen van de gebruiker.
Apparaatinstellingen
Configureer de geavanceerde instellingen van het apparaat. —
Functie-instellingenConfigureer de geavanceerde functie-instellingen. —
NetwerkinstellingenConfigureer de geavanceerde instellingen van het netwerk. —
Beveiliging-
sinstellingen
Configureer de geavanceerde instellingen van de beveiliging. —
BeheerinstellingenConfigureer de geavanceerde beheerinstellingen. —
Opmerking
Print de statuspagina om het IP-adres van het
apparaat en de hostnaam te controleren. Raadpleeg voor
meer informatie de Engelse Gebruikershandleiding.
2-21
Voorbereiding voor het gebruik
De internetpagina geeft basisinformatie over het apparaat en het
Embedded Web Server RX weer, evenals hun huidige status.
3
Selecteer een categorie in de navigatiebalk links op het scherm.
Beveiligingsinstellingen wijzigen
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe de beveiligingsinstellingen kunnen worden gewijzigd.
1
Start uw internetbrowser.
2
Voer het IP-adres of de hostnaam van het apparaat in de adres- of
locatiebalk.
3
Meld u aan met beheerdersbevoegdheden.
De standaard fabrieksinstelling voor de standaardgebruiker met de
bevoegdheden voor systeembeheerder wordt hieronder getoond.
Aanmeldingsgebruikersnaam: Admin
Aanmeldingswachtwoord: Admin
*Er wordt onderscheid gemaakt tussen hoofdletters en kleine
letters (hoofdlettergevoelig).
Opmerking
Als het bericht Er is een probleem met het
beveiligingscertificaat van deze website verschijnt, dan
moet het certificaat geconfigureerd worden. Voor meer
informatie over de certificaten, raadpleeg de Embedded Web
Server RX User Guide.
U kunt ook de handeling voortzetten zonder het certificaat te
configureren.
Opmerking
Voer de Gebruikersnaam en het Wachtwoord in
om toegang te hebben tot alle functies van de Embedded
Web Server RX pagina's, en klik op Aanmelden. Door het
vooraf ingestelde wachtwoord van de systeembeheerder in
te voeren, kan de gebruiker alle pagina's openen, inclusief
Documentbox en Instellingen in het navigatiemenu. De
standaard fabrieksinstelling voor de standaardgebruiker met
de bevoegdheden voor systeembeheerder wordt hieronder
getoond.
Aanmeldingsgebruikersnaam: Admin
Aanmeldingswachtwoord: Admin
*Er wordt onderscheid gemaakt tussen hoofdletters en kleine
letters (hoofdlettergevoelig).
Opmerking
Print de statuspagina om het IP-adres van het
apparaat en de hostnaam te controleren. Raadpleeg voor
meer informatie de Engelse Gebruikershandleiding.
Voorbereiding voor het gebruik
2-22
4
Vanaf de menu Beveiligingsinstellingen, selecteert u de instelling
die u wilt configureren.
Apparaatgegevens wijzigen
De systeemgegevens van het apparaat wijzigen.
1
Start uw internetbrowser.
2
Voer het IP-adres of de hostnaam van het apparaat in de adres- of
locatiebalk.
3
Meld u aan met beheerdersbevoegdheden.
De standaard fabrieksinstelling voor de standaardgebruiker met de
bevoegdheden voor systeembeheerder wordt hieronder getoond.
Aanmeldingsgebruikersnaam: Admin
Aanmeldingswachtwoord: Admin
*Er wordt onderscheid gemaakt tussen hoofdletters en kleine
letters (hoofdlettergevoelig).
4
Vanaf de menu Apparaatinstellingen, kies Systeem.
5
Voer de gegevens van het apparaat in en klik vervolgens op
Verzenden.
Opmerking
De configureerbare instellingen in Beveiliging
apparaat en Netwerkveiligheid kunnen ook worden
geconfigureerd vanaf de systeemmenu van het apparaat.
Raadpleeg voor meer informatie de Bedieningspaneel op
pagina 4-1.
Voor meer informatie over het instellen van certificaten,
raadpleeg de Embedded Web Server RX User Guide.
Opmerking
Print de statuspagina om het IP-adres van het
apparaat en de hostnaam te controleren. Raadpleeg voor
meer informatie de Engelse Gebruikershandleiding.
BELANGRIJK Start, na het wijzigen van de instelling, het
netwerk opnieuw op of zet het apparaat UIT en vervolgens weer
AAN.
Om de netwerkkaart opnieuw op te starten, klikt u op Resetten in
de menu Beheerinstellingen, en klikt u vervolgens op Netwerk
opnieuw opstarten in Herstarten.
2-23
Voorbereiding voor het gebruik
E-mailinstellingen
Wanneer de SMTP-instellingen aangegeven worden, kunnen er per e-mail meldingen verzonden worden wanneer een taak
voltooid is.
Deze functie kan alleen worden gebruikt als het apparaat is verbonden met een mailserver die het SMTP-protocol gebruikt.
Daarnaast moeten de volgende instellingen worden geconfigureerd.
•SMTP-instellingen
Item: SMTP-protocol en SMTP-servernaam in SMTP
•Het afzenderadres als het apparaat e-mails verstuurt
Item: Adres afzender in Instellingen voor e-mail verzenden
•De instelling om de grootte van e-mails te beperken
Item: Groottebeperking e-mail in Instellingen voor e-mail verzenden
Volg de onderstaande stappen om de SMTP-instellingen op te geven.
1
Start uw internetbrowser.
2
Voer het IP-adres of de hostnaam van het apparaat in de adres- of
locatiebalk.
3
Meld u aan met beheerdersbevoegdheden.
De standaard fabrieksinstelling voor de standaardgebruiker met de
bevoegdheden voor systeembeheerder wordt hieronder getoond.
Aanmeldingsgebruikersnaam: Admin
Aanmeldingswachtwoord: Admin
*Er wordt onderscheid gemaakt tussen hoofdletters en kleine
letters (hoofdlettergevoelig).
4
Kies vanaf de menu Netwerkinstellingen de optie Protocol.
Opmerking
Print de statuspagina om het IP-adres van het
apparaat en de hostnaam te controleren. Raadpleeg voor
meer informatie de Engelse Gebruikershandleiding.
Voorbereiding voor het gebruik
2-24
5
Stel SMTP (E-mail TX) in op Aan in Verzendprotocollen.
6
Vanaf de menu Functie-instellingen klikt u op E-mail.
2-25
Voorbereiding voor het gebruik
7
Voer de items "SMTP" en "Instellingen voor e-mail verzenden" in.
8
Klik op Verzenden.
InstellingBeschrijving
SMTPStel in om e-mails vanaf de machine te versturen.
SMTP-protocolToont het scherm SMTP-protocolinstellingen. Controleer of SMTP Protocol is
ingesteld op Aan. Als Uit is ingesteld, klik dan op Protocol en stel het SMTP-
protocol in op Aan.
SMTP-servernaam
†
Voer de hostnaam of het IP-adres van de SMTP-server in.
SMTP-poortnummerGeef het poortnummer op voor de SMTP. Gebruik de standaard SMTP-poort 25.
Time-out SMTP-serverStel de wachttijd voor time-out in seconden in.
Verificatieprotocol
Om SMTP-verificatie te gebruiken, voer de gebruikersinformatie voor verificatie in.
SMTP-beveiligingStel SMTP beveiliging in.
Activeer SMTP-beveiliging in SMTP (E-mail TX) op de pagina
Protocolinstellingen.
POP voor SMTP-
timeout
Geef de tijd in seconden op tot de wachttijd voor de verbinding met POP-server
is verlopen. Dit kan worden ingesteld wanneer POP voor SMTP is geselecteerd
in Verificatieprotocol.
Verbinding testenTest om te bevestigen dat de instellingen correct zijn.
DomeinbeperkingOm domeinen te beperken, klik op Domeinenlijst en voer de domeinnamen
van de adressen in die moeten worden toegestaan of afgewezen. Beperking
kan ook worden opgegeven via e-mailadres.
POP3POP3-protocolU hoeft de volgende items niet in te stellen als u alleen de functie voor het
verzenden van e-mails vanaf het apparaat inschakelt. Stel de volgende items in
als u de functie voor het ontvangen van e-mails op het apparaat wenst in te
schakelen. Raadpleeg voor meer informatie Embedded Web Server RX User
Guide.
Controle-interval
Nu uitvoeren
Domeinbeperking
Gebruikersinstellingen
POP3
Instellin-
gen voor
e-mail
verzenden
Groottebeperking
e-mail
Voer de maximumgrootte van te verzenden e-mailberichten in kilobytes. Als de
grootte van een e-mail deze waarde overschrijdt, dan wordt een foutbericht
weergegeven en wordt het verzenden van de e-mail geannuleerd. Gebruik deze
instelling als u groottebeperking e-mail voor de SMTP-server heeft ingesteld.
Zoniet, voer een waarde in van 0 (nul) om e-mails zonder groottebeperking te
kunnen versturen.
Adres afzender
†
Voer het e-mailadres in van de persoon die verantwoordelijk is voor het
apparaat, bijvoorbeeld de apparaatbeheerder. Dit zorgt ervoor dat een antwoord
of een afleveringsfoutrapport naar een persoon wordt gestuurd in plaats van
naar het apparaat. Het adres van de afzender moet correct worden ingevoerd
voor SMTP-verificatie. Het adres van de afzender mag maximaal 128 karakters
lang zijn.
HandtekeningVoer de handtekening in. De handtekening is vrije tekst die wordt weergegeven
aan het einde van het e-mailbericht. Deze wordt vaak gebruikt om het apparaat
verder te identificeren. De handtekening mag maximaal 512 karakters lang zijn.
Standaardinst. functiesWijzig de functie standaardinstellingen op de pagina Gemeensch./Standaard
instellingen taak.
†
Zorg ervoor dat u de items invoert.
Voorbereiding voor het gebruik
2-26
Aan- en uitzetten
Aanzetten
1
Druk op de hoofdschakelaar.
BELANGRIJK Wanneer u de hoofdschakelaar uitschakelt, mag u
deze niet meteen weer inschakelen. Wacht minstens 5 seconden
voordat u de hoofdschakelaar weer inschakelt.
Uitzetten
1
Druk op de hoofdschakelaar.
Het bevestigingsbericht voor stroomtoevoer uitschakelen wordt
weergegeven.
Het uitschakelen duurt ongeveer 3 minuten.
ON
ON
OFF
OFF
2-27
Voorbereiding voor het gebruik
Energiebesparingfunctie
Slaapstand
Voor Europa
Wanneer de ingestelde tijd (fabrieksinstelling is 1 minuut) verstreken is sinds het laatste gebruik van het apparaat, schakelt
de printer automatisch naar de slaapstand. De achtergrondverlichting en lampjes van het berichtenscherm gaan uit om het
stroomverbruik te minimaliseren. Deze stand heet de slaapstand.
Druk op [OK] om de printer te gebruiken. De printer is binnen 18 seconden gebruiksklaar.
Raadpleeg voor meer informatie over het configureren van de instellingen Engelse Gebruikershandleiding.
Uitgezonderd Europa
Wanneer de ingestelde tijd (fabrieksinstelling is 1 minuut) verstreken is sinds het laatste gebruik van het apparaat, schakelt
de printer automatisch naar de slaapstand. De achtergrondverlichting en lampjes van het berichtenscherm gaan uit om het
stroomverbruik te minimaliseren. Deze stand heet de slaapstand.
Er zijn twee slaapstanden: Snel herstel en energiebesparing. De standaardinstelling is de energiebesparende stand.
Modus snel herstel
Het herstellen uit de slaapstand is sneller dan bij gebruik van de energiebesparende modus.
Het berichtenscherm gaat uit wanneer naar de slaapstand geschakeld wordt en de indicator voor Gereed knippert.
Het apparaat herstelt snel wanneer op [OK] gedrukt wordt. Het apparaat herstelt ook automatisch en drukt af wanneer een
taak gedetecteerd wordt.
Als er tijdens de slaapstand afdrukgegevens worden ontvangen, dan wordt de afdruktaak uitgevoerd terwijl het
berichtenscherm onverlicht blijft.
Druk op [OK] om de printer te gebruiken.
Houd er rekening mee dat het apparaat door omgevingsfactoren zoals ventilatie langzamer kan reageren.
Raadpleeg voor meer informatie over het configureren van de instellingen Engelse Gebruikershandleiding.
Modus energiebesparing
Deze modus vermindert het stroomverbruik nog verder dan de snelle herstelmodus en maakt het mogelijk voor elke functie
apart een slaapmodus in te stellen.
Druk op [OK] om de printer te gebruiken.
Hier volgt de ontwakingstijd uit de slaapstand.
•P-5531DN/P-6031DN: 25 seconden of minder
•P-5031DN: 20 seconden of minder
•P-4531DN: 15 seconden of minder
Raadpleeg voor meer informatie over de instellingen van de energiebesparingsmodus de Engelse Gebruikershandleiding.
BELANGRIJK Voorzorgen bij het instellen van de energiebesparende stand.
•Een ID-kaart wordt niet herkend in de energiebesparende modus.
Voorbereiding voor het gebruik
2-28
Uitschakeltimer (Voor Europa)
Als de printer in slaapstand niet gebruikt wordt, wordt de stroom automatisch uitgeschakeld. De uitschakeltimer wordt
gebruikt om de tijd in te stellen totdat de stroom uitgeschakeld wordt. De standaard tijdsduur voor het uitschakelen van de
stroom is 3 dagen.
BELANGRIJK De regel voor uitschakelen en de uitschakeltimer instellen. Raadpleeg voor meer informatie de
Engelse Gebruikershandleiding.
Wanneer het apparaat gedurende langere tijd niet wordt gebruikt
VOORZICHTIG Verwijder het papier uit de cassettes en berg het op in de afgesloten bewaarzak voor papier om het
tegen vocht te beschermen.
VOORZICHTIG Als de printer gedurende langere tijd niet gebruikt wordt (bijvoorbeeld 's nachts), zet het
dan uit met de hoofdschakelaar. Als de printer nog langer niet gebruikt wordt (bijvoorbeeld tijdens de
vakantie), haal dan om veiligheidsredenen de stekker uit het stopcontact.
2-29
Voorbereiding voor het gebruik
Papier plaatsen
Hier wordt uitgelegd hoe het papier in de cassette of de MF-lade geplaatst moet worden.
Papier in de cassette plaatsen
De cassettes zijn geschikt voor normaal papier, gerecycled papier of gekleurd papier.
In cassettes 1 tot 5 passen max. 500 vel normaal papier (80 g/m
²
).
Raadpleeg voor meer informatie over de ondersteunde papierformaten de Het juiste papier kiezen op pagina A-5.
Raadpleeg voor meer informatie over de instelling van het papiersoort de Engelse Gebruikershandleiding.
1
Waaier de media (papier/transparanten) los en klop ze daarna recht
op een vlakke ondergrond om papierstoringen of scheef printen te
voorkomen.
2
Trek de cassette uit het apparaat.
BELANGRIJK Gebruik geen inkjetprinterpapier of ander papier met een speciale coating. (Dergelijk papier kan
papierstoringen of andere defecten veroorzaken.)
De cassettes zijn geschikt voor papier met een gewicht tussen 60 - 120 g/m².
Plaats geen dik papier dat zwaarder is dan 120g/m² in de cassettes. Gebruik voor papier dat zwaarder is dan 120 g/m² de
multifunctionele lade.
Plaats de cassette op een stabiele plaats, zoals op een bureau bij het plaatsen van papier.
Opmerking
A6 kan alleen in cassette 1 gebruikt worden van de P-5031DN/P-5531DN/P-6031DN.
B6 en briefkaarten kunnen niet in cassette 1 gebruikt worden van de P-4531DN.
Cassette
BELANGRIJK Ondersteun de cassette bij het uit de printer
halen, zodat deze niet uit de printer valt.
Voorbereiding voor het gebruik
2-30
3
(Alleen bij de P-4531DN) Druk de onderste plaat naar beneden tot
deze vastklikt.
4
Stel de breedtegeleiders op de linker- en rechterkant van de
papiercassette in. Druk op de tab voor breedteaanpassing en schuif
de geleiders naar het gewenste papierformaat.
5
Pas de papierlengtegeleider aan op het gewenste papierformaat.
Onderste plaat
Instelmechanisme
voor papierbreedte
Papierbreedte-
geleiders
Opmerking
De papierformaten staan op de cassette
vermeld.
Papierlengtegeleider
Instelmechanisme
voor papierbreedte
2-31
Voorbereiding voor het gebruik
Om papier langer dan A4-R te gebruiken, trek de cassette naar
achteren tot tegen de aanslag waarna de papierlengtegeleider aan
het gewenste papierformaat kan worden aangepast.
6
Draai aan de knop voor papierformaat zodat het formaat van het
papier dat u gaat gebruiken verschijnt in het papierformaatvenster.
7
Plaats het papier in de cassette.
Opmerking
De papierformaten staan op de cassette
vermeld.
Draaiknop Papierformaat
Venster Papierformaat
Opmerking
Als de knop voor papierformaat is ingesteld op
Other moet het papierformaat op het bedieningspaneel
worden ingevoerd in de printer. Raadpleeg de Engelse
Gebruikershandleiding.
Voorbereiding voor het gebruik
2-32
8
Plaats de papiercassette in het slot van de printer. Duw de cassette
recht naar voren tot deze niet verder kan.
9
S
electeer het mediatype (normaal, gerecycled, enzovoort) dat in de
cassette is geplaatst. (Raadpleeg de Engelse Gebruikershandleiding)
Beladingslimiet
Klem
BELANGRIJK Plaats het papier met de te bedrukken zijde naar
beneden.
Controleer voor het plaatsen van het papier of het niet gekruld of
gevouwen is. Gekruld of gevouwen papier kan papierstoringen
veroorzaken.
Zorg dat het papier niet boven de beladingslimiet uitkomt (zie de
afbeelding links).
Plaats de stapel papier zo dat deze onder de klemmen valt, zie
afbeelding.
De lengte- en breedtegeleiders van het papier moeten aan het
papierformaat worden aangepast. Wanneer u het papier plaatst
zonder deze geleiders aan te passen, kan het papier schuin
worden ingevoerd met papierstoringen tot gevolg.
Opmerking
Als het apparaat langere tijd niet gebruikt gaat
worden, bescherm dan al het papier tegen vocht door het uit
de cassettes te verwijderen en in de bewaarzak voor papier
op te bergen.
2-33
Voorbereiding voor het gebruik
Papier plaatsen in de MF- (multifunctionele) lade
In de multifunctionele lade past 100 vel normaal A4-papier (80 g/m²).
Raadpleeg voor meer informatie over de ondersteunde papierformaten de Het juiste papier kiezen op pagina A-5.
Raadpleeg voor meer informatie over de instelling van het papiersoort de Engelse Gebruikershandleiding.
De capaciteit van de multifunctionele lade is als volgt.
Vervangen van de tonerafvalbak..........................................................................................................5-7
De printer reinigen.................................................................................................................................5-9
Onderhoud
5-2
Tonercontainer vervangen
De printer geeft op twee verschillende momenten berichten weer tijdens het gebruik van toner:
•Wanneer de toner bijna op is in de printer, toont de printer het bericht De toner is bijna op. als eerste
waarschuwing. Merk op dat vervanging op dit moment niet altijd nodig is. Bereid het nieuwe tonerpakket voor.
•Als u het bovenstaande bericht negeert en doorgaat met afdrukken, dan toont de printer het bericht Vervang de
toner. - kort voor de toner helemaal op is. De printer zal stoppen met afdrukken. De tonercontainer dient onmiddellijk
vervangen te worden. Raadpleeg Vervangen van de tonercontainer op pagina 5-3.
Hoe vaak moet de tonercontainer worden vervangen
De levensduur van de tonercontainers hangt af van de hoeveelheid toner die nodig is om uw afdruktaken uit te voeren.
Conform ISO/IEC 19752 en met de EcoPrint-functie uitgeschakeld, kan de tonercontainer de volgende aantallen afdrukken
(uitgaande van A4/Letter-papier): 12.500 afbeeldingen (P-4531DN), 15.500 afbeeldingen (P-5031DN) of 25.000
afbeeldingen (P-5531DN en P-6031DN)
Starttonercontainer
De tonercontainer die bij de nieuwe printer is verpakt, is een starttonercontainer. De starttonercontainer gaat gemiddeld
6000 afbeeldingen (P-4531DN), 8000 afbeeldingen (P-5031DN), of 10.000 afbeeldingen mee (P-5531DN en P-6031DN).
Tonerpakketten
•Tonercontainer
•Tonerafvalbak
•Plastic afvalzakken voor de oude tonercontainer en de oude tonerafvalbak
•Installatiehandleiding
BELANGRIJK Verwijder tijdens het vervangen van de tonercontainer opslagmedia en computerbenodigdheden
(zoals diskettes en USB-geheugens) uit de buurt van de tonercontainer. Zo wordt schade aan de media vermeden
als gevolg van de magnetische lading van de toner.
Maak altijd de binnenkant van de printer schoon na het vervangen van de container. Raadpleeg voor meer informatie
de De printer reinigen op pagina 5-9.
We aanvaarden geen aansprakelijkheid voor schade of problemen die voortkomen uit het gebruik van andere
tonercontainers dan de originele tonercontainers. Het is ook aanbevolen om voor een optimale prestatie alleen onze
tonercontainers te gebruiken die speciaal bedoeld zijn voor gebruik in uw land of regio. Als een tonercontainer voor
een ander land/regio wordt geïnstalleerd, zal de printer stoppen met afdrukken.
Opmerking
Om kwaliteitsredenen raden wij onze originele tonercontainers aan die zijn onderworpen aan strenge
kwaliteitscontroles.
Verzamelen van informatie op geheugenchips - De geheugenchip die aan de tonercontainer vastzit, is ontwikkeld
om het gemak voor de eindgebruiker te vergroten, om hergebruik van lege tonercontainers te ondersteunen en om
informatie te verzamelen ter ondersteuning van nieuwe productplanning en ontwikkeling. De verzamelde informatie
is anoniem - het kan met niemand in verband gebracht worden en de gegevens worden vertrouwelijk behandeld.
5-3
Onderhoud
Vervangen van de tonercontainer
In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u de tonercontainers vervangt. Bij vervanging van de tonercontainer dient altijd
tegelijkertijd de tonerafvalbak vervangen te worden. Als deze bak vol is, kan de printer beschadigd raken of worden vervuild
door het tonerafval dat uit de bak kan lekken.
BELANGRIJK Verwijder papier van de multifunctionele lade voordat de tonercontainer vervangen wordt.
1
Open de bovenklep.
2
Draai de vergrendelingshendel in de ontgrendelingsstand.
3
Verwijder de oude tonercontainer voorzichtig uit de printer.
VOORZICHTIG De tonercontainer mag niet worden verbrand. De vonken kunnen brandwonden
veroorzaken.
Opmerking
U hoeft de printer niet uit te zetten voordat u met vervanging begint. Gegevens die zich al in het
proces van de printer bevinden, worden verwijderd als u de printer uit zet.
Bovenklep
Vergrendelingshendel
Onderhoud
5-4
4
Plaats de oude tonercontainer in de plastic zak (bij het tonerpakket
meegeleverd) en gooi de zak later weg volgens de plaatselijke regels
of bepalingen voor het weggooien van afval.
5
Haal de nieuwe tonercontainer uit het tonerpakket.
Plastic zak
5-5
Onderhoud
6
Schud de nieuwe tonercontainer ten minste 10 keer (zie afbeelding)
om de toner gelijkmatig in de container te verspreiden.
Druk niet te hard op het midden van de tonercontainer en raak de
tonerinvoersleuf niet aan.
7
Plaats de nieuwe tonercontainer in de printer zoals aangegeven in de
afbeelding.
8
Duw de tonercontainer naar beneden om hem goed vast te zetten.
9
Draai de vergrendelingshendel in de vergrendelingsstand.
BELANGRIJK Raak het deel van de tonercontainer dat op het
diagram aangegeven wordt, niet aan.
Vergrendelings-
hendel
Onderhoud
5-6
10
Sluit de bovenklep.
Ga verder naar het volgende gedeelte.
Opmerking
Als de bovenklep (bovenlade) niet sluit,
controleer of de nieuwe tonercontainer correct is geplaatst (in
stap 7).
Gooi de tonercontainer en de tonerafvalbak na gebruik altijd
overeenkomstig de plaatselijke milieuwetgeving weg.
5-7
Onderhoud
Vervangen van de tonerafvalbak
Vervang de tonerafvalbak wanneer het bericht De tonerafvalbak is vol. verschijnt en bij het vervangen van de
tonercontainer. Er zit een nieuwe tonerafvalbak in het tonerpakket. De tonerafvalbak dient te worden vervangen voordat de
printer in gebruik wordt genomen.
1
Open de linkerklep.
2
Houd de tonerafvalbak vast en druk op de vergrendelinghendel.
Verwijder de tonerafvalbak nu voorzichtig.
3
Sluit, nadat u de bak uit de printer heeft gehaald, de dop van de oude
tonerafvalbak.
4
Plaats, om te voorkomen dat er toner wordt gemorst, de oude
tonerafvalbak in de plastic zak (bij het tonerpakket inbegrepen) en
gooi de zak later weg volgens de plaatselijke regels of bepalingen
voor het weggooien van afval.
5
Open de dop van de nieuwe tonerafvalbak.
VOORZICHTIG De tonercontainer mag niet worden verbrand. De vonken kunnen brandwonden
veroorzaken.
Linkerklep
Vergrendelings-
hendel
Opmerking
Verwijder de tonerafvalbak zo voorzichtig
mogelijk, zodat de toner niet wordt verstrooid. Zorg ervoor dat
de opening van de tonerafvalbak omhoog wijst.
Oud afval
tonerbak
Dop
Plastic zak
Dop
Nieuwe toner-
afvalbak
Onderhoud
5-8
6
Plaats de nieuwe tonerafvalbak zoals in afbeelding aangegeven.
Wanneer de bak goed is geplaatst, wordt de bak vastgeklikt.
7
Controleer of de tonerafvalbak goed geplaatst is en sluit de
linkerklep.
Nadat de tonercontainers en de tonerafvalbak zijn vervangen, dient u de
papiertransfereenheid te reinigen. Raadpleeg De printer reinigen op
pagina 5-9 voor instructies.
Nieuwe tonerafvalbak
5-9
Onderhoud
De printer reinigen
Om problemen met de afdrukkwaliteit te voorkomen, moet telkens wanneer de tonercontainer vervangen wordt, de
binnenkant van de printer worden gereinigd.
BELANGRIJK Verwijder papier van de multifunctionele lade voordat de printer gereinigd wordt.
1
Open de bovenklep en voorklep.
2
Trek aan de ontwikkeleenheid en de tonercontainer.
3
Gebruik een pluisvrije doek om stof en vuil van de registratierol
(metaal) te verwijderen.
4
Plaats de ontwikkelaar samen met de tonercontainer terug in het
apparaat.
Registratierol
(metaal)
Onderhoud
5-10
5
Sluit daarna de voorklep en bovenklep.
6
Open de linkerklep. Gebruik een pluisvrije doek om stof en vuil van
de ventilatieopeningen te verwijderen.
7
Sluit de linkerklep.
8
Gebruik een pluisvrije doek om stof en vuil uit de ventilatieopening
aan de rechterkant van het apparaat te verwijderen.
5-11
Onderhoud
Langdurig niet gebruiken en verplaatsen van de printer
Langdurig buiten gebruik
Als u de printer voor langere tijd niet gebruikt, verwijdert u het netsnoer uit het stopcontact.
Wij raden u aan contact met uw dealer op te nemen over de aanvullende stappen die u moet ondernemen om mogelijke
schade te voorkomen, die kan optreden wanneer de printer de volgende keer gebruikt wordt.
De printer verplaatsen
Wanneer u de printer verplaatst:
•Voorzichtig verplaatsen.
•De printer zo horizontaal mogelijk houden om te voorkomen dat er toner in de printer terechtkomt.
•Zorg ervoor dat u een onderhoudstechnicus om advies vraagt voordat u de printer over een lange afstand gaat
vervoeren.
•Houd de printer horizontaal.
WAARSCHUWING Als u de printer wilt verzenden, verwijdert u de ontwikkelaar, verpakt u deze in een
plastic zak, en verzendt u deze apart van de printer.
Onderhoud
5-12
6-1
6Problemen oplossen
Dit hoofdstuk bevat uitleg over de volgende onderwerpen:
U kunt de geselecteerde instellingen alleen wijzigen wanneer u aangemeld bent
als gebruiker met beheerdersrechten.
De capaciteit van de box is vol.
Verwijder bestanden of wijzig de capaciteit van de box.
Raadpleeg de Engelse Gebruikershandleiding voor meer informatie.
Wordt weergegeven wanneer gegevens worden geannuleerd.
Dit wordt weergegeven als de Wi-Fi of Wi-Fi Direct-verbinding niet is voltooid.
Controleer de instellingen en de signaalcondities.
Raadpleeg de Engelse Gebruikershandleiding voor meer informatie.
BerichtMogelijke oplossing
Cassette # bijvullen
MF-lade bijvullen.
Vul bulkinvoer aan.
Alleen beheerder.
Boxlimiet
overschreden.
Annuleren...
Kan geen verbinding
maken.
6-9
Problemen oplossen
Druk op [OK] en controleer de volgelnde items:
• Registratie bij verificatieserver
• Wachtwoord en computeradres voor verificatieserver
• Verbinding netwerk
Raadpleeg de Engelse Gebruikershandleiding voor meer informatie.
Kan geen verbinding maken met het optionele netwerk. Controleer de
instellingen van het optionele netwerk.
Raadpleeg de Engelse Gebruikershandleiding voor meer informatie.
Wordt de drukknop op de meerdere toegangspunten gelijktijdig ingedrukt?
Geef een toegangspunt op dat u wilt gebruiken en druk nogmaals op de
drukknop.
Probeer na een tijdje opnieuw verbinding te maken door een toegangspunt op
te geven.
U heeft geprobeerd af te drukken met een papierformaat en papiersoort die niet
gebruikt kunnen voor dubbelzijdig afdrukken. Druk op [Doorgaan]
([Rechterkeuzetoets]) om op één kant van het papier af te drukken.
Dit bericht wordt getoond wanneer bewerkingen beperkt zijn voor het account
wanneer taakaccounting actief is.
Raadpleeg de Engelse Gebruikershandleiding voor het wijzigen van de
accountinstellingen.
Het is niet mogelijk de reiniging uit te voeren omdat er een taak wordt
uitgevoerd, enz.
Zorg ervoor dat uw identiteitskaart is geregistreerd.
BerichtMogelijke oplossing
Verbinden met
verificatieserver
lukt niet.
Geen verbinding met
het netwerk mogelijk.
Controleer netwerk.
Kan geen verbinden.
Er zijn meerdere toe-
gangspunten ingesch.
Kan niet dubbelzijd.
printen op dit
papier.
Kan deze taak niet
uitvoeren. Beperkt
door
autorisatie-
instellingen.
Uitvoeren niet
mogelijk.
Niet herkend.
Problemen oplossen
6-10
Zorg ervoor dat de USB-connector van de ID-kaartlezer correct is aangesloten
op het apparaat.
Als USB Host is ingesteld op Vergrendelen, wijzig dan de instelling naar
Ontgrendelen.
Dit bericht wordt weergegeven wanneer Verw. geheugen geselecteerd is
terwijl een USB-geheugen in gebruik is.
Het vorige scherm wordt opnieuw 1 of 2 seconden weergegeven.
De overeenkomende papiercassette is niet geplaatst. Plaats de cassette.
Dit bericht wordt weergegeven wanneer er zich een papieroptilfout heeft
voorgedaan in de cassette van de papierbron. Trek de cassette van de
weergegeven papierbron naar buiten (de papiercassettes of optionele
papierinvoeren) en controleer of het papier correct wordt geladen.
Bericht Neem contact op met uw service provider wordt
weergegeven wanneer deze fout zich herhaaldelijk voordoet.
De linkerklep van de printer staat open. Sluit de linkerklep.
De achterklep van de printer staat open. Sluit de achterklep.
De bovenklep van de printer staat open. Sluit de bovenklep van de printer.
BerichtMogelijke oplossing
Herken
ID-kaart niet.
Geheugen in gebruik,
niet verwijderbaar.
Geen cassette #
Controleer cassette
#.
Sluit klep linkerkant
Sluit de achterklep.
Sluit klep bovenkant.
6-11
Problemen oplossen
Het IPv6-adres dat in de hostname is opgegeven, is niet omgeven door haakjes
[ ]. Geef het adres tussen [] haakjes in om het IPv6-adres in te geven.
(bijv. [3ae3:9a0:cd05:b1d2:28a:1fc0:a1:10ae]:140)
Druk op de hoofdschakelaar om het apparaat uit te schakelen; druk er
nogmaals op om het weer in te schakelen. Als het bericht nog steeds wordt
weergegeven, druk dan op de hoofdschakelaar om het apparaat uit te zetten en
neem contact op met uw servicevertegenwoordiger.
Er heeft zich een fout voorgedaan bij het verkrijgen van de gebruikersinformatie
na de authenticatie. Opnieuw aanmelden a.u.b.
Het geselecteerde bestand of de box bestaat niet.
Controleer of de box niet gewist is, en dat het bestand niet gewist of verplaatst
is.
De in de printer geplaatste SD/SDHC-geheugenkaart is niet geformatteerd en
kan daarom niet worden gebruikt om te lezen of schrijven. Volg de in de Engelse
Gebruikershandleiding aangegeven procedure voor het formatteren van een
SD/SDHC-geheugenkaart.
De in de printer geplaatste SSD is niet geformatteerd en kan daarom niet
worden gebruikt om te lezen of schrijven. Volg de in de Engelse
Gebruikershandleiding aangegeven procedure voor het formatteren van een
SSD.
BerichtMogelijke oplossing
Zet het IPv6-adres
tussen haakjes
[ ].
Een fout is opgetr.
Schakel de stroom
uit en weer aan.
####
Verkrijgen netwerk-
gebruikersinformatie
is niet gelukt.
Bestand is gewist.
Controleer de docu-
mentbox.
SD-kaart formatteren.
SSD formatteren.
Problemen oplossen
6-12
Het account-ID komt niet overeen.
Controleer het geregistreerde account-ID.
Raadpleeg de Engelse Gebruikershandleiding voor meer informatie.
Dit bericht wordt weergegeven wanneer de taakaccounting-functie is
ingeschakeld en er geen account is ingesteld voor een verzonden afdruktaak of
de gespecificeerde account niet is geregistreerd (de verkeerde account is
ingesteld).
Druk op [OK] om de printer terug gebruiksklaar te zetten.
Raadpleeg de Engelse Gebruikershandleiding voor meer informatie.
De gebruikers-ID die voor een privé-taak is ingevoerd is niet correct. Controleer
de gebruikers-ID die u op de printerdriver heeft ingevoerd.
De NTLM-server heeft de verificatie afgewezen. Geef een juiste
aanmeldingsgebruikersnaam en/of wachtwoord in.
Geef een juiste aanmeldingsgebruikersnaam en/of wachtwoord in.
Geef het juiste wachtwoord op.
Dit bericht wordt weergegeven wanneer functie taakaccounting is ingeschakeld
en er een poging is ondernomen om de afdruklimiet die voor elke account is
ingesteld, te overschrijden. Druk op [OK] om de printer terug gebruiksklaar te
zetten.
Raadpleeg de Engelse Gebruikershandleiding voor meer informatie.
BerichtMogelijke oplossing
Onjuiste account-ID.
Onjuiste account-ID.
Druk [OK].
Onjuiste ID.
Onjuiste aanmeldings-
gebruikersnaam of
wachtwoord.
Onjuiste aanmeldings-
gebruikersnaam of
wachtwoord.
Taak is geannuleerd.
Onjuist wachtwoord.
Taakaccounting
Beperking overschr.
Druk [OK].
6-13
Problemen oplossen
De taak is geannuleerd. Druk op [OK].
Het huidige afdrukproces kan niet worden voortgezet als gevolg van een KPDL-
fout. Laat voor het afdrukken van een foutenoverzicht KPDL-foutrapp. tonen
in het menusysteem en selecteer Aan. Druk op [OK] om verder te gaan met
afdrukken. U kunt ophouden met afdrukken door op [Annuleren] te drukken.
Als 'Fouten aut. verw.' op Aan staat, wordt het afdrukken na een vooraf
ingestelde periode automatisch hervat.
De toegevoegde box overstijgt het maximale aantal boxen.
Verwijder de box als deze overbodig is.
Raadpleeg de Engelse Gebruikershandleiding voor meer informatie.
Het formaat van het papier in de cassette en de instelling op de knop voor
papierformaat komen niet overeen. Controleer het papierformaat.
Geen papier in de bulkinvoer stemt overeenkomt met de printgegevens. Plaats
papier in de multifunctionele lade. Druk op [Doorgaan] ([Rechterkeuzetoets])
om door te gaan met afdrukken.
Als u vanuit een andere papierbron wilt afdrukken, druk dan op [Alt]
([Linkerkeuzetoets]) om Alternatief: weer te geven, waarna u de bron
voor de papierinvoer kunt wijzigen. U kunt stoppen met afdrukken door op
[Annuleren] te drukken.
BerichtMogelijke oplossing
Taak niet opgeslagen.
Druk [OK].
Fout met KPDL.
Druk [OK].
Limiet overschreden.
U kunt niets meer
toevoegen.
Plaats papier in
in cassette #
A4
Er is een ander
papierformaat
geplaatst. Controleer
het papierformaat.
Plaats papier in
de bulkinvoer.
A4
Normaal
Problemen oplossen
6-14
De papiercassette met het papierformaat en de papiersoort van de afdruktaak is
leeg. Laad papier in de papiercassette die op de plaats van # wordt
weergegeven. Druk op [Doorgaan] ([Rechterkeuzetoets]) om verder te gaan
met afdrukken.
Als u vanuit een andere papierbron wilt afdrukken, druk dan op [Alt]
([Linkerkeuzetoets]) om Alternatief: weer te geven, waarna u de bron
voor de papierinvoer kunt wijzigen. U kunt ophouden met afdrukken door op
[Annuleren] te drukken.
Er is geen papiercassette in de printer geïnstalleerd die overeenkomt met het
papierformaat en de papiersoort van de afdruktaak. Plaats papier in de
multifunctionele lade. Druk op [Doorgaan] ([Rechterkeuzetoets]) om verder
te gaan met afdrukken. (Houd er rekening mee dat bij invoer van papier met een
papierformaat dat niet overeenkomt met het huidige papierformaat van de MF-
lade, dit tot gevolg kan hebben dat het papier vastloopt.)
Als u vanuit een andere papierbron wilt afdrukken, druk dan op [Alt]
([Linkerkeuzetoets]) om Alternatief: weer te geven, waarna u de bron
voor de papierinvoer kunt wijzigen. U kunt ophouden met afdrukken door op
[Annuleren] te drukken.
Dit bericht wordt weergegeven wanneer Laag werd geselecteerd in
Beveiligingsniveau.
#### staat voor een mechanische fout (#=0, 1, 2, ...). Bel voor onderhoud. De
printer werkt niet wanneer dit bericht wordt weergegeven. Tegelijk wordt het
totale aantal afgedrukte pagina's weergegeven, bijvoorbeeld 0123456.
Noteer de foutcode die op het berichtenscherm wordt weergegeven en neem
contact op met uw servicevertegenwoordiger.
De totale hoeveelheid door de printer ontvangen gegevens overschrijdt het
interne geheugen van de printer.
Druk op [OK] om verder te gaan met afdrukken. U kunt ophouden met
afdrukken door op [Annuleren] te drukken.
Als 'Fouten aut. verw.' op Aan staat, wordt het afdrukken na een vooraf
ingestelde periode automatisch hervat.
Er kan maar één exemplaar worden afgedrukt, omdat de RAM-schijf is
uitgeschakeld of omdat de SSD niet geïnstalleerd is. Probeer geheugen toe te
voegen of een SSD te installeren en de instellingen van de RAM-schijf te
configureren.
Druk op [OK] om slechts één exemplaar af te drukken.
BerichtMogelijke oplossing
Plaats papier in
in cassette #.
A4
Normaal
Plaats papier in
de MF-lade.
A4
Normaal
Lage beveiliging
Storing machine.
Neem contact op met
uw service provider
####:0123456
Geheugen is vol
Printopdracht kan
niet voltooid worden.
Niet meerdere exempl.
Druk op [OK].
6-15
Problemen oplossen
Dit bericht wordt weergegeven als er een niet-originele tonercontainer geplaatst
is.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die door niet-originele toner wordt
veroorzaakt.
Als u de momenteel geïnstalleerde tonercontainer wilt gebruiken, druk dan
tegelijk, gedurende 3 seconden of langer op zowel [OK] als [Annuleren].
Er heeft zich een papierstoring voorgedaan. De locatie van de papierstoring
wordt aangegeven op de plaats van #. Raadpleeg Papierstoringen oplossenop
pagina 6-19 voor meer informatie.
Er bevindt zich geen papiercassette in de invoereenheid of de cassette is niet
goed geplaatst. U kunt na het opnieuw plaatsen van de papiercassette weer
afdrukken. Wanneer twee of meer optionele invoereenheden zijn geïnstalleerd
en de onderste wordt geselecteerd, verschijnt hetzelfde bericht als een van de
bovenste papierinvoereenheden en de printercassette niet goed zijn
geïnstalleerd.
Er is een fout op de RAM-schijf opgetreden. Bekijk de foutcode die op de plaats
van ## staat.
De mogelijke foutcodes en hun beschrijvingen zijn de volgende:
02: RAM-diskmode staat op Uit. Stel de instelling in op Aan. Raadpleeg de
Engelse Bedieningshandleiding.
03: De RAM-schijf is beschermd tegen schrijven met opdrachtbewerking.
Verwijder de schrijfbescherming met de opdracht.
04: Geen schijfruimte. Wis overbodige bestanden of vergroot de schijf van de
RAM-schijf. Raadpleeg de Engelse Gebruikershandleiding voor meer
informatie.
05: Het opgegeven bestand bestaat niet op de RAM-schijf. Sla het bestand op
de RAM-schijf op.
10: Het op de RAM-schijf opgeslagen bestand is beschermd tegen schrijven
met opdrachtbewerking. Verwijder de schrijfbescherming met de opdracht.
Het apparaat wordt aangepast om de kwaliteit te handhaven. Even geduld
a.u.b.
Er zijn al 100 geregistreerde accounts, waardoor het niet mogelijk is nieuwe
accounts te registreren.
BerichtMogelijke oplossing
Niet-originele toner.
Druk op [Help}.
Papier vast
##########
[ Help ]
Fout papierpad.
Plaats de cassette.
Fout met RAM-disk
Druk op [OK].
##
Drum vernieuwen
Even geduld a.u.b.
Geregistreerd aantal
overschreden
Kan niet toevoegen
Problemen oplossen
6-16
Vervang het onderhoudspakket dat op het berichtenscherm wordt
weergegeven. Neem contact op met uw servicevertegenwoordiger.
Toner in de tonercontainer is op. Vervang de tonercontainer met een nieuwe
tonerkit. De printer werkt niet wanneer dit bericht wordt weergegeven.
Dit bericht wordt weergegeven wanneer een poging tot afdrukken werd
ondernomen, ondanks het feit dat functie taakaccounting geactiveerd was met
Beperking ingesteld als de taaklimiet voor elke taakaccount.
Druk op [OK] om de printer terug gebruiksklaar te zetten.
Raadpleeg de Engelse Gebruikershandleiding voor meer informatie.
Er is een fout opgetreden in de SD/SDHC-geheugenkaart. Bekijk de foutcode
die op de plaats van ## staat.
De mogelijke foutcodes en hun beschrijvingen zijn de volgende:
02: De printer ondersteunt de geplaatste SD/SDHC-geheugenkaart niet, of deze
geheugenkaart is defect. Installeer de juiste SD/SDHC-geheugenkaart.
03: De SD/SDHC-geheugenkaart is beschermd tegen schrijven met
opdrachtbewerking. Verwijder de schrijfbescherming met de opdracht.
04: Er is onvoldoende ruimte op de SD/SDHC-geheugenkaart. Verwijder
onnodige bestanden of gebruik een nieuwe SD/SDHC-geheugenkaart.
05: Het opgegeven bestand bestaat niet op de SD/SDHC-geheugenkaart. Sla
het bestand op de SD/SDHC-geheugenkaart op.
10: Het op de SD/SDHC-geheugenkaart opgeslagen bestand is beschermd
tegen schrijven met opdrachtbewerking. Verwijder de schrijfbescherming met de
opdracht.
Er heeft zich een SSD-fout voorgedaan. Bekijk de foutcode die op de plaats van
## staat.
De mogelijke foutcodes en hun beschrijvingen zijn de volgende:
03: De SSD is beschermd tegen schrijven met opdrachtbewerking. Verwijder de
schrijfbescherming met de opdracht.
04: Er is geen ruimte beschikbaar op de SSD. Verwijder onnodige bestanden
e.d. om ruimte vrij te maken.
05: Het opgegeven bestand bestaat niet op de SSD. Sla het bestand op de SSD
op.
10: Het op de SSD opgeslagen bestand is beschermd tegen schrijven met
opdrachtbewerking. Verwijder de schrijfbescherming met de opdracht.
BerichtMogelijke oplossing
Vervang MK.
Vervang de toner.
Begrensd door
taakaccounting
Druk op [OK].
Fout SD-kaart.
Druk op [OK].
##
SSD-fout.
Druk op [OK].
##
6-17
Problemen oplossen
Zijn er drie elektronische handapparaten tegelijk aangesloten? Annuleer een
verbinding naar een draagbaar apparaat dat niet wordt gebruikt, of stel de
automatische tijdregeling in van de machine voor het onderbreken van de
verbindingen met draagbare apparaten.
Kopiëren is niet mogelijk omdat de bestemming al gegevens met dezelfde
bestandsnaam bevat. Verwijder de gegevens met dezelfde bestandsnaam van
de bestemmingslocatie voordat er gekopieerd wordt.
De ingegeven aanmeldingsgebruikersnaam is niet geregistreerd. Controleer de
aanmeldingsgebruikersnaam.
Vervang de tonerafvalbak. Raadpleeg voor meer informatie de Vervangen van
de tonerafvalbak op pagina 5-7.
De tonerafvalbak is niet correct geplaatst. Plaats de bak op de juiste manier.
Raadpleeg voor meer informatie de Vervangen van de tonerafvalbak op pagina
5-7.
Het ingestelde account-ID is al geregistreerd. Registreer een ander account-ID.
De gewijzigde aanmeldingsgebruikersnaam is al geregistreerd. Stel een andere
aanmeldingsgebruikersnaam in.
BerichtMogelijke oplossing
Geen aansluiting
mogelijk, omdat het
aantal toegestane
verb. wordt overschr.
Bestandsnaam
bestaat reeds.
U kunt niet kopiëren.
Gebruikersnaam is
niet geregistreerd.
De tonerafvalbak
is vol
De tonerafvalbak
is verkeerd
geplaatst.
Dit account-ID is
al geregistreerd
Deze gebr.aanm.naam
is al geregistreerd.
Problemen oplossen
6-18
De toner is op. Zorg ervoor dat er meteen een nieuwe tonercontainer
beschikbaar is. Raadpleeg Tonercontainer vervangen op pagina 5-2 voor meer
informatie.
Haal het papier uit de bovenste lade. Het afdrukken wordt hervat.
Dit bericht wordt weergegeven als de regionale specificatie van de
geïnstalleerde tonercontainer niet overeenkomt met die van de printer.
Installeer de gespecificeerde tonercontainer.
Er is een fout opgetreden in het USB-geheugenapparaat.
Bekijk de foutcode die op de plaats van ## staat.
De mogelijke foutcodes en hun beschrijvingen zijn de volgende:
01: De hoeveelheid gegevens die tegelijk kan worden opgeslagen is
overschreden. Splits het grote bestand in meerdere kleinere bestanden.
Het USB-geheugen is beveiligd tegen schrijven. Verwijder de schrijfbeveiliging.
Het USB-geheugen is defect.
Zelfs als het probleem niet verholpen is, formatteer het USB-geheugen dan met
het apparaat of gebruik het nieuwe USB-geheugen dat compatibel is met de
printer.
04: Er is geen ruimte beschikbaar. Verwijder onnodige bestanden e.d. om ruimte
vrij te maken.
BerichtMogelijke oplossing
Toner bijna leeg.
Bovenste uitvoer is
vol, verwijder de
afdrukken.
Onbekende toner
geïnstall. PC
Fout met USB-
geheugen.
Druk op [OK].
##
6-19
Problemen oplossen
Papierstoringen oplossen
Als papier in het papiertransportsysteem is vastgelopen, of als er helemaal geen papier is doorgevoerd, verschijnt bericht
Papierstoring met de locatie van de papierstoring (het onderdeel waarin de papierstoring zich heeft voorgedaan).
Statusbewaking of Embedded Web Server RX kan de plek van de papierstoring lokaliseren (het onderdeel waar de storing
is opgetreden). Verwijder het vastgelopen papier. Wanneer u het vastgelopen papier heeft verwijderd, begint de printer weer
met afdrukken.
Mogelijke locaties van papierstoringen
Onderstaande figuur laat de papierpaden van de printer zien, inclusief de optionele papierinvoer. De locaties waar de
papierstoringen zich kunnen voordoen, worden hier tevens weergegeven, waarbij elke locatie in de onderstaande tabel
wordt uitgelegd. Papierstoringen kunnen zich in meer dan één onderdeel langs de papierpaden voordoen.
BELANGRIJK De printer kan het papier niet op juiste wijze invoeren, afhankelijk van de papiersoort. Print verschil-
lende pagina's om te bevestigen of de printer het papier juist kan invoeren. Om dik papier soepel in te voeren kan in
de printerdriver gekozen worden voor invoeren op halve snelheid. Raadpleeg Modus halve snelheid (instellingen
printerdriver) op pagina 3-7 voor meer informatie.
Bericht papierstoring
Papierstoring
locatie
BeschrijvingZie pagina
AHet papier is in de MF-lade
vastgelopen.
pagina 6-21
BHet papier is in de papiercassette
vastgelopen. Het cassettenummer
kan 1 (bovenste) tot 5 (onderste) zijn.
pagina 6-21
E
B
B
B
B
B
C
D
A
F
Papier
vastgelopen
in MF-lade.
Help
Papier
vastgelopen
in cassette 1
Help
Problemen oplossen
6-20
Algemene aandachtspunten bij het oplossen van storingen
Houd rekening met de volgende aandachtspunten wanneer u papier probeert te verwijderen:
•Als er regelmatig een papierstoring optreedt, kunt u een andere papiersoort proberen, het papier vervangen door nieuw
papier of de papierstapel omdraaien. Het kan zijn dat de printer problemen ondervindt als de papierstoringen blijven
optreden nadat het papier is vervangen.
•Of de vastgelopen pagina's gewoon worden gereproduceerd wanneer het afdrukken wordt hervat, hangt af van de
locatie van de papierstoring.
Voorzorgsmaatregelen bij papierstoringen
•Gebruik vastgelopen papier niet opnieuw.
•Als het papier tijdens het verwijderen scheurt, dan moet u alle losse stukjes papier uit het apparaat halen. Stukjes papier
die in het apparaat achterblijven, kunnen nieuwe papierstoringen veroorzaken.
Gebruik maken van help-berichten
Wanneer Papierstoring wordt getoond, druk dan op [Help]([Linkerkeuzetoets]) om de procedure voor het opheffen van
de storing weer te geven.
Druk op om de volgende stap weer te geven of op om de voorgaande stap weer te geven.
Druk op [OK] om de online help in het berichtenscherm te verlaten.
CHet papier is in het duplexgedeelte
vastgelopen.
pagina 6-22
DHet papier is in de printer
vastgelopen.
pagina 6-23
EHet papier is in de achtereenheid
vastgelopen.
pagina 6-25
FHet papier is in de optionele
bulktoevoer vastgelopen.
pagina 6-26
Bericht papierstoring
Papierstoring
locatie
BeschrijvingZie pagina
Papier vast
in de duplex
eenheid
Help
Papierstoring
in de
hoofdeenheid
Help
Papier
storing in
achter klep.
Help
Papier vast-
gelopen in
bulkinvoer.
Help
6-21
Problemen oplossen
MF-lade
Het papier is vastgelopen in de multifunctionele lade. Verwijder het vastgelopen papier via de onderstaande procedure.
1
Verwijder het papier dat in de multifunctionele lade is vastgelopen.
2
Verwijder tijdelijk het resterende papier uit de multifunctionele lade en
plaats het vervolgens opnieuw.
Papiercassette/Papierinvoer
Het papier is in de cassette vastgelopen. Verwijder het vastgelopen papier via de onderstaande procedure. Papierstoringen
in de cassette van de optionele papierinvoer worden op dezelfde manier verholpen.
In dit hoofdstuk worden de werkwijze met Cassette 1 als voorbeeld uitgelegd.
1
Trek de cassette of optionele papierinvoer naar buiten.
Problemen oplossen
6-22
2
Verwijder het papier dat niet helemaal ingevoerd is.
3
Duw de cassette weer goed naar binnen. De printer warmt op en gaat
verder met afdrukken.
Duplexeenheid
Het papier is in het duplexgedeelte vastgelopen. Verwijder het vastgelopen papier met de onderstaande procedure.
1
Trek de cassette uit het apparaat.
2
Open de voorklep van de duplexeenheid en verwijder het
vastgelopen papier.
Opmerking
Controleer of het papier goed is geplaatst. Als
dit niet het geval is, plaatst u het papier opnieuw.
BELANGRIJK Ondersteun de cassette bij het uit de printer
halen, zodat deze niet uit de printer valt.
6-23
Problemen oplossen
3
Sluit de voorklep van de duplexeenheid.
4
Plaats de cassette in de sleuf van de printer. De printer warmt op en
gaat verder met afdrukken.
Binnenin de printer
Papier is in de printer vastgelopen. Verwijder het vastgelopen papier via de onderstaande procedure.
1
Open de bovenklep en voorklep.
BELANGRIJK Verwijder papier van de multifunctionele lade
voordat het vastgelopen papier verwijderd wordt.
2
Trek aan de ontwikkeleenheid en de tonercontainer.
Problemen oplossen
6-24
3
Haal het papier uit de printer
Als het vastgelopen papier tussen de rollen is vastgeklemd, trek het
dan uit zoals getoond in de figuur.
4
Plaats de ontwikkelaar samen met de tonercontainer terug in het
apparaat.
5
Sluit daarna de voorklep en bovenklep. De printer warmt op en gaat
verder met afdrukken.
Opmerking
Als u geen papierstoring kunt vinden, controleer
dan binnenin de achterkant van de printer. Raadpleeg
Achterste eenheid op pagina 6-25.
6-25
Problemen oplossen
Achterste eenheid
Het papier is in de achterklep vastgelopen. Verwijder het vastgelopen papier via de onderstaande procedure.
1
Als het papier niet volledig in de bovenste lade is uitgevoerd, opent u
de achterklep.
2
Open de fuserklep en verwijder het vastgelopen papier door het naar
buiten te trekken.
3
Sluit de achterklep.
BELANGRIJK Verwijder de optionele uitvoerlade voor
bovenzijde omhoog indien geïnstalleerd alvorens de achterklep
te openen.
Opmerking
Als u geen papierstoring kunt vinden,
controleert u binnenin de achterkant van de printer.
VOORZICHTIG De fusereenheid binnenin de printer is
heet. Raak de eenheid niet met uw handen aan,
aangezien dit brandwonden kan veroorzaken. Verwijder
voorzichtig het vastgelopen papier.
Problemen oplossen
6-26
4
Open en sluit de bovenklep om de storing te verhelpen.
Bulkpapierinvoer (Optie)
Het papier is in de optionele bulktoevoer vastgelopen. Haal de bulktoevoer uit de printer door hem eruit te schuiven met de
rail van de printer af. Houd de bulktoevoer met beide handen vast. Als er papier niet helemaal uitgevoerd is, trekt u het er
met de hand uit.
Bulkpapierinvoer
1
Houd de bulkinvoer met beide handen vast en verwijder hem uit de
printer.
2
Verwijder het vastgelopen papier uit de verbindingsopening tussen
de bulkinvoer en de printer.
3
Sluit de bulkinvoer aan op de printer.
6-27
Problemen oplossen
4
Open en sluit de bovenklep om de storing te verhelpen. De printer
warmt op en gaat verder met afdrukken.
Duplexeenheid (als de bulkinvoer is geïnstalleerd)
1
Verminder de hoeveelheid papier in de bulkinvoer.
2
Trek de bulkinvoer uit de printer. Houd de bulkinvoer met beide
handen vast en til op om hem te verwijderen.
3
Trek de cassette uit het apparaat.
Problemen oplossen
6-28
4
Open de voorklep van de duplexeenheid en verwijder het
vastgelopen papier.
5
Na het vervangen van de cassette in het apparaat en het aansluiten
van de bulkinvoer op de printer, open en sluit de bovenklep om de
storing te verhelpen. Het afdrukken wordt hervat zodra de printer is
opgewarmd.
A-1
Bijlage
Dit hoofdstuk bevat uitleg over de volgende onderwerpen:
Over de opties.......................................................................................................................................A-2
Gebruikershandleiding.com neemt misbruik van zijn services uitermate serieus. U kunt hieronder aangeven waarom deze vraag ongepast is. Wij controleren de vraag en zonodig wordt deze verwijderd.
Product:
Spelregels forum
Om tot zinvolle vragen te komen hanteren wij de volgende spelregels:
lees eerst de handleiding door;
controleer of uw vraag al eerder door iemand anders is gesteld;
probeer uw vraag zo duidelijk mogelijk te stellen;
heeft u een probleem en al geprobeerd om dit op te lossen, vermeld dit erbij aub;
heeft u een oplossing gekregen van een bezoeker dan horen wij dat graag in dit forum;
wilt u een reactie geven op een vraag of antwoord, gebruik dan niet dit formulier maar klik op de knop 'reageer op deze vraag';
uw vraag wordt direct op de website gezet; vermijd daarom persoonlijke gegevens in te vullen;
Belangrijk! Als er een antwoord wordt gegeven op uw vraag, dan is het voor de gever van het antwoord nuttig om te weten als u er wel (of niet) mee geholpen bent! Wij vragen u dus ook te reageren op een antwoord.
Belangrijk! Antwoorden worden ook per e-mail naar abonnees gestuurd. Laat uw emailadres achter op deze site, zodat u op de hoogte blijft. U krijgt dan ook andere vragen en antwoorden te zien.
Abonneren
Abonneer u voor het ontvangen van emails voor uw Triumph-Adler P-6031DN bij:
nieuwe vragen en antwoorden
nieuwe handleidingen
U ontvangt een email met instructies om u voor één of beide opties in te schrijven.
Ontvang uw handleiding per email
Vul uw emailadres in en ontvang de handleiding van Triumph-Adler P-6031DN in de taal/talen: Nederlands als bijlage per email.
De handleiding is 4,91 mb groot.
U ontvangt de handleiding per email binnen enkele minuten. Als u geen email heeft ontvangen, dan heeft u waarschijnlijk een verkeerd emailadres ingevuld of is uw mailbox te vol. Daarnaast kan het zijn dat uw internetprovider een maximum heeft aan de grootte per email. Omdat hier een handleiding wordt meegestuurd, kan het voorkomen dat de email groter is dan toegestaan bij uw provider.
Uw handleiding is per email verstuurd. Controleer uw email
Als u niet binnen een kwartier uw email met handleiding ontvangen heeft, kan het zijn dat u een verkeerd emailadres heeft ingevuld of dat uw emailprovider een maximum grootte per email heeft ingesteld die kleiner is dan de grootte van de handleiding.
Er is een email naar u verstuurd om uw inschrijving definitief te maken.
Controleer uw email en volg de aanwijzingen op om uw inschrijving definitief te maken
U heeft geen emailadres opgegeven
Als u de handleiding per email wilt ontvangen, vul dan een geldig emailadres in.
Uw vraag is op deze pagina toegevoegd
Wilt u een email ontvangen bij een antwoord en/of nieuwe vragen? Vul dan hier uw emailadres in.