17
NL
Geluid en vibratie
De geluids- en vibratiewaarden werden bepaald
volgens EN 60745.
Geluidsdrukniveau L
pA
64 dB (A)
Onzekerheid K
pA
3 dB
Geluidsvermogen L
WA
75 dB (A)
Onzekerheid K
WA
3 dB
Draag een gehoorbeschermer.
Lawaai kan aanleiding geven tot gehoorverlies.
Totale vibratiewaarden (vectorsom van drie
richtingen) bepaald volgens EN 60745.
Boren in metaal
Trillingsemissiewaarde a
h
≤ 2,5 m/s
2
Onzekerheid K = 1,5 m/s
2
Schroeven zonder klopfunctie
Trillingsemissiewaarde a
h
≤ 2,5 m/s
2
Onzekerheid K = 1,5 m/s
2
Aanvullende informatie omtrent elektrische
gereedschappen
Waarschuwing!
De opgegeven trillingsemissiewaarde is gemeten
volgens een genormaliseerde testprocedure en kan
veranderen naargelang van de wijze waarop het
elektrische gereedschap wordt gebruikt en in
uitzonderingsgevallen boven de opgegeven waarde
liggen.
De vermelde trillingsemissiewaarde kan worden
gebruikt om elektrische gereedschappen onderling te
vergelijken.
De vermelde trillingsemissiewaarde kan ook worden
gebruikt om voor begin van de werkzaamheden de
nadelige gevolgen te beoordelen.
Beperk de geluidsontwikkeling en vibratie tot
een minimum!
Gebruik enkel intacte toestellen.
Onderhoud en reinig het toestel regelmatig.
Pas uw manier van werken aan het toestel aan.
Overbelast het toestel niet.
Laat het toestel indien nodig nazien.
Schakel het toestel uit als het niet wordt gebruikt.
Draag handschoenen.
Restrisico’s
Er blijven altijd restrisico’s over ook al wordt dit
elektrisch gereedschap naar behoren bediend.
Volgende gevaren kunnen zich voordoen in
verband met de bouwwijze en uitvoering van dit
elektrisch gereedschap:
1. Longletsels indien geen gepaste stofmasker
wordt gedragen.
2. Gehoorschade indien geen gepaste
gehoorbeschermer wordt gedragen.
3. Schade aan de gezondheid die voortvloeit uit
hand-arm-trillingen indien het toestel lang zonder
onderbreking wordt gebruikt of niet naar behoren
wordt gehanteerd en onderhouden.
5. Vóór inbedrijfstelling
Lees zeker de volgende instructies voordat u uw
accuschroevendraaier in gebruik neemt:
1. Laadt de accu m.b.v. de bijgeleverde lader. Een
lege accu is na ca. 3 uur opgeladen.
2. Enkel scherpe boren en intacte en gepaste
schroeverbits gebruiken.
3. Bij het boren en schroeven in muren en wanden
dient u die op verborgen stroom-, gas- en water-
leidingen te controleren.
6. Bediening
6.1 Laden van de LI-accupack (fig. 2/3/4)
De accu is beschermd tegen diepe ontlading. Het
gereedschap wordt door een geïntegreerde
beschermingsschakeling automatisch uitgeschakeld
zodra de accu is ontladen. De bithouder zal in dit
geval niet meer draaien.
Waarschuwing! Druk niet meer op de AAN/UIT-
schakelaar als de beschermingsschakeling het
gereedschap heeft uitgeschakeld. Daardoor kan
schade aan de accu worden berokkend.
1. Accupack (4) de handgreep uit trekken terwijl u
de grendelknoppen (5) aan de rechter- en
linkerkant indrukt.
2. Vergelijk of de netspanning vermeld op het
kenplaatje overeenkomt met de voorhanden
zijnde netspanning. Steek de netstekker van de
lader (9) het stopcontact in.
3. Verbindt de laadkabel (a) met de laadadapter
(8).
4. De LED op de lader schijnt groen. Steek de
accupack (4) de laadadapter (8) in. De tweede
LED schijnt dan rood. Daardoor wordt
gesignaleerd dat de accu bezig is met laden. Als
de laadbeurt na ca. 3 uur beëindigd is gaat de