Topcraft 11
De machines zijn ontworpen om gedurende lange tijd probleemloos te functioneren met
een minimum aan onderhoud. Door de machine regelmatig te reinigen en op de juiste
wijze te behandelen, draagt u bij aan een hoge levensduur van uw machine.
Mankementen
De machine moet regelmatig worden gecontroleerd op de volgende mankementen en
reparaties moeten worden uitgevoerd indien nodig.
• Kabelschade
• Kapotte schakelaar
• Kortsluiting
• Schade aan bewegende delen
Oplossen van problemen
• De motor draait niet na
het inschakelen van de
stroomtoevoer.
• Motor generereert een
abnormaal geluid en
draait langzaam of
helemaal niet.
• Oververhitting van het
transmissieoppervlak.
• Hevig vonken van de
motor.
• Mankement in de
stroomtoevoer.
• Slecht contact
schakelaar.
• Netspanning te laag.
• Beschadigde motor.
• Versleten koolborstels.
• Motor is overbelast als
gevolg van
buitensporige druk of te
grote boordiepte.
• Beschadigde motor.
• Toevoerspanning te
laag.
• Versleten koolborstels.
• Overbelasting of botte
boor.
• Verminderd voltage.
• Controleer dat de
koolstofborstels niet
versleten zijn.
• Inspecteer de
stroomtoevoer.
• Repareer of vervang
schakelaar.
• Te lang/te dun
verlengsnoer.
• Laat uw machine door
een expert repareren.
• Vervang de
koolborstels.
• Verminder de druk of
boordiepte, verminder
kracht.
• Laat uw machine door
een expert repareren.
• Pas de
toevoerspanning aan.
• Vervang de
koolborstels.
• Verminder de belasting
of slijp de boor.
• Stel de
toevoerspanning in.
NL
06 Topcraft
Draag bij gebruik van deze machine een stofmasker.
Draag oog- en gehoorbescherming
Defecte en/of afgedankte elektrische of elektronische gereedschappen dienen
ter verwerking te worden aangeboden aan een daarvoor verantwoordelijke
instantie.
Algemene veiligheidsvoorschriften
Waarschuwing! Lees alle instructies goed door. Het niet opvolgen van onderstaande
instructies kan leiden tot een elektrische schok, brand en/of ernstig persoonlijk letsel. De
term “elektrisch gereedschap” in onderstaande waarschuwingen heeft betrekking op
zowel apparatuur met een vaste elektriciteitskabel als op apparatuur met een accu
(draadloze apparatuur). Bewaar deze instructies!
1) Werkgebied
a. Zorg voor een opgeruimde en goed verlichte werkomgeving. Rommelige en donkere
werkomgevingen leiden tot ongelukken.
b. Gebruik elektrisch gereedschap nooit in een omgeving waar explosiegevaar bestaat,
zoals in de nabijheid van ontvlambare vloeistoffen, gassen, dampen of andere stoffen.
Elektrische gereedschappen kunnen vonken veroorzaken, die deze stoffen tot
ontbranding kunnen brengen.
c. Wanneer u elektrisch gereedschap gebruikt, houd dan kinderen en omstanders op
afstand. Wanneer u wordt afgeleid, kunt u de controle over het gereedschap
verliezen.
2) Elektrische veiligheid
a. Stekkers van elektrische gereedschappen moeten probleemloos passen op het
stopcontact. Breng nooit wijzigingen aan in of aan de stekker. Gebruik geen adapters
voor geaarde elektrische gereedschappen. Standaardstekkers en passende
stopcontacten verkleinen de kans op een elektrische schok.
b. Voorkom lichamelijk contact met geaarde oppervlakken van bijvoorbeeld pijpen,
leidingen, radiatoren, fornuizen en koelkasten. Wanneer uw lichaam geaard is, wordt
de kans op een elektrische schok groter.
c. Stel elektrische gereedschappen nooit bloot aan regen of vocht. Wanneer er water
binnendringt in een elektrisch gereedschap, wordt de kans op een elektrische schok
groter.
d. Gebruik het snoer niet om het elektrisch gereedschap te dragen, te verplaatsen of de
stekker uit het stopcontact te trekken. Bescherm het snoer tegen olie, warmte,
scherpe randen en bewegende delen. Beschadigde of vastzittende snoeren vergroten
de kans op een elektrische schok.
e. Wanneer u elektrische gereedschappen buiten gebruikt, gebruik dan een
verlengkabel die geschikt is voor buitengebruik. Door een kabel te gebruiken die
geschikt is voor buitengebruik, wordt de kans op een elektrische schok kleiner.
Gebruik elektrische apparatuur altijd in combinatie met een reststroomverbreker.
NL