Topcraft 09
NL
08 Topcraft
NL
boorhouder. Let op dat de spiebaan van de boor overeenkomt met de boorhouder, door
de boor voorzichtig rond te draaien. Laat de vergrendelring weer los.
• Schuif de vergrendelring naar achtereen om de boor te verwijderen.
DIEPTEAANSLAG INSTELLEN
Fig.A
• Draai de greep los door linksom te draaien.
• Steek het rechte deel van de diepteaanslag door het gat in de greep.
• Stel de aanslag in op de gewenste boordiepte.
• Draai de greep goed vast.
MODUSKEUZESCHAKELAAR
Fig.C
De correcte standen van de schakelaar die benodigd zijn voor iedere boormodus worden
aangegeven in het schema (Fig. C) op pagina 2.
1 = Beitelen.
2 = Hamerboren .
3= Boren.
AAN- EN UITSCHAKELEN
• Druk de schakelaar in om de boor te starten.
• Laat de schakelaar los om de boor te stoppen.
INSTALLEREN VAN DE STOFKAP
Fig.D
De stofkap voorkomt dat grote hoeveelheden boorstof in de machine komen wanneer u in
plafonds boort.
• Verwijder de boor.
• Schuif de stofkap over de hals van de boor.
• Plaats de boor met stofkap in de boorhouder.
• Vervang een beschadigde stofkap altijd direct.
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
1. De motor draait niet na het inschakelen van de stroomtoevoer
• Mankement in de stroomtoevoer.
Inspecteer de stroomtoevoer.
• Slecht contact schakelaar.
Repareer of vervang schakelaar.
• Netspanning te laag.
Te lang/te dun verlengsnoer.
• Beschadigde motor.
Laat uw machine door een expert repareren.
• Versleten koolborstels.
Vervang de koolborstels.
2. Motor generereert een abnormaal geluid en draait langzaam of helemaal niet
• Motor is overbelast als gevolg van buitensporige druk of te grote boordiepte.
Verminder de druk of boordiepte, verminder kracht.
• Beschadigde motor.
Laat uw machine door een expert repareren.
• Toevoerspanning te laag.
Pas de toevoerspanning aan.
• Versleten koolborstels.
Vervang de koolborstels.
3. Oververhitting van het transmissieoppervlak
• Overbelasting of botte boor.
Verminder de belasting of slijp de boor.
• Verminderd voltage.
Stel de toevoerspanning in.
4. Hevig vonken van de motor
• Controleer of de koolstofborstels versleten zijn.
Zorg dat de machine niet onder spanning staat wanneer onderhoudswerkzaamheden
aan het mechaniek worden uitgevoerd.
De machines van Ferm zijn ontworpen om gedurende lange tijd probleemloos te functioneren
met een minimum aan onderhoud. Door de machine regelmatig te reinigen en op de juiste
wijze te behandelen, draagt u bij aan een hoge levensduur van uw machine.
KOOLSTOFBORSTELS VERVANGEN
• Vervang beide koolborstels tegelijkertijd.
• Controleer de koolborstels regelmatige op slijtage en defecten.
• Vervang afgesleten koolborstels altijd.
• Houd de koolborstels altijd schoon en zorg dat de borstel niet wordt gehinderd.
• Open de machine om de koolborstels te kunnen controleren/vervangen.
• Verwijder en vervang de koolborstel indien nodig.
• Monteer de achtergreep.
De machine moet regelmatig worden gecontroleerd op de volgende mankementen en
reparaties moeten worden uitgevoerd indien nodig.
• Kabelschade
• Kapotte schakelaar
• Kortsluiting
• Schade aan bewegende delen
Reinigen
Reinig de machinebehuizing regelmatig met een zachte doek, bij voorkeur iedere keer na
gebruik. Zorg dat de ventilatiesleuven vrij van stof en vuil zijn.
Gebruik bij hardnekkig vuil een zachte doek bevochtigd met zeepwater. Gebruik geen
oplosmiddelen als benzine, alcohol, ammonia, etc. Dergelijke stoffen beschadigen de
kunststof onderdelen.
Smeren (Fig.E)
• De schacht van de boorhamer regelmatig smeren.
• Controleer regelmatig of de binnenzijde van machine gesmeerd moet worden.
- Verwijder de smeerdop (12) op de bovenzijde van de machine (OFF)
- Verwijder eveneens de tweede dop (met 4 uitsparingen)
- Nu kunt u de draaiende onderdelen in de machine zien: de bewegende delen dienen
voldoende te zijn gesmeerd.
- Giet indien nodig wat smeervet in het gat.
- Plaats de dop op het gat en draai deze vast.
- Bevestig de smeerdop weer (ON).
Storingen
Indien zich een storing voordoet als gevolg van bijvoorbeeld slijtage van een onderdeel, neem
4. ONDERHOUD