20
Gebruik met band
Het afspelen van een videocassette
Wanneer de videorecorder eenmaal is aangesloten, is het
insteken of verwijderen van videocassettes een kinderspel. Het
toestel is geschikt om opnamen op NTSC cassettes af te spe-
len (met een PAL t.v.-toestel).
Verbeteren van de beeldkwaliteit
Beeld verbeteren Als een cassette wordt geplaatst en de weer-
gave start, zorgt de functie automatische sporing (tracking)
vanzelf voor het best mogelijke beeld. Mocht de kwaliteit van de
opname slecht zijn, druk dan herhaaldelijk op
D en E op de
afstandsbediening om de sporing handmatig in te stellen totdat
de storingen opgeheven zijn.
1. Controleer of de videorecorder correct is aanges-
loten volgens de instructies op de vorige bladzijden
van deze handleiding.
Zet het t.v.-toestel aan en kies de stand AV om een
videocassette af te spelen.
Druk de POWER toets van de videorecorder in om
het toestel aan te zetten.
Steek de videocassette in de videorecorder met het
doorzichtig gedeelte naar boven gericht en de pijl van u af.
2. Druk op VCR om de VCR modus van het apparaat
te openen.
3. Druk de toets N in om met het afspelen te
beginnen. Gebruikt u een videocassette waarvan
het beveiligingsplaatje is weggehaald (om te vermij-
den dat de inhoud ervan gewist wordt), dan begint
de videorecorder de cassette automatisch af te
spelen.
AUTOMATISCHE UITLIJNING
De videorecorder lijnt de band automatisch uit om
een optimale beeldkwaliteit te bereiken.
4. Druk op PAUSE/STEP om het beeld stil te zetten.
Druk op PAUSE/STEP om de band beeld-voor-beeld
vooruit te spoelen. Als u op FORWARD drukt, wordt het
beeld vertraagd naar ongeveer 1/19 van de normale weer-
gavesnelheid. Banden kunnen maximaal 5 minuten wor-
den gepauzeerd. Na 5 minuten stopt uw DVD+VCR de
band om beschadiging van de band of de DVD+VCR te
voorkomen. De stilstaande beeldkwaliteit kan licht verbeterd
worden met behulp van v of V.
5. Druk op PLAY om de weergave te hervatten.
Afspelen op dubbele snelheid
Druk tijdens de normale weergave op PLAY. De
band wordt afgespeeld op dubbele snelheid en zon-
der geluid. Druk op PLAY om de normale afspeel-
snelheid te herstellen.
Het opsporen van een beeld:
Door tijdens het afspelen de toets FORWARD of
BACKWARD één keer in te drukken, kunt u de
videocassette snel laten afspelen of terugspoelen
om te zien welke plaats op de band u bereikt hebt.
Het logisch opsporen :
Tijdens het snel afspelen of terugspoelen kunt u de
toets m of M ingedrukt houden om het beeld 7 keer
sneller te zien te krijgen dan de normale snelheid.
6. Vertraagde weergave (slow motion) & Shuttle
:
Tijdens het afspelen of tijdens een Pause, druk de
toets
F of G verschillende keren in om een andere
afspeelsnelheid te kiezen:
REV = snel achteruit zoeken
PB5- = achteruit zoeken (vijfvoudige snelheid)
PB1- = achteruit zoeken (enkele snelheid)
SLW = vertraagd afspelen
Play = afspelen op normale snelheid
2PLY= afspelen op dubbele snelheid
CUE = Snel vooruit zoeken
7. Druk op STOP om de weergave te stoppen. Druk op
EJECT om de band uit te werpen. Wanneer het
einde van de band is bereikt, stopt het DVD/VHS-
apparaat met afspelen en wordt de band automa-
tisch teruggespoeld, gestopt en uitgeworpen.
ZAPPUB (Reclame overslaan):
Met deze functie kunt u tijdens het afspelen van een
videocasette in een paar seconden reclamespots over-
slaan en daarna opnieuw doorgaan met het normaal
afspelen.
Terwijl de cassette normaal wordt afgespeeld, druk de
toets CM SKIP op de afstandsbediening in om de
reclamespots (of een ander fragment uit een program-
ma) over te slaan.
Druk de toets CM SKIP verschillende keren in om het
fragment over te slaan:
1 keer 30 sec. 2 keer 60 sec.
3 keer 90 sec. 4 keer 120 sec.
5 keer 150 sec. 6 keer 180 sec.
OPR
Met deze functie wordt de kwaliteit van het beeld op het
t.v.-scherm automatisch verbeterd: de videorecorder
past zich aan de staat van de videoband aan. Notez
que l’icône OPR ( ) apparaîtra seulement lorsque
vous lisez une cassette.
1. Druk de toets i in.
2. Druk de toets
F of G in om de functie OPR ( ) te
selecteren.
3. Druk de toets ENTER/OK in.
4. Druk de toets
D of E verschillende keren in om UIT.,
ZACHT of SCHEKP te selecteren.
De functie OPR kan alleen tijdens het afspelen van
een videocassette worden geactiveerd.
Uit: Het beeld wordt op de originele grootte
getoond.
Zacht: Zachtere hoeken.
Scherp: scherpere hoeken.
5. Druk de toets i in om naar het scherm terug te
keren.