51
Nuttige informatie
(Technische aanwijzingen)
NL
50
Nuttige informatie
(Technische aanwijzingen)
NL
Zoals reeds vermeld, stijgt de impedantie wanneer het lichaamsgewicht daalt (zoals bij dehydratie) en
vermindert ze wanneer het lichaamsgewicht stijgt door bovenmatig verbruik van voedsel en drank. De
dagelijkse verandering in impedantie is daarom omgekeerd evenredig met de verandering in
lichaamsgewicht.
Deze dagelijkse veranderingen worden veroorzaakt door:
1) Tijdelijke stijging van het lichaamsgewicht (totaal lichaamsvocht) door overeten en teveel drinken.
2) Dehydratie door zware transpiratie tijdens zware lichamelijke oefeningen.
3) Dehydratie door het gebruik van alcohol of het gebruik van een diureticum.
4) Dehydratie door het zwaar transpireren tijdens een sauna, etc.
Daarom bevelen wij aan instructies te verstrekken aan de patiënt om deze oorzaken te elimineren wanneer
nauwkeurige metingen vereist zijn.
- Factoren die meetfouten veroorzaken
In de BIA-methode wordt de impedantie gemeten en de lichaamssamenstelling berekend gebaseerd op de
waarde. Het is bekend dat de impedantie verandert afhankelijk van het totale lichaamsvocht dat ongeveer
60% van het gewicht vertegenwoordigt en de verandering in de verdeling hiervan en de
temperatuurverandering. Daarom moeten de meetcondities met het oog op onderzoek of voor het
dagelijks herhalen van de metingen, constant worden gehouden. Het meten bij wisselende temperaturen
en andere verdelingen van het totale lichaamsvocht of het bloedvolume van handen en voeten door
lichaamsbeweging, het nemen van een bad etc. heeft invloed op de resultaten omdat de elektrische
weerstand in het lichaam ook verandert.
Voor stabiele metingen raden wij aan om de metingen onder de volgende omstandigheden uit te voeren.
1) 3 uur na het opstaan en na activiteiten die normaal zijn voor uw levenstijl tijdens deze periode (de
impedantieovergangen blijven op een hoog niveau als u blijft zitten na het opstaan of na het autorijden
etc.).
2) 3 uur of langer na maaltijden (gedurende 2-3 uur na het eten begint de impedantie lager te worden).
3) 12 uur of langer na intensieve lichamelijke activiteiten (de tendens tot verandering in impedantie is niet
stabiel afhankelijk van het type en de mate van lichamelijke oefening).
4) Indien mogelijk voor het uitvoeren van metingen urineren.
5) Voor herhaalde metingen, moeten de metingen waar mogelijk op dezelfde tijd worden uitgevoerd (voor
het meten van het gewicht, kunnen de metingen beter worden uitgevoerd als deze op dezelfde tijd van
de dag worden gedaan).
Uiterst stabiel gemeten waarden kunnen verkregen worden door het uitvoeren van metingen onder deze
omstandigheden.
Tijdens de ontwikkeling van het apparaat werden de volgende 6 punten ingesteld als voorwaarden voor
de regressievergelijking.
1) Geen alcoholgebruik gedurende 12 uur voor het uitvoeren van de metingen.
2) Geen zware lichamelijke oefeningen gedurende 12 uur voor het uitvoeren van de metingen.
3) Geen buitensporige maaltijden of drank de dag voor het uitvoeren van de metingen.
4) Gedurende 3 uur voor het uitvoeren van de metingen niet eten of drinken.
5) Geen metingen tijdens de menstruatieperiode (vrouwen)
uitvoeren.
2) Veranderingen van dag tot dag
De schema’s hieronder laten voorbeelden zien van metingen die
zijn uitgevoerd van dagelijkse veranderingen. Er is een onderzoek
uitgevoerd om de mate van verandering in de impedantie tussen
de voeten tijdens dehydratie te bepalen. De eerste twee dagen
geven een normale dagelijkse routine weer, terwijl tijdens de
laatste twee dagen een status van dehydratie werd veroorzaakt
door het nemen van een sauna.
Tijdens de normale dagelijkse routine was er geen aanzienlijk
verschil tussen de dagen wat betreft het lichaamsgewicht, de
impedantie tussen de voeten of het lichaamsvetpercentage. Tijdens
de dehydratiefase werd een vermindering van het
lichaamsgewicht van 1 kg geconstateerd, terwijl de impedantie
tussen de voeten ongeveer 15Ω op de eerste dag van dehydratie
was gestegen en 30-35Ω op de tweede dag. Het resultaat was een
verhoging van 1% van het lichaamsvetpercentage op de eerste dag
van dehydratie en een stijging van 1,5-2% op de tweede dag.