36678
3
Verklein
Vergroot
Pagina terug
1/210
Pagina verder
!T§==Mobile===
MDA Vario
Gebruikers
-
handleiding
2
Microsoft, MS-DOS, Windows, Windows NT, Windows Server, Windows Mobile, ActiveSync,
Excel, Internet Explorer, MSN, Outlook, PowerPoint en Word zijn gedeponeerde handelsmerken
of handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen.
DIT APPARAAT IS NIET OPGELADEN WANNEER U HET UIT DE VERPAKKING HAALT.
VERWIJDER DE BATTERIJ NIET WANNEER HET APPARAAT WORDT OPGELADEN.
DE GARANTIE VERVALT ALS U DE BEHUIZING VAN HET APPARAAT OPENT OF AANPAST.
EXPLOSIEGEVAAR
In gebieden met explosieve stoffen of brandbaar materiaal moet het product
worden uitgeschakeld en moet de gebruiker alle aanwijzingen en instructies
opvolgen. Vonken kunnen in dergelijke gebieden een explosie of brand
veroorzaken, wat lichamelijk letsel of zelfs de dood tot gevolg kan hebben.
Gebruikers wordt geadviseerd de apparatuur niet te gebruiken bij garages
of benzinestations. Bovendien moeten gebruikers zich houden aan de met
betrekking tot het gebruik van radioapparatuur in brandstofopslagplaatsen,
chemische fabrieken of op locaties waar explosieven worden gebruikt. Gebieden
met explosiegevaar worden meestal duidelijk aangegeven, maar niet altijd.
Dit zijn
onder andere benzinestations, het benedendek van schepen, faciliteiten voor het
transport of de opslag van brandstoffen of chemische stoffen, en gebieden waar
de lucht chemische stoffen of deeltjes bevat, zoals korreltjes, stof of metaalpoeder.
PRIVACYBEPERKINGEN
In bepaalde landen bent u verplicht het aan uw gesprekspartner te melden
wanneer u een gesprek opneemt. Houd u altijd aan de geldende wetten en
regels als u gebruik maakt van de opnamefunctie van de MDA Vario.
Lees dit alvorens verder te gaan
3
Neem bij gebruik van dit product de onderstaande voorzorgsmaatregelen in acht om
wettelijke aansprakelijkheid en mogelijke schadevergoedingen te voorkomen.
ELEKTRISCHE VEILIGHEID
Dit product is bedoeld voor gebruik met voeding van de batterij. Ander gebruik kan
gevaarlijk zijn en maakt de goedkeuring die aan het product is verleend, ongeldig.
VEILIGHEID IN VLIEGTUIGEN
Omdat dit product mogelijk storing kan veroorzaken in het navigatiesysteem en
communicatienetwerk van een vliegtuig, is het gebruik van de telefoonfunctie
van dit product aan boord van een vliegtuig in de meeste landen verboden. Als
u het toestel wilt gebruiken aan boord van een vliegtuig, moet u er aan denken
de telefoon uit te schakelen door de vliegtuigmodus te activeren.
OMGEVINGSBEPERKINGEN
Gebruik dit product niet in de buurt van benzinestations. Het gebruik van dit
product is tevens verboden in brandstofopslagplaatsen, chemische fabrieken
en op locaties met explosieven.
VEILIGHEID VOOR DE OMGEVING
Gebruik dit product niet in benzinestations, brandstofopslagplaatsen, chemische
fabrieken en op locaties met explosieven, of in een mogelijk explosieve
omgeving, zoals installaties voor het tanken van brandstoffen, het benedendek
van schepen, faciliteiten voor het transport of de opslag van brandstoffen of
chemische stoffen, en gebieden waar de lucht chemische stoffen of deeltjes
bevat, zoals korreltjes, stof of metaalpoeder. Houd er rekening mee dat
vonken in dergelijke gebieden een explosie of brand kunnen veroorzaken, wat
lichamelijk letsel of zelfs de dood tot gevolg kan hebben.
VERKEERSVEILIGHEID
Bestuurders mogen tijdens het rijden geen gebruik maken van mobiele
telefoonservices, behalve in noodgevallen. In een aantal landen is het gebruik
van handsfree-apparaten wel toegestaan.
Belangrijke voorzorgsmaatregelen
4
STORING VAN MEDISCHE APPARATUUR
Dit product kan ertoe leiden dat medische apparatuur niet juist werkt. In de meeste
ziekenhuizen en medische instellingen is het gebruik van dit apparaat verboden.
NIET-IONISERENDE STRALING
Dit product mag alleen worden gebruikt onder de aanbevolen normale
omstandigheden om problemen als gevolg van straling en storing te voorkomen.
Net zoals bij andere mobiele apparatuur met een radiozender, wordt gebruikers
aangeraden geen enkel deel van het lichaam te dicht bij de antenne te houden
tijdens het gebruik van het apparaat voor een juiste werking van het apparaat en
de veiligheid van het personeel.
5
Hoofdstuk 1 Aan de slag
1.1 Kennismaking met de MDA Vario en de bijbehorende
accessoires ......................................................................
10
1.2 De SIM-kaart installeren ....................................................16
1.3 Informatie over de ba
tterij .................................................17
1.4 Opstarten .........................................................................
20
1.5 Het scherm Vandaag ......................................................... 23
1.6 De programma’s gebruik
en ............................................... 26
Hoofdstuk 2 Informatie invoeren en zoeken
2.1 Inleiding ........................................................................... 30
2.2 Het toetsenbord gebr
uiken ............................................... 31
2.3 Letterherkenning gebruik
en .............................................. 32
2.4 Blokherkenning gebruik
en ................................................33
2.5 Transcriber gebruik
en ...................................................... 34
2.6 Phone Pad gebruik
en ........................................................ 38
2.7 Tekenen en schrijven op het scherm .................................
41
2.8 Een notitie opneme
n .........................................................43
2.9 Informatie zoeken .............................................................
44
Inhoud
6
Hoofdstuk 3 Telefoonfuncties gebruiken
3.1 De telefoon gebruiken ....................................................... 46
3.2 Een oproep plaa
tsen ......................................................... 49
3.3 Een oproep ontvang
en ...................................................... 52
3.4 Smart Dialing ....................................................................
53
3.5 Opties tijdens op
roepen .................................................... 56
3.6 Aanvullende kiesinformatie ...............................................
58
Hoofdstuk 4 De MDA Vario synchroniseren
4.1 ActiveSync gebruiken ....................................................... 56
4.2 Informatie synchroniseren ................................................
58
4.3 Synchroniseren via infrarood en Bluetooth ........................
60
4.4 Muziek, video en afbeeldingen synchroniser
en ................. 61
Hoofdstuk 5 De MDA Vario beheren
5.1 De MDA Vario aanpassen .................................................. 64
5.2 Programma’s toevoegen en verwijd
eren ............................ 72
5.3 Geheugen beheren ...........................................................
74
5.4 Back-up van bestan
den maken ......................................... 76
5.5 De MDA Vario beveilig
en ................................................... 78
5.6 De MDA Vario opnieuw
instellen ........................................ 80
7
Hoofdstuk 6 Verbinding maken
6.1 Verbinding maken met internet ......................................... 84
6.2 Internet Explorer ...............................................................
86
6.3 Bluetooth gebruik
en ......................................................... 89
6.4 Comm Manager gebruik
en ................................................ 93
6.5 Terminal Services-client gebruik
en ................................... 97
Hoofdstuk 7 Berichten uitwisselen en Outlook gebruiken
7.1 E-mail- en SMS-berichten ................................................ 100
7.2 EmailWiz gebruike
n ........................................................ 107
7.3 MMS-berichten ...............................................................
109
7.4 Pocket MSN Messenger ..................................................
116
7.5 Agenda ...........................................................................
118
7.6 Contactpersonen ............................................................ 120
7.7 Taken .............................................................................
122
7.8 Notities ...........................................................................
124
Hoofdstuk 8 Werken met multimedia
8.1 De camera gebruiken ...................................................... 126
8.2 Afbeeldingen en video’s ge
bruiken ................................. 137
8.3 Windows Media Player gebruike
n ................................... 142
8.4 Speler voor Streaming Video geb
ruiken ........................... 148
8
Hoofdstuk 9 Andere toepassingen gebruiken
9.1 Word Mobile ................................................................... 152
9.2 Excel Mobile ...................................................................
154
9.3 Diavoorstellingen bekijken met PowerPoint Mob
ile ......... 156
9.4 ClearVue PDF gebruike
n ................................................. 157
9.5 MIDlet Manager gebruike
n .............................................. 159
9.6 ZIP gebruike
n ................................................................. 164
9.7 Gesproken snelkeuze gebru
iken ..................................... 168
Bijlage
A.1 Wettelijke kennisgevingen .............................................. 174
A.2 Pc-vereisten om ActiveSync 4.0 uit te v
oeren ................... 181
A.3 Probleemoplossing .........................................................
182
A.4 Specificaties ..................................................................
188
A.4 Index ..............................................................................
190
!T§==Mobile===
1.1 Kennismaking met de MDA Vario
en de bijbehorende accessoires
1.2 De SIM-kaart installeren
1.3 Informatie over de batterij
1.4 Opstarten
1.5 Het scherm Vandaag
1.6 De programma’s gebruiken
Hoofdstuk 1
Aan de slag
10
Aan de slag
1.1
Kennismaking met de MDA Vario en de
bijbehorende accessoires
15
2
1
4
7
14
11
9
10
12
13
3
5
6
8
Aanzicht voor-, boven- en linkerkant
11
Aan de slag
Nr
. Item Functie
1 Sleuf voor mini-SD-kaart Hier kunt u een geheugenkaart (mini-SD) plaatsen voor de
opslag van gegevens.
2 Aan/uit-knop
Druk hierop om de MDA Vario tijdelijk uit te schakelen en in de
inactieve stand te plaatsen. Houd deze knop gedurende ongeveer
vijf seconden ingedrukt om de MDA Vario volledig uit te schakelen.
Als de MDA Vario in de inactieve stand staat, kunt u de
telefoonfunctie nog wel gebruiken om oproepen te ontvangen. Als
u het toestel echter volledig uitschakelt, is de telefoonfunctie niet
meer beschikbaar.
3 Meldings-LED 1 Tweekleurige LED aan de linkerkant: blauw voor Bluetooth-
systeemmelding voor ingeschakeld en verzendklaar
radiofrequentiesignaal, en groen voor Wi-Fi-status.
4 Speaker Hiermee kunt u naar audiomedia of een telefoongesprek
luisteren.
5 Meldings-LED 2 Tweekleurige LED aan de rechterkant: groen en oranje
voor GSM in stand-by, SMS-bericht, GSM-netwerkstatus,
meldingen, oplaadstatus batterij.
6 Internet Explorer Druk hierop om Internet Explorer te starten.
7 Berichten Druk hierop om snel Berichten te starten.
8 Touchscreen Gebruik dit om met de pen te schrijven, te tekenen of een
selectie te maken.
9 LINKERFUNCTIETOETS
Hiermee wordt de opdracht uitgevoerd die boven de toets staat.
10
RECHTERFUNCTIETOETS
Hiermee wordt de opdracht uitgevoerd die boven de toets staat.
11 Toets EINDE Druk hierop om een oproep te beëindigen.
12 Navigatieknop
Druk deze knop voor meerdere richtingen omhoog, omlaag, links
of rechts om menu’s en programma-instructies te doorlopen.
Bevestig de selectie door op de knop in het midden te drukken.
13 Knop SPREKEN Druk hierop om een inkomend gesprek aan te nemen of een
nummer te kiezen.
14 Volumeregelaar
Druk de regelaar omhoog of omlaag om het volume aan te passen.
15 Comm Manager Druk hierop om Comm manager te starten. Houd deze knop
ingedrukt om de trilmodus in te schakelen.
12
Aan de slag
Aanzicht achter-, onder- en rechterkant
2
4
7
5
6
8
1
3
11
12
13
9
10
13
Aan de slag
Nr. Item Functie
1 Aansluiting voor
autoantenne
U kunt de MDA Vario aansluiten op een autoantenne om
gebruik te maken van de betere ontvangstkwaliteit.
2 Flitser Hiermee kunt u zelfs in het donker foto’s maken.
3 Spiegel voor zelfportret Houd de MDA Vario zo dat deze spiegel het beeld
weerspiegelt dat u wilt vastleggen.
4 Cameralens Als de modus Camera actief is, komen de inkomende ‘live’
videobeelden via deze lens binnen.
5 Vergrendeling van klep Druk op deze vergrendeling om de batterijklep te openen.
6 Pen en penopening Met de pen kunt u schrijven en tekenen en items selecteren
op het touchscreen.
7 Microfoon Spreek in de microfoon wanneer u een telefoongesprek
ontvangt of begint, of wanneer u een voice memo opneemt.
8 Mini-USB-aansluiting Gebruik deze aansluiting om gegevens te synchroniseren
of om de batterij op te laden.
9
Hoofdtelefoonaansluiting
Hiermee kunt u naar media met geluid luisteren of de
handsfree-set van de telefoon gebruiken.
10 Spraakopdracht Druk hierop om snelkeuze via spraakherkenning te starten.
Houd deze knop ingedrukt om een spraaknotitie op te
nemen.
11 Infraroodpoort Hiermee kunt u bestanden of gegevens draadloos
uitwisselen met andere apparaten.
12 Knop RESET Druk met de pen op de knop RESET om de MDA Vario
elektronisch opnieuw in te stellen.
13 Knop CAMERA Druk hierop om de camera te starten. Druk nogmaals om
een foto te maken.
14
Aan de slag
Het QWERTY-toetsenbord
De MDA Vario is uitgerust met een QWERTY-toetsenbord, dat lijkt op het
standaardtoetsenbord van een pc. Schuif het schermpaneel naar rechts
om het QWERTY-toetsenbord te gebruiken.
Het QWERTY-toetsenbord
Met het QWERTY-toetsenbord kunt u het volgende doen:
=
Als u kleine letters wilt typen, drukt u met uw vingers op de toetsen.
=
Als u alleen hoofdletters wilt gebruiken, drukt u eerst op en vervolgens
op .
=
Als u één hoofdletter wilt typen, drukt u op en vervolgens op de gewenste toets.
=
Als u een cijfer of symbool (rood weergegeven) wilt typen, drukt u op
en vervolgens op de gewenste toets.
=
Druk op de LINKER-/RECHTERFUNCTIETOETS / om de
opdracht uit te voeren die boven de toets staat.
=
Druk op om de ingevoerde gegevens te controleren of om het
gebruikte programma af te sluiten.
=
Druk op om het menu Opstarten te openen.
=
Druk op de pijltoetsen / / / voor verplaatsing in de
betreffende richting.
15
Aan de slag
Accessoires
De volgende accessoires worden meegeleverd met de MDA Vario:
1
2
3
Nr. Item Functie
1 Stroomadapter Hiermee laadt u de batterij van het apparaat weer op.
2 USB-kabel Hiermee sluit u de MDA Vario aan op een pc en
synchroniseert u gegevens.
3 Stereohoofdtelefoon Uitgerust met volumeregelaar en knop Verzenden/
Beëindigen. Met deze knop kunt u inkomende en
uitgaande oproepen aannemen en beëindigen. Steek
het stekkertje in de hoofdtelefoonaansluiting om naar
geluidsbestanden te luisteren.
16
Aan de slag
Voer de volgende stappen uit om een SIM-kaart (Subscriber Identity Module) te installeren
die u van uw lokale netwerkserviceprovider hebt gekregen. De SIM-kaart bevat uw
telefoonnummer, servicegegevens en het geheugen voor het telefoonboek en berichten.
De MDA Vario ondersteunt zowel 1,8V als 3V SIM-kaarten. Sommige oudere
SIM-kaarten zijn niet geschikt voor de MDA Vario. In dat geval moet de klant
contact opnemen met diens serviceprovider voor een vervangende SIM-kaart.
Hier kunnen kosten aan verbonden zijn.
1. Zorg dat de MDA Vario is uitgeschakeld.
2. Verschuif de vergrendeling van de batterijklep om de klep te openen.
3. Trek aan het plastic lintje om de batterij te verwijderen. Plaats vervolgens de SIM-kaart
in de SIM-kaartsleuf met de gouden contactpunten omlaag (het afgeschuinde hoekje
van de SIM-kaart moet overeenkomen met het afgeschuinde hoekje in de sleuf).
4. Plaats de batterij terug en duw deze voorzichtig omlaag totdat de batterij op
zijn plaats vastklikt.
5. Plaats de batterijklep terug.
1.2 De SIM-kaart installeren
17
Aan de slag
De MDA Vario bevat een oplaadbare polymere lithium-ionbatterij. Het toestel
is ontworpen voor gebruik van uitsluitend door de fabrikant voorgeschreven
originele batterijen en accessoires. De prestaties van de batterij zijn
afhankelijk van een groot aantal factoren, zoals de netwerkconfiguratie van uw
serviceprovider, de signaalsterkte, de temperatuur van de omgeving waarin
u het toestel gebruikt, de functies en/of instellingen die u selecteert en gebruikt,
items die op de verbindingspoorten van de MDA Vario zijn aangesloten en uw
gebruikspatronen voor spraak, gegevens en andere programma’s.
Geschatte levensduur van de batterij (bij benadering):
=
Stand-bytijd: 150 — 200 uur
=
Spreektijd (scherm uit): 3,5 — 5 uur
Waarschuwing! Verklein de kans op brand en brandwonden.
=
Probeer de batterij niet te openen, uit elkaar te halen of te onderhouden.
=
Niet indeuken, niet doorboren, geen kortsluiting veroorzaken via de
externe contactpunten en niet in water of vuur gooien.
=
Niet blootstellen aan temperaturen boven 60
o
C.
=
Vervang de batterij alleen door een batterij die voor dit product is bedoeld.
=
Neem bij het recyclen of weggooien van een gebruikte batterij de
plaatselijke voorschriften in acht.
1.3 Informatie over de batterij
18
Aan de slag
Het batterijniveau controleren
=
Tik het pictogram voor het batterijniveau ( ) aan in het scherm Vandaag.
=
Tik Opstarten > Instellingen > tabblad Systeem > Energie aan.
Informatie over energie
De batterij opladen
Nieuwe batterijen worden gedeeltelijk opgeladen verzonden. Voordat u de
MDA Vario kunt gebruiken, moet u de batterij installeren en opladen. Sommige
batterijen presteren het beste nadat ze een aantal keren volledig zijn opgeladen/
ontladen. U kunt de batterij opladen door:
=
De MDA Vario rechtstreeks aan te sluiten op een externe voedingsbron.
=
De MDA Vario via de meegeleverde synchronisatiekabel aan te sluiten
op een pc.
Batterij bijna leeg
Als u wordt gewaarschuwd dat de batterij bijna leeg is, doet u het volgende:
=
Sla onmiddellijk de huidige gegevens op.
=
Synchroniseer met de pc om de batterij op te laden.
=
Schakel de MDA Vario uit.
19
Aan de slag
De MDA Vario in- en uitschakelen
U schakelt de MDA Vario in door op de aan/uit-knop te drukken. Als u de MDA Vario
voor het eerst inschakelt, wordt u gevraagd een kalibratieprocedure te doorlopen.
Zie Het apparaat kalibreren op de volgende pagina voor meer informatie.
U schakelt de MDA Vario uit door nogmaals op de aan/uit-knop te drukken.
Opmerking Als u op de aan/uit-knop drukt, schakelt u de MDA Vario tijdelijk uit en bevindt
het toestel zich in de inactieve stand. U kunt echter nog steeds berichten en
oproepen ontvangen terwijl de MDA Vario zich in de inactieve stand bevindt.
Het toestel kalibreren
U kalibreert het scherm van het apparaat door met de pen het midden van een
kruis aan te tikken terwijl dit kruis over het scherm beweegt. Deze procedure zorgt
ervoor dat een item dat u op het scherm aantikt met de pen, wordt geactiveerd.
Als de MDA Vario niet nauwkeurig reageert op het aantikken van het scherm,
voert u de volgende stappen uit om het opnieuw te kalibreren:
1. Tik
Opstarten > Instellingen > tabblad Systeem > Scherm aan.
2. Tik op het tabblad
Algemeen Scherm uitl. aan en volg de instructies op het
scherm om de kalibratie te voltooien.
Het toestel kalibreren
1.4 Opstarten
20
Aan de slag
Toetsenvergrendeling
Het is mogelijk de toetsen op de MDA Vario te vergrendelen zodat u niet per
ongeluk een toepassing opstart. Zodra deze functie is geactiveerd, kan de MDA
Vario alleen worden ingeschakeld met de aan/uit-knop.
Instellingen voor toetsenvergrendeling configureren
1. Tik
Opstarten > Instellingen > tabblad Persoonlijk > Knoppen aan.
2. Schakel op het tabblad
Knopvergrendeling het selectievakje Alle knoppen
vergrendelen behalve Aan/uit knop in om de toetsenvergrendelingsfunctie
te activeren.
Scherminstellingen beheren
Het touchscreen van het apparaat heeft drie weergavestanden: Staand, Liggend
(naar rechts) en Liggend (naar links). In de weergavestand Staand kunt
u bepaalde programma’s op de MDA Vario beter bekijken of besturen, terwijl
de weergavestand Liggend optimaal kan zijn voor het bekijken van langere
tekstbestanden.
=
Als u de weergavestand wilt wijzigen, tikt u Opstarten > Instellingen >
tabblad Systeem > Scherm aan en kiest u de gewenste stand.
Stand Staand
Stand Liggend
21
Aan de slag
=
Als u de randen van lettertypen op het scherm voor een groot aantal
programma’s vloeiend wilt maken, schakelt u op het tabblad ClearType het
selectievakje ClearType inschakelen in.
=
Als u de leesbaarheid wilt verbeteren of als u meer inhoud op het scherm
wilt zien, past u de tekstgrootte aan met de schuifregelaar op het tabblad
Tekengrootte.
Opmerking Als u het schermpaneel opzij schuift om het QWERTY-toetsenbord te openen,
wordt de weergavestand automatisch veranderd.
22
Aan de slag
In het scherm Vandaag wordt belangrijke informatie weergegeven, zoals
toekomstige afspraken en statuspictogrammen. U kunt een sectie in het scherm
aantikken om het bijbehorende programma te openen.
=
U opent het scherm Vandaag door Opstarten > Vandaag aan te tikken.
=
Als u de weergave van het scherm Vandaag inclusief de
achtergrondafbeelding wilt aanpassen, tikt u Opstarten > Instellingen >
tabblad Persoonlijk > Vandaag aan.
1
Tik dit aan om het menu Opstarten
te openen.
2
Tik dit aan om de verbindingsstatus
te bekijken.
3
Geeft de sterkte van het radiosignaal aan.
Tik dit aan om de telefooninstellingen te
configureren.
4
Tik dit aan om het volumeniveau van het
toestel/belsignaal te regelen.
5
Hier wordt de huidige tijd weergegeven. Houd
dit aangetikt om de klokmodus te wijzigen:
Analoog of Digitaal.
6
Hier wordt de huidige datum weergegeven. Tik
dit aan om datum, tijd, alarmsignaal, enzovoort
in te stellen.
7
Tik dit aan om een bijbehorend programma
te starten vanuit het snelstartvenster.
8
Tik dit aan om informatie over de eigenaar
in te stellen.
9
Uw dag in één oogopslag met herinneringen.
Tik dit aan om het bijbehorende programma
te openen: taken, berichten en afspraken.
10
Tik dit aan om de MDA Vario te blokkeren
of deblokkeren. : geblokkeerd;
:
gedeblokkeerd.
11
Batterijstatus. Tik dit aan om het scherm met
de energie-instellingen te openen.
12
Tik dit aan om Comm Manager te starten.
13
Tik dit aan om het scherm Agenda te opene
n.
14
Tik dit aan om het scherm Contactpersonen
te openen.
13 14
1 2 3 5
6
8
9
11
4
7
12
10
1.5 Het scherm Vandaag
23
Aan de slag
Pictogrammen
Hier volgen enkele statuspictogrammen die op de MDA Vario kunnen worden
weergegeven.
Pictogram Beschrijving
Geeft aan dat de batterij volledig is opgeladen.
Geeft aan dat de batterij bijna leeg is.
Batterij wordt opgeladen.
Geluid ingeschakeld.
Geluid uitgeschakeld.
Trilmodus ingeschakeld.
Verbinding is actief.
Verbinding is niet actief.
Bezig met synchroniseren.
Synchronisatiefout.
Geeft de maximale signaalsterkte aan.
Geen signaal.
Telefoon is uitgeschakeld.
Geen telefoondienst.
Zoeken naar telefoondienst.
Bezig met spraakoproep.
Oproepen worden doorgeschakeld.
Telefoongesprek in de wachtstand.
Gemiste oproep.
24
Aan de slag
Pictogram Beschrijving
GPRS (General Packet Radio Services) beschikbaar.
Nieuw e-mail- of tekstbericht.
Nieuwe voicemail
Er zijn nog meer meldingen. Tik dit pictogram aan om ze allemaal te bekijken.
Geeft aan dat Wi-Fi is ingeschakeld. : Wi-Fi uit.
Geeft aan dat het toestel is geblokkeerd. : Toestel ontgrendeld.
25
Aan de slag
Het menu Opstarten
Het menu Opstarten, dat zich in de linkerbovenhoek van het scherm Vandaag
bevindt, bevat een lijst met programma’s. Met het menu kunt u een scherm
sluiten en van het ene programma naar het andere overschakelen. U kunt een
programma starten door in de lijst met programma’s te bladeren en vervolgens
op ENTER te drukken, of door een programma aan te tikken met de pen.
1
2
3
4
5
1
Tik dit aan om over te schakelen naar het
scherm Vandaag.
2
Tik dit aan om een programma te starten.
Als u de items in het menu Opstarten wilt
wijzigen, tikt u Opstarten > Instellingen >
tabblad Persoonlijk > Menu’s aan.
3
Tik dit aan om een onlangs gebruikt
programma te starten.
4
Tik dit aan om meer op de MDA Vario
geïnstalleerde programma’s weer te geven
en te selecteren.
5
Tik dit aan om de apparaatinstellingen
te wijzigen.
Het snelstartvenster
U kunt enkele van de meestgebruikte programma’s ook openen met de
mapopdrachten van het snelstartvenster dat in het scherm Vandaag wordt
weergegeven. Met elke mapopdracht opent u een map met één of meerdere
programma’s. Dit zijn:
=
T-Mobile Favourites ( ): hiermee opent u de website T-Mobile Favourites.
=
Contactpersonen ( ): hiermee start u Contactpersonen of SIM Manager.
=
Telefoon ( ): Hiermee opent u het scherm Telefoon.
=
Berichten ( ): hiermee start u EmailWiz of Berichten.
=
Agenda ( ): hiermee start u Rekenmachine, Agenda, Notities of Taken.
1.6 De programma’s gebruiken
26
Aan de slag
Programmapictogrammen
Hier volgen enkele pictogrammen voor programma’s die al op de MDA Vario zijn
geïnstalleerd.
Pictogram
Beschrijving
ActiveSync Hiermee synchroniseert u informatie tussen de MDA Vario en een pc.
Rekenmachine Tik Agenda > Rekenmachine aan om eenvoudige sommen en
berekeningen uit te voeren, zoals optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen.
Agenda Tik Aggenda > Agenda aan om afspraken bij te houden en
vergaderverzoeken te maken.
Camera Hiermee kunt u foto’s maken of videoclips met geluid opnemen.
ClearVue PDF Hiermee kunt u PDF-bestanden weergeven op de MDA Vario.
Comm Manager Hiermee kunt u de verbinding van het toestel (zoals Wi-Fi,
Bluetooth en ActiveSync) beheren en schakelen tussen de belsignaal-/trilmodus.
Contactpersonen Tik Contactpersonen > Contactpersonen aan om vrienden
en collega’s bij te houden.
Downloadagent Verschaft informatie over de downloadstatus en de inhoud die u
van internet hebt gedownload.
Hiermee kunt u uw e-mailprovider selecteren in een lijst met beschikbare
providers en kunt u gemakkelijker e-mailaccounts instellen.
Excel Mobile Hiermee kunt u nieuwe werkmappen maken of Excel-werkmappen
bekijken en bewerken.
Verkenner Hiermee kunt u bestanden op de MDA Vario ordenen en beheren.
Spelletjes Hiermee kunt u twee vooraf geïnstalleerde spelletjes spelen: Bubble
Breaker en Solitaire.
Help Hiermee kunt u Help-onderwerpen voor een programma op de MDA Vario
bekijken.
Internet Explorer Met Internet Explorer kunt u naar web- en WAP-sites surfen en
nieuwe programma’s en bestanden downloaden van internet.
MIDlet Manager Hiermee kunt u Java-toepassingen, zoals spelletjes en
hulpprogramma’s, downloaden en op de MDA Vario installeren.
27
Aan de slag
Pictogram Beschrijving
Berichten Tik Agenda > Notities aan om e-mail- en tekstberichten te
verzenden en ontvangen.
Modemkoppeling Hiermee kunt u de MDA Vario gebruiken als modem.
Notities Tik Agenda > Notities aan om handgeschreven of getypte
notities, tekeningen en opnames te maken.
Telefoon Hiermee voert u uitgaande en inkomende telefoongesprekken,
schakelt u tussen gesprekken en stelt u telefonische vergaderingen in.
Afbeeldingen en video’s Hiermee kunt u afbeeldings- en
videobestanden verzamelen, ordenen en sorteren in de map Mijn
afbeeldingen van de MDA Vario of op een opslagkaart.
Pocket MSN Hiermee kunt u expresberichten uitwisselen met
contactpersonen in MSN Messenger.
PowerPoint Mobile Hiermee kunt u PowerPoint-dia’s en -presentaties
bekijken en bewerken.
Zoeken Hiermee kunt u zoeken naar contactpersonen, gegevens en
andere informatie op de MDA Vario.
SIM Manager Tik Contactpersonen > SIM Manager aan om de lijst met
contactpersonen die op de SIM-kaart is opgeslagen, samen te stellen, te
ordenen en te sorteren.
SMSdiensten Hiermee kunt u toegang krijgen tot informatie en andere
diensten die worden aangeboden door T-Mobile.
Streaming Video Hiermee kunt u live videostromen afspelen.
Taken Tik Agenda > Taken aan om uw taken bij te houden.
Windows Media Dit programma maakt de multimediafunctie van de MDA
Vario mogelijk.
Voice Speed Dial U kunt stemlabels opnemen zodat u door alleen
maar een woord uit te spreken een telefoonnummer kunt kiezen of een
programma kunt starten.
Word Mobile Hiermee kunt u nieuwe documenten maken of Word-
documenten bekijken en bewerken.
Terminal Services-client Hiermee kunt u zich aanmelden bij een pc waarop
Terminal Services of Remote Desktop wordt uitgevoerd, en vervolgens alle
programma’s op de betreffende pc gebruiken vanaf uw mobiele toestel.
ZIP Hiermee kunt u geheugenruimte besparen en de opslagcapaciteit van de MDA
Vario vergroten door bestanden te comprimeren in de conventionele ZIP-indeling.
28
Aan de slag
!T§==Mobile===
Hoofdstuk 2
Informatie invoeren
en zoeken
2.1 Inleiding
2.2 Het toetsenbord gebruiken
2.3 Letterherkenning gebruiken
2.4 Blokherkenning gebruiken
2.5 Transcriber gebruiken
2.6 Phone Pad gebruiken
2.7 Tekenen en schrijven op het scherm
2.8 Een notitie opnemen
2.9 Informatie zoeken
30
Informatie invoeren en zoeken
2.1 Inleiding
Wanneer u een programma start of een veld selecteert waarin tekst of cijfers
moeten worden ingevoerd, wordt het invoerscherm automatisch beschikbaar.
Met het invoerscherm krijgt u toegang tot de verschillende invoermethoden
die beschikbaar zijn op de MDA Vario, zoals Blokherkenning, Toetsenbord,
Letterherkenning, Phone Pad en Transcriber. Standaard geeft het pictogram
Invoerscherm op de menubalk aan welke invoermethode er is geselecteerd.
Met de pijl van Input Selector (rechts van het pictogram Invoerscherm) opent
u een lijst met beschikbare invoermethoden.
Invoerscherm weergeven of verbergen
=
Tik het pictogram Invoerscherm op de menubalk aan.
Invoerscherm (toetsenbord)
Pijl van Input Selector
Pictogram Invoerscherm
Pictogram Invoermethode
Het toetsenbord op het scherm.
Letterherkenning of Blokherkenning.
Phone Pad
Transcriber
31
Informatie invoeren en zoeken
Als u tekst, symbolen of cijfers wilt invoeren, kunt u die typen met het QWERTY-
toetsenbord of met het gewone schermtoetsenbord. Raadpleeg hoofdstuk 1
als u het QWERTY-toetsenbord wilt gebruiken.
Het standaardtoetsenbord op het scherm gebruiken
Het toetsenbord op het scherm is beschikbaar wanneer tekstinvoer mogelijk is.
U kunt tekst invoeren door toetsen aan te tikken op het toetsenbord dat op het
scherm wordt weergegeven.
Tekst invoeren met het schermtoetsenbord
1. Tik in een programma de pijl van
Input Selector aan en tik Toetsenbord aan.
2. Voer tekst in door de toetsen van het schermtoetsenbord aan te tikken.
Het schermtoetsenbord vergroten
1. Tik de pijl van
Input Selector aan en tik vervolgens Opties aan.
2. Selecteer
Toetsenbord in de lijst Invoermethode.
3. Tik
Grote toetsen aan.
2.2 Het toetsenbord gebruiken
32
Informatie invoeren en zoeken
Met Letterherkenning kunt u afzonderlijke letters, cijfers en leestekens schrijven,
die vervolgens naar getypte tekst worden geconverteerd.
Letterherkenning gebruiken
1.
Tik in een programma de pijl van Input Selector aan en tik Letterherkenning aan.
2. Schrijf letters, cijfers en symbolen in het daartoe bestemde schrijfgebied.
=
Voer hoofdletters in door in het ABC-gebied (links) van het vak te schrijven.
=
Voer kleine letters in door in het abc-gebied (midden) van het vak te schrijven.
=
Voer cijfers in door in het 123-gebied (rechts) van het vak te schrijven.
=
Voer leestekens en symbolen in door in een van de gebieden van het vak
te tikken en vervolgens het gewenste teken te schrijven.
Opmerking Letterherkenning is beschikbaar als tekstinvoer mogelijk is.
Tip
Tik het vraagteken naast het schrijfgebied aan voor hulp bij het schrijven van
tekens met Letterherkenning.
2.3 Letterherkenning gebruiken
33
Informatie invoeren en zoeken
Met Blokherkenning gebruikt u één haal om letters, cijfers, symbolen en
leestekens te schrijven, die vervolgens naar getypte tekst worden geconverteerd.
Blokherkenning gebruiken
1.
Tik in een programma de pijl van Input Selector aan en tik Blokherkenning aan.
2. Schrijf letters, cijfers en symbolen in het daartoe bestemde schrijfgebied.
=
Voer letters in door in het abc-gebied (links) van het vak te schrijven.
=
Voer cijfers in door in het 123-gebied (rechts) van het vak te schrijven.
=
Voer leestekens en symbolen in door in een van de gebieden van het vak
te tikken en vervolgens het gewenste teken te schrijven.
Opmerking Blokherkenning is beschikbaar als tekstinvoer mogelijk is.
Tip
Tik het vraagteken naast het schrijfgebied aan voor hulp bij het schrijven van
tekens met Blokherkenning.
2.4 Blokherkenning gebruiken
34
Informatie invoeren en zoeken
Transcriber is een programma voor handschriftherkenning waarmee u cursief,
in blokletters of in een combinatie hiervan kunt schrijven. Transcriber werkt op
transparante wijze op de achtergrond van programma’s en herkent woorden met
de bijbehorende geïntegreerde woordenlijst. Als Transcriber is ingeschakeld,
wordt een penbeweging overal op het scherm geïnterpreteerd als geschreven
invoer. Raadpleeg de Help van de MDA Vario voor meer informatie over het
gebruik van Transcriber.
Transcriber starten
1.
Start een programma dat invoer door de gebruiker accepteert, zoals Word Mobile.
2. Tik de pijl van Input Selector aan en tik Transcriber aan. Het startscherm van
Transcriber wordt weergegeven.
Schrijven met Transcriber
1.
Plaats in een programma de cursor op de positie waar u tekst wilt laten verschijnen.
2. Gebruik de pen om ergens op het scherm te schrijven. Vlak nadat u de pen
van het scherm tilt, wordt het handschrift naar tekst geconverteerd.
Interpunctietekens en symbolen invoeren
Transcriber biedt een toetsenbord op het scherm waarmee u gemakkelijk
interpunctietekens of een speciaal symbool kunt toevoegen aan bestaande tekst.
=
Tik in een programma aan op de werkbalk van Transcriber.
Het toetsenbord blijft zichtbaar totdat u de knop nogmaals aantikt.
Tips
=
Als u het toetsenbord wilt verplaatsen, houdt u de titelbalk aangetikt en sleept
u het toetsenbord vervolgens naar de gewenste positie.
=
Als er geen tekst is geselecteerd, kunt u het toetsenbord ook openen door de
beweging
te maken.
2.5 Transcriber gebruiken
35
Informatie invoeren en zoeken
Tekst bewerken
1. Trek in een programma een lijn door de tekst die u wilt bewerken.
2. Als u de pen van het scherm tilt, verdwijnt de lijn en is de geselecteerde tekst
gemarkeerd.
3. Voer een
van de volgende handelingen uit:
=
Schrijf de tekst opnieuw.
=
Gebruik bewegingen om van kleine letters hoofdletters te maken, een
spatie in te voegen, enzovoort. Zie ‘Transcriber-bewegingen’ in dit
hoofdstuk voor informatie over het gebruik van bewegingen.
Transcriber-bewegingen
Gebruik snelle bewegingen van de pen om de tekst te bewerken of een
regelterugloop, spaties of tabs in te voegen.
Beweging Resultaat
Een alineaterugloop invoegen bij de cursorpositie.
Het horizontale deel van de beweging moet minstens twee keer zo lang
zijn als het verticale deel.
Een spatie invoegen bij de cursorpositie.
Het horizontale deel van de beweging moet minstens twee keer zo lang
zijn als het verticale deel.
De cursor één positie terug verplaatsen en eventuele tekst wissen.
Voer de beweging uit door een lijn van rechts naar links te trekken.
Het menu met alternatieve woorden openen als een woord is geselecteerd
of het Transcriber-toetsenbord weergeven als geen tekst is geselecteerd.
Voer de beweging uit door een rechte lijn omlaag en weer omhoog
te trekken.
Het gebruik van hoofdletters/kleine letters wijzigen voor een
geselecteerde letter of voor een geselecteerd woord of tekstblok.
Voer de beweging uit door een rechte lijn omhoog te trekken.
36
Informatie invoeren en zoeken
Beweging Resultaat
De laatste handeling ongedaan maken.
Voer de beweging uit door een rechte lijn omhoog en weer omlaag
te trekken.
De geselecteerde tekst kopiëren.
Voer de beweging uit door een lijn van links naar rechts en weer terug
te trekken.
De geselecteerde tekst knippen.
Voer de beweging uit door een lijn van rechts naar links en weer terug
te trekken.
Gekopieerde of geknipte tekst plakken.
Voer de beweging uit door een lijn vanuit de linkerbenedenhoek
diagonaal rechts naar boven en weer rechts naar beneden te trekken.
Een tab invoegen.
Het horizontale deel van de beweging moet minstens twee keer zo lang
zijn als het verticale deel.
Tip U kunt ook de knoppen Enter, Spatie en Backspace op de werkbalk van
Transcriber gebruiken.
De werkbalk van Transcriber
De werkbalk van Transcriber, die onder aan het scherm verschijnt wanneer
Transcriber actief is, biedt gemakkelijke toegang tot verschillende
hulpprogramma’s, de knoppen Enter, Spatie en Backspace en de knoppen
Pijl-links en -rechts.
Aantikken Resultaat
Het dialoogvenster Opties openen, waar u opties kunt instellen,
bijvoorbeeld voor schrijfrichting, tekstinvoer en steno.
Letter Shapes openen, waar u persoonlijke schrijfstijlen kunt instellen
voor een optimale herkenning.
Het minitoetsenbord gebruiken om snel cijfers, interpunctietekens en
andere symbolen in te voeren.
37
Informatie invoeren en zoeken
Aantikken Resultaat
De tekenherkenningsmodus wijzigen.
=
a-modus. Dit is de standaardmodus voor optimale
handschriftherkenning.
=
123-modus. Cijfers en enkele letters zijn toegestaan en de
rekenmachine is geactiveerd.
=
A-modus. Alle letters worden automatisch hoofdletters.
Als u in de A- of 123-modus werkt, wordt automatisch naar de standaard
herkenningsmodus overgeschakeld zodra u de pen optilt.
Een spatie invoegen bij de cursorpositie.
Een alineaterugloop invoegen bij de cursorpositie.
De cursor één positie naar links verplaatsen.
De cursor één positie naar rechts verplaatsen.
De cursor één positie terug verplaatsen en eventuele tekst wissen.
De Help bij Transcriber openen.
38
Informatie invoeren en zoeken
Phone Pad biedt een flexibele, alternatieve methode voor het invoeren van
informatie. Met Phone Pad kunt u gemakkelijk schakelen tussen drie invoermodi:
T9, Multi-aantikken en numeriek, met een handige lijst met symbolen voor extra
gebruiksgemak.
Phone Pad starten
1. Start een programma dat invoer door de
gebruiker accepteert, zoals Word Mobile.
2. Tik de pijl van Input Selector aan en tik
vervolgens Phone Pad aan.
Phone Pad, t9-modus
Tip U kunt Phone Pad op elk gewenst moment starten, behalve als de modus Camera
is geactiveerd of als het scherm Vandaag wordt weergegeven.
2.6 Phone Pad gebruiken
39
Informatie invoeren en zoeken
T9-invoermodus gebruiken
Standaard werkt Phone Pad op het toestel in de T9-modus. Het is de gemakkelijkste
en handigste manier om tekst in te voeren, omdat u tekst in alfanumerieke indeling
kunt invoeren. Terwijl u alfanumerieke toetsen op het toetsenbord aantikt, wordt
in de T9-modus automatisch geprobeerd om op basis van de letters die u hebt
ingevoerd het meest waarschijnlijke volledige woord te vormen.
Met de T9-invoermodus kunt u het volgende doen:
=
Als u een woord wilt invoeren, tikt u de toetsen op het toetsenbord aan.
=
U kunt als volgt een woord invoegen in het huidige programmascherm:
=
Tik een woord aan in de lijst met woorden (vlak boven het toetsenblok).
=
Selecteer een woord en tik of aan om het woord in te voegen.
=
U kunt als volgt een cijfer invoegen:
=
Houd de gewenste cijfertoets aangetikt op het toetsenblok.
=
Selecteer de numerieke modus en tik het cijfer aan.
=
Als u een spatie of tab wilt invoegen, tikt u aan.
=
Als u door de lijst met woorden wilt bladeren, tikt u of aan.
=
Als u een hoofdletter wilt invoeren, tikt u aan.
=
U kunt als volgt symbolen toevoegen:
=
Tik aan om de meestgebruikte symbolen in de lijst met woorden
weer te geven.
=
Tik aan om een symbool uit de hele lijst te kiezen.
Invoermodus Multi-aantikken gebruiken
De invoermodus Multi-aantikken is een alfabetische modus waarmee
u handmatig losse letters kunt invoeren om zo woorden te vormen.
40
Informatie invoeren en zoeken
Numerieke invoermodus gebruiken
Met de numerieke invoermodus kunt u telkens als u een cijfertoets aantikt,
een cijfer invoeren. U kunt verschillende nummers in de lijst met woorden
samenstellen en vervolgens aantikken om de nummers in te voegen op de
huidige cursorpositie in het scherm.
Het scherm Opties gebruiken
U kunt verschillende aspecten van Phone Pad aanpassen, waaronder de
taaldatabase in het scherm Opties. U kunt op een van de volgende manieren
toegang tot het scherm Opties van Phone Pad krijgen:
=
Houd aangetikt op het toetsenbord.
=
Tik de pijl van Input Selector onder aan het scherm aan en tik Opties aan.
Tik vervolgens op het tabblad Invoermethode van het scherm Invoer
Opties aan.
In dit scherm kunt u de volgende items instellen:
=
Eén-toets symboolinvoer inschakelen. Schakel dit selectievakje in om één
symbool tegelijk te kiezen.
=
Overeenkomstige woordenlijst automatisch verbergen. Schakel dit
selectievakje in om de lijst met woorden te verbergen nadat u een woord
hebt gekozen.
=
Scherm tikgeluid inschakelen. Schakel dit selectievakje in om telkens
wanneer u een toets aantikt een geluid weer te geven.
=
Automatisch een spatie toevoegen nadat een woord is geselecteerd.
Schakel dit selectievakje in om aan het einde van elk woord automatisch
een spatie toe te voegen.
=
Snelmenu inschakelen om door gebruiker opgegeven woorden te
verwijderen. Schakel dit selectievakje in om een snelmenu weer te geven
zodra u een woord aantikt dat zich in de gebruikersdatabase bevindt.
41
Informatie invoeren en zoeken
Scherm Opties
42
Informatie invoeren en zoeken
Met de MDA Vario kunt u rechtstreeks op het scherm tekenen of schrijven en
notities opslaan in uw eigen handschrift. Hiervoor moet u de invoermodus in
Notities instellen op Schrijven. Als u liever met de hand schrijft of regelmatig
tekeningen toevoegt aan uw notities, kan het handig zijn om Schrijven in te
stellen als de standaardinvoermodus. Als u de voorkeur geeft aan getypte tekst,
stelt u Invoeren in als de standaardinvoermodus.
Tekenen op het scherm
Raadpleeg Notities in hoofdstuk 7 voor meer informatie over wat u kunt doen
met Notities.
De invoermodus voor Notities instellen
1. Tik
Opstarten > Agenda > Notities aan.
2. Tik in de lijst met notities
Menu > Opties aan.
3. Selecte
er een van de volgende opties in het vak Standaardmodus:
=
Schrijven als u wilt tekenen of handgeschreven tekst wilt invoeren in een notitie.
=
Invoeren als u een getypte notitie wilt maken.
4. Tik
OK aan.
2.7 Tekenen en schrijven op het scherm
43
Informatie invoeren en zoeken
Een notitie schrijven
1. Tik
Opstarten > Agenda > Notities aan.
2. Tik in de lijst met notities
Nieuw aan.
3. Schrijf de tekst op het scherm.
4. Nadat u de tekening hebt gemaakt, tikt u
OK aan om terug te keren naar de
lijst met notities.
Notities
=
U selecteert handgeschreven tekst door naast de tekst te tikken en de pen
op het scherm te houden. Zodra er puntjes verschijnen en voordat deze een
volledige cirkel vormen, sleept u snel over de tekst.
=
Als een letter wordt gekruist door drie getrokken lijnen, wordt deze behandeld
als een tekening en niet als tekst.
Tekenen in een notitie
1. Tik
Opstarten > Agenda > Notities aan.
2. Tik in de lijst met notities
Nieuw aan.
3. Gebruik de pen als een balpen om op het scherm te tekenen.
4. Er verschijnt een selectievak om de tekening.
5. Nadat u de tekening hebt gemaakt, tikt u
OK aan om terug te keren naar de
lijst met notities.
Opmerking U selecteert een tekening (bijvoorbeeld om deze te kopiëren of te verwijderen)
door deze kort aangetikt te houden. Wanneer u de pen optilt, is de tekening
geselecteerd.
44
Informatie invoeren en zoeken
U kunt een zelfstandige opname (spraaknotitie) maken of u kunt een opname
toevoegen aan een notitie. Zie Notities in hoofdstuk 7 voor meer informatie over
het maken, wijzigen en opslaan van notities.
Een spraaknotitie maken
1. Tik
Opstarten > Agenda > Notities aan.
2. Voer een van de volgende handelingen uit:
=
Als u een zelfstandige opname wilt maken, neemt u op vanuit de lijst met notities.
=
Als u een opname aan een notitie wilt toevoegen, maakt of opent u een notitie.
3. Als u de Opnamewerkbalk niet ziet, tikt u Menu > Opnamewerkbalk
weergeven aan.
4. Tik het pictogram voor opnemen (
) aan om de opname te starten.
5.
Houd de microfoon van het apparaat bij uw mond of bij een andere geluidsbron.
6. Tik het pictogram voor stoppen (
) aan om de opname te stoppen.
7. Als u een opname toevoegt aan een notitie, tikt u
OK aan om terug te keren
naar de lijst met notities nadat u de opname hebt gemaakt.
8.
Als u opneemt in een geopende notitie, verschijnt er een pictogram in de notitie.
9.
Als u een zelfstandige opname maakt, verschijnt de opname in de lijst met notities.
Tip
Als u snel een opname wilt maken, houdt u de spraakopdrachttoets ingedrukt. Na een
geluidssignaal kunt u dan beginnen met opnemen. Laat de knop los als de opname is voltooid.
Opname-indelingen wijzigen
1. Tik
Opstarten > Instellingen > tabblad Persoonlijk > Invoer aan.
2. Tik het tabblad
Opties aan en selecteer de gewenste indeling in de lijst
Spraakopname-indeling.
3. Tik
OK aan.
Opmerking U kunt ook vanuit Notities opname-indelingen wijzigen. Tik in de lijst met
notities Menu > Opties > Wereldwijde invoeropties (koppeling onder aan
de pagina) aan.
2.8 Een notitie opnemen
45
Informatie invoeren en zoeken
2.9 Informatie zoeken
U kunt zoeken naar bestanden en andere items die zijn opgeslagen in de
map My Documents of op een in de MDA Vario geïnstalleerde opslagkaart.
U kunt zoeken op bestandsnaam of op woorden die in het item staan. U kunt
bijvoorbeeld zoeken in e-mailberichten, notities, afspraken, contactpersonen en
taken, maar ook in de online Help.
Zoeken naar een bestand of een item
1. Tik
Opstarten > Programma’s > Zoeken aan.
2. Mogelijkheden in het ve
ld Zoek naar:
=
Een bestandsnaam, woord of andere informatie invoeren om naar te zoeken.
=
De pijl-omlaag ( ) aantikken en in de lijst een item selecteren waarnaar
u al eerder hebt gezocht.
3. In het veld
Type kunt u de pijl-omlaag ( ) aantikken en in de lijst een
gegevenstype selecteren om de zoekbewerking te beperken.
4. Tik
Zoeken aan. Het systeem begint met zoeken in de map My Documents
en bijbehorende submappen.
5. Tik in de lijst
Resultaten het item aan dat u wilt openen.
Opmerking Het symbool voor opslagkaarten wordt weergegeven naast de namen van
bestanden die zijn opgeslagen op een opslagkaart.
46
Informatie invoeren en zoeken
!T§==Mobile===
Hoofdstuk 3
Telefoonfuncties
gebruiken
3.1 De telefoon gebruiken
3.2 Een oproep plaatsen
3.3 Een oproep ontvangen
3.4 Smart Dialing
3.5 Opties tijdens oproepen
3.6 Aanvullende kiesinformatie
48
Telefoonfuncties gebruiken
Net als bij een gewone mobiele telefoon kunt u de MDA Vario gebruiken om oproepen
te plaatsen, ontvangen en volgen, en om SMS/MMS-berichten te verzenden. Terwijl
u praat, kunt u notities maken, rechtstreeks vanuit Contactpersonen bellen en
gemakkelijk SIM-contactpersonen kopiëren naar Contactpersonen op de MDA Vario.
Het scherm Telefoon
Vanuit het scherm Telefoon hebt u toegang tot Opr.gesch., Snelkeuze en
telefooninstellingen. Als u het scherm Telefoon wilt openen, voert u een van de
volgende handelingen uit:
=
Tik het item Telefoon aan in het snelstartvenster.
Snelstartvenster
=
Druk op de knop SPREKEN (
).
Toets SPREKEN
De PIN-code invoeren
Voor de meeste SIM-kaarten is vooraf een PIN-code (Personal Identification
Number) ingesteld die wordt verstrekt door uw serviceprovider. Als u de MDA
Vario wilt gebruiken, moet u altijd de PIN-code invoeren.
1.
Voer de vooraf ingestelde PIN-code in die is toegewezen door uw serviceprovider.
2. Tik Enter aan.
Opmerking Als u de PIN-code drie keer verkeerd hebt ingevoerd, wordt de SIM-kaart
geblokkeerd. Als dat gebeurt, kunt u de kaart deblokkeren met de PUK-code
(PIN Unblocking Key) die u van uw serviceprovider hebt gekregen.
3.1 De telefoon gebruiken
49
Telefoonfuncties gebruiken
Vliegtuigmodus in- en uitschakelen
In veel landen bent u wettelijk verplicht om een telefoon uit te schakelen aan
boord van een vliegtuig. Het toestel wordt niet uitgeschakeld als u de voeding
uitschakelt. U moet de vliegtuigmodus activeren om de telefoon uit te schakelen.
U kunt de vliegtuigmodus inschakelen en de MDA Vario toch ingeschakeld laten
en andere functies gebruiken.
=
Tik het signaalpictogram ( ) aan en tik Vliegtuigmodus inschakelen aan
om het toestel uit te schakelen.
=
Als u de telefoonfunctie weer wilt activeren, schakelt u de vliegtuigmodus uit
door Vliegtuigmodus uitschakelen aan te tikken.
Het volume van het apparaat aanpassen
1. Tik het luidsprekerpictogram ( ) aan.
2. Voer onder Volume de volgende h
andelingen uit:
=
Zet het volume van de telefoon (
) of van het toestel ( ) op het
gewenste niveau met de schuifregelaar.
=
Tik Aan, Trillen of Uit aan om de volume-instellingen van zowel het
systeem als het belsignaal snel te wijzigen.
Volume aanpassen
50
Telefoonfuncties gebruiken
Opmerkingen
=_
Als u het gespreksvolume van de telefoon wilt wijzigen, doet u dat tijdens
een oproep. Als u het volume op een ander moment aanpast, heeft dat alleen
betrekking op het geluidsniveau van het belsignaal, meldingen en MP3.
=-
Als u de modus Trillen activeert, wordt het geluid automatisch gedempt
en trilt de MDA Vario als een inkomende oproep wordt ontvangen. Op de
titelbalk wordt het pictogram voor de modus Trillen ( ) weergegeven
om aan te geven dat deze modus is geactiveerd.
51
Telefoonfuncties gebruiken
U kunt met de MDA Vario een nummer kiezen vanuit Telefoon,
Contactpersonen, Snelkeuze, Opr.gesch. en SIM Manager.
Telefoneren vanuit Telefoon
=
Tik in het scherm Telefoon het gewenste nummer in en tik Spreken aan.
Toets SPREKEN
Het scherm Telefoon
Tip Als u een verkeerd cijfer aantikt, tikt u de TERUG-pijl (
) aan om
afzonderlijke cijfers stuk voor stuk te wissen. Als u alle cijfers wilt verwijderen houdt
u de TERUG-pijl aangetikt.
Telefoneren vanuit Contactpersonen
=
Tik Opstarten > Contactpersonen > Contactpersonen aan of tik het item
Contactpersonen in het scherm Vandaag aan.
=
Tik de gewenste contactpersoon aan, en druk twee keer op Spreken (een
keer om het nummer naar het toetsenbord van Telefoon te sturen en een
keer om het nummer te kiezen).
3.2 Een oproep plaatsen
52
Telefoonfuncties gebruiken
=
U kunt ook de gewenste contactpersoon aantikken in de lijst met
contactpersonen en het telefoonnummer aantikken dat u wilt bellen.
Eventueel houdt u de gewenste contactpersoon aangetikt en tikt in het
snelmenu Werk bellen, Thuis bellen of Mobiel bellen aan.
Het te kiezen nummer opgeven
Als u belt vanuit Contactpersonen, wordt standaard het nummer van de mobiele
telefoon (w) van een contactpersoon gekozen. U kunt echter opgeven dat in
plaats daarvan een ander nummer moet worden gebruikt.
1. Tik
Opstarten > Contactpersonen > Contactpersonen aan of tik het item
Contactpersonen in het scherm Vandaag aan.
2. Druk de NAVIGATIETOETS omhoog of omlaag om de contactpersoon te
selecteren.
3. Druk de NAVIGATIETOETS naar links of rechts. De letters die het nummer
voorstellen, veranderen terwijl u erdoor bladert.
Telefoneren vanuit Oproepgeschiedenis
1. Tik in het scherm Telefoon de knop Opr.gesch. aan.
2. Tik
Menu > Filter aan en tik een categorie aan.
3. Ga naar de gewenste contactpersoon of naar het gewenste telefoonnummer
en tik Bellen aan.
Telefoneren vanuit Snelkeuze
Gebruik Snelkeuze om veelgebruikte nummers met één keer aantikken te bellen.
Als u bijvoorbeeld in Snelkeuze een contactpersoon toewijst aan locatie 2, kunt
u gewoon in het scherm Telefoon aangetikt houden om het nummer van
de contactpersoon te kiezen. Voordat u een Snelkeuze-item kunt maken, moet
het nummer al bestaan in Contactpersonen.
Een Snelkeuze-item maken
1. Tik in het scherm Telefoon
Menu > Snelkeuze aan.
2. Tik
Menu > Nieuw aan.
53
Telefoonfuncties gebruiken
3. Tik een contactpersoon aan. Tik het telefoonnummer aan waarvoor u een
snelkeuzenummer wilt maken.
4. Selecteer in het vak
Locatie een beschikbare locatie voor het nieuwe
snelkeuzenummer.
Opmerking Locatie 1 is doorgaans gereserveerd voor uw voicemail en standaard wordt de
volgende beschikbare locatie toegewezen. Als u een nummer wilt plaatsen op
een positie die al bezet is, wordt het reeds aanwezige nummer vervangen door
het nieuwe nummer.
Tips
=_
Als u vanuit Contactpersonen een Snelkeuze-item wilt maken, houdt
u de naam van de contactpersoon aangetikt, tikt u Toevoegen aan
Snelkeuzenr aan en selecteert u een beschikbare locatie voor het nieuwe
snelkeuzenummer.
=_
Als u een snelkeuzenummer wilt verwijderen uit de lijst met
snelkeuzenummers, houdt u het gewenste item aangetikt en tikt
u Verwijderen aan.
Telefoneren vanuit SIM Manager
Met SIM Manager kunt u de inhoud van de SIM-kaart bekijken, vermeldingen in
het SIM-telefoonboek overbrengen naar Contactpersonen op de MDA Vario en
telefoneren vanaf de SIM-kaart.
1. Tik
Opstarten > Contactpersonen > SIM Manager aan. Wacht tot de inhoud
van de SIM-kaart is geladen.
2. Houd de naam of het telefoonnummer van degene die u wilt bellen aangetikt
en tik Bellen aan.
54
Telefoonfuncties gebruiken
Als u een oproep ontvangt, verschijnt er een bericht en krijgt u de mogelijkheid
om de inkomende oproep te beantwoorden of te negeren.
Een inkomende oproep beantwoorden of negeren
=
Tik Opnemen aan of druk op het toestel op Spreken als u een oproep wilt
beantwoorden.
=
Tik Negeren aan of druk op het toestel op EINDE als u de oproep wilt weigeren.
Een oproep beëindigen
Tijdens een inkomend of uitgaand gesprek kunt u Beëindigen aantikken of op
het toestel op EINDE drukken om het gesprek te beëindigen.
3.3 Een oproep ontvangen
55
Telefoonfuncties gebruiken
Smart Dialing is een programma waarmee u gemakkelijk een telefoonnummer
kunt kiezen. Als u begint met het invoeren van nummers, worden de contactper-
soonvermeldingen op de SIM-kaart, in Contactpersonen en de telefoonnummers
in Opr.gesch. (waaronder inkomende, uitgaande en gemiste oproepen) automa-
tisch doorzocht en gesorteerd. Vervolgens kunt u het gewenste nummer of de
gewenste contactpersoon in de gefilterde lijst selecteren om te kiezen.
Smart Dialing starten
Open het scherm Telefoon en tik het eerste cijfer aan van het nummer dat u wilt
kiezen. Het scherm Smart Dialing wordt automatisch weergegeven. U kunt de
grootte van het scherm naar behoefte wijzigen door aan te tikken.
Normaal scherm
Vergroot scherm
Er wordt gezocht naar nummers die overeenkomen met de reeks die u hebt
ingevoerd. Telkens als u een extra cijfer aantikt of een cijfer verwijdert, wordt
opnieuw gezocht en wordt het resultaat opnieuw weergegeven. De lijst kan
telefoonnummers en/of namen van contactpersonen bevatten die horen bij de
overeenkomende cijferreeksen.
3.4 Smart Dialing
56
Telefoonfuncties gebruiken
Telefoneren of een tekstbericht verzenden met Smart Dialing
1. Voer de eerste paar cijfers in.
2. Blader in het scherm Smart Dialing door de lijst door de pijlen (
/ )
aan te tikken of de NAVIGATIETOETS omhoog of omlaag te drukken om de
gewenste contactpersoon of het gewenste telefoonnummer te selecteren.
3. Als u de NAVIGATIETOETS omhoog of omlaag drukt, wordt het gemarkeerde
item één regel verplaatst. Als u de pijlen aantikt, verschuift het gemarkeerde
item één pagina.
4. Voer een van de volgende handelingen uit:
=
Als de gewenste contactpersoon is geselecteerde, tikt u Spreken aan.
=
Als u een andere telefoonnummer wilt kiezen dat bij de geselecteerde
contactpersoon hoort, houdt u de contactpersoon aangetikt en tikt u op
het nummer dat u wilt kiezen.
Houd de contactpersoon aangetikt om het snelmenu weer te geven
=
Als u een tekstbericht naar de geselecteerde contactpersoon wilt verzenden,
houdt u de contactpersoon aangetikt en tikt u Tekstbericht verzenden aan.
Tip
Als u informatie die bij de geselecteerde contactpersoon hoort wilt bekijken of
bewerken, tikt u de naam van de contactpersoon aan in het snelmenu (alleen van
toepassing op vermeldingen die in de MDA Vario in Contactpersonen zijn opgeslagen).
57
Telefoonfuncties gebruiken
Smart Dialing instellen
1. Tik in het scherm Telefoon Menu > Opties Smart Dialing aan.
2. Schakel op de tab
Opties het selectievakje Smart Dialing inschakelen in.
=
Schakel het selectievakje Slepen-verschuiven inschakelen in om door
te schuiven door de bijbehorende lijst te bladeren.
=
Schakel het selectievakje Dubbelklikken voor nummerkeuze in om
een nummer te kunnen kiezen door te dubbelklikken op een item in de
bijbehorende lijst.
=
Bij Schuifeenheid kunt u bladeropties instellen voor wanneer de
NAVIGATIETOETS omhoog of omlaag wordt gedrukt.
Opties Smart Dialing
58
Telefoonfuncties gebruiken
Een oproep in de wachtstand zetten
U wordt gewaarschuwd als u nog een inkomende oproep hebt en u krijgt de keuze
om de oproep te negeren of te accepteren. Als u al in gesprek bent en de nieuwe
oproep accepteert, hebt u de keuze om tussen de twee bellers te schakelen of om
een telefonische vergadering met alledrie de partijen in te stellen.
1. Tik Opnemen aan om de tweede oproep aan te nemen en de eerste in de
wachtstand te zetten.
2. Als u de tweede oproep wilt beëindigen en terug wilt keren naar de eerste
oproep, tikt u Beëindigen aan of drukt u op EINDE op het toestel.
Schakelen tussen twee oproepen
=
Tik Wisselen aan.
Een telefonische vergadering instellen
1. Zet een oproep in de wachtstand en kies een tweede nummer of accepteer
een tweede inkomende oproep terwijl u al in gesprek bent.
2. Tik
Vergadering aan.
Opmerking Niet alle serviceproviders ondersteunen telefonisch vergaderen. Neem
contact op met uw serviceprovider voor details.
De luidspreker in- of uitschakelen
Dankzij de ingebouwde luidspreker van de MDA Vario kunt u handsfree praten of
andere mensen mee laten luisteren met een oproep.
=
Houd tijdens een gesprek Luidspr. aan ingedrukt, of houd SPREKEN
ingedrukt tot de luidspreker wordt ingeschakeld. Op de titelbalk wordt het
luidsprekerpictogram (
) weergegeven.
=
U schakelt de luidspreker uit door Luidspr. uit aan te tikken, of door nogmaals
de toets SPREKEN ingedrukt te houden tot de luidspreker is uitgeschakeld.
Waarschuwing! Houd het apparaat niet tegen uw oor wanneer de luidspreker is
ingeschakeld. Zo voorkomt u beschadiging van uw gehoor.
3.5 Opties tijdens oproepen
59
Telefoonfuncties gebruiken
Een oproep dempen
U kunt de microfoon tijdens een oproep uitschakelen, zodat u wel de beller kunt
horen, maar de beller u niet kan horen.
=
Tik tijdens een gesprek Dempen aan.
=
Als de microfoon is uitgeschakeld, wordt op het scherm het pictogram voor
dempen (
) weergegeven. Tik Demping uit aan om de microfoon weer in
te schakelen.
60
Telefoonfuncties gebruiken
Een alarmnummer bellen
=
Voer het internationale alarmnummer voor uw land in en tik Spreken aan.
Tip De SIM-kaart kan aanvullende alarmnummers bevatten. Neem contact op met uw
serviceprovider voor details.
Een internationaal oproep plaatsen
1. Houd op het toetsenbord van de telefoon aangetikt tot het teken +
wordt weergegeven. De
+ vervangt het internationale kengetal van het land
waarnaar u belt.
2. Voer het volledige telefoonnummer in dat u wilt kiezen en tik
Spreken aan.
Het volledige telefoonnummer omvat het landnummer, netnummer (zonder
voorloopnul, indien van toepassing) en telefoonnummer.
STK (SIM Tool Kit)
U kunt deze functie alleen gebruiken als er een SIM-kaart in de MDA
Vario is geplaatst. Met deze functie kunt u toegang krijgen tot een reeks
informatiediensten die wordt verstrekt door T-Mobile.
1. Tik
Opstarten > Programma’s > pictogram SMSdiensten aan. Er verschijnt
een lijst met aangeboden diensten.
2. Als u toegang tot een dienst wilt, tikt u het item in de lijst aan.
3.6 Aanvullende kiesinformatie
!T§==Mobile===
4.1 ActiveSync gebruiken
4.2 Informatie synchroniseren
4.3 Synchroniseren via infrarood en Bluetooth
4.4 Muziek, video en afbeeldingen synchroniseren
Hoofdstuk 4
De MDA Vario
synchroniseren
56
De MDA Vario synchroniseren
Met ActiveSync kunt u gegevens op de MDA Vario synchroniseren met
gegevens op de pc, zoals de inhoud van Outlook. Met ActiveSync kunt u ook
via een draadloos of mobiel netwerk synchroniseren met Microsoft Exchange
Server, mits uw bedrijf of serviceprovider Microsoft Exchange Server uitvoert
met Exchange ActiveSync. Wanneer u synchroniseert, worden de gegevens
op de MDA Vario vergeleken met de gegevens op de pc en/of Exchange Server,
en worden alle locaties bijgewerkt met de recentste gegevens.
Met ActiveSync kunt u:
=
Gegevens, zoals informatie van Outlook E-mail, Contactpersonen, Agenda
of Taken, en afbeeldingen, video en muziek in de MDA Vario synchroniseren
met de pc.
=
Outlook E-mail, Contactpersonen, Agenda-afspraken en Taken in de MDA
Vario rechtstreeks synchroniseren met Exchange Server, zodat u op de
hoogte kunt blijven, zelfs wanneer de pc is uitgeschakeld.
=
Bestanden uitwisselen tussen de MDA Vario en de pc zonder te synchroniseren.
=
Selecteren welke gegevenstypen worden gesynchroniseerd en opgeven
hoeveel gegevens worden gesynchroniseerd. U kunt bijvoorbeeld kiezen
hoeveel weken met oude afspraken u wilt synchroniseren.
Voordat u informatie met een pc kunt synchroniseren, moet u eerst ActiveSync
op de pc installeren en een synchronisatierelatie tussen de MDA Vario en de pc
tot stand brengen. U kunt ActiveSync installeren vanaf de software-cd die wordt
meegeleverd met de MDA Vario. ActiveSync is al geïnstalleerd op de MDA Vario.
Nadat u ActiveSync hebt geïnstalleerd en een synchronisatierelatie hebt
ingesteld, wordt de MDA Vario door de pc herkend als u deze op de pc
aansluit en worden de synchronisatie-instellingen die u op de MDA Vario hebt
opgegeven, automatisch overgebracht.
Mogelijk kunt u de MDA Vario via uw bedrijf of serviceprovider synchroniseren
met Exchange Server. Als u dat van plan bent, moet u de naam van Exchange
Server, uw gebruikersnaam, wachtwoord en domeinnaam aan de beheerder
vragen voordat u de wizard Sync Setup start.
4.1 ActiveSync gebruiken
57
De MDA Vario synchroniseren
ActiveSync installeren en instellen
1. Installeer ActiveSync op de pc zoals wordt beschreven op de software-cd.
Nadat de installatie is voltooid, wordt de wizard Sync Setup automatisch
gestart wanneer u de MDA Vario aansluit op de pc.
2.
Volg de instructies op het scherm op om de wizard te voltooien. Voer in de
wizard Sync Setup een van de volgende handelingen of beide handelingen uit:
=
Breng een synchronisatierelatie tussen de pc en de MDA Vario tot stand.
=
Configureer een verbinding met Exchange Server om rechtstreeks te
synchroniseren met Exchange Server.
3. Kies de typen gegevens die u wilt synchroniseren.
Opmerking Wanneer u de wizard voltooit, wordt de MDA Vario automatisch
gesynchroniseerd. Nadat de synchronisatie is voltooid, kunt u de
MDA Vario loskoppelen van de pc.
58
De MDA Vario synchroniseren
Als u de MDA Vario op de pc aansluit met een seriële of USB-kabel, een
infraroodverbinding of een Bluetooth-verbinding, wordt de synchronisatie onmid-
dellijk uitgevoerd. Zolang de MDA Vario is aangesloten, wordt een synchronisatie
uitgevoerd zodra u een wijziging aanbrengt op de pc of de MDA Vario.
Outlook-gegevens synchroniseren
Als u een synchronisatierelatie tussen de MDA Vario en de pc tot stand hebt
gebracht, blijven de Outlook-gegevens door synchronisatie op beide locaties up-
to-date. Standaard wordt een beperkte hoeveelheid informatie gesynchroniseerd
om opslagruimte op de MDA Vario te besparen. U kunt de hoeveelheid
informatie die voor een bepaald type informatie wordt gesynchroniseerd wijzigen
in Instellingen voor dat type informatie.
U kunt de MDA Vario zo instellen dat synchronisatie met meerdere pc’s of met
een combinatie van een of meer pc’s en Exchange Server plaatsvindt. Als u met
meerdere computers synchroniseert, verschijnen de items die u synchroniseert
op alle computers waarmee ze worden gesynchroniseerd. Als u bijvoorbeeld
synchronisatie met 2 pc’s hebt ingesteld (pc1 en pc2) die verschillende items
bevatten, en als u Contactpersonen en Agenda op de MDA Vario synchroniseert
met beide computers, is dit het resultaat:
Locatie Nieuwe status
pc1
Alle Outlook-contactpersonen en agenda-afspraken die zich op pc2
bevonden, bevinden zich nu ook op pc1.
pc2
Alle Outlook-contactpersonen en agenda-afspraken die zich op pc1
bevonden, bevinden zich nu ook op pc2.
MDA Vario
Alle Outlook-contactpersonen en agenda-afspraken die zich op pc1
en pc2 bevonden, bevinden zich nu op de MDA Vario.
Opmerking E-mail in Outlook kan slechts met één computer worden gesynchroniseerd.
Synchronisatie starten en stoppen
=
Als u Outlook-gegevens en andere lokale gegevens op de pc wilt
synchroniseren, waaronder mediabestanden, sluit u de MDA Vario
op de pc aan met Bluetooth, infrarood (IR) of een kabel of houder.
4.2 Gegevens synchroniseren
59
De MDA Vario synchroniseren
=
Als u rechtstreeks met Exchange Server synchroniseert, kunt u deze verbinding
met de pc gebruiken om het netwerk te ‘bereiken’, maar u kunt ook synchroniseren
zonder verbonden te zijn met de pc via een mobiel of Wi-Fi-netwerk.
=
Tik in ActiveSync Sync aan. Als u de synchronisatie wilt beëindigen voordat
deze is voltooid, tikt u Stoppen aan.
Wijzigen welke informatie wordt gesynchroniseerd
1. Tik in ActiveSync op de MDA Vario
Menu > Opties aan.
2. Voer een van de volgende handelingen of beide handelingen uit:
=
Schakel het selectievakje in voor de items die u wilt synchroniseren. Als
u een selectievakje niet kunt inschakelen, moet u het selectievakje voor
hetzelfde type gegevens elders in de lijst mogelijk uitschakelen.
=
Schakel het selectievakje uit voor items die u niet meer wilt
synchroniseren.
3. Als u de synchronisatie met één pc volledig wilt stoppen, tikt u de pc aan en
tikt u Verwijderen aan.
Opmerkingen
=_
E-mail in Outlook kan slechts met één computer worden gesynchroniseerd.
=_
Als u de beschikbare synchronisatie-instellingen wilt wijzigen, selecteert
u het type informatie en tikt u Instellingen aan.
Rechtstreeks synchroniseren met Exchange Server
U kunt synchronisatie met Exchange Server instellen op de MDA Vario, mits deze
optie voor u beschikbaar is via uw bedrijf of serviceprovider. U moet echter eerst
uw beheerder om de volgende informatie vragen en vervolgens doorgaan met de
stappen: naam Exchange Server, uw gebruikersnaam, wachtwoord en domeinnaam.
1.
Tik in ActiveSync op de MDA Vario Menu > Server configureren aan. Als
u nog geen synchronisatie met Exchange Server hebt ingesteld, staat hier
Serverbron toevoegen.
2. Voer in Serveradres de naam in van de server waarop Exchange Server
wordt uitgevoerd en tik
Volgende aan.
60
De MDA Vario synchroniseren
3. Voer uw gebruikersnaam, wachtwoord en domein in en tik Volgende aan.
Als u de regels voor het oplossen van synchronisatieconflicten wilt wijzigen,
tikt u Geavanceerd aan.
4. Schakel de selectievakjes in voor de typen informatie-items die u wilt
synchroniseren met Exchange Server.
5. Als u de beschikbare synchronisatie-instellingen wilt wijzigen, selecteert
u het type informatie en tikt u Instellingen aan.
6. Tik
Voltooien aan.
61
De MDA Vario synchroniseren
U kunt de MDA Vario op de pc aansluiten om te synchroniseren met lokale
draadloze technologieën, zoals infrarood (IR) en Bluetooth. De vereisten voor
deze technologieën lijken sterk op elkaar, met enkele kleine verschillen.
Synchroniseren met een pc via infrarood
1. Volg de instructies in de Help bij ActiveSync op de pc op om de pc in te
stellen voor de ontvangst van infraroodstralen.
2. Stel de infraroodpoorten (IR) op volgens de instructies in de documentatie
van de fabrikant voor de MDA Vario en zorg dat er zich geen obstakels
tussen de poorten bevinden en dat de poorten dicht bij elkaar zijn geplaatst.
3. Tik op de MDA Vario
Opstarten > Programma’s > ActiveSync aan.
4. Tik
Menu > Verbinding maken via IR aan.
5. Tik
Sync aan.
Synchroniseren met een pc via Bluetooth
1. Volg de instructies in de Help bij ActiveSync op de pc om Bluetooth op de pc
te configureren voor ondersteuning van ActiveSync.
2. Tik op de MDA Vario
Opstarten > Programma’s > ActiveSync aan.
3. Tik
Menu > Verbinden via Bluetooth aan. Zorg ervoor dat de Bluetooth-
functie op de MDA Vario en pc is ingeschakeld en dat beide zich niet te ver
bij elkaar vandaan bevinden.
4. Als dit de eerste keer is dat u via Bluetooth een verbinding met de pc
maakt, moet u eerst de Bluetooth-wizard op de MDA Vario uitvoeren en een
Bluetooth-verbinding tussen de MDA Vario en de pc instellen.
Zie hoofdstuk 6 voor meer informatie over het inschakelen en configureren van
Bluetooth.
Opmerking U kunt ook de wizard Sync Setup gebruiken om de MDA Vario in te stellen
voor externe synchronisatie met Exchange Server. Deze wizard wordt gestart
wanneer u het mobiele apparaat op de pc aansluit nadat u ActiveSync op de
pc hebt geïnstalleerd.
4.3 Synchroniseren via infrarood en Bluetooth
62
De MDA Vario synchroniseren
Als u uw muziek of andere digitale media wilt meenemen als u op reis gaat,
kunt u ActiveSync gebruiken met Windows Media Player om muziek, video en
afbeeldingen te synchroniseren met de MDA Vario.
Op het selecteren van het te synchroniseren gegevenstype Media in ActiveSync
na, moeten alle instellingen voor mediasynchronisatie in Windows Media Player
worden ingesteld. Voordat media kunnen worden gesynchroniseerd, moet u het
volgende doen:
=
Windows Media Player versie 10 installeren op de pc.
=
De MDA Vario met een USB-kabel aansluiten op de pc. Als de MDA Vario
momenteel via Bluetooth of infrarood is verbonden, moet u die verbinding
verbreken voordat media kunnen worden gesynchroniseerd.
=
Een opslagkaart in de MDA Vario plaatsen (32 MB of meer wordt aanbevolen).
=
Een synchronisatieverbinding instellen tussen de opslagkaart en Windows
Media Player.
Synchronisatie-instellingen voor Media wijzigen
Nadat u in ActiveSync het informatietype Media hebt geselecteerd om te
synchroniseren, kunnen al uw favoriete muziek-, video- en afbeeldingsbestanden in
afspeellijsten van Windows Media Player worden gesynchroniseerd. U hoeft alleen
maar synchronisatie voor die mediabestanden in te stellen in Windows Media Player.
Een synchronisatierelatie met een opslagkaart instellen
1. Open Windows Media Player.
2. Klik op de tab
Sync.
3. Selecteer de opslagkaart.
4. Klik op
Set up Sync.
Zie hoofdstuk 8 voor informatie over het gebruik van Windows Media Player op
de MDA Vario.
4.4 Muziek, video en afbeeldingen synchroniseren
!T§==Mobile===
5.1 De MDA Vario aanpassen
5.2 Programma’s toevoegen en verwijderen
5.3 Geheugen beheren
5.4 Back-up van bestanden maken
5.5 Het apparaat beveiligen
5.6 De MDA Vario opnieuw instellen
Hoofdstuk 5
De MDA Vario beheren
64
De MDA Vario beheren
Instellingen van het scherm Vandaag
In het scherm Vandaag worden naderende afspraken, actieve taken en informatie
over e-mailberichten weergegeven. U kunt het scherm Vandaag op de MDA Vario
aanpassen.
Het scherm Vandaag aanpassen
1. Tik Opstarten > Instellingen > tabblad Persoonlijk > Vandaag aan.
2. Selecteer op de tab
Weergave het gewenste thema voor de achtergrond van
het scherm Vandaag.
3. Selecteer op het tabblad
Items de items die u wilt weergeven in het scherm
Vandaag.
Tip Als u de volgorde wilt wijzigen van de items die in het scherm Vandaag worden
weergegeven, tikt u een item aan en tikt u
Omhoog of Omlaag aan om het item te
verplaatsen.
Een aangepaste achtergrondafbeelding toevoegen
U kunt een van uw eigen afbeeldingen gebruiken als achtergrondafbeelding voor
het scherm Vandaag. Houd er rekening mee dat afbeeldingen de leesbaarheid
van tekst in het scherm Vandaag kunnen beïnvloeden.
1. Tik
Opstarten > Instellingen > tabblad Persoonlijk > Vandaag aan.
2.
Schakel het selectievakje Deze afbeelding als achtergrond gebruiken in en tik
Bladeren aan om een lijst met beschikbare afbeeldingsbestanden weer te geven.
3. Tik de bestandsnaam aan van de afbeelding die u wilt gebruiken.
4. Tik
OK aan.
Opties instellen voor de weergave van afspraken in het scherm Vandaag
Als u een groot aantal afspraken hebt, wilt u wellicht het soort afspraken opgeven
dat in het scherm Vandaag wordt weergegeven.
1. Tik
Opstarten > Instellingen > tabblad Persoonlijk > Vandaag aan.
2. Tik de tab
Items aan.
3. Selecteer
Agenda en tik Opties aan.
5.1 De MDA Vario aanpassen
65
De MDA Vario beheren
4. Voer een van de volgende handelingen uit:
=
Selecteer Volgende afspraak als u alleen de volgende afspraak in de
planning wilt weergeven of Eerstvolgende afspraken als u meerdere
afspraken wilt weergeven.
=
Schakel het selectievakje Alle gebeurtenissen v.d. dag weerg. uit als
u geen gebeurtenissen wilt weergeven die voor de hele dag duren.
Opties instellen voor de weergave van taken in het scherm Vandaag
Als u een groot aantal taken hebt, wilt u wellicht het soort taken opgeven dat in
het scherm Vandaag wordt weergegeven.
1. Tik
Opstarten > Instellingen > tabblad Persoonlijk > Vandaag aan.
2. Tik de tab
Items aan.
3. Selecteer
Taken en tik Opties aan.
4. Voer een van de volgende handelingen uit:
=
Selecteer bij Toon aantal het type taken dat u wilt weergeven in het
scherm Vandaag.
=
Selecteer in de lijst Categorie of u alleen taken wilt weergeven die zijn
toegewezen aan een bepaalde categorie, of dat u alle taken wilt weergeven.
Het menu Opstarten aanpassen
U kunt kiezen welke items in het menu Opstarten worden weergegeven.
1. Tik
Opstarten > Instellingen > tabblad Persoonlijk > Menu’s aan.
2. Schakel de selectievakjes in van de items die u wilt weergeven in het menu
Opstarten. U kunt maximaal zeven items selecteren.
Tip U kunt ook mappen en snelkoppelingen maken om weer te geven in het menu
Start. Klik in ActiveSync op de pc op Explore. Dubbelklik in het venster Mobile
Device op
My Windows Mobile-Based Device > Windows > Start Menu en maak
vervolgens de gewenste mappen en snelkoppelingen. U ziet de toegevoegde items
nadat u hebt gesynchroniseerd.
66
De MDA Vario beheren
Datum / tijd / taal / landinstellingen instellen
U kunt de gewenste datum, tijd, taal en landinstellingen instellen.
De tijd en datum instellen
1.
Tik Opstarten > Instellingen > tabblad Systeem > Klok en alarmsignalen aan.
2. Selecteer de juiste tijdzone en wijzig de datum of de tijd.
Opmerking Tijdens de synchronisatie wordt de tijd op het toestel bijgewerkt met de
tijd op de pc.
Een alarmsignaal instellen
1. Tik
Opstarten > Instellingen > tabblad Systeem > Klok en alarmsignalen >
tabblad Alarmen aan.
2. Tik
<Beschrijving> aan en voer een naam in voor het alarmsignaal.
3. Tik de dag van de week voor het alarmsignaal aan. U kunt meerdere dagen
selecteren door elke gewenste dag aan te tikken.
4. Tik de tijd aan om een klok weer te geven en de tijd voor het alarmsignaal in
te stellen.
5. Tik het pictogram voor het alarmsignaal (
) aan om het gewenste type
alarmsignaal in te stellen. U hebt de keuze uit een knipperende lamp, één
geluid, een zich herhalend geluid of trillen.
6. Als u kiest voor het afspelen van een geluid, tikt u de lijst naast het
selectievakje
Geluid afspelen aan en tikt u het gewenste geluid aan.
De tijd en datum voor een andere locatie instellen
Als u een bepaalde tijdzone regelmatig bezoekt of vaak communiceert met
iemand uit een bepaalde tijdzone, kunt u die zone selecteren als u bezoektijdzone.
1.
Tik Opstarten > Instellingen > tabblad Systeem > Klok en alarmsignalen aan.
2. Tik Op bezoek aan.
3. Selecteer de juiste tijdzone en wijzig de tijd of de datum.
67
De MDA Vario beheren
De taal en landinstellingen wijzigen
De stijl waarin getallen, valuta, datums en tijden worden weergegeven, wordt
opgegeven in de landinstellingen.
1. Tik
Opstarten > Instellingen > tabblad Systeem > Landinstellingen aan.
2. Selecteer op de tab
Regio uw land en taal.
3. Het land dat u selecteert, is bepalend voor welke opties op de andere tabs
beschikbaar zijn.
4. Als u de instellingen nog verder wilt aanpassen, tikt u de desbetreffende tabs
aan en selecteert u de gewenste opties.
Persoonlijke instellingen en systeeminstellingen
Mogelijk zijn op het apparaat al programma’s aan hardwareknoppen
toegewezen. U kunt deze knoppen zo aanpassen dat u de programma’s die
u het vaakst gebruikt ermee kunt openen, of dat u er bepaalde snelkoppelingen
mee kunt uitvoeren zoals het wijzigen van de schermweergave, het openen van
het scherm Vandaag of het openen van het invoerscherm.
Programma’s of snelkoppelingen opnieuw toewijzen aan
programmaknoppen
1. Tik
Opstarten > Instellingen > tabblad Persoonlijk > Knoppen aan.
2. Er wordt een lijst met knoppen en hun huidige toewijzing weergegeven op
de tab Programmaknoppen.
3. Tik de knop aan die u opnieuw wilt toewijzen. Er zijn nummers en
pictogrammen die de oorspronkelijke functie van de knop weergeven om
u te helpen bij het identificeren van de knoppen.
4. Tik in het vak
Wijs een programma toe het programma dat of de
snelkoppeling die u wilt toewijzen aan.
5. Tik
OK aan.
De grootte van tekens op het scherm vergroten of verkleinen
1. Tik
Opstarten > Instellingen > tabblad Systeem > Scherm > tabblad
Tekengrootte aan.
2. Verplaats de schuifregelaar om de tekengrootte te vergroten of te verkleinen.
68
De MDA Vario beheren
Gegevens over de eigenaar invoeren
Gegevens over de eigenaar invoeren en weergeven is een goede gewoonte:
daardoor kunnen anderen het apparaat aan u retourneren als u het kwijt bent.
1.
Tik Opstarten > Instellingen > tabblad Persoonlijk > Info over eigenaar aan.
2. Voer op de tab Identificatie uw persoonlijke gegevens in.
Tip Als in het scherm Vandaag gegevens over de eigenaar worden weergegeven, kunt
u de gegevens rechtstreeks vanuit het scherm Vandaag openen en bewerken. Tik
hiervoor eenvoudigweg die sectie van het scherm aan.
Kiezen hoe u wordt geïnformeerd over gebeurtenissen of acties
1. Tik Opstarten > Instellingen > tabblad Persoonlijk > Geluiden en
meldingen aan.
2. Kies op de tab
Geluiden hoe u gewaarschuwd wilt worden door de
desbetreffende selectievakjes in te schakelen.
3. Tik op de tab Meldingen onder Gebeurt. een gebeurtenisnaam aan en kies
hoe u wilt worden gewaarschuwd door de desbetreffende selectievakjes in te
schakelen. U kunt uit verschillende opties kiezen, zoals een speciaal geluid,
een bericht of een knipperend licht.
Tip De batterij raakt minder snel leeg als u geluiden en het knipperen uitschakelt.
De snelheid voor schuiven aanpassen
Door de NAVIGATIETOETS omhoog of omlaag ingedrukt te houden
(besturingselement omhoog/omlaag) schuift u door de items in een lijst.
1. Tik Opstarten > Instellingen > tabblad Persoonlijk > Knoppen > tabblad
Omhoog/omlaag-knop aan.
2. Voer een van de volgende handelingen uit:
=
Verplaats de schuifregelaar bij Vertraging vóór eerste herhaling om de
tijd die verstrijkt voordat het schuiven begint te verkorten of te verlengen.
=
U wijzigt de tijd die het kost om van het ene item naar het andere te
schuiven door de snelheid aan te passen met de schuifregelaar bij
Herhalingssnelheid.
69
De MDA Vario beheren
Het versienummer van het besturingssysteem zoeken
Bovenaan in het scherm wordt de versie van het besturingssysteem van het
apparaat vermeld.
=
Tik Opstarten > Instellingen > tabblad Systeem > Info aan.
Gedetailleerde gegevens over het apparaat weergeven
=
Tik Opstarten > Instellingen > tabblad Systeem > Info aan.
=
Op het tabblad Versie worden belangrijke gegevens over het toestel
weergegeven, zoals het type processor en de hoeveelheid geheugen
die is geïnstalleerd.
De apparaatnaam wijzigen
1. Tik
Opstarten > Instellingen > tabblad Systeem > Info aan.
2. Tik de tab
Apparaat-ID aan.
3. Voer een naam in.
Opmerking De apparaatnaam moet beginnen met een letter, moet bestaan uit letters
van A tot Z, cijfers van 0 tot 9 en mag geen spaties bevatten. Gebruik het
onderstrepingsteken om woorden van elkaar te scheiden.
Waarom is de apparaatnaam belangrijk?
De apparaatnaam wordt gebruikt om het apparaat in de volgende situaties te
identificeren:
=
Synchroniseren met een pc
=
Verbinding maken met een netwerk
=
Gegevens herstellen vanaf een back-up
Opmerking Als u meerdere toestellen synchroniseert met dezelfde pc, moet elk toestel een
unieke naam hebben.
70
De MDA Vario beheren
Ervoor zorgen dat de batterij minder snel leeg raakt
=
Tik Opstarten > Instellingen > tabblad Systeem > Energie aan. Op de tab
Geavanceerd kunt u opgeven wanneer het apparaat wordt uitgeschakeld
om stroom te besparen. Geef voor een optimale besparing 3 minuten of
minder op.
=
Gebruik waar mogelijk de stroomadapter om het apparaat aan te sluiten op
een externe stroombron, vooral wanneer u een mini-SD-kaart gebruikt of
wanneer u een modem of andere randapparatuur gebruikt.
=
Pas de instellingen voor de verlichting aan.
De helderheid van de verlichting aanpassen
1. Tik
Opstarten > Instellingen > tabblad Systeem > Verlichting > tabblad
Helderheid aan.
2. Verplaats de schuifregelaar naar rechts voor meer helderheid of naar links
voor minder helderheid.
De verlichting zo instellen dat deze na een bepaalde tijd wordt gedimd
1. Tik
Opstarten > Instellingen > tabblad Systeem > Verlichting aan.
2. Tik het tabblad
Accustroom of het tabblad Externe energie aan.
3. Schakel het selectievakje
Verl. uit als app. niet wordt gebr. ged. in en
geef de vertragingstijd op.
Telefooninstellingen
U kunt telefooninstellingen aanpassen, zoals het type belsignaal en de beltoon
voor inkomende oproepen, en de toon die u hoort als u telefoonnummers invoert
op het toetsenbord.
De beltoon wijzigen
1.
Tik vanaf het toetsenbord van de telefoon Menu > Opties > tab Telefoon aan.
2. Tik in de lijst Beltoon het geluid aan dat u wilt gebruiken.
Tip Als u aangepaste *.wav-, *.mid-, *.mp3- of *.wma-bestanden wilt gebruiken als
beltoon, moet u ActiveSync op de pc gebruiken om het bestand naar de map
/Windows/Rings op het toestel te kopiëren. Vervolgens selecteert u het geluid in de
lijst met beltonen. Raadpleeg de Help bij ActiveSync op de pc voor meer informatie
over het kopiëren van bestanden naar het apparaat.
71
De MDA Vario beheren
Het belsignaal wijzigen
U kunt de manier wijzigen waarop u wordt gewaarschuwd bij inkomende
oproepen. U kunt bijvoorbeeld kiezen om gewaarschuwd te worden door een
belsignaal, door een trilling of door een combinatie hiervan.
1.
Tik vanaf het toetsenbord van de telefoon Menu > Opties > tab Telefoon aan.
2. Tik in de lijst Beltoontype de gewenste optie aan.
De toon van het toetsenblok wijzigen
U kunt de toon wijzigen die u hoort wanneer u een telefoonnummer invoert op
het toetsenblok. Als u de toon instelt op Lange tonen, hoort u de toon net zo
lang als het cijfer op het toetsenblok wordt ingedrukt. Gebruik deze instelling
als u problemen hebt met de uitvoering van taken die afhankelijk zijn van
tonen van de telefoon, zoals het verkrijgen van toegang tot berichten op een
antwoordapparaat. Als u de toon instelt op Korte tonen, hoort u de toon slechts
een of twee seconden. Als u de toon instelt op Uit, hoort u geen toon.
1.
Tik vanuit het toetsenbord van de telefoon Menu > Opties > tabblad Telefoon aan.
2. Tik in de lijst Toetsenblok de gewenste optie aan.
Telefoondiensten
Dankzij diensten op de telefoon, zoals Gesprek in wachtstand, kunt u kiezen hoe
alle inkomende oproepen op het toestel worden afgehandeld.
De diensten kiezen
1. Tik Opstarten > Instellingen > tabblad Persoonlijk > Telefoon > tabblad
Services aan.
2. Selecteer de dienst die u wilt gebruiken en tik
Instellingen ophalen aan.
Netwerken
U kunt beschikbare draadloze netwerken bekijken, de volgorde bepalen waarin
de MDA Vario toegang krijgt tot een ander netwerk als het huidige netwerk niet
beschikbaar is en opgeven of u handmatig of automatisch van netwerk wilt
veranderen. Raadpleeg de Help van de MDA Vario voor meer informatie over
netwerkinstellingen.
72
De MDA Vario beheren
Telefoonnetwerkinstellingen wijzigen
1. Tik
Opstarten > Instellingen > tabblad Persoonlijk > tabblad Telefoon >
Netwerk aan.
2. Standaard geeft de MDA Vario het huidige netwerk weer zoals dat
wordt aangeboden door uw serviceprovider. U kunt echter ook een
voorkeursnetwerk instellen.
Voorkeursnetwerken instellen
1. Tik
Opstarten > Instellingen > Telefoon > tabblad Netwerk aan. Standaard
is het veld Netwerkselectie ingesteld op Automatisch. U kunt het veld
echter instellen op Handmatig zodat u op elk gewenst moment uw eigen
netwerk kunt kiezen.
2. Tik
Netwerken instellen aan.
2. Selecteer de netwerken in het scherm
Telefoon: Voorkeursnetwerken en
sorteer ze overeenkomstig uw voorkeuren.
3. Tik
OK aan.
73
De MDA Vario beheren
Voordat u aanvullende programma’s voor de MDA Vario aanschaft, moet u de naam
van de MDA Vario, de versie van Windows Mobile-software die op het apparaat
wordt uitgevoerd, en het type processor noteren. Aan de hand van deze gegevens
kunt u beter een programma selecteren dat compatibel is met de MDA Vario. Zie
‘Gedetailleerde gegevens over het apparaat weergeven’ en ‘Het versienummer van
het besturingssysteem zoeken’ in dit hoofdstuk voor meer informatie.
Programma’s die te koop worden aangeboden bevatten gewoonlijk een
Setup-programma (doorgaans ‘setup.exe’ genaamd) dat u eerst op de pc moet
installeren. Vervolgens kunt u ActiveSync gebruiken om programma’s aan de MDA
Vario toe te voegen, of een programma rechtstreeks vanaf internet toevoegen.
Programma’s toevoegen
1. Download het programma naar de pc (of plaats de cd of diskette met
het programma in de pc). Mogelijk ziet u één *.exe-bestand, een *.zip-
bestand, een bestand Setup.exe, of verschillende versies van bestanden
voor verschillende typen apparaten en processors. Zorg ervoor dat u
een programma selecteert dat is ontworpen voor uw MDA Vario en
processortype.
2. Lees eventuele documentatie of installatie-instructies die worden
meegeleverd met het programma. Veel programma’s zijn voorzien van
speciale installatie-instructies.
3. Sluit de MDA Vario aan op de pc.
4. Dubbelklik op het
*.exe-bestand.
=
Als het uitvoerbare bestand een installatiewizard is, volgt u de instructies
op het scherm. Nadat het programma op de pc is geïnstalleerd, wordt het
automatisch overgebracht naar de MDA Vario.
=
Als er geen installatiewizard wordt gestart, ziet u een foutbericht met de
mededeling dat het programma wel in orde is maar dat het is ontworpen
voor een andere type computer. U moet dit programma kopiëren naar
de MDA Vario. Als u geen installatie-instructies voor het programma kunt
vinden, gebruikt u ActiveSync om het programma naar de map Program
Files van de MDA Vario te kopiëren.
5.2 Programma’s toevoegen en verwijderen
74
De MDA Vario beheren
Programma’s verwijderen
U kunt alleen programma’s verwijderen die u hebt geïnstalleerd. Programma’s
die met de MDA Vario zijn meegeleverd, kunnen niet worden verwijderd.
1. Tik
Opstarten > Instellingen > tabblad Systeem > Programma’s
verwijderen aan.
2. Selecteer in de lijst
Programma’s in opslaggeheugen het programma dat
u wilt verwijderen en tik Verwijderen aan.
3. Tik
Ja aan. Als nog een bevestigingsbericht wordt weergegeven tikt
u nogmaals Ja aan.
75
De MDA Vario beheren
Het kan zijn dat u een programma moet afsluiten als het onstabiel is geworden of
als er weinig programmageheugen beschikbaar is.
Kijken hoeveel geheugen beschikbaar is
=
Tik Opstarten > Instellingen > tabblad Systeem > Geheugen aan.
=
Op het tabblad Hoofd wordt de hoeveelheid geheugen weergegeven
die is toegewezen voor de opslag van bestanden en gegevens versus
de hoeveelheid voor de opslag van programma’s. Bovendien worden de
hoeveelheid gebruikt geheugen en de hoeveelheid beschikbaar geheugen
weergegeven.
Beschikbaar geheugen op opslagkaart zien
U kunt zien hoeveel geheugen beschikbaar is op een opslagkaart die in de MDA
Vario is geplaatst.
1. Tik
Opstarten > Instellingen > tabblad Systeem > Geheugen aan.
2. Tik de tab
Opslagkaart aan.
Tip Als er meerdere kaarten zijn geplaatst, tikt u de keuzelijst aan en vervolgens de
opslagkaart waarover u informatie wilt zien.
Programmageheugen vrijmaken
Probeer het volgende om geheugen op de MDA Vario vrij te maken:
=
Sluit programma’s die u momenteel niet gebruikt.
=
Verplaats e-mailbijlagen naar een opslagkaart.
=
Verplaats bestanden naar een opslagkaart. Tik Opstarten > Programma’s >
File Explorer aan. Houd het bestand aangetikt en tik Knippen aan. Blader
naar de map met opslagkaarten en tik Bewerken > Plakken aan.
=
Verwijder overbodige bestanden. Tik Opstarten > Programma’s > File
Explorer aan. Houd het bestand aangetikt en tik Verwijderen aan.
=
Verwijder grote bestanden. U kunt grote bestanden zoeken door
Opstarten > Programma’s > Zoeken aan te tikken. Tik in de lijst Type
Groter dan 64 kB aan en tik Zoeken aan.
5.3 Geheugen beheren
76
De MDA Vario beheren
=
Verwijder tijdelijke internetbestanden en wis geschiedenisgegevens in
Internet Explorer Mobile. Zie Internet Explorer Mobile in hoofdstuk 6 voor
meer informatie.
=
Verwijder programma’s die u niet meer gebruikt.
=
Stel de MDA Vario opnieuw in.
Een programma sluiten
Meestal worden programma’s automatisch gesloten om benodigd geheugen vrij
te maken, maar u kunt programma’s handmatig sluiten als u hier de voorkeur
aan geeft.
1. Tik
Opstarten > Instellingen > tabblad Systeem > Geheugen > tabblad
Actieve programma’s aan.
2. Tik in de lijst
Actieve programma’s het programma aan dat u wilt sluiten en
tik Stoppen aan.
Tip In de meeste programma’s kunt u het programma ook afsluiten met de sneltoets
CTRL+Q.
77
De MDA Vario beheren
U kunt met ActiveSync een back-up van bestanden naar de pc maken, of
bestanden kopiëren naar een opslagkaart die u in de MDA Vario plaatst.
De MDA Vario heeft een uitbreidingssleuf die compatibel is met een assortiment
SD- (Secure Digital) en MMC-opslagkaarten (MultiMedia Card).
Met ActiveSync kunt u gegevens van de pc naar de MDA Vario kopiëren of
verplaatsen en omgekeerd. Wijzigingen die u op de ene computer aanbrengt in
de gegevens zijn niet van invloed op de gegevens op de andere computer. Als
u gegevens automatisch wilt bijwerken op zowel de MDA Vario als de pc, moet
u de gegevens synchroniseren. Raadpleeg de Help bij ActiveSync op de pc
voor meer informatie over het kopiëren en synchroniseren van bestanden.
Bestanden naar een opslagkaart kopiëren
1. Duw de opslagkaart in de opslagkaartsleuf totdat deze op zijn plaats
vastklikt. De kaart zit vast als deze niet uitsteekt uit de basis.
2.
Tik Opstarten > Programma’s > File Explorer aan en navigeer naar de juiste map.
3. Houd het bestand dat u wilt kopiëren aangetikt en tik Kopiëren aan.
4. Tik de lijst met mappen (standaard
My Documents genaamd) aan en tik
Opslagkaart aan.
5. Tik
Menu > Bewerken > Plakken aan.
Een bestand kopiëren met ActiveSync
Het kopiëren van een bestand resulteert in afzonderlijke versies van een bestand
op de MDA Vario en de pc. Aangezien de bestanden niet zijn gesynchroniseerd,
zijn wijzigingen die in het ene bestand worden aangebracht niet van invloed op
het andere bestand.
1. Sluit de MDA Vario aan op de pc.
2. Klik in ActiveSync op
Explore zodat de map Mobile Device voor de MDA
Vario wordt geopend.
3. Ga in de map Mobile Device naar het bestand dat u op de MDA Vario of de
pc wilt kopiëren.
5.4 Back-up van bestanden maken
78
De MDA Vario beheren
4. Voer een van de volgende handelingen uit:
=
Als u het bestand naar de MDA Vario wilt kopiëren, klikt u met de rech-
termuisknop op het bestand en klikt u op Copy. Klik met de rechtermuis-
knop op de gewenste map onder Mobile Device en klik op
Past
e.
=
Als u het b
estand naar de pc wilt kopiëren, klikt u met de
rechtermuisknop op het bestand en klikt u op Copy. Klik met de
rechtermuisknop op de gewenste map op de pc en klik op Paste.
Bestanden automatisch opslaan op een opslagkaart
In de programma’s Word Mobile, Excel Mobile en Notities vindt u het wellicht
handig om alle nieuwe documenten, notities en werkmappen rechtstreeks op te
slaan op een opslagkaart.
1. Tik vanuit de lijst met programmabestanden
Menu > Opties aan.
2. Terwijl er een opslagkaart in de MDA Vario is geplaatst, tikt u in het vak
Opslaan in de juiste opslagkaart aan om nieuwe items automatisch op te
slaan op de opslagkaart.
3. Tik
OK aan.
Opmerking In de lijst met bestanden of notities wordt een symbool voor opslagkaarten
weergegeven naast de namen van bestanden die op een opslagkaart zijn
opgeslagen.
79
De MDA Vario beheren
De MDA Vario heeft twee soorten beveiliging. U kunt de telefoon beschermen
tegen onbevoegd gebruik door een zogenaamde PIN-code (Personal Identification
Number) in te stellen. Daarnaast kunt u door middel van wachtwoordbeveiliging
onbevoegde toegang tot elk onderdeel van het apparaat voorkomen.
De eerste PIN-code krijgt u van uw serviceprovider. U kunt deze PIN-code
later wijzigen.
U maakt uw eigen wachtwoord wanneer u de MDA Vario voor het eerst gebruikt.
De telefoon beveiligen met een PIN-code
1. Tik vanaf het toetsenbord van de telefoon
Menu > Opties > tabblad
Telefoon aan.
2. Tik
PIN vereist als de telefoon wordt gebruikt aan.
3. U kunt de PIN-code op elk gewenst moment wijzigen door
PIN wijzigen aan
te tikken.
Tip Noodoproepen zijn altijd mogelijk zonder dat een PIN-code is vereist.
De MDA Vario beveiligen met een wachtwoord
U kunt uw gegevens beter beveiligen door telkens wanneer het apparaat wordt
ingeschakeld naar een wachtwoord te laten vragen.
1. Tik
Opstarten > Instellingen > tabblad Persoonlijk > Wachtwoord aan.
2.
Schakel het selectievakje Vragen indien apparaat niet gebruikt wordt in en
selecteer in het vak rechts ervan hoe lang de MDA Vario uitgeschakeld moet zijn
voordat een wachtwoord is vereist. Selecteer in het vak Wachtwoordtype het type
wachtwoord dat u wilt gebruiken. Voer het wachtwoord in en bevestig het, indien
nodig. Als de MDA Vario is geconfigureerd voor verbinding met een netwerk, ge
-
bruikt u een krachtig wachtwoord ter ondersteuning van de netwerkbeveiliging.
3. Typ op het tabblad Geheugensteun een woordgroep die u helpt herinneren
aan uw wachtwoord, maar waardoor anderen uw wachtwoord niet kunnen
raden. De tip wordt weergegeven nadat u vier keer een verkeerd wachtwoord
hebt getypt.
4. Tik
OK aan. De volgende keer dat het toestel wordt ingeschakeld, wordt
u gevraagd om het wachtwoord in te voeren.
5.5 De MDA Vario beveiligen
80
De MDA Vario beheren
Opmerkingen
=
Telkens wanneer een verkeerd wachtwoord wordt ingevoerd, duurt
het langer voordat het toestel reageert, totdat het lijkt alsof het toestel
helemaal niet meer reageert.
=
Als u het wachtwoord vergeet, moet u de instructies in de
gebruikershandleiding opvolgen om het geheugen te wissen
voordat u toegang kunt krijgen tot de MDA Vario.
Het wachtwoord wijzigen
1. Tik
Opstarten > Instellingen > tabblad Persoonlijk > Wachtwoord aan.
U wordt gevraagd om het huidige wachtwoord in te voeren.
2. Voer in het vak
Wachtwoord het nieuwe wachtwoord in.
3. Typ op het tabblad
Geheugensteun een woordgroep die u helpt herinneren
aan uw nieuwe wachtwoord, maar waardoor anderen uw wachtwoord niet
kunnen raden. De tip wordt weergegeven nadat u vier keer een verkeerd
wachtwoord hebt getypt.
4. Tik
OK aan.
Gegevens over de eigenaar weergeven in het scherm Vandaag
Als uw contactgegevens bij het opstarten in het scherm Vandaag worden
weergegeven, kan gemakkelijk uw identiteit worden vastgesteld wanneer
u het apparaat kwijt bent geraakt.
1. Tik
Opstarten > Instellingen > tabblad Persoonlijk > Info over
eigenaar aan.
2. Schakel op de tab
Opties het selectievakje Identificatiegegevens in.
3. Schakel op de tab
Opties het selectievakje Notities in als u aanvullende
tekst wilt weergeven, zoals: Beloning bij terugbezorging.
4. Voer op de tab
Notities de aanvullende tekst in.
Tip Als u gegevens over de eigenaar in het scherm Vandaag wilt weergeven, tikt u
Opstarten > Instellingen > tabblad Persoonlijk > Vandaag aan. Schakel op het
tabblad Items het selectievakje Gegevens eigenaar in.
81
De MDA Vario beheren
Mogelijk moet u de MDA Vario af en toe opnieuw instellen. Als de MDA
Vario normaal (of elektronisch) opnieuw wordt ingesteld, wordt het actieve
programmageheugen volledig gewist en worden alle actieve programma’s
afgesloten. Dit kan nuttig zijn wanneer de MDA Vario trager werkt dan normaal of
wanneer een programma niet goed functioneert. Elektronisch opnieuw instellen
is ook noodzakelijk na de installatie van sommige programma’s. Als het apparaat
elektronisch opnieuw wordt ingesteld terwijl programma’s actief zijn, gaan niet-
opgeslagen gegevens verloren.
U kunt het apparaat ook niet-elektronisch opnieuw instellen (wordt ook wel
volledig opnieuw instellen genoemd). Doe dit alleen uit als een systeemprobleem
niet wordt opgelost met normaal opnieuw instellen. Nadat het apparaat volledig
opnieuw is ingesteld, zijn alle standaardinstellingen hersteld zoals ze waren
toen u het apparaat kocht en voor het eerst inschakelde. Alle programma’s die
u hebt geïnstalleerd, gegevens die u hebt ingevoerd en instellingen die u hebt
aangepast op de MDA Vario, gaan verloren. Alleen Windows Mobile-software en
andere vooraf geïnstalleerde programma’s blijven aanwezig.
Het apparaat normaal opnieuw instellen
=
Gebruik de pen om de knop RESET aan de linkerkant van de MDA Vario
voorzichtig ingedrukt te houden. De MDA Vario wordt opnieuw opgestart
en het scherm Vandaag wordt weergegeven.
knop RESET
Waarschuwing! Schakel de MDA Vario altijd uit voordat u het toestel elektronisch
opnieuw instelt of de batterij of SIM-kaart plaatst/vervangt.
5.6 De MDA Vario opnieuw instellen
82
De MDA Vario beheren
Het apparaat volledig opnieuw instellen
1. Houd de toets Comm Manager en de spraakopdrachttoets op het toestel
ingedrukt.
2. Blijf beide toetsen ingedrukt houden en houd gelijktijdig voorzichtig met de
pen de knop RESET ingedrukt.
knop RESET
Toets Voice Command
Toets Comm Manager
!T§==Mobile===
Hoofdstuk 6
Verbinding maken
6.1 Verbinding maken met internet
6.2 Internet Explorer
6.3 Bluetooth gebruiken
6.4 Comm Manager gebruiken
6.5 Terminal Services-client gebruiken
84
Verbinding maken
De MDA Vario is voorzien van krachtige netwerkfuncties waarmee u verbinding
met internet kunt maken via een GPRS-netwerk (General Packet Radio
Service), een Bluetooth-modem of een WLAN-netwerk. GPRS is een nieuwe
niet-spraakservice met toegevoegde waarde waarmee informatie kan worden
verzonden en ontvangen via een netwerk voor mobiele telefonie. U kunt
verbindingen met internet of met een bedrijfsnetwerk instellen om op internet te
surfen en e-mail- of expresberichten uit te wisselen.
De MDA Vario heeft twee groepen verbindingsinstellingen: T-Mobile Internet en Mijn
Werk-netwerk. De instellingen van T-Mobile Internet worden gebruikt om verbinding
met internet te maken, terwijl de instellingen van Mijn Werk-netwerk kunnen worden
gebruikt om verbinding met een willekeurig privé- of bedrijfsnetwerk te maken.
Verbinding met internet maken via ISP
1. Vraag de volgende gegevens aan bij T-Mobile:
=
Telefoonnummer ISP-server
=
Gebruikersnaam
=
Wachtwoord
=
Naam toegangspunt (vereist voor GPRS-verbinding)
2. Tik Opstarten > Instellingen > tabblad Verbindingen > Verbindingen aan.
3. Tik
Een nieuwe modemverbinding toevoegen aan.
4. Voer een naam in voor de verbinding.
5. Selecteer een modem in de lijst. Als u bijvoorbeeld het netwerk voor mobiele
telefonie wilt gebruiken, selecteert u Mobiele verbinding.
6. Tik
Volgende aan.
7. Voltooi de verbindingswizard door de vereiste gegevens in te voeren en tik
Voltooien aan.
Opmerkingen
=
Als u aanvullende informatie voor een scherm wilt bekijken, tikt u het
pictogram voor Help ( ) aan
=
Als u de verbindingsinstellingen wilt wijzigen, tikt u Bestaande verbindingen
beheren aan in het scherm Verbindingen en voltooit u de verbindingswizard.
6.1 Verbinding maken met internet
85
Verbinding maken
Verbinding maken met een privé-netwerk
1. Vraag de volgende gegevens aan uw netwerkbeheerder:
=
Telefoonnummer server
=
Gebruikersnaam
=
Wachtwoord
=
Domein (indien verstrekt door een ISP of een netwerkbeheerder)
2. Tik
Opstarten > Instellingen > tabblad Verbindingen > Verbindingen aan.
3. Volg in
Mijn Werk-netwerk de instructies voor elk type verbinding.
4. Voltooi de verbindingswizard en tik
Voltooien aan.
Opmerking Als u op internet of een privé-netwerk wilt surfen, tikt u Opstarten >
Programma’s > Internet Explorer aan.
De netwerkkaartinstellingen van de MDA Vario opnieuw instellen of wijzigen
1.
Tik Opstarten > Instellingen > tabblad Verbindingen > Netwerkkaarten aan.
2. Selecteer het tabblad Netwerkadapters.
3. Selecteer het juiste item in de lijst
Mijn netwerkkaart maakt verbinding met:
=
Selecteer Internet als u via ISP of WLAN een verbinding met internet wilt
maken om webpagina’s te bekijken met Internet Explorer.
=
Selecteer Werk als u een verbinding wilt maken met een privé-netwerk
en met File Explorer de gedeelde map in het netwerk wilt bekijken.
4.
Selecteer de juiste adapter in het veld Tik op een adapter om de inst. te wijzigen
5. Als u een netwerkkaart selecteert en het scherm voor instellingen wordt
geopend, moet u de vereiste instellingen configureren. Selecteer Specifiek
IP-adres gebruiken op het tabblad IP-adres en voer de vereiste gegevens
in. Neem contact op met uw ISP of netwerkbeheerder om het IP-adres, het
subnetmasker en de standaardgateway te verkrijgen.
6. Configureer de DNS- en WINS-instellingen op het tabblad
Naamservers.
Voor servers waarvoor een toegewezen IP-adres vereist is, is mogelijk ook
een manier vereist om computernamen aan IP-adressen toe te wijzen. DNS
en WINS zijn de omzetopties die op de MDA Vario worden ondersteund.
86
Verbinding maken
Internet Explorer is een complete internetbrowser, die is geoptimaliseerd voor
gebruik op de MDA Vario.
Internet Explorer starten
=
Tik Opstarten > Programma’s > Internet Explorer aan.
Een startpagina kiezen
1. Tik in Internet Explorer
Menu > Extra > Opties > tabblad Algemeen aan.
2. Voer een van de volgende handelingen uit:
=
Tik Huidige gebr. aan om de weergegeven pagina te gebruiken als
startpagina.
=
Tik Stand. gebr. aan om de standaardstartpagina te gebruiken.
Tip Tik Menu > Start aan om naar de startpagina te gaan.
Favorieten overbrengen vanaf de pc
U kunt de favorieten die u op de pc hebt opgeslagen overbrengen naar de MDA
Vario door de favorieten van Internet Explorer op de pc te synchroniseren met de
MDA Vario.
1. Klik in het menu Tools van ActiveSync op de pc op
Options en selecteer
Favorites.
2. Sla in Internet Explorer op de pc favoriete koppelingen op in de submap
Mobile Favorites van de lijst Favorites of verplaats ze naar deze submap.
3. Sluit de MDA Vario aan op de pc. Als de synchronisatie niet automatisch
begint, klikt u op Sync.
Een favoriet toevoegen
1. Ga in Internet Explorer naar de pagina die u wilt toevoegen.
2. Houd de pagina aangetikt en tik
Toev. aan Favorieten aan.
3.
Bevestig of wijzig de naam en selecteer een map om de
favoriet in op te slaan.
6.2 Internet Explorer
87
Verbinding maken
Een favoriet of map verwijderen
1.
Tik in Internet Explorer Menu > Favorieten > tabblad Toevoegen/Verwijderen aan.
2.
Selecteer het item dat u wilt verwijderen en tik Verwijderen aan.
De tekengrootte op webpagina’s wijzigen
=
Tik in Internet Explorer Mobile Menu > In-/uitzoomen aan en tik de
gewenste grootte aan.
Afbeeldingen op webpagina’s weergeven of verbergen
=
Tik in Internet Explorer Mobile Menu > Beeld > Afbeeldingen weergeven
aan. Een vinkje naast Afbeeldingen weergeven geeft aan dat afbeeldingen
op webpagina’s worden weergegeven.
De manier wijzigen waarop webpagina’s het scherm vullen
1. Tik in Internet Explorer Mobile
Menu > Beeld aan.
2. Tik een van de volgende opties aan:
=
Eén kolom. Hiermee schikt u de inhoud in één kolom die even breed als
het scherm is. Dit betekent dat u vrijwel nooit horizontaal hoeft te schuiven.
=
Standaard. Hiermee behoudt u een indeling vergelijkbaar is met wat u
op de computer ziet. De items worden echter kleiner weergegeven en
de inhoud wordt zo geschikt dat u het meeste kunt zien zonder dat u
horizontaal hoeft te schuiven.
=
Bureaublad. Hiermee behoudt u dezelfde indeling en dezelfde grootte als op
een computer. Dit betekent dat u zowel horizontaal als verticaal moet schuiven.
De lijst Geschiedenis wissen
1.
Tik in Internet Explorer Mobile Menu > Extra > Opties > tabblad Geheugen aan.
2. Tik Gesch. wissen aan.
88
Verbinding maken
Een afbeelding vanaf een webpagina opslaan
1. Houd in Internet Explorer Mobile de afbeelding aangetikt en tik
Afbeelding
opslaan aan.
2. Voer een van de volgende handelingen uit:
=
Tik Ja aan om de afbeelding op de MDA Vario op te slaan in de map Mijn
afbeeldingen.
=
Tik Opslaan als aan om de afbeelding op de MDA Vario op te slaan op
een andere locatie, zoals een opslagkaart.
De instellingen voor cookies en beveiliging wijzigen
Internet Explorer Mobile ondersteunt de protocollen die worden gebruikt
door SSL (Secure Sockets Layer). Via een verbinding die SSL gebruikt, kunt
u persoonlijke gegevens veiliger verzenden.
Cookies zijn kleine bestanden die informatie over uw identiteit en voorkeuren
bevatten zodat de informatie op een pagina aan uw behoeften kan worden
aangepast. Het bestand wordt verzonden en opgeslagen op de MDA Vario.
1.
Tik in Internet Explorer Mobile Menu > Extra > Opties > de tab Beveiliging aan.
2. Schakel de selectievakjes voor de gewenste opties in en tik OK aan.
Tip Schakel het selectievakje Cookies toelaten uit om te voorkomen dat Internet
Explorer Mobile cookies accepteert.
Tijdelijke internetbestanden verwijderen
Een gedeelte van de webinhoud wordt opgeslagen terwijl u de inhoud bekijkt,
zodat pagina’s die u regelmatig bezoekt of die u al hebt gezien, sneller
kunnen worden weergegeven. Wellicht wilt u deze bestanden verwijderen om
opslagruimte vrij te maken.
1.
Tik in Internet Explorer Mobile Menu > Extra > Opties > de tab Geheugen aan.
2. Tik Best. verw. aan. Alle pagina’s die op de MDA Vario zijn opgeslagen,
waaronder offline inhoud van favorieten, worden verwijderd.
89
Verbinding maken
Bluetooth is een draadloze communicatietechnologie met een kort bereik. Via
apparaten met Bluetooth-functies kan informatie worden uitgewisseld over een
afstand van ongeveer tien meter zonder dat een fysieke verbinding is vereist.
U kunt zelfs informatie verzenden naar een toestel in een andere ruimte, zolang
deze zich binnen het bereik van het Bluetooth-signaal bevindt.
Met de software op de MDA Vario kunt u Bluetooth op de volgende manieren
gebruiken:
=
Gegevens, zoals bestanden, afspraken, taken en visitekaartjes verzenden
tussen apparaten met Bluetooth-functionaliteit.
=
Een inbelmodemverbinding tussen de MDA Vario en een Bluetooth-telefoon
tot stand brengen en vervolgens gegevens verzenden waarbij de Bluetooth-
telefoon als modem wordt gebruikt.
Bluetooth op de MDA Vario in- of uitschakelen
1. Tik op de MDA Vario
Opstarten > Instellingen > tabblad Verbindingen >
Bluetooth aan.
2. Schakel de selectievakjes
Bluetooth inschakelen en Dit apparaat zichtbaar
maken voor andere apparatuur in.
3. Tik
OK aan.
Bluetooth-modi
Bluetooth werkt op de MDA Vario in drie verschillende modi:
=
Aan Bluetooth is ingeschakeld en u kunt Bluetooth-functies gebruiken.
=
Uit Bluetooth is uitgeschakeld. In deze modus kunt u gegevens verzenden
noch ontvangen met Bluetooth. Wellicht wilt u de radio soms uitschakelen
om energie te besparen of wanneer het gebruik van de radio verboden is,
zoals aan boord van vliegtuigen en in ziekenhuizen.
=
Identificeerbaar Bluetooth is ingeschakeld en alle andere Bluetooth-
apparaten binnen een bereik van 10 meter kunnen de MDA Vario detecteren.
6.3 Bluetooth gebruiken
90
Verbinding maken
Opmerking Bluetooth is standaard uitgeschakeld. Als u Bluetooth inschakelt en vervolgens
de MDA Vario uitschakelt, wordt Bluetooth ook uitgeschakeld. Wanneer u de
MDA Vario weer inschakelt, wordt Bluetooth automatisch ingeschakeld.
De MDA Vario identificeerbaar maken
1. Tik op de MDA Vario
Opstarten > Instellingen > tabblad Verbindingen >
Bluetooth aan.
2. Schakel de selectievakjes
Bluetooth inschakelen en Dit apparaat zichtbaar
maken voor andere apparatuur in.
3. Tik OK aan.
Opmerking Bluetooth wordt ook ingeschakeld door het selectievakje Dit apparaat
zichtbaar maken voor andere apparatuur in te schakelen.
Bluetooth-verbindingen
Een Bluetooth-verbinding is een relatie die u tot stand kunt brengen tussen de MDA
Vario en een ander Bluetooth-apparaat, zodat u op een veilige manier gegevens
kunt uitwisselen. U maakt een verbinding tussen twee apparaten door op beide
apparaten dezelfde PIN-code (Personal Identification Number) of sleutel in te voeren.
U hoeft slechts eenmaal een verbinding tussen twee apparaten te maken. Nadat een
verbinding tot stand is gebracht, kunnen de apparaten de verbinding herkennen
en gegevens uitwisselen zonder dat de PIN-code opnieuw moet worden ingevoerd.
Zorg ervoor dat de twee apparaten zich binnen een bereik van 10 meter van elkaar
bevinden en dat Bluetooth is ingeschakeld en in de identificeerbare modus staat.
Een Bluetooth-verbinding tot stand brengen
1. Tik op de MDA Vario
Opstarten > Instellingen > tabblad Verbindingen >
Bluetooth aan.
2. Tik op de tab Apparaten
Nieuw partnerverband aan. De MDA Vario zoekt
naar andere Bluetooth-apparaten en geeft deze weer in het vak.
3. Tik in het vak de gewenste apparaatnaam aan.
4. Tik
Volgende aan.
5. Voer een sleutel in om een veilige verbinding tot stand te brengen.
De sleutel moet tussen 1 en 16 tekens lang zijn.
91
Verbinding maken
6. Tik Volgende aan.
7. Voer de sleutel die u zojuist hebt ingevoerd ook in op het andere apparaat.
U kunt echter een nieuwe naam voor het andere apparaat invoeren en bewerken.
8. Tik Voltooien aan.
Een Bluetooth-verbinding accepteren
1.
Zorg ervoor dat Bluetooth is ingeschakeld en in de identificeerbare modus werkt.
2. Tik Ja aan wanneer u wordt gevraagd om een verbinding met het andere
apparaat tot stand te brengen.
3. Voer een sleutel in (dezelfde sleutel die is ingevoerd op het apparaat dat de
verbinding aanvraagt) om een veilige verbinding tot stand te brengen. De
sleutel moet tussen 1 en 16 tekens lang zijn.
4. Tik
Volgende aan.
5. Tik
Voltooien aan. U kunt nu informatie uitwisselen met het andere apparaat.
De naam van een Bluetooth-verbinding wijzigen
1. Tik
Opstarten > Instellingen > tabblad Verbindingen > Bluetooth aan.
2. Houd de verbinding aangetikt op de tab
Apparaat.
3. Tik in het snelmenu
Bewerken aan.
4. Voer een nieuwe naam in voor de verbinding.
5. Tik
Opslaan aan.
Een Bluetooth-verbinding verwijderen
1. Tik
Opstarten > Instellingen > tabblad Verbindingen > Bluetooth aan.
2. Houd de verbinding aangetikt op de tab
Apparaten.
3. Tik
Verwijderen aan in het snelmenu.
92
Verbinding maken
Gegevens verzenden met Bluetooth
1. Houd op de MDA Vario een item aangetikt dat u wilt verzenden.
Dit item kan een afspraak in uw agenda, een taak, een visitekaartje of een
bestand zijn.
2. Tik
Verzenden [type item] aan.
3. Tik de naam aan van het apparaat waarnaar u het item wilt verzenden.
Het
item wordt verzonden naar het apparaat dat u hebt geselecteerd.
Opmerking Als het apparaat waarnaar u het item wilt verzenden niet in het vak wordt
weergegeven, controleert u of het is ingeschakeld en zich dichtbij (binnen 10
meter) de MDA Vario bevindt.
Een Bluetooth-apparaat als modem gebruiken
U kunt een telefoon met Bluetooth-mogelijkheden als modem voor de MDA Vario
gebruiken.
Dat doet u door op de MDA Vario een Bluetooth-modemverbinding tot stand te
brengen en vervolgens via Bluetooth gegevens naar een ander apparaat te verzenden.
Het apparaat geeft de gegevens door via het netwerk en zendt vervolgens eventuele
gegevens die u hebt aangevraagd via de verbinding terug naar de MDA Vario.
Nadat u een modemverbinding met de Bluetooth-telefoon tot stand hebt gebracht,
kunt u deze verbinding op elk gewenst moment gebruiken om de telefoon als modem
te gebruiken. Controleer of de MDA Vario en het doelapparaat zijn ingeschakeld,
of Bluetooth is ingeschakeld en of de apparaten zich dichtbij elkaar bevinden.
Een Bluetooth-apparaat als modem configureren en gebruiken
1. Tik op de MDA Vario
Opstarten > Instellingen > tabblad Verbindingen >
Verbindingen aan.
2. Tik
Een nieuwe modemverbinding toevoegen aan.
3. Voer een naam in voor de verbinding.
4. Tik in de lijst
Kies een modem Bluetooth aan.
5. Tik
Volgende aan.
6. Als het apparaat wordt weergegeven in de lijst
Mijn verbindingen gaat
u verder naar stap 11.
93
Verbinding maken
7. Als het apparaat niet wordt weergegeven in de lijst Mijn verbindingen, tikt
u Nieuw aan en voert u de resterende stappen uit.
8. Selecteer de apparaatnaam in de lijst en tik
Volgende aan.
9. Voer een sleutel in en tik
Volgende aan.
10. Voer dezelfde sleutel op het apparaat in en tik
Voltooien aan.
11. Tik het apparaat aan in de lijst My Connections en tik
Volgende aan.
12.
Voer het te kiezen telefoonnummer in voor deze verbinding en tik Volgende aan.
13. Voer de vereiste aanmeldingsgegevens in voor deze verbinding en tik
Voltooien aan.
U kunt deze service gebruiken voor het programma dat de Bluetooth-verbinding
gebruikt (zoals Inbox op de MDA Vario) om e-mail te verzenden en te ontvangen,
of Internet Explorer om op het web te zoeken.
94
Verbinding maken
Met Comm Manager kunt u de Wi-Fi-internetverbindingen en Bluetooth-
verbindingen op de MDA Vario beheren. Verder kunt u hiermee de functie
voor belsignaal/dempen van de telefoon regelen en ActiveSync starten om te
synchroniseren (zie hoofdstuk 4 voor uitgebreide informatie).
U kunt de energiebesparende modus van het apparaat gebruiken om in
de WLAN-netwerkomgeving optimaal gebruik te maken van de batterij,
uiteenlopende gegevens bekijken met betrekking tot de huidige configuratie
en de signaalkwaliteit, en de netwerkbeveiliging verbeteren.
Als u Wi-Fi-functie van Comm Manager op de MDA Vario wilt gebruiken, hebt
u toegang tot breedbandinternet nodig en het noodzakelijke toegangspunt of
de router die WLAN-signalen afgeeft. Als u geen toegang tot breedbandinternet
hebt, raadpleegt u uw ISP voordat u Wi-Fi probeert in te schakelen.
Scherm Comm Manager
Verbinding maken met een Wi-Fi-netwerk
1. Tik Opstarten > Programma’s > Comm Manager aan of tik het pictogram
voor Comm Manager ( ) aan in het scherm Vandaag om het scherm
Comm Manager te openen.
2. Tik de knop Wi-Fi aan om de draadloze functie in of uit te schakelen. Het
pictogram voor Wi-Fi geeft de status van de draadloze verbinding aan.
6.4 Comm Manager gebruiken
95
Verbinding maken
=
: Wi-Fi is ingeschakeld.
=
: Wi-Fi is uitgeschakeld.
3. Tik in het scherm Wireless Manager
Instellingen > Wi-Fi-instellingen aan om
de vereiste instellingen te configureren. Als de configuratie is voltooid, kunt u
met de MDA Vario een verbinding maken met een Wi-Fi-netwerk.
Tip U kunt ook Opstarten > Instellingen > tabblad Verbindingen > Wireless LAN
aantikken om het scherm Instellingen Wireless LAN te openen.
Batterijstroom besparen terwijl u verbonden bent met een Wi-Fi-netwerk
=
Zet de schuifregelaar Stroombespaarmodus op het tabblad Instellingen
van het scherm Wireless LAN Settings in een stand voor optimalisatie van de
prestaties bij het laagste stroomverbruik.
=
Verplaats de schuifregelaar bijvoorbeeld naar links (Beste prestaties) voor
optimale WLAN-prestaties of naar rechts (Beste accu) voor een maximale
gebruiksduur van de batterij.
96
Verbinding maken
De status van Wireless LAN controleren
U kunt in de volgende drie schermen van de MDA Vario de huidige status van de
draadloze verbinding controleren:
=
Scherm Vandaag. Als u Wi-Fi inschakelt op de MDA Vario, verandert het
pictogram voor Comm Manager in de ingeschakelde modus ( ).
Wi-Fi is ingeschakeld
=
Hoofdscherm Wireless LAN. De huidige verbindingsstatus en signaalkwaliteit
worden voor elk specifiek draadloos kanaal weergegeven in het scherm
Wireless Manager, met de huidige configuratie.
97
Verbinding maken
=
Scherm Draadloze netwerken configureren. Tik Opstarten > Instellingen >
tabblad Verbindingen > Netwerkkaarten aan. In dit scherm worden de
draadloze netwerken weergegeven die momenteel beschikbaar zijn en kunt
u nieuwe netwerken toevoegen als deze beschikbaar zijn.
Opmerking Wi-Fi-netwerken identificeren zichzelf, wat inhoudt dat een verbinding tussen
de telefoon en een Wi-Fi-netwerk zonder extra handelingen tot stand kan
worden gebracht. Voor bepaalde gesloten, draadloze netwerken moet echter
wel een gebruikersnaam en een wachtwoord worden opgegeven.
98
Verbinding maken
Met Terminal Services-client kunt u zich aanmelden bij een pc waarop Terminal
Services of Remote Desktop wordt uitgevoerd en kunt u alle bronnen gebruiken
die beschikbaar zijn op die pc. In plaats van bijvoorbeeld Word Mobile op het
apparaat uit te voeren, kunt u de pc-versie van Word uitvoeren en de doc-
bestanden op die pc openen.
Verbinding maken met een Terminal Server
1.
Tik op de MDA Vario Opstarten > Programma’s > Terminal Services-client aan.
2. Voer de servernaam in.
3. U kunt ook een servernaam in Recente servers selecteren als u onlangs
verbonden bent geweest met een server.
4. Schakel het selectievakje Grootte serverbureaublad aanpassen aan scherm
in als u programma’s wilt gebruiken met een formaat dat is aangepast voor
gebruik op de MDA Vario.
5. Tik
Verbinden aan.
Navigeren binnen Terminal Services-client
Wanneer u verbonden bent met een externe server, ziet u soms meerdere
horizontale en verticale schuifbalken op het scherm van de MDA Vario. Met deze
balken kunt u door de inhoud op de pc schuiven of op het pc-scherm schuiven
door middel van het venster van Terminal Services-client.
Om er zeker van te zijn dat u over het pc-scherm schuift door middel van
Terminal Services-client, gebruikt u de vijf-richtingsknoppen onder aan het
venster Terminal Services-client. Als u wilt dat de gegevens beter op het scherm
van de MDA Vario passen, schakelt u het selectievakje Grootte serverbureaublad
aanpassen aan scherm in. Voor de beste resultaten moeten de programma’s op
de pc zijn gemaximaliseerd.
6.5 Terminal Services-client gebruiken
99
Verbinding maken
De verbinding verbreken zonder een sessie te beëindigen
1. Tik in het scherm Terminal Services-client op de MDA Vario Opstarten >
Afsluiten aan.
2. Tik
Verbinding verbreken aan.
Opmerkingen
=
Gebruik niet het menu Opstarten op de MDA Vario.
= _
Als een netwerkbeheerder Terminal Services-client op de MDA Vario
zo heeft geconfigureerd dat opnieuw een verbinding wordt gemaakt
met sessies waarmee de verbinding is verbroken, en als eerder de
verbinding met een Terminal Server is verbroken zonder dat de
sessie is beëindigd, wordt de verbinding met die sessie hersteld door
Terminal Services-client.
De verbinding verbreken nadat een sessie is beëindigd
1. Tik in het scherm Terminal Services-client op de MDA Vario Opstarten >
Afsluiten aan.
2. Tik
Afmelden aan.
100
Verbinding maken
!T§==Mobile===
Hoofdstuk 7
Berichten uitwisselen
en Outlook gebruiken
7.1 E-mail- en SMS-berichten
7.2 EmailWiz gebruiken
7.3 MMS-berichten
7.4 Pocket MSN Messenger
7.5 Agenda
7.6 Contactpersonen
7.7 Taken
7.8 Notities
102
Berichten uitwisselen en Outlook gebruiken
In Berichten bevinden zich al uw e-mailaccounts en uw SMS-account. U kunt
Outlook-e-mail, internet-e-mail via een internetprovider en SMS-berichten
verzenden en ontvangen. U kunt ook toegang tot e-mail van uw werk krijgen via
een VPN-verbinding. Raadpleeg de Help-informatie op het apparaat voor meer
informatie over e-mail- en SMS-berichten.
Een e-mailaccount instellen
Voordat u berichten kunt verzenden en ontvangen, moet u een e-mailaccount
bij een internetprovider of een account voor een verbinding met een VPN-server
(gewoonlijk een werkaccount) instellen.
1. Tik
Opstarten > Berichten > Berichten aan.
2. Tik
Menu > Extra > Nieuwe account aan.
3. Voer uw e-mailadres in en tik
Volgende aan. Met Autoconfiguratie wordt
geprobeerd de benodigde e-mailserverinstellingen te downloaden, zodat
u deze niet handmatig hoeft in te voeren.
4. Nadat Autoconfiguratie
is voltooid, tikt u Volgende aan.
5. Voer uw naam (de naam die moet worden weergegeven wanneer u e-mail
verzendt), uw gebruikersnaam en wachtwoord in en tik Volgende aan.
Schakel het selectievakje
Wachtwoord opslaan in als u het wachtwoord wilt
opslaan, zodat u het niet opnieuw hoeft in te voeren.
Als Autoconfiguratie is geslaagd, worden de velden Uw naam en Gebruikersnaam
automatisch ingevuld. Tik
Volgende aan en vervolgens Voltooien om het instellen
van uw account te voltooien, of tik Opties aan voor meer instellingen. Bijvoorbeeld:
=
Het interval voor het downloaden van nieuwe berichten wijzigen.
=
Het aantal berichten beperken dat wordt gedownload en de
verificatiemethode voor uitgaande berichten instellen.
=
Bijlagen of delen van berichten downloaden.
Als Autoconfiguratie niet is geslaagd of als u een account hebt voor een
verbinding met een VPN-server, neemt u contact op met uw internetprovider of
netwerkbeheerder voor de volgende gegevens en voert u deze handmatig in:
7.1 E-mail- en SMS-berichten
103
Berichten uitwisselen en Outlook gebruiken
Instelling Beschrijving
Gebruikersnaam
Voer de gebruikersnaam in die u van uw internetprovider of
netwerkbeheerder hebt gekregen. Dit is vaak het eerste deel van
uw e-mailadres (het gedeelte voor het teken @).
Wachtwoord Kies een sterk wachtwoord. U kunt het wachtwoord opslaan, zodat
u het niet steeds hoeft in te voeren wanneer u verbinding maakt met
uw e-mailserver.
Domein Dit is niet vereist voor een account bij een internetprovider, maar
mogelijk wel voor een werkaccount.
Accounttype Selecteer POP3 of IMAP4.
Accountnaam Voer een unieke naam in voor de account, bijvoorbeeld Werk of
Thuis. Deze naam kan later niet worden gewijzigd.
Server voor
inkomende
e-mail
Voer de naam in van uw e-mailserver (POP3 of IMAP4).
Server voor
uitgaande
e-mail
Voer de naam in van uw server voor uitgaande e-mail (SMTP).
SSL-verb.
vereist
Selecteer deze optie om er zeker van te zijn dat u e-mail voor
deze account altijd verzendt via een SSL-verbinding. Zo kunt
u persoonlijke gegevens veiliger verzenden. Let erop dat als u deze
optie selecteert en uw internetprovider geen SSL-verbinding
ondersteunt, u geen e-mail kunt verzenden.
Voor
uitgaande
e-mail is
verificatie
vereist
Selecteer deze optie als uw server voor uitgaande e-mail (SMTP)
verificatie vereist. Hiervoor worden de gebruikernaam en het
wachtwoord gebruikt die u hierboven hebt ingevoerd.
Aparte
instellingen
gebruiken
Selecteer deze optie als voor uw server voor uitgaande e-mail een
andere gebruikersnaam en een ander wachtwoord zijn vereist dan
u hierboven hebt ingevoerd.
104
Berichten uitwisselen en Outlook gebruiken
Instellingen voor uitgaande server:
Gebruikersnaam Voer uw gebruikersnaam in voor de server voor uitgaande e-mail.
Wachtwoord Voer uw wachtwoord in voor de server voor uitgaande e-mail.
Domein Voer het domein in van de server voor uitgaande e-mail.
SSL vereisen
voor uitgaande
e-mail
Selecteer deze optie om er zeker van te zijn dat u e-mail voor
deze account altijd verzendt via een SSL-verbinding. Zo kunt
u persoonlijke gegevens veiliger verzenden. Let erop dat als
u deze optie selecteert en uw internetprovider geen SSL-
verbinding ondersteunt, u geen e-mail kunt verzenden.
Tip U kunt meerdere e-mailaccounts instellen naast uw e-mailaccount van Outlook.
Een bericht opstellen en verzenden
1.
Tik in de berichtenlijst Menu > Accounts wisselen aan en selecteer een account.
2. Tik Nieuw aan.
3. Typ het e-mailadres of het SMS-adres van een of meer geadresseerden
en gebruik een puntkomma als scheidingsteken. Als u toegang tot adressen
en telefoonnummers wilt vanuit Contactpersonen, tikt u Aan aan.
4. Voer uw bericht in. Als u snel algemene berichten wilt toevoegen, tikt u
Menu > Mijn tekst aan en tikt u het gewenste bericht aan.
5. Als u de spelling wilt controleren, tikt u
Menu > Spelling controleren aan.
6. Tik
Verzenden aan.
Tips
=
Als u symbolen wilt invoeren, tikt u Shift aan op het schermtoetsenbord.
=
Als u de prioriteit wilt instellen, tikt u Menu > Berichtopties aan.
=
Als u offline werkt, worden e-mailberichten naar de map Outbox verplaatst en
verzonden wanneer u verbinding maakt.
=
Als u een SMS-bericht verzendt en wilt weten of het is ontvangen, tikt u voordat
u het bericht verzendt Menu > Extra > Opties aan. Tik Tekst aan en schakel
het selectievakje Bezorgbevestiging van bericht vragen in.
105
Berichten uitwisselen en Outlook gebruiken
Een bericht beantwoorden of doorsturen
1. Open het bericht en tik
Beantwoorden of Menu > Allen beantwoorden of
Menu > Doorsturen aan.
2. Voer uw antwoord in. Als u snel algemene berichten wilt toevoegen, tikt
u Menu > Mijn tekst aan en tikt u het gewenste bericht aan.
3. Als u de spelling wilt controleren, tikt u
Menu > Spelling controleren aan.
4. Tik
Verzenden aan.
Tips
=
Schuif naar boven als u meer berichtkopgegevens wilt zien.
= _
Als u altijd het oorspronkelijke bericht wilt opnemen, tikt u in de lijstweergave
Menu > Extra > Opties > tabblad Bericht aan en schakelt u het selectievakje
Oorspronkelijke bericht in antwoord bijvoegen in.
= _
Met de Outlook-e-mailaccount verzendt u minder gegevens als u
het oorspronkelijke bericht niet bewerkt. Dit kan de kosten voor
gegevensoverdracht verlagen, afhankelijk van uw abonnement.
Een bijlage aan een bericht toevoegen
1. Tik in een geopend bericht
Menu > Invoegen aan en tik het item aan dat
u wilt koppelen: Afbeelding, Spraaknotitie of Bestand.
2. Selecteer het bestand dat u wilt toevoegen of neem een spraaknotitie op.
Bijlagen ontvangen
Een bijlage die met een e-mailbericht is verzonden of vanaf de server is
gedownload, wordt weergegeven onder het onderwerp van het bericht. Als
u de bijlage aantikt, wordt de bijlage geopend als deze volledig is gedownload,
of gemarkeerd om te worden gedownload wanneer u de volgende keer e-mail
verzendt en ontvangt. Als u een Exchange Server-e-mailaccount hebt, kunt
u bijlagen ook automatisch met uw berichten downloaden.
Als u een Outlook-e-mailaccount hebt, gaat u als volgt te werk:
1. Tik
Opstarten > Programma’s > ActiveSync aan.
2. Tik
Menu > Options aan.
3. Tik
E-mail > Settings aan en selecteer vervolgens Include File Attachments.
106
Berichten uitwisselen en Outlook gebruiken
Als u een IMAP4-e-mailaccount hebt bij een internetprovider of een account voor
een verbinding met een VPN-server (gewoonlijk een werkaccount), gaat u als
volgt te werk:
1. Tik
Opstarten > Berichten > Berichten aan.
2. Tik Menu > Extra > Opties aan.
3. Tik de naam van de IMAP4-account aan.
4. Tik
Volgende aan totdat u Serverinformatie bereikt en tik Opties aan.
5. Tik
Volgende twee keer aan en selecteer Volledige kopieën van berichten
downloaden en Bijlagen ophalen bij het ophalen van volledig bericht.
Tip Als u bijlagen liever op een geheugenkaart opslaat dan op het apparaat, tikt u
Menu > Extra > Opties > tabblad Opslag aan en schakelt u het selectievakje
Bijlagen opslaanop opslagkaart in.
Berichten downloaden
De manier waarop u berichten downloadt, is afhankelijk van het type account
dat u hebt:
=
Als u e-mail wilt verzenden en ontvangen voor een Outlook-e-mailaccount,
begint u de synchronisatie via ActiveSync. Zie Outlook-gegevens
synchroniseren in hoofdstuk 4 voor meer informatie.
=
Als u e-mailberichten wilt verzenden en ontvangen voor een e-mailaccount bij
een internetprovider (ISP, Internet Service Provider) of een account voor een
verbinding met een VPN-server (gewoonlijk een werkaccount), downloadt
u berichten via een externe e-mailserver. Zie Berichten downloaden vanaf de
server verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie.
=
SMS-berichten ontvangt u automatisch wanneer de telefoon is ingeschakeld.
Wanneer de telefoon is uitgeschakeld (in de vliegtuigmodus), worden
berichten door de serviceprovider bewaard totdat u de telefoon inschakelt.
107
Berichten uitwisselen en Outlook gebruiken
Berichten downloaden vanaf de server
Als u e-mailberichten wilt verzenden en ontvangen voor een e-mailaccount
bij een internetprovider of voor een account voor een verbinding met een
VPN-server (gewoonlijk een werkaccount), moet u eerst verbinding maken met
internet of met het bedrijfsnetwerk (afhankelijk van de account).
1.
Tik Menu > Accounts wisselen aan en tik de account aan die u wilt gebruiken.
2. Tik Menu > Verzenden/ontvangen aan. De berichten op de MDA Vario en
op de e-mailserver worden gesynchroniseerd: nieuwe berichten worden
gedownload naar de map Inbox op het apparaat, berichten in de map
Outbox van het apparaat worden verzonden en berichten die van de server
zijn verwijderd worden uit de map Inbox van het apparaat verwijderd.
Tip
Als u het hele bericht wilt lezen, tikt u in het berichtvenster Menu > Bericht
downloaden aan. Als de berichtenlijst wordt weergegeven, houdt u het bericht
aangetikt en tikt u Menu > Bericht downloaden aan. Het bericht wordt gedownload
wanneer u de volgende keer e-mail verzendt en ontvangt. Berichtbijlagen worden ook
gedownload als u die opties hebt geselecteerd bij het instellen van de e-mailaccount.
Mappen beheren
Elke Berichten-account heeft een eigen mappenhiërarchie met vijf
standaardmappen: Postvak IN, Postvak UIT, Verwijderde items, Concepten
en Verzonden items. De berichten die u met de account verzendt en ontvangt,
worden opgeslagen in deze mappen. U kunt binnen elke hiërarchie ook extra
mappen maken. De map Verwijderde items bevat berichten die van het apparaat
zijn verwijderd. Het gedrag van de mappen Verwijderde items en Verzonden
items is afhankelijk van de Berichtopties die u hebt gekozen.
Als u een Outlook-e-mailaccount gebruikt, worden e-mailberichten in de map
Postvak IN van Outlook automatisch gesynchroniseerd met de MDA Vario.
108
Berichten uitwisselen en Outlook gebruiken
U kunt aangeven dat u ook andere mappen wilt synchroniseren. De mappen
die u maakt en de berichten die u verplaatst worden gespiegeld op de e-
mailserver.
Als u bijvoorbeeld twee berichten vanuit de map Postvak IN naar een
map met de naam Familie verplaatst en hebt opgegeven dat u de map Familie wilt
synchroniseren, maakt de server een kopie van de map Familie en kopieert de
berichten naar die map. U kunt de berichten dan lezen wanneer u niet bij uw pc
bent.
Als u een SMS-account gebruikt, worden berichten opgeslagen in de map Inbox.
Als u een POP3-account gebruikt en e-mailberichten verplaatst naar een map
die u hebt gemaakt, wordt de koppeling verbroken tussen de berichten op het
toestel en de kopieën ervan op de e-mailserver. Wanneer u de volgende keer
verbinding maakt, ontdekt de e-mailserver dat de berichten ontbreken in de
map Postvak IN op het apparaat en worden deze van de e-mailserver verwijderd.
Zo voorkomt u dubbele kopieën van een bericht, maar het betekent ook dat u
geen toegang meer hebt tot berichten die u verplaatst naar mappen die u niet op
het apparaat hebt gemaakt.
Als u een IMAP4-account gebruikt, worden de mappen die u maakt en de
e-mailberichten die u verplaatst, gespiegeld op de e-mailserver. U hebt daardoor
altijd toegang tot de berichten wanneer u verbinding maakt met uw e-mailserver,
zowel vanaf de MDA Vario als vanaf een pc. Mappen worden gesynchroniseerd
als u verbinding maakt met de e-mailserver en als u nieuwe mappen maakt,
mappen verwijdert of mappen een andere naam geeft wanneer u verbonden
bent. U kunt ook voor elke map verschillende downloadopties instellen.
109
Berichten uitwisselen en Outlook gebruiken
Voordat u e-mailberichten kunt verzenden of ontvangen, moet u een
e-mailaccount instellen op het apparaat. Met EmailWiz kunt u heel eenvoudig
een account instellen. Met dit hulpprogramma kunt u e-mailberichten ophalen
van de meeste e-mailproviders wereldwijd.
Een e-mailaccount instellen
1. Tik
Opstarten > Berichten > EmailWiz aan.
2. Het welkomstscherm wordt weergegeven. Tik
Volgende aan.
3. Voer uw e-mailadres in en tik
Volgende aan om door te gaan.
7.2 EmailWiz gebruiken
110
Berichten uitwisselen en Outlook gebruiken
4. Typ in de volgende velden de naam van uw e-mailserviceprovider, het adres
voor inkomende berichten, uw gebruikersnaam, wachtwoord en gegevens
over het servertype. Tik Volgende aan om door te gaan.
5. Geef in de verplichte velden het adres voor uitgaande berichten en de
gegevens over verificatieservices op. Tik
Volgende aan om door te gaan.
6. Tik Gereed aan om de instelprocedure te voltooien en de wizard af te sluiten.
Nu kunt u uw e-mailberichten openen door Berichten aan te tikken in het
scherm Vandaag.
111
Berichten uitwisselen en Outlook gebruiken
Met de MDA Vario kunt u eenvoudig MMS-berichten maken en delen met
vrienden en familie. Terwijl u een nieuw MMS-bericht opstelt, kunt u zelfs met de
camera van het apparaat foto’s maken en videoclips opnemen en deze samen
met het bericht verzenden.
MMS instellen
Voordat u MMS kunt gebruiken, moet u de vereiste instellingen configureren op
de MDA Vario.
Toegang krijgen tot MMS
=
Tik Opstarten > Berichten > Berichten aan.
Opmerkingen
=
U kunt een MMS-bericht ook rechtstreeks verzenden vanuit de
programma’s Afbeeldingen en video’s en Camera. Voer een van de
volgende handelingen uit:
= _
Selecteer een afbeelding in Mijn afbeeldingen en tik Menu >
Verzenden aan. Tik in Selecteer een account MMS aan.
= _
Maak een foto of neem een MMS-videoclip op met de camera en tik
Verzenden aan. Tik in Selecteer een account MMS aan.
7.3 MMS-berichten
112
Berichten uitwisselen en Outlook gebruiken
Een MMS-account instellen
1. Als u de standaard-MMS-account wilt instellen, tikt u
Opstarten >
Berichten > Berichten aan.
2. Tik
Menu > Accounts wisselen > MMS aan.
MMS-berichten beheren
Nadat u de vereiste instellingen hebt geconfigureerd, kunt u beginnen met het
opstellen en beheren van MMS-berichten.
Een MMS-bericht opstellen
U kunt MMS-berichten samenstellen met meerdere dia’s, waarbij elke dia kan
bestaan uit een foto, een geluidsfragment of videoclip en/of tekst.
1. Tik
Opstarten > Berichten > Berichten aan.
2. Tik
Nieuw aan en selecteer vervolgens New Flix Message of New Pix
Message. U kunt bijvoorbeeld New Pix Message selecteren om een MMS-
bericht met foto’s te versturen.
3. Voer bij
Aan het telefoonnummer of het e-mailadres van de ontvanger in
of tik Aan, Cc of Bcc aan om een telefoonnummer of e-mailadres van een
contactpersoon te kiezen.
113
Berichten uitwisselen en Outlook gebruiken
4. Voer een onderwerp voor het bericht in.
5. Tik het pictogram voor invoegen (
) aan om een foto of videoclip te
selecteren en verzenden. Standaard wordt de map Mijn afbeeldingen
geopend. Als u naar een andere map met afbeeldingen of video’s wilt
gaan, tikt u de pijl omlaag ( ) aan die overeenkomt met de map Mijn
afbeeldingen.
6. Selecteer een foto of videoclip. Als deze is geselecteerd, kunt u:
=
aantikken om deze weer te geven.
=
aantikken om deze in te voegen in het MMS-bericht dat u opstelt.
=
aantikken om deze te wissen.
=
De miniatuur aangetikt houden om een snelmenu weer te geven met de
volgende opties: Bestandsinfo en Verwijderen. Selecteer Bestandsinfo
om de bestandsgegevens van de foto of videoclip weer te geven. Selecteer
Verwijderen om de geselecteerde foto of videoclip te verwijderen.
7. Tik op de desbetreffende gebieden om tekst in te voeren of
geluidsfragmenten in te voegen.
8. Tik
Verzenden aan om het bericht te verzenden.
Opmerking De volgende pictogrammen zijn snelkoppelingen naar een aantal bewerkingen
in het MMS-scherm:
=
Tik aan om een voorbeeld van het bericht weer te geven
=
Tik aan om naar de vorige dia te gaan
=
Tik aan om naar de volgende dia te gaan
114
Berichten uitwisselen en Outlook gebruiken
Een MMS-bericht maken op basis van een sjabloon
=
Tik Bewerken > Nieuw uit Sjabloon aan om een bericht op te stellen op
basis van een vooraf gedefinieerde sjabloon.
Opmerking Als u een bericht wilt opslaan als een sjabloon, opent u het bericht en tikt
u Bewerken > Bewaar als Sjabloon aan.
Vooraf gedefinieerde tekst toevoegen aan een MMS-bericht
U kunt tekst uit een lijst met vooraf gedefinieerde woorden of zinnen,
zogenaamde tekstblokken, toevoegen aan een dia.
=
Tik
aan als u tekst wilt toevoegen uit de lijst met Tekstblokken.
=
Als u een zin in deze lijst wilt bewerken of verwijderen, houdt u de tekst
aangetikt en tikt u Bewerken of Verwijderen aan in het snelmenu. Als u een
nieuwe tekst wilt maken en aan de lijst wilt toevoegen, tikt u Nieuw aan
Een geluidsfragment toevoegen aan een MMS-bericht
U kunt geluidsfragmenten toevoegen aan een MMS-bericht. U kunt slechts één
geluidsfragment per dia toevoegen.
115
Berichten uitwisselen en Outlook gebruiken
1. Tik Hierop drukken om een audioclip in te voeren aan.
Standaard wordt de map My sounds geopend. Als u naar een andere map met
afbeeldingen of video’s wilt gaan, tikt u de pijl omlaag ( ) aan die hoort bij de
map My sounds.
2. Selecteer een geluidsbestand. Als u een bestand hebt geselecteerd, kunt u:
=
aantikken om het geluidsfragment af te spelen.
=
aantikken om te pauzeren.
=
aantikken om te stoppen.
=
aantikken om het fragment in te voegen in het MMS-bericht dat u opstelt.
=
aantikken om het fragment te wissen.
=
Als u een nieuw geluidsfragment wilt opnemen en aan het MMS-bericht
wilt toevoegen, tikt u
aan. De opnamemodus wordt geactiveerd
voor een nieuw geluidsfragment. Tik aan om de opname te starten
en
om de opname te stoppen. Het nieuwe geluidsfragment wordt
automatisch ingevoegd in het MMS-bericht.
Een MMS-bericht beantwoorden
=
Tik Menu > Beantwoorden aan als u een antwoord wilt verzenden naar de afzender
van het bericht of tik Menu > Allen beantwoorden aan als u een antwoord wilt
verzenden naar alle personen in de velden Aan, Cc en Bcc van het bericht.
Een MMS-bericht weergeven
U kunt MMS-berichten op verschillende manieren weergeven.
=
Gebruik de volgende besturingselementen voor afspelen: , en .
=
Tik Objecten aan om een lijst weer te geven met bestanden die in het bericht
zijn opgenomen. Als u een bestand wilt opslaan, selecteert u het en tikt u
Extra > Opslaan aan.
=
Schuif met de NAVIGATIETOETS door het bericht om de dia’s handmatig
weer te geven.
116
Berichten uitwisselen en Outlook gebruiken
Een MMS-bericht beantwoorden
=
Tik Opties > Achtergrond aan om een achtergrondkleur te kiezen in de lijst.
=
Tik Opties > Tekst hierboven aan om de opgenomen tekst boven aan het
bericht te plaatsen.
=
Tik Opties > Tekst hieronder aan om de opgenomen tekst onder aan het
bericht te plaatsen.
=
Tik Opties > Berichtopties aan om de verzendtijd, geldigheid, prioriteit,
klasse en andere instellingen voor een bericht te configureren en beheren.
MMS-instellingen wijzigen
U kunt opties instellen om berichten bij te houden, berichten onmiddellijk
te ontvangen, berichten te accepteren of te negeren en een ontvangst- of
leesbevestiging te vragen. U kunt ook een resolutie opgeven voor afbeeldingen
die u verzendt, het aantal bezorgpogingen opgeven en een server instellen voor
toegang tot berichten.
MMS-instellingen configureren
1. Tik
Opstarten > Berichten > Berichten aan.
2. Tik
Menu > MMS configuratie aan.
3. Selecteer een van de volgende opties:
=
Berichten onmiddellijk ophalen. Schakel dit selectievakje in als u
nieuwe berichten automatisch wilt downloaden zonder eerst een
melding te ontvangen. (Wanneer u verbinding maakt met een netwerk,
ontvangt u gewoonlijk een melding wanneer u een nieuw bericht
ontvangt.) U kunt ook aangeven dat u alleen berichten wilt downloaden
wanneer u zich in uw thuisnetwerk bevindt.
=
Verzonden berichten opslaan. Schakel dit selectievakje in als u een
kopie wilt opslaan van berichten die u verzendt.
=
Alle berichten weigeren. Schakel dit selectievakje in als u geen
inkomende MMS-berichten wilt downloaden.
=
Bezorgingsrapport toestaan en Gelezen rapport toestaan. Schakel
deze selectievakjes in als u ontvangst- en leesbevestigingen wilt
verzenden en ontvangen.
117
Berichten uitwisselen en Outlook gebruiken
=
Handtekening gebruiken met deze account. Als u dit selectievakje
inschakelt, kunt u een persoonlijke handtekening opnemen in MMS-
berichten. U kunt uw handtekening bewerken in het veld Handtekening.
=
Pogingen voordat het opgeeft. Selecteer in deze lijst een waarde voor
het aantal keren dat moet worden geprobeerd een bericht te verzenden.
=
Fotoresolutie. Selecteer in deze lijst een waarde voor de resolutie van
afbeeldingen die u verzendt. Als u de oorspronkelijke resolutie verlaagt,
worden berichten sneller verzonden en ontvangen.
=
Servers. Op dit tabblad kunt u een nieuwe server maken of een
bestaande server selecteren om berichten op te slaan en te beheren.
U kunt ook een server als standaardserver instellen door Als standaard
instellen aan te tikken.
118
Berichten uitwisselen en Outlook gebruiken
Met MSN Messenger beschikt u ook op de MDA Vario over de mogelijkheden
van MSN Messenger. Met Pocket MSN Messenger kunt u het volgende doen:
=
U kunt expresberichten verzenden en ontvangen.
=
U kunt zien welke contactpersonen online of offline zijn.
=
U kunt zich abonneren op actuele statusinformatie voor bepaalde
contactpersonen zodat u weet wanneer deze online komen.
=
U kunt voorkomen dat contactpersonen uw status kunnen zien of u berichten
kunnen sturen.
U kunt MSN Messenger alleen gebruiken als de MDA Vario is verbonden met
internet. Zie Verbinding maken met internet in hoofdstuk 6 voor informatie over
het instellen van een internetverbinding.
Opmerking Om MSN Messenger te kunnen gebruiken moet u beschikken over een
Microsoft .NET Passport- of Hotmail-account. Als u een e-mailadres hebt dat
Hotmail.com of MSN.com bevat, beschikt u al over een Passport. Ga naar
http://www.passport.com om een Passport-account in te stellen. Ga naar
http://www.hotmail.com om een Hotmail-account in te stellen.
MSN Messenger starten
1. Tik
Opstarten > Programma’s > Pocket MSN aan.
2. Tik
MSN Messenger aan.
Aanmelden of afmelden
=
Tik het scherm van MSN Messenger aan om u aan te melden. Voer het
e-mailadres en wachtwoord voor uw Passport- of Hotmail-account in en tik
Aanmelden aan. Afhankelijk van de snelheid van uw verbinding kan het
aanmelden enkele minuten duren.
=
Tik Menu > Afmelden aan om u af te melden. Uw status verandert dan in Off line.
Contactpersonen toevoegen of verwijderen
=
Als u een contactpersoon wilt toevoegen, tikt u Menu > Contactpersoon
toevoegen aan en volgt u de instructies op het scherm.
7.4 Pocket MSN Messenger
119
Berichten uitwisselen en Outlook gebruiken
=
Als u een contactpersoon wilt verwijderen, houdt u de naam van die
contactpersoon aangetikt, en tikt u Contactpersoon verwijderen aan.
Een expresbericht verzenden
1.
Tik de naam aan van de contactpersoon aan wie u een bericht wilt verzenden.
2. Voer in het tekstgedeelte onder aan het scherm het bericht in en tik
Verzenden aan.
Tip Als u snel algemene tekst wilt invoeren, tikt u Menu > Mijn tekst aan en selecteert
u tekst in de lijst.
Contactpersonen blokkeren of deblokkeren
=
Als u wilt voorkomen dat een contactpersoon uw status kan zien of
u berichten kan sturen, houdt u de contactpersoon aangetikt en tikt
u vervolgens Blokkeren aan in het snelmenu.
=
Als u een contactpersoon wilt deblokkeren, houdt u de geblokkeerde
contactpersoon aangetikt en tikt u vervolgens Deblokkeren aan in het snelmenu.
Uw eigen Messenger-status controleren
=
Houd uw eigen naam boven aan de pagina aangetikt. In de weergegeven lijst
wordt uw huidige status aangegeven met een opsommingsteken.
De weergavenaam wijzigen
1. Tik
Menu > Opties > tabblad Messenger aan.
2. Voer de naam in die u voor anderen wilt weergeven in MSN Messenger.
Meer hulp bij MSN Messenger
=
Tik in MSN Messenger Start > Help aan.
120
Berichten uitwisselen en Outlook gebruiken
Met Agenda kunt u afspraken plannen, zoals vergaderingen en andere
gebeurtenissen. Uw afspraken voor vandaag kunt u weergeven in het scherm
Vandaag. Als u op de pc Outlook gebruikt, kunt u afspraken synchroniseren
tussen de MDA Vario en de pc. U kunt in Agenda ook instellen dat u aan een
afspraak wordt herinnerd met bijvoorbeeld een geluid of een knipperend lampje.
U kunt afspraken op verschillende manieren weergeven (dag-, week-, maand-,
jaar- of agendaweergave). Tik op een afspraak om gedetailleerde gegevens over
de afspraak weer te geven.
Een afspraak plannen
1. Tik
Opstarten > Agenda > Agenda aan.
2. Tik
Menu > Nieuwe afspraak aan.
3.
Voer een naam in voor de afspraak, plus gegevens zoals de begin- en eindtijd.
4. Als u een afspraak wilt plannen die de hele dag duurt, tikt u Ja aan in het vak
De hele dag.
5. Als u klaar bent, tikt u
OK aan om terug te keren naar de agenda.
Opmerkingen
=
Gebeurtenissen die voor een hele dag gelden, nemen geen tijdblokken
in beslag in Agenda, maar worden weergegeven in horizontale balken
boven aan de agenda.
=
Als u een afspraak wilt annuleren, tikt u de afspraak aan en tikt
u vervolgens Menu > Verwijderen aan.
Tip
Als u wilt dat de tijd automatisch wordt ingevoerd in de dagweergave, tikt u het
tijdvak voor de nieuwe afspraak aan en tikt u Menu > Nieuwe afspraak. aan.
Een vergaderverzoek verzenden
Met Agenda kunt via e-mail vergaderingen plannen met contactpersonen die
Outlook of Outlook Mobile gebruiken.
1. Tik
Opstarten > Agenda > Agenda aan.
2.
Plan een nieuwe afspraak of open een bestaande afspraak en tik Bewerken aan.
3. Tik Genodigden aan
7.5 Agenda
121
Berichten uitwisselen en Outlook gebruiken
4. Typ de naam van de contactpersoon die u wilt uitnodigen.
5. Tik voor elke volgende genodigde
Toevoegen en vervolgens de naam aan.
6. Tik
OK aan.
7. Het vergaderverzoek wordt de volgende keer dat u de MDA Vario met de pc
synchroniseert, naar de genodigden verzonden.
Opmerking Wanneer genodigden uw vergaderverzoek accepteren, wordt de vergadering
automatisch aan hun planningen toegevoegd. Wanneer hun antwoord naar
u wordt verzonden, wordt uw agenda ook bijgewerkt.
Een standaardherinnering instellen voor alle nieuwe afspraken
U kunt automatisch een herinnering inschakelen voor alle nieuwe afspraken die u plant.
1. Tik Opstarten > Agenda > Agenda aan.
2. Tik
Menu > Opties > tabblad Afspraken aan.
3. Schakel het selectievakje
Herinneringen instellen voor nieuwe items in.
4. Stel de tijd in waarop u gewaarschuwd wilt worden.
5. Tik
OK aan om terug te keren naar de agenda.
122
Berichten uitwisselen en Outlook gebruiken
De functie Contactpersonen is uw adresboek en het gebied waar u gegevens
opslaat over personen en bedrijven waarmee u communiceert. U slaat hier
telefoonnummers, e-mailadressen, privé-adressen en andere gegevens op
die betrekking hebben op een contactpersoon, zoals een verjaardag of een
speciale datum. U kunt ook een afbeelding of een beltoon toewijzen aan een
contactpersoon.
Vanuit de lijst met contactpersonen kunt u snel met mensen communiceren.
Tik op een contactpersoon in de lijst voor een overzicht van de gegevens van de
contactpersoon. Van daaruit kunt u bellen of een bericht verzenden.
Als u op de pc Outlook gebruikt, kunt u contactpersonen synchroniseren tussen
de MDA Vario en de pc.
Een contactpersoon maken
1. Tik
Opstarten > Contactpersonen > Contactpersonen aan.
2. Tik
Nieuw aan en voer de gegevens van de contactpersoon in.
3. Wanneer u klaar bent, tikt u
OK aan.
Tips
= _
Als iemand die niet voorkomt in uw lijst met contactpersonen, u belt of een
bericht stuurt, kunt u een contactpersoon maken vanuit de belgeschiedenis of
vanuit het bericht door Menu > Opsl. in Contactpersonen aan te tikken.
= _
In de lijst met gegevens van contactpersonen ziet u waar u een afbeelding of
een beltoon aan een contactpersoon kunt toewijzen.
Gegevens van een contactpersoon wijzigen
1. Tik
Opstarten > Contactpersonen > Contactpersonen aan.
2. Tik de contactpersoon aan.
3. Tik
Menu > Bewerken aan en voer de wijzigingen in.
4. Wanneer u klaar bent, tikt u
OK aan.
7.6 Contactpersonen
123
Berichten uitwisselen en Outlook gebruiken
Werken met de lijst met contactpersonen
U kunt de lijst met contactpersonen op verschillende manieren gebruiken en
aanpassen. Hier volgen enkele tips:
1. Tik
Opstarten > Contactpersonen > Contactpersonen aan
2.
Ga in de lijst met contactpersonen op een van de volgende manieren te werk:
=
In de naamweergave kunt u een contactpersoon zoeken door een naam
of nummer in te voeren, of door de alfabetische index te gebruiken. Als u
wilt overschakelen naar de naamweergave, tikt u Menu > Weergeven op
> Naam aan.
=
Als u een overzicht wilt weergeven van de gegevens van een
contactpersoon, tikt u de contactpersoon aan. Van daaruit kunt u de
contactpersoon ook bellen of een bericht verzenden.
=
Als u een lijst wilt weergeven met de beschikbare acties voor een
contactpersoon, houdt u de contactpersoon aangetikt.
=
Als u een lijst wilt weergeven van contactpersonen bij een bepaald bedrijf, tikt
u Menu > Weergeven op > Bedrijf aan. Tik vervolgens de bedrijfsnaam aan.
Een SIM-contactpersoon naar Contactpersonen kopiëren
Als u contactpersonen op de SIM-kaart hebt opgeslagen, kunt u deze naar
Contactpersonen op de MDA Vario kopiëren.
1. Tik
Start > Contactpersonen > SIM Manager aan.
2. Selecteer het gewenste item en tik
Extra > Opsl. in Contactpersonen aan.
Een contactpersoon zoeken
Er zijn verschillende manieren om een contactpersoon te zoeken wanneer de lijst
erg lang is.
1. Tik
Opstarten > Contactpersonen > Contactpersonen aan.
2.
Als de naamweergave niet is geopend, tikt u Menu > Weergeven op > Naam aan.
124
Berichten uitwisselen en Outlook gebruiken
3. Voer een van de volgende handelingen uit:
=
Begin met het invoeren van een naam of telefoonnummer in het tekstvak,
totdat de gewenste contactpersoon wordt weergegeven. Als u alle
contactpersonen wilt weergegeven, tikt u het tekstvak aan en wist u de
tekst of tikt u de pijl rechts van het tekstvak aan.
=
Gebruik de alfabetische index boven aan de lijst met contactpersonen.
=
Filter de lijst op categorieën. Tik in de lijst met contactpersonen
Menu > Filter aan. Tik vervolgens een categorie aan die u aan een
contactpersoon hebt toegewezen. Als u alle contactpersonen wilt
weergeven, selecteert u
Alle contactpersonen.
125
Berichten uitwisselen en Outlook gebruiken
Met de functie Taken kunt u dingen bijhouden die u nog moet doen. Een taak
kan één keer voorkomen of herhaaldelijk terugkeren. U kunt herinneringen voor
taken instellen en taken indelen in categorieën.
Uw taken worden weergegeven in een takenlijst. Achterstallige taken worden
rood weergegeven.
Een taak maken
1. Tik
Opstarten > Agenda > Taken aan.
2. Tik
Nieuw aan, voer een onderwerp voor de taak in en vul gegevens zoals
begin- en eindtijd en prioriteit in.
3. Wanneer u klaar bent, tikt u
OK aan.
Tip U kunt eenvoudig een korte taak toevoegen. Tik het vak Tik hier voor nieuwe taak
aan, voer een onderwerp in en druk op ENTER. Als het invoervak voor taken niet
beschikbaar is, tikt u Menu > Opties aan en schakelt u het selectievakje Invoerbalk
Taken weergeven in.
De prioriteit van een taak wijzigen
Voordat u taken op prioriteit kunt sorteren, moet u voor elke taak een prioriteit opgeven.
1. Tik Opstarten > Agenda > Taken aan.
2. Tik de taak aan waarvan u de prioriteit wilt wijzigen.
3. Tik
Bewerken aan en tik in het vak Prioriteit een prioriteit aan.
4. Tik
OK aan om terug te keren naar de takenlijst.
Opmerking Standaard wordt aan alle nieuwe taken de prioriteit Normaal toegewezen.
Een standaardherinnering instellen voor alle nieuwe taken
U kunt automatisch een herinnering inschakelen voor alle nieuwe taken die u maakt.
1. Tik Opstarten > Agenda > Taken aan.
2. Tik
Menu > Opties aan.
7.7 Taken
126
Berichten uitwisselen en Outlook gebruiken
3. Schakel het selectievakje Herinneringen instellen voor nieuwe items in.
4. Tik
OK aan om terug te keren naar de takenlijst.
Opmerking Voor de nieuwe taken moeten einddatums zijn ingesteld als u herinneringen
wilt laten weergeven.
Begin- en einddatums weergeven in de takenlijst
1. Tik
Opstarten > Agenda > Taken aan.
2. Tik
Menu > Opties aan.
3. Schakel het selectievakje
Begindatum en einddatum weergeven in.
4. Tik
OK aan.
Een taak zoeken
Wanneer de lijst met taken lang is, kunt u een subset van de taken weergeven of
de lijst sorteren om snel een bepaalde taak te zoeken.
1. Tik
Opstarten > Agenda > Taken aan.
2. Ga in de takenlijst op een van de volgende manieren te werk:
=
Sorteer de lijst. Tik Menu > Sorteren op aan en tik een sorteeroptie aan.
=
Filter de lijst op categorie. Tik Menu > Filter aan en tik de categorie aan
die u wilt weergeven.
Tip Als u de taken verder wilt filteren, tikt u Menu > Filter > Actieve taken of Voltooide
taken aan.
127
Berichten uitwisselen en Outlook gebruiken
7.8 Notities
In Notities kunt u snel ideeën, vragen, herinneringen, lijsten met actiepunten
en notulen van vergaderingen vastleggen. U kunt handgeschreven en getypte
notities maken, spraaknotities opnemen, handgeschreven notities naar tekst
converteren en notities naar anderen verzenden.
Gegevens invoeren in Notities
Er zijn verschillende manieren om gegevens in te voeren in een notitie. U kunt getypte
tekst invoeren met het toetsenbord op het scherm of handgeschreven tekst invoeren
met software voor handschriftherkenning. U kunt ook met de pen rechtstreeks op
het scherm schrijven of tekenen. Op apparaten met een opnamefunctie kunt u een
zelfstandige opname maken of een opname insluiten in een notitie.
De standaardinvoermethode voor Notities instellen
Als u regelmatig tekeningen toevoegt aan uw notities, kan het handig zijn om
Schrijven in te stellen als de standaardinvoermethode. Als u de tekst liever typt,
selecteert u Invoeren.
1. Tik
Opstarten > Agenda > Notities aan.
2. Tik in de lijst met notities
Menu > Opties aan.
3. Tik in het vak
Standaardmodus een van de volgende opties aan:
=
Schrijven als u wilt tekenen of handgeschreven tekst wilt invoeren in een notitie.
=
Invoeren als u een getypte notitie wilt maken.
4. Tik OK aan.
Een notitie maken
1.
Tik Opstarten > Agenda > Notities aan. Tik in de lijst met notities Nieuw aan.
2. Tik de pijl Input Selector naast het pictogram Invoermethode op de
menubalk aan, tik de gewenste invoermethode aan en voer de tekst in.
3. Als de pijl
Input Selector niet wordt weergegeven, tikt u het pictogram
Invoermethode aan.
4. Als u klaar bent, tikt u
OK aan om terug te keren naar de lijst met notities.
128
Berichten uitwisselen en Outlook gebruiken
!T§==Mobile===
Hoofdstuk 8
Werken met multimedia
8.1 De camera gebruiken
8.2 Afbeeldingen en video’s gebruiken
8.3 Windows Media Player gebruiken
8.4 Speler voor Streaming Video gebruiken
130
Werken met multimedia
Met de ingebouwde camera van het toestel kunt u gemakkelijk foto’s maken en
videoclips met geluid opnemen.
Schakelen naar een van de cameramodi
=
Tik Opstarten > Programma’s > Camera aan, of
=
Tik Opstarten > Afbeeldingen en video’s > pictogram Camera aan, of
=
Druk op de knop CAMERA op het toestel.
De knop CAMERA
Camerafunctie afsluiten
=
Tik het pictogram voor afsluiten ( ) aan.
De camera gebruiken
Met de camera van het toestel kunt u op een flexibele manier met verschillende
ingebouwde modi foto’s maken en videoclips opnemen. De cameramodus is
standaard ingesteld op de modus voor fotograferen. Rechtsonder in het scherm
wordt de actieve vastlegmodus weergegeven. Ga op een van de volgende
manieren te werk om een andere vastlegmodus te kiezen:
=
Tik of aan op het scherm.
=
Druk de NAVIGATIETOETS naar links of naar rechts.
8.1 De camera gebruiken
131
Werken met multimedia
Huidige vastlegmodus
De camera beschikt over de volgende vastlegmodi:
=
Foto: Hiermee maakt u standaardfoto’s.
=
Video: Hiermee neemt u videoclips met of zonder geluid op.
=
MMS Video: Hiermee neemt u videoclips op die geschikt zijn om via MMS te
verzenden.
=
Contacts Picture: Hiermee maakt u een foto die u onmiddellijk kunt
toewijzen als foto-id voor een contactpersoon.
=
Afbeeldingsthema: Hiermee maakt u foto’s die u in kaders plaatst.
=
Sport: Hiermee maakt u automatisch een reeks foto’s (5 ~ 30) gedurende
een korte tijd en met een bepaalde frequentie.
=
Burst: Hiermee maakt u een reeks foto’s (maximaal 30) zolang u de knop
CAMERA op het toestel of de knop ENTER op de NAVIGATIETOETS
ingedrukt houdt.
Ondersteunde bestandsindelingen
In bovenstaande vastlegmodi maakt de camera van het apparaat bestanden met
de volgende indelingen:
Opnametype Indeling
Stilstaand beeld BMP, JPEG
Video Motion-JPEG AVI (.avi), MPEG-4 (.mp4)
MMS Video H.263 baseline (.3gp), MPEG-4 (.mp4)
Burst / Sport
JPEG
132
Werken met multimedia
Snelkoppelingen gebruiken in de cameramodus
In de cameramodus kunt u de volgende knoppen en pictogrammen op het
apparaat als snelkoppelingen gebruiken voor verschillende bewerkingen.
De knop ENTER
Druk op ENTER om een foto te maken in de fotomodus. Druk op ENTER om een
inkomende videogegevensstroom op te nemen. Druk opnieuw op deze knop om
de opname te stoppen.
De NAVIGATIETOETS
=
Druk de NAVIGATIETOETS omhoog of omlaag om de zoomfactor te
verhogen of verlagen.
=
Druk de NAVIGATIETOETS naar links of naar rechts om de vorige of de
volgende vastlegmodus te kiezen.
De knop CAMERA
Druk op de knop CAMERA van het toestel om over te schakelen naar de
cameramodus. Als de cameramodus al is geactiveerd, drukt u één keer om een
foto te maken of de opname van een videoclip te starten.
Pictogrammen voor cameramodi
Fotomodus
Videomodus
133
Werken met multimedia
=
Indicator voor huidige tijd. De tijdindicator geeft de huidige tijd aan
(bijvoorbeeld, in de afbeelding is de huidige tijd ).
=
Indicator voor resterende opnamen. Het filmpictogram ( ) geeft
aan hoeveel opnamen er nog mogelijk zijn op basis van de huidige instellingen.
=
Indicator voor resolutie. Het pictogram voor de resolutie ( / / / / )
geeft de huidige resolutie aan.
=
Indicator voor omgeving. Het pictogram voor omgeving ( / / / / / )
geeft de huidige omgeving aan.
=
Indicator voor zoomfactor. U kunt de pijl omhoog/omlaag (
/
)
aantikken op het scherm om in of uit te zoomen.
=
Knop om andere modus te kiezen. U kunt de pijl naar links/naar rechts (
/
)
aantikken op het scherm om over te schakelen naar een andere vastlegmodus.
=
Indicator voor zelfontspanner. Als de zelfontspanner is ingeschakeld, wordt
het pictogram voor de timer (
) weergegeven op het scherm. Als u in deze
modus op de knop ENTER of de knop CAMERA drukt om een foto te nemen,
begint de timer terug te tellen en wordt de foto genomen nadat de ingestelde
tijd is verstreken (5 of 10 seconden).
=
Knop voor vorige/volgende sjabloon. Tik in modus Afbeeldingsthema
het pictogram voor sjabloonkeuze (
/
) aan om het vorige/volgende
sjabloon in de reeks weer te geven.
=
Camera-instellingen. Tik het gereedschapspictogram ( ) aan om het
scherm Camera-instellingen te openen. Tik OK aan om terug te keren naar
de cameramodus.
=
Flitser. Tik het flitserpictogram aan om de flitser in of uit te schakelen. Het
pictogram geeft aan dat de flitser is ingeschakeld en geeft aan dat de
flitser is uitgeschakeld.
=
Weergavefunctie. Tik het pictogram voor de weergavefunctie ( ) aan om
de foto of video in Afbeeldingen en video’s weer te geven.
=
Afsluiten. Tik het pictogram voor afsluiten ( ) aan om het programma
Camera af te sluiten.
134
Werken met multimedia
Vastlegmodi voor foto’s gebruiken
In de vastlegmodi voor foto’s, zoals Foto, Contacts Picture, Afbeeldingsthema,
Sport en Burst, kunt u foto’s maken door op de knop CAMERA op het toestel of
op de knop ENTER op de NAVIGATIETOETS te drukken. In de vastlegmodi voor
foto’s worden de formaten BMP en JPEG ondersteund. U geeft het gewenste
formaat op in het scherm Camera-instellingen.
Wanneer u een opname maakt in de vastlegmodus Afbeeldingsthema, kunt
u een ingebouwde sjabloon selecteren in de standaardmap met sjablonen. Als
u de verschillende sjablonen wilt bekijken en een sjabloon wilt selecteren, tikt
u het pictogram voor sjabloonkeuze of gereedschapspictogram aan om een
sjabloon te kiezen in het scherm Camera-instellingen.
De vastlegmodus Video gebruiken
In de vastlegmodus Video kunt u op de knop CAMERA of de knop ENTER
drukken om het opnemen van een videoclip (al of niet met geluid) te starten.
Druk nogmaals op de knop CAMERA of de knop ENTER om met opnemen
te stoppen. Standaard wordt het eerste frame van de opgenomen videoclip
afgespeeld in het voorbeeldscherm.
Voordat u een videoclip opneemt, kunt u een limiet voor de opnametijd en de
bestandsgrootte opgeven in het scherm Camera-instellingen, zodat de opname
automatisch stopt wanneer de clip die limiet heeft bereikt.
In het scherm Camera-instellingen kunt u het vastlegformaat instellen op Motion-
JPEG AVI of MPEG-4.
De vastlegmodus MMS Video gebruiken
In de vastlegmodus MMS Video beschikt u over extra opties om gemakkelijk een
videobestand op te nemen en via MMS te verzenden. Druk op de knop ENTER
of de knop CAMERA drukken om het opnemen van een videoclip (al of niet met
geluid) te starten. Druk nogmaals op de knop ENTER of de knop CAMERA om
met opnemen te stoppen.
135
Werken met multimedia
Er is een vaste, vooraf ingestelde bestandsgrootte opgegeven voor videoclips die
u in de modus MMS Video opneemt, om de grootte van videoclips die u via MMS
wilt verzenden te beperken. De opname stopt automatisch wanneer deze limiet is
bereikt. U kunt de opname echter ook handmatig stoppen voordat de opgegeven
limiet wordt bereikt. De digitale tijdsindicator linksonder in het scherm geeft de
tijdslimiet in seconden aan.
Als formaat voor de opname kunt u H.263 of MPEG-4 opgeven in het scherm
Camera-instellingen. Het ideale formaat voor MMS is echter H.263 (3GPP). Nadat
u het videobestand hebt opgenomen, tikt u in het voorbeeldscherm op
om
het bestand via MMS te verzenden.
136
Werken met multimedia
Het voorbeeldscherm gebruiken
Nadat u een foto hebt genomen of een videoclip hebt opgenomen, kunt u het
resultaat bekijken in het voorbeeldscherm. Verder kunt u de foto of videoclip
verzenden via e-mail of onmiddellijk verwijderen.
Pictogrammen in de weergavemodus
Fotoweergavescherm
Videoweergave
=
Terug naar voorbeeld. Tik
aan om terug te keren naar de cameramodus
om een opname te maken.
=
Versturen. Tik
aan om de opname via e-mail/MMS naar iemand te verzenden.
=
Verwijderen
. Tik
aan om de opname te verwijderen.
=
Weergeven in Afbeeldingen. Tik
aan om het programma Afbeeldingen
en video’s te openen. De opname wordt weergegeven in de detailweergave.
=
Weergeven in Windows Media Player. Tik in de vastlegmodus Video aan om
Windows Media Player te openen en de zojuist opgenomen video af te spelen.
=
Toewijzen aan contactpersonen. Tik aan om het nieuwe bestand direct
naar iemand in de lijst met contactpersonen te verzenden.
Het voorbeeldscherm openen
1. Tik in de cameramodus
Extra > Opties > de tab Algemeen aan.
2. Schakel het selectievakje
Weergeven na vastleggen in. Denk er aan dat dit
selectievakje standaard is ingeschakeld zodat de foto of videoclip direct na
de opname wordt weergegeven.
137
Werken met multimedia
In- en uitzoomen
Wanneer u met de hoofdcamera een foto maakt of een videoclip opneemt,
kunt u inzoomen om een object dichterbij te halen en uitzoomen om een object
verder weg te plaatsen. In alle vastlegmodi gebruikt u de NAVIGATIETOETS
op het apparaat of tikt u op het driehoekige pijltje omhoog naast de
indicator voor de zoomfactor om in te zoomen op een foto of een inkomende
videogegevensstroom. Wanneer de zoomlimiet is bereikt, hoort u een pieptoon.
Druk de NAVIGATIETOETS omlaag of tik de pijl omlaag aan om uit te zoomen.
Het zoombereik van de hoofdcamera voor een foto of een videoclip is afhankelijk
van de vastlegmodus en de vastleggrootte. Hier volgt een overzicht.
Vastlegmodus Instelling vastleggrootte Zoombereik
Foto
Geschaald (1600 x 1280) Zoomen is niet mogelijk
1,3 M (1280 x 1024) 1,0 x tot 2,0 x
Groot (640 x 480) 1,0 x tot 2,0 x
Normaal (320 x 240) 1,0 x tot 4,0 x
Klein (160 x 120) 1,0 x tot 8,0 x
Video en MMS
Video
Normaal (176 x 144) 1,0 x tot 2,0 x
Klein (128 x 96) 1,0 x tot 2,0 x
Contacts Picture
Groot (640 x 480) 1,0 x tot 2,0 x
Normaal (320 x 240) 1,0 x tot 4,0 x
Klein (160 x 120) 1,0 x tot 8,0 x
Afbeeldingsthema
Wordt bepaald door de
huidige sjabloon
Afhankelijk van de grootte
van de geladen sjabloon
Sport
Groot (640 x 480) 1,0 x tot 2,0 x
Normaal (320 x 240) 1,0 x tot 4,0 x
Klein (160 x 120) 1,0 x tot 8,0 x
Burst
Groot (640 x 480) 1,0 x tot 2,0 x
Normaal (320 x 240) 1,0 x tot 4,0 x
Klein (160 x 120) 1,0 x tot 8,0 x
138
Werken met multimedia
Opmerking De beschikbare vastleggrootten voor bepaalde vastlegformaten variëren ook
per vastlegmodus. Het zoombereik is berekend op basis van de volgende
verhouding:
= _
1,0 x = normale grootte (niet in- of uitgezoomd)
= _
2,0 x = dubbele grootte
= _
4,0 x = vierdubbele grootte
= _
8,0 x = achtdubbele grootte
Het scherm Camera-instellingen gebruiken
Tik tijdens het maken van een foto of videoclip in een van de vastlegmodi
het gereedschapspictogram ( ) aan om het scherm Camera-instellingen
te openen. In het scherm Camera-instellingen kunt u de opname-instellingen
configureren.
U kunt de volgende instellingen configureren in het scherm Camera-instellingen.
139
Werken met multimedia
Instelling Actie
Vastlegmodus Een vastlegmodus selecteren
Vastlegformaat
Een vastlegformaat selecteren
Vastleggrootte Een vastleggrootte selecteren
Opnamefrequentie Een opnamefrequentie selecteren
Opnamebeperking De maximale tijd of bestandsgrootte voor de opname
opgeven
Sjabloon Een sjabloon selecteren
Bladeren Naar een map gaan die sjablonen bevat
Burst aantal Selecteren hoeveel opnamen automatisch worden gemaakt
Ambiance Een omgevingstype selecteren
Nadat u de instellingen hebt geconfigureerd, tikt u in het scherm Camera-
instellingen OK of Camera starten aan om terug te keren naar het
camerascherm.
Het menu Werkset gebruiken
Het menu Werkset in het scherm Camera-instellingen bevat de volgende
geavanceerde opties om functies voor de cameramodus te configureren en aan
te passen.
140
Werken met multimedia
Het item Aanpassen
Tik Werkset > Aanpassen aan om de weergave-eigenschappen van de camera
aan te passen, zoals Contrast, Helderheid, Verzadiging, Tint en Gamma.
Selecteer een van deze eigenschappen in de lijst en verplaats de schuifregelaar
(of tik de schuifregelaar aan) om de waarde te wijzigen. In het voorbeeldvenster
van het scherm Aanpassen wordt het effect van de wijzigingen weergegeven. Tik
OK aan om de instellingen op te slaan. U kunt op elk moment Opnieuw instellen
aantikken om de standaardwaarden van alle eigenschappen te herstellen.
Het item Opties
Tik Werkset > Opties aan om het scherm Opties met de volgende drie tabbladen
weer te geven:
=
Tabblad Algemeen. Dit bevat de volgende opties:
=
Sluitergeluid uitschakelen. Schakel dit selectievakje in om alle
standaardgeluiden uit te schakelen die worden afgespeeld als u een foto
maakt of een videoclip opneemt.
=
Backlight ingeschakeld laten wanneer in vizier. Schakel dit
selectievakje in zodat de verlichting ingeschakeld blijft als u de
inkomende videogegevensstroom weergeeft. Hiermee overschrijft u de
verlichtingsinstellingen van het toestel.
=
Weergeven na vastleggen. Schakel dit selectievakje in als u de foto
direct na de opname wilt weergeven. Het voorbeeldscherm bevat
opties waarmee u verschillende bewerkingen kunt uitvoeren op het
nieuwe bestand. Als u dit selectievakje uitschakelt, worden alle nieuw
opgenomen bestanden opgeslagen met de standaardbestandsnaam en
keert u terug naar het camerascherm.
=
‘Datum en tijd stempel’ toepassen tijdens vastleggen van
afbeeldingen. Schakel dit selectievakje in om de huidige datum en tijd
automatisch op te nemen in de opnamen.
=
Trillingsaanpassing. Om een trillend beeld te voorkomen moet u de
juiste frequentie (Auto, 50 Hz of 60 Hz) instellen voor het land waar het
toestel wordt gebruikt.
=
Opslaan naar. Geef aan waar u de bestanden wilt opslaan. U kunt de
bestanden opslaan in het hoofdgeheugen of op een opslagkaart.
=
Tabblad Afbeelding. Hier staan afbeeldingsinstellingen voor opgenomen
bestanden.
141
Werken met multimedia
=
Voorvoegsel type en Voorvoegsel reeks. Standaard krijgt elk nieuw
opgenomen afbeeldingsbestand de naam ‘IMAGE’ gevolgd door een
volgnummer, bijvoorbeeld: IMAGE_00001.jpg. Als u dit voorvoegsel wilt
wijzigen, selecteert u Reeks in de lijst Voorvoegsel type en voert u de
gewenste tekens in het vak Voorvoegsel reeks in.
=
Teller index. Standaard bestaat de naam van nieuw opgenomen
afbeeldingsbestanden uit een voorvoegsel en een volgnummer,
zoals 00000, 00001, 00002, etc. Als u het eerste volgnummer voor
opgenomen afbeeldingsbestanden opnieuw wilt instellen op 00001, tikt
u Opnieuw instellen aan.
=
JPEG kwaliteit. Selecteer de JPEG-kwaliteit voor alle opgenomen foto’s.
U kunt kiezen uit SuperFijn, Fijn, Normaal en Basaal.
=
Zelf-timer. Selecteer de optie voor de zelfontspanner bij het maken
van opnamen: Uit, 5 seconden of 10 seconden. Als u 5 seconden of
10 econden selecteert, wordt de opname gedurende de aangegeven tijd
uitgesteld nadat u op CAMERA of ENTER hebt gedrukt.
=
Tabblad Video. Met de opties op dit tabblad kunt u de geavanceerde
instellingen voor opgenomen videobestanden configureren.
=
Voorvoegsel type en Voorvoegsel reeks. Standaard krijgt elk nieuw
opgenomen videobestand de naam ‘VIDEO’ gevolgd door een
volgnummer, bijvoorbeeld: VIDEO_00001.avi. Als u dit voorvoegsel wilt
wijzigen, selecteer u Reeks in de lijst Voorvoegsel type en voert u de
gewenste tekens in het vak Voorvoegsel reeks in.
=
Teller index. Standaard bestaat de naam van nieuw opgenomen
videobestanden uit een voorvoegsel en een volgnummer, zoals 00000,
00001, 00002, etc. Als u het eerste volgnummer voor opgenomen
videobestanden opnieuw wilt instellen op 00001, tikt u Opnieuw
instellen aan.
=
Opnemen met audio. Schakel dit selectievakje in als u videoclips met
geluid wilt opnemen. Dit selectievakje is standaard ingeschakeld. Als
u dit selectievakje uitschakelt en daarna een videoclip opneemt, wordt
het geluid niet opgenomen.
142
Werken met multimedia
Met het programma Afbeeldingen en video’s kunt u afbeeldingen en videoclips
met de volgende indelingen verzamelen, ordenen en sorteren op het toestel.
Bestandstype Bestandsextensies
Afbeelding *.bmp, *.jpg
Video *.avi, *.wmv, *.mp4, *.3gp
U kunt de afbeeldingen als een diavoorstelling weergeven, via infrarood of via e-
mail verzenden, bewerken of als achtergrond voor het scherm Vandaag instellen.
Een afbeelding of videoclip naar het toestel kopiëren
U kunt afbeeldingen vanaf de pc naar het toestel kopiëren en daarop weergeven.
=
Kopieer de afbeeldingen vanaf de pc of vanaf een opslagkaart naar de map
Mijn afbeeldingen op het toestel.
Zie de Help van ActiveSync op de pc voor meer informatie over het kopiëren van
bestanden van een pc naar het toestel.
Opmerking U kunt ook afbeeldingen door middel een geheugenkaart van een pc naar het
toestel kopiëren. Plaats de geheugenkaart in de kaartsleuf van het toestel en
kopieer de afbeeldingen van de pc naar de map die u op de geheugenkaart
hebt gemaakt.
Afbeeldingen weergeven
1. Tik Opstarten > Afbeeldingen en video’s aan. De afbeeldingen in de map
Mijn afbeeldingen worden standaard weergegeven als miniaturen.
2. Selecteer een afbeelding en tik
Beeld aan. Als u een afbeelding niet kunt
vinden in de standaardmap Mijn afbeeldingen, tikt u op de pijl-omlaag ( )
om naar een andere map te gaan.
8.2 Afbeeldingen en video’s gebruiken
143
Werken met multimedia
Pijl-omlaag
Het mediapictogram
Tik dit aan om de geselecteerde afbeelding weer te geven.
Afbeeldingen en video’s
Video’s met geluid afspelen
1. Tik Opstarten > Afbeeldingen en video’s aan. De videobestanden in de
map Mijn afbeeldingen worden standaard weergegeven als miniaturen met
een speciaal pictogram ( ).
2. Selecteer een video en tik de miniatuur aan om de video af te spelen met de
ingebouwde Windows Media Player.
Diavoorstellingen weergeven
U kunt op het toestel afbeeldingen weergeven in de vorm van een diavoorstelling.
Elke afbeelding wordt 5 seconden weergegeven in een volledig scherm.
1. Tik Opstarten > Afbeeldingen en video’s aan.
2. Tik
Menu > Diavoorstelling starten aan.
Opmerking
U kunt opgeven hoe afbeeldingen worden geschaald om de weergave in een
diavoorstelling te optimaliseren. Tik Menu > Opties aan en tik vervolgens Staande
afbeeldingen of Liggende afbeeldingen aan op het tabblad Diavoorstelling.
Tik ergens op het scherm om de werkbalk Diavoorstelling weer te geven
waarmee u onder andere de diavoorstelling kunt stoppen of onderbreken en de
weergave kunt draaien. Druk de NAVIGATIETOETS naar rechts of links om de
vorige of volgende dia weer te geven.
144
Werken met multimedia
Afbeeldingen en videoclips sorteren
Als u een groot aantal afbeeldingen of videoclips op het toestel opslaat, kan het
handig zijn om deze te sorteren, zodat u snel een bepaalde afbeelding of clip
kunt vinden. U kunt sorteren op naam, datum en grootte.
1. Tik
Opstarten > Afbeeldingen en video’s aan.
2. Tik de
sorteerlijst (standaard met het label Datum) aan en selecteer het item
waarop u wilt sorteren (Naam, Datum of Grootte).
Een afbeelding of videoclip verwijderen
Ga op een van de volgende manieren te werk om een afbeelding of videoclip te
verwijderen:
=
Selecteer een afbeelding of een videoclip in het scherm Afbeeldingen en video’s
en tik Menu
> Verwijderen aan. Tik Ja aan om het verwijderen te bevestigen.
=
Houd de miniatuur van de afbeelding die u wilt verwijderen aangetikt en tik
Verwijderen aan.
Een afbeelding of videoclip bewerken
U kunt afbeeldingen draaien en bijsnijden en de helderheid en het kleurcontrast
aanpassen.
1. Tik
Start > Afbeeldingen en video’s aan.
2. Tik de afbeelding aan die u wilt bewerken.
3. Tik
Menu > Bewerken aan en voer een van de volgende bewerkingen uit:
=
Tik Draaien aan als u een afbeelding 90 graden linksom wilt draaien.
=
Tik Menu > Bijsnijden aan als u een afbeelding wilt bijsnijden. Tik en
sleep vervolgens het gebied dat u wilt bijsnijden. Tik buiten het vak om te
stoppen met bijsnijden.
=
Tik Menu > Autocorrectie aan als u de helderheid en het contrast van
een afbeelding wilt aanpassen.
Opmerking Tik Menu > Ongedaan maken aan als u een bewerking ongedaan wilt
maken. Als u alle niet-opgeslagen wijzigingen wilt annuleren, tikt u Terug
naar Opgeslagen aan.
145
Werken met multimedia
Een afbeelding instellen als achtergrond voor het scherm Vandaag
U kunt een afbeelding gebruiken als achtergrond voor het scherm Vandaag.
1. Tik
Opstarten > Afbeeldingen en video’s aan
2. Selecteer de afbeelding die u als achtergrond wilt instellen.
3. Tik
Menu > Inst. als Achtergrond Vandaag aan.
4. Selecteer bij
Doorzichtigheidsniveau een hoger percentage voor een
transparantere afbeelding of een lager percentage voor een minder
transparante afbeelding.
5. Tik
OK aan.
Afbeeldingen en videoclips verzenden via e-mail
U kunt afbeeldingen en videoclips naar andere apparaten verzenden via e-mail.
1. Stel Berichten eerst in voor het verzenden en ontvangen van berichten.
2. Selecteer in het programma het item dat u wilt verzenden.
3. Tik
Menu > Verzenden aan en selecteer een account (zoals Outlook E-mail
of MMS) om het bijgevoegde item te verzenden.
4. Er wordt een nieuw bericht gemaakt waar het item is bijgevoegd.
5. Voer de naam van de ontvanger en het onderwerp in en tik Verzenden aan.
De volgende keer dat u het toestel synchroniseert, wordt het bericht verzonden.
Opmerking Afbeeldingen en videoclips worden automatisch opgeslagen voordat ze
worden verzonden.
Een afbeelding via infrarood verzenden
U kunt een afbeelding naar een vriend of een familielid verzenden via infrarood.
1. Tik
Opstarten > Afbeeldingen en video’s aan.
2. Tik de afbeelding aan die u via infrarood wilt verzenden.
3. Tik
Menu > Verzenden aan.
4. Selecteer een apparaat om de afbeelding te verzenden.
5. Tik
OK aan.
146
Werken met multimedia
Afbeeldingen aan contactpersonen toewijzen
U kunt een afbeelding aan een contactpersoon toewijzen, zodat u de
contactpersoon op elk moment eenvoudig kunt identificeren.
1. Tik
Opstarten > Afbeeldingen en video’s aan
2. Selecteer de afbeelding die u wilt toewijzen aan een contactpersoon.
3. Tik
Menu > Opslaan in Contactpersonen aan.
4. Tik de contactpersoon aan of navigeer en tik
Selecteren aan om de
contactpersoon te kiezen in uw lijst met contactpersonen.
Geavanceerde opties gebruiken
1. Tik
Opstarten > Afbeeldingen en video’s aan
2. Selecteer de afbeelding waarvoor u geavanceerde instellingen wilt
configureren.
3. Tik
Menu > Opties aan. Het scherm Opties wordt weergegeven. In dit
scherm kunt u het volgende doen:
=
Het formaat van een afbeelding wijzigen, zodat u deze sneller via e-mail
kunt verzenden.
=
De weergave-instellingen voor diavoorstellingen configureren en
schermbeveiligingsopties activeren.
=
De instellingen voor de camera en camcorder van het toestel
configureren.
147
Werken met multimedia
Met Microsoft Windows Media Player 10 Mobile for Pocket PC kunt u digitale
geluids- en videobestanden afspelen die zijn opgeslagen op het toestel of in een
netwerk, bijvoorbeeld op een website.
Met Windows Media Player kunt u zowel geluids- als videobestanden afspelen.
De volgende bestandsindelingen worden ondersteund door deze versie van
Windows Media Player.
Ondersteunde bestandsindelingen Bestandsextensies
Video
=
Windows Media Video
=
MPEG4 (eenvoudig profiel)
=
H.263
=
Motion JPEG
=
3GPP2
wmv, .asf
.mp4
.3gp
.avi
.3g2
Geluid
=
Windows Media Audio
=
MP3
=
MIDI
=
AMR Narrow Band
=
AMR Wide Band
=
AAC
=
3GPP2
.wma
.mp3
.mid, .midi, .rmi
.amr
.awb
.m4a
.gcp
8.3 Windows Media Player gebruiken
148
Werken met multimedia
De besturingselementen
De volgende besturingselementen zijn beschikbaar in Windows Media Player.
Opdracht Actie Opdracht Actie
Een bestand
afspelen.
Het volume
verhogen.
Een bestand
onderbreken.
Het volume
verlagen.
Naar het begin van
het huidige bestand
of naar het vorige
bestand gaan.
Het geluid in- of
uitschakelen.
Naar het volgende
bestand gaan.
Een video afspelen
in het volledige
scherm.
De voortgang
aanpassen van
een bestand dat
wordt afgespeeld.
Een website
weergeven waarop
u muziek en video’s
kunt vinden die
u kunt afspelen.
Opmerking
Als de hardware van het toestel dit ondersteunt, kunt u bestanden snel vooruit en
achteruit spoelen door de besturingselementen Links/Rechts ingedrukt te houden.
De schermen en de menu’s
Windows Media Player heeft drie hoofdschermen:
=
Scherm Windows Media. Het standaardscherm waarin de besturingselementen
(zoals voor afspelen,
pauze, volgende, vorige en volume), het venster voor
albumillustraties en het videovenster worden weergegeven. U
kunt het uiterlijk
van dit scherm wijzigen door een andere weergave te kiezen.
=
Scherm Afspelen. Het scherm waarin de huidige afspeellijst wordt
weergegeven. Deze speciale afspeellijst geeft het huidige afspeelbestand
aan en de bestanden die zich in de afspeelwachtrij bevinden.
149
Werken met multimedia
=
Scherm Bibliotheek. In dit scherm kunt u snel zoeken naar uw
geluidsbestanden, videobestanden en afspeellijsten. Het scherm bevat
categorieën zoals Mijn muziek, Mijn video’s, Mijn tv en Mijn afspeellijsten.
Onder aan het scherm vindt u een Menu. De opdrachten in dit menu zijn
afhankelijk van het scherm dat wordt weergegeven.
Menu van het scherm Windows Media
Wanneer het scherm Windows Media wordt weergegeven, bevat het Menu de
volgende opdrachten.
Opdracht Actie
Bibliotheek
Het scherm Bibliotheek openen waarin u een bestand kunt kiezen
om af te spelen.
Afspelen/pauze Afspelen starten of onderbreken.
Stoppen Afspelen stoppen.
Willekeurige
volgorde/herhalen
De items in de huidige afspeellijst willekeurig/herhaaldelijk
afspelen.
Volledig scherm
Een video die wordt afgespeeld, wordt in het volledige scherm
weergegeven.
Opties
Diverse opties van Windows Media Player aanpassen, zoals
netwerk, uiterlijk en opties voor hardwareknoppen.
Eigenschappen Informatie weergeven over het bestand dat wordt afgespeeld.
Over
Informatie over Windows Media Player weergeven, zoals het
versienummer.
150
Werken met multimedia
Menu van het scherm Afspelen
Wanneer het scherm Afspelen wordt weergegeven, bevat het Menu de volgende
opdrachten.
Opdracht Actie
Bibliotheek
Het scherm Bibliotheek openen waarin u een bestand kunt kiezen om
af te spelen.
Omhoog/Omlaag
Het geselecteerde item in de afspeellijst omhoog/omlaag verplaatsen.
Verwijderen uit
afspeellijst
Het geselecteerde item uit de afspeellijst verwijderen.
Willekeurige
volgorde/herhalen
De items in de huidige afspeellijst willekeurig/herhaaldelijk afspelen.
Wissen wat nu
wordt afgespeeld
De items uit de afspeellijst Afspelen wissen.
Foutdetails
Foutgegevens van het geselecteerde item weergeven (voor het item
staat een uitroepteken als er foutgegevens beschikbaar zijn).
Eigenschappen Informatie weergeven over het geselecteerde bestand.
Menu van het scherm Bibliotheek
Wanneer het scherm Bibliotheek wordt weergegeven, bevat het Menu de
volgende opdrachten.
Opdracht Actie
Omhoog in
wachtrij
Het geselecteerde item toevoegen aan het einde van de huidige
afspeellijst (Afspelen).
Verwijderen uit
bibliotheek
Het geselecteerde item uit de bibliotheek verwijderen.
Afspelen Het scherm Afspelen weergeven.
Bibliotheek
Het scherm Bibliotheek openen waarin u een bestand kunt kiezen
om af te spelen.
Bibliotheek
bijwerken
Nieuwe items van het apparaat of een opslagkaart toevoegen aan de
bibliotheek.
Bestand openen
Bestanden zoeken en afspelen die op het apparaat of een opslagkaart
zijn opgeslagen, maar niet in de bibliotheek staan.
URL openen
Een bestand afspelen dat zich in een netwerk bevindt, bijvoorbeeld
een bestand op internet.
Eigenschappen Informatie weergeven over het geselecteerde bestand.
151
Werken met multimedia
Licenties en beveiligde bestanden
Aan sommige inhoud (zoals digitale mediabestanden die u van internet
downloadt, nummers van cd’s en video’s) zijn licenties gekoppeld, waardoor
de bestanden niet onrechtmatig kunnen worden gedistribueerd of gedeeld.
Licenties worden gemaakt en beheerd met behulp van DRM (Digital Rights
Management), de technologie voor het beveiligen van inhoud en het beheren
van toegangrechten. Bij sommige licenties is het mogelijk dat u bestanden die
u naar het apparaat hebt gekopieerd niet kunt afspelen. Bestanden waaraan
licenties zijn gekoppeld, worden ook wel ‘beveiligde bestanden’ genoemd.
Als u een beveiligd bestand van een pc naar het apparaat wilt kopiëren, gebruikt
u de mediaspeler om het bestand met het apparaat te synchroniseren (in plaats
van het bestand bijvoorbeeld van een map op de pc naar een map op het
apparaat te slepen). Hierdoor wordt zowel het beveiligde bestand als de licentie
gekopieerd. Zie de Help van de mediaspeler voor meer informatie over het
synchroniseren van bestanden tussen uw toestel en andere mobiele apparaten.
Opmerking U kunt de beveiligingsstatus van een bestand bekijken als u de
bestandeigenschappen weergeeft (tik Menu > Eigenschappen aan).
Items afspelen op het toestel
In de bibliotheek kunt u geluidsbestanden, video’s en afspeellijsten zoeken en
afspelen die op het toestel of op een verwisselbare opslagkaart zijn opgeslagen.
1. Als het scherm Bibliotheek niet is geopend, tikt u op
Menu > Bibliotheek.
2. Tik in het scherm Bibliotheek de pijl Bibliotheek (boven in het scherm) aan
en tik vervolgens de bibliotheek aan die u wilt openen (bijvoorbeeld Mijn
apparaat of Opslagkaart).
3. Tik een categorie aan (bijvoorbeeld Mijn muziek of Mijn afspeellijsten), houd
het item aangetikt dat u wilt afspelen (zoals een nummer, een album of de
naam van een artiest), en tik Afspelen aan.
152
Werken met multimedia
Opmerking Als u een bestand wilt afspelen dat wel op het apparaat maar niet in de
bibliotheek is opgeslagen, tikt u in het scherm Bibliotheek Menu > Bestand
openen aan. Houd het item aangetikt dat u wilt afspelen (zoals een bestand
of een map), en tik Afspelen aan.
Een item in een netwerk afspelen
Gebruik de opdracht URL openen om een geluidsbestand of een video af te
spelen die op internet of op een netwerkserver is opgeslagen.
1. Als het scherm Windows Media niet wordt weergegeven, tikt u OK aan om
het huidige scherm te sluiten en het scherm Windows Media te openen.
2. Tik
Menu > URL openen aan.
3. Voer een van de volgende handelingen uit:
=
Voer in het vak URL een netwerkadres in.
=
Tik in het vak Geschiedenis een URL aan die u al eerder hebt gebruikt.
Opmerking
Als u een item in een netwerk wilt afspelen, moet u verbonden zijn met het
netwerk. Zie de Help bij Verbindingen op het apparaat voor meer informatie over
het maken van een externe verbinding tussen het apparaat en een netwerk.
Bestanden naar het apparaat kopiëren
Gebruik de nieuwste versie van de mediaspeler (Windows Media Player 10 of
hoger) om digitale mediabestanden met het apparaat te synchroniseren (in
plaats van een bestand bijvoorbeeld van een map op de pc naar een map op het
apparaat te slepen). Als u de mediaspeler gebruikt, weet u zeker dat licenties van
beveiligde bestanden ook worden gekopieerd.
Wanneer u bestanden synchroniseert, moet u de bestanden altijd synchroniseren
met een opslagkaart die in het toestel is geplaatst. Synchroniseer bestanden niet
met een opslagkaart die in een kaartlezer is geplaatst. Synchroniseer bestanden
ook niet met de interne opslaglocatie (RAM-geheugen) van het toestel. Zie de
Help van de mediaspeler op de pc voor meer informatie over het synchroniseren
van bestanden met mobiele apparaten.
Opmerking Geluidsbestanden worden sneller gekopieerd als de mediaspeler zodanig is
geconfigureerd dat het kwaliteitsniveau van geluidsbestanden die naar het
apparaat worden gekopieerd, automatisch wordt ingesteld. Zie de Help van
de mediaspeler op de pc voor meer informatie.
153
Werken met multimedia
Toegankelijkheid voor personen met een handicap
Microsoft vindt het belangrijk dat iedereen haar producten en diensten eenvoudig
kan gebruiken. Er zijn een groot aantal toegankelijkheidsfuncties ingebouwd in
de producten van Microsoft, inclusief functies voor personen die moeite hebben
met typen of met het gebruik van een muis, voor blinden en slechtzienden en voor
doven en slechthorenden. Zie het gedeelte over toegankelijkheid op de Microsoft-
website (http://www.microsoft.com/enable/default.aspx) voor meer informatie
over de volgende onderwerpen.
=
Toegankelijkheid in Microsoft Windows
=
Microsoft-producten aanpassen voor personen met een handicap
=
Gratis stapsgewijze zelfstudies
=
Microsoft-documentatie in alternatieve vormen
=
Ondersteunende technologie voor Windows
=
Klantenservice voor personen die doof of slechthorend zijn
Opmerking De informatie in dit gedeelte is van toepassing op gebruikers die licenties voor
Microsoft-producten hebben in de Verenigde Staten. Als u dit product buiten
de Verenigde Staten hebt aangeschaft, bevat uw pakket een informatiekaart
waarmee u contact kunt opnemen met de vestiging in uw land over de
producten en diensten die beschikbaar zijn in uw regio.
Problemen oplossen
Als er een probleem optreedt tijdens het gebruik van Windows Media Player, zijn er
verschillende bronnen beschikbaar die u kunnen helpen het probleem op te lossen.
Op de website van Microsoft vindt u meer informatie over het oplossen van
problemen met Windows Media Player Mobile (http://www.microsoft.com/
windows/windowsmedia/player/windowsmobile/troubleshooting.aspx).
154
Werken met multimedia
Met Streaming Video kunt u op het apparaat rechtstreeks vanaf het web
videogegevensstromen inclusief geluid afspelen. Een videogegevensstroom is
een bestand dat is opgebouwd uit ‘bewegende beelden’. Het bestand wordt in
pakketten over het netwerk verzonden en met geluid rechtstreeks op het scherm
weergegeven. Met een videostroom hoeft de kijker niet te wachten totdat het
complete, meestal grote bestand op het apparaat is gedownload voordat de
video kan worden bekeken of het geluid hoorbaar is. De media worden in een
constante stroom verzonden en worden samen met het geluid afgespeeld zodra
deze binnenkomen. Het programma Streaming Video op het apparaat speelt de
videogegevensstroom af vanuit de buffer, vaak een blok lokaal geheugen (RAM).
Als u dergelijke videogegevensstromen wilt bekijken, hebt u het programma
Streaming Video nodig. Dit programma zorgt voor het decomprimeren van de
video- en geluidsgegevens en geeft deze gegevens door naar het scherm en de
luidsprekers. Een videogegevensstroom wordt normaal gesproken verzonden
vanuit vooraf opgenomen videobestanden, maar kan ook in het kader van een
live uitzending worden verzonden. Het programma Streaming Video op het
toestel ondersteunt alleen RTSP-koppelingen naar *.3gp- en *.mp4-bestanden.
Een bestand met een videogegevensstroom dat wordt gedownload vanaf een
RTSP-koppeling en op het apparaat wordt afgespeeld, heeft de extensie .sdp.
8.4 Speler voor Streaming Video gebruiken
155
Werken met multimedia
Een bestand met een videogegevensstroom op het toestel afspelen
Als u een stroomsgewijs videobestand op het apparaat wilt afspelen, start
u Streaming Video en geeft u de gewenste bestandsnaam en locatie op om
het bestand af te spelen. U kunt ook op internet zoeken naar bestanden met
videogegevensstromen of naar live video (RTSP-koppelingen met bijbehorende
videobeelden) en deze aantikken zodat deze rechtstreeks op het apparaat
worden afgespeeld met het programma Streaming Video.
1. Tik
Opstarten > Programma’s > Streaming Video aan.
2. Tik in het programma
Verbinden aan.
3. Voer de URL van de website (rtsp://) en de bestandsnaam (.sdp) in.
4. Tik
Voltooid aan.
5. Tik
Menu > Afspelen/pauze aan om de videogegevensstroom af te spelen
of te onderbreken.
6. Tik
Inzoomen of Uitzoomen aan om het videoscherm te vergroten of te
verkleinen.
7. Tik
Voltooid aan.
U kunt ook de pictogrammen in het programma gebruiken om de
stroomsgewijze video af te spelen, te onderbreken, te stoppen, te dempen of
erop in of uit te zoomen. Als u de video vooruit of achteruit wilt spoelen, tikt u de
schuifregelaar op de navigatiebalk aan en verschuift u deze.
Opmerking Voordat u Streaming Video start, moet u een verbinding met internet hebben.
Bestandsinformatie van stroomsgewijze video weergeven
U kunt de eigenschappen en algemene informatie van een stroomsgewijze
videoclip weergeven, zoals bestandsindeling, audio-codec, grootte, frames en
duur van de video.
=
Tik in het programma Menu > Eigenschappen aan.
156
Werken met multimedia
Verbindingsinstellingen voor stroomsgewijze video configureren
U kunt de verbindingsinstellingen voor een stroomsgewijze videobestand
configureren, zoals het maken van een verbinding met internet of met een
bedrijfsnetwerk (intranet) om een stroomsgewijze videoclip te zoeken.
U kunt ook een serie poortnummers opgeven die voor stroomsgewijze
gegevensoverdracht moeten worden gebruikt.
=
Tik in het programma Menu > Opties aan.
!T§==Mobile===
9.1 Word Mobile
9.2 Excel Mobile
9.3 Diavoorstellingen bekijken met PowerPoint Mobile
9.4 ClearVue PDF gebruiken
9.5 MIDlet Manager gebruiken
9.6 ZIP gebruiken
9.7 Gesproken snelkeuze gebruiken
Hoofdstuk 9
Andere toepassingen
158
Andere toepassingen gebruiken
Word Mobile is een gestroomlijnde versie van Microsoft Word. Word-
documenten die u op een pc hebt gemaakt, kunt u op het apparaat openen en
bewerken. U kunt ook documenten en sjablonen maken en bewerken in Word
Mobile en opslaan als *.doc-, *.rtf-, *.txt- en *.dot-bestanden.
Er kan slechts één document tegelijk zijn geopend. Wanneer u een tweede
document opent, wordt het eerste document automatisch opgeslagen en gesloten.
Wanneer u een nieuw document sluit, bestaat de naam automatisch uit de eerste
paar woorden in het document en wordt het in de documentenlijst van Word
Mobile geplaatst. U kunt het document eenvoudig een andere naam geven en
het naar een andere map of een opslagkaart verplaatsen.
Een bestand maken
1. Tik in Word Mobile Nieuw aan.
2. Er wordt een leeg document of een lege sjabloon weergegeven, afhankelijk
van wat u hebt geselecteerd als de standaardsjabloon.
3. Voer de gewenste tekst in.
4. Als u klaar bent, tikt u op
OK om het bestand op te slaan.
Niet-ondersteunde functies in Word Mobile
In Word Mobile worden niet alle functies van Microsoft Word volledig ondersteund,
zoals wijzigingen markeren en wachtwoordbeveiliging. Sommige gegevens en
opmaak kunnen verloren gaan als u het document op het apparaat opslaat.
De volgende functies worden niet ondersteund in Word Mobile.
=
Achtergronden
=
Vormen en tekstvakken
=
Artistieke paginaranden
=
Infolabels
=
Metabestanden
9.1 Word Mobile
159
Andere toepassingen gebruiken
=
Bidirectionele tekst. Hoewel u in Word Mobile documenten met
bidirectionele tekst kunt openen, kunnen de inspringingen en de uitlijning
onjuist worden weergegeven en opgeslagen.
=
Bestanden die met een wachtwoord zijn beveiligd. In Word Mobile
kunt u geen documenten openen die zijn beveiligd met een wachtwoord.
Als u het document op het apparaat wilt weergeven, moet u eerst de
wachtwoordbeveiliging in Word op de pc verwijderen.
=
Documentbeveiliging. In Word Mobile kunt u geen bestanden weergeven
die in Word op de pc zijn beveiligd.
De volgende functies worden gedeeltelijk ondersteund in Word Mobile.
=
Afbeeldingen als opsommingstekens
=
Wijzigingsmarkeringen
=
Tabelstijlen
=
Stijlen voor onderstreping. Onderstreepte stijlen die niet in Word Mobile
worden ondersteund, worden omgezet in een van de vier stijlen die wel
worden ondersteund: normaal, gestippeld, golvend of dik/vet/breed.
=
Oude Pocket Word-bestanden. U kunt *.psw-bestanden openen in Word
Mobile, maar als u een dergelijk bestand bewerkt, moet u het opslaan als
*.doc-, *.rtf-, *.txt- of *.dot-bestand.
De volgende functies worden niet ondersteund op het apparaat, maar blijven
wel behouden in het bestand, zodat ze op de juiste manier worden weergegeven
wanneer het bestand weer op de pc wordt geopend.
=
Voetnoten, eindnoten, kopteksten, voetteksten
=
Pagina-einden
=
Lijsten
=
Lettertypen en tekengrootten. Lettertypen die niet op het apparaat worden
ondersteund, worden omgezet in het meest geschikte beschikbare lettertype,
hoewel het oorspronkelijke lettertype wel wordt vermeld op het apparaat.
160
Andere toepassingen gebruiken
In Excel Mobile kunt u eenvoudig Excel-werkmappen en -sjablonen openen
en bewerken die op een pc zijn gemaakt. U kunt op het apparaat ook nieuwe
werkmappen en sjablonen maken.
Tips
=
Werk in een volledig scherm, zodat u zoveel mogelijk van uw werkmap kunt zien.
= _
Tik Beeld > In-/uitzoomen aan en selecteer een percentage waarmee u het
werkblad goed kunt lezen.
Niet-ondersteunde functies in Excel Mobile
In Excel Mobile worden sommige functies, zoals formules en opmerkingen
in cellen, niet volledig ondersteund. Sommige gegevens en opmaak kunnen
verloren gaan als u de werkmap op het apparaat opslaat. Let bij opmaak in Excel
Mobile op het volgende:
=
Uitlijning. De kenmerken voor horizontale, verticale en omlopende tekst
blijven hetzelfde, maar verticale tekst wordt horizontaal weergegeven.
=
Randen. Worden weergegeven als een enkele lijn.
=
Celpatronen. Patronen die op cellen zijn toegepast, worden verwijderd.
=
Lettertypen en tekengrootten. Lettertypen die niet op het apparaat
worden ondersteund, worden omgezet in het meest geschikte beschikbare
lettertype. Het oorspronkelijke lettertype wordt vermeld op het apparaat.
Wanneer de werkmap weer wordt geopend in Excel op de pc, worden de
gegevens weergegeven in het oorspronkelijke lettertype.
=
Getalnotaties. Getallen die zijn opgemaakt met de functie voor
voorwaardelijke opmaak van Microsoft Excel 97, worden weergegeven met
de notatie Getal.
=
Formules en functies. Als een Excel-bestand een functie bevat die niet wordt
ondersteund in Excel Mobile, wordt de functie verwijderd en wordt alleen de
waarde van de functie weergegeven. De volgende formules worden ook naar
waarden geconverteerd: formules die zijn ingevoerd als een matrix of die een
matrixargument bevatten, bijvoorbeeld =SUM({1;2;3;4}), formules die externe
verwijzingen of verwijzingen naar een intersectie van bereiken bevatten,
en formules die verwijzingen voorbij rij 16384 bevatten, worden vervangen
door #REF!
9.2 Excel Mobile
161
Andere toepassingen gebruiken
=
Beveiligingsinstellingen. De meeste beveiligingsfuncties voor werkbladen
en werkmappen worden uitgeschakeld, maar niet verwijderd. Ondersteuning
voor wachtwoordbeveiliging is echter wel verwijderd. Werkmappen die
met een wachtwoord zijn beveiligd of werkmappen waarin een of meer
werkbladen met een wachtwoord zijn beveiligd, kunt u niet openen. U moet
eerst de wachtwoordbeveiliging verwijderen in Excel op de pc en vervolgens
synchroniseren om het bestand op het toestel te openen.
=
Zoominstellingen. Blijven niet behouden. In Excel wordt een zoominstelling
per werkblad ondersteund, terwijl de zoominstelling in Excel Mobile van
toepassing is op de hele werkmap.
=
Werkbladnamen. Namen die verwijzen naar werkbladen in dezelfde
werkmap worden juist weergegeven, maar namen die verwijzen naar andere
werkmappen, matrices, bijvoorbeeld ={1;2;3;4}, matrixformules of intersecties
van bereiken, worden verwijderd uit de namenlijst. Een naam die uit de lijst is
verwijderd, blijft wel bestaan in formules en functies, zodat het resultaat van
deze formules ‘#NAME?’ is. Alle verborgen namen zijn niet meer verborgen.
=
AutoFilter-instellingen. Worden verwijderd. U kunt echter de opdracht
AutoFilter in Excel Mobile gebruiken om soortgelijke functies uit te voeren.
Als op een werkblad een AutoFilter is toegepast waardoor rijen zijn verborgen,
blijven de rijen verborgen wanneer het bestand wordt geopend in Excel Mobile.
Met de opdracht Zichtbaar maken kunt u de verborgen rijen weergeven.
=
Grafiekopmaak. Alle grafieken worden opgeslagen op de manier waarop
ze worden weergegeven in Excel Mobile. Niet-ondersteunde grafiektypen
worden gewijzigd in een van deze ondersteunde typen: kolom-, staaf-,
lijn-, cirkel-, spreidings- en vlakdiagram. Achtergrondkleuren, rasterlijnen,
gegevenslabels, trendlijnen, schaduw, 3D-effecten, secundaire assen en
logaritmische schalen worden uitgeschakeld.
=
Werkbladfuncties. De volgende functies worden niet ondersteund in
Excel Mobile en worden verwijderd of gewijzigd wanneer een werkmap op
het apparaat wordt geopend: verborgen bladen zijn niet meer verborgen;
VBA-modules, macrobladen en dialoogbladen worden verwijderd en
vervangen door een tijdelijk blad; tekstvakken, tekenobjecten, afbeeldingen,
lijsten, voorwaardelijke opmaak en besturingselementen worden verwijderd;
draaitabelgegevens worden naar waarden geconverteerd.
162
Andere toepassingen gebruiken
In PowerPoint Mobile kunt u diapresentaties in de vorm van *.ppt- en *.pps-
bestanden openen die op een pc zijn gemaakt met PowerPoint 97 en hoger.
Veel presentatie-elementen die in diapresentaties zijn ingebouwd, zoals
diaovergangen en animaties, worden op het apparaat afgespeeld. Bij een
presentatie met een tijdsinstelling wordt de volgende dia automatisch
weergegeven. Koppelingen naar URL’s worden ook ondersteund.
De volgende PowerPoint-functies worden niet ondersteund op het apparaat:
=
Notities. Notities voor dia’s zijn niet zichtbaar.
=
Dia’s bewerken of opnieuw rangschikken. Met PowerPoint Mobile kunt
u alleen presentaties weergeven.
=
Bestandsindelingen. Bestanden met een *.ppt-indeling van vóór PowerPoint 97
en HTML-bestanden met de *.htm- of *.mht-indeling worden niet ondersteund.
Een diapresentatie starten
1. Tik
Opstarten > Programma’s > PowerPoint Mobile aan.
2. Tik in de lijst met presentaties op de diavoorstelling die u wilt weergeven.
3. Tik op de huidige dia om naar de volgende dia te gaan.
Bij een presentatie met een tijdsinstelling wordt de volgende dia automatisch
weergegeven.
Een diavoorstelling stoppen
=
Tik in een PowerPoint Mobile-presentatie > Voorstelling beëindigen
aan.
9.3 Diavoorstellingen bekijken met
PowerPoint Mobile
163
Andere toepassingen gebruiken
Navigeren tussen dia’s
Bij een presentatie zonder tijdsinstelling kunt u naar de volgende dia gaan, naar
de vorige dia terugkeren of naar een willekeurige dia gaan.
1. Tik
Opstarten > Programma’s > PowerPoint Mobile aan.
2. Open de presentatie die u wilt weergeven.
3. Tik
> Volgende of Vorige aan of tik Ga naar dia aan en tik de dia aan
die u wilt weergeven.
Tip Tik de huidige dia aan om naar de volgende dia te gaan.
Opmerkingen
= _
Als u hebt ingezoomd om meer details van een dia weer te geven, kunt
u pas naar een andere dia gaan nadat u hebt uitgezoomd.
= _
Als u Volgende of Vorige aantikt, wordt er mogelijk een animatie
op een dia afgespeeld in plaats van dat een andere dia wordt
weergegeven.
164
Andere toepassingen gebruiken
Met ClearVue PDF kunt u PDF-bestanden (Portable Document Format)
weergeven. Deze bestanden hebben gewoonlijk de extensie *.pdf.
Een PDF-bestand openen op het toestel
1. Tik Opstarten > Programma’s > ClearVue PDF aan.
2. Tik
Bestand > Openen aan om een lijst met de PDF-bestanden op het toestel
weer te geven.
3. Tik het bestand aan dat u wilt weergeven.
Navigeren door een PDF-document
U kunt het volgende doen:
=
Tik de pijlen omhoog, omlaag, naar links of naar rechts op de horizontale en
verticale schuifbalken aan om op de pagina in de gewenste richting te gaan.
=
Druk de NAVIGATIETOETS omhoog, omlaag, naar rechts of naar links om
naar een ander deel van de pagina te gaan.
=
Tik de ruimte tussen de pijlen en de schuifbalk aan met de pen om met één
scherm tegelijk in de gewenste richting te gaan.
=
Gebruik de toetsen met de pijlen omhoog, omlaag, naar links en naar rechts op
het QWERTY-toetsenbord om op de pagina in de gewenste richting te gaan.
9.4 ClearVue PDF gebruiken
165
Andere toepassingen gebruiken
=
Tik het scherm op een willekeurige plaats aan met de pen en sleep
vervolgens om alle delen van de pagina te kunnen bekijken.
Het weergegeven gedeelte groter of kleiner maken
1. Open een PDF-bestand dat u wilt weergeven.
2. Tik
In-/uitzoomen aan
3. Selecteer een vooraf gedefinieerde zoomfactor of
Paginabreedte of
Hele pagina.
4. Tik
Aangepast aan om zelf een zoomfactor in te stellen.
166
Andere toepassingen gebruiken
MIDlet’s zijn Java-toepassingen die op mobiele apparaten kunnen worden
uitgevoerd. Het apparaat ondersteunt Java 2 Micro Edition, J2ME. Met
MIDlet Manager kunt u Java-toepassingen downloaden, zoals spelletjes en
hulpprogramma’s die speciaal zijn ontwikkeld voor mobiele apparaten. Hoewel
er enkele Java-toepassingen en spelletjes op het apparaat zijn geïnstalleerd,
kunt u met MIDlet Manager gemakkelijk extra J2ME-toepassingen van internet
installeren en beheren.
MIDlet’s installeren vanaf internet
1. Zoek de MIDlet/MIDlet-suite terwijl u verbinding hebt met internet.
2. Selecteer de MIDlet/MIDlet-suite die u wilt downloaden.
3. Bevestig dat u het downloaden wilt starten.
4. Voer de bestanden uit die u wilt installeren.
Opmerking U kunt de installatie op elk moment annuleren.
MIDlet’s installeren vanaf een pc
U kunt de MIDlet’s/MIDlet-suites vanaf een pc op het apparaat installeren via
de USB-synchronisatiekabel, de optionele houder, infrarood of Bluetooth.
MIDlet’s die via infrarood, Bluetooth of e-mailbijlagen naar het apparaat worden
gekopieerd, worden automatisch opgeslagen in de map My Documents. U
kunt
de MIDlet-bestanden vanaf een pc ook naar een van de volgende tijdelijke
mappen op het apparaat kopiëren, van waaruit MIDlet Manager ze kan installeren.
=
Toestelgeheugen: ../My device/My Documents/My MIDlets
=
Opslagkaart: ../My device/Storage Card
Opmerking Als de map My MIDlets niet bestaat in My Documents, kunt u een map maken
met dezelfde naam. Wanneer u een opslagkaart in het apparaat plaatst, wordt
echter automatisch een map met de naam Storage Card weergegeven.
Een MIDlet/MIDlet-suite installeren
1. Tik
Opstarten > Programma’s > MIDlet Manager > Menu > Installeren aan.
2. Selecteer de MIDlet/MIDlet-suite in de lijst.
9.5 MIDlet Manager gebruiken
167
Andere toepassingen gebruiken
3. Tik Installeren aan in het snelmenu.
4. Bevestig de opdracht om de installatie te voltooien.
Opmerking Als u de MIDlet-bestanden uit de tijdelijke map wilt verwijderen, tikt u
Verwijderen aan in het snelmenu.
MIDlet’s uitvoeren op het apparaat
1. Tik Opstarten > Programma’s > MIDlet Manager aan.
2. Tik de MIDlet aan die u wilt uitvoeren.
Weergeven welke MIDlet’s momenteel worden uitgevoerd
=
Tik in het scherm MIDlet Manager Weergeven> Actief aan.
Opmerking Als u de meest recent gebruikte MIDlet’s wilt weergeven, tikt u Weergeven >
Recent aan.
Een MIDlet stoppen
1. Tik
Opstarten > Programma’s > MIDlet Manager aan.
2. Tik
Weergeven > Actief aan.
3. Houd op het scherm Running MIDlets een MIDlet aangetikt en tik Stoppen aan.
Opmerking
Als u alle MIDlet’s die op het apparaat worden uitgevoerd wilt stoppen, tikt u
Menu > Stoppen Alles stopzetten aan.
MIDlet’s/MIDlet-suites beheren
U kunt de MIDlet’s indelen in groepen en aangepaste groepen definiëren. U kunt
ook de standaardinstelling voor een MIDlet wijzigen.
De weergave-instellingen wijzigen
1. Tik
Sorteren op aan boven in het scherm MIDlet Manager.
2. Kies de sorteervolgorde:
Naam of Grootte.
168
Andere toepassingen gebruiken
De weergavenaam van een MIDlet wijzigen
1. Houd een MIDlet aangetikt en tik
Naam wijzigen aan.
2. Voer een nieuwe naam in voor de MIDlet.
3. Tik
OK aan.
Opmerking U kunt de naam van een MIDlet-suite niet wijzigen.
Een MIDlet/MIDlet-suite verwijderen
Let erop dat een MIDlet/MIDlet-suite die u wilt verwijderen niet wordt uitgevoerd.
1. Houd de MIDlet/MIDlet-suite aangetikt in het scherm MIDlet Manager en tik
Installatie ongedaan maken aan.
2. Tik
OK aan om de opdracht te bevestigen.
Opmerking Het is niet mogelijk een enkele MIDlet uit een MIDlet-suite te verwijderen.
U kunt alleen de volledige MIDlet-suite verwijderen.
Opslagruimte controleren
=
Tik Menu > Systeem Info aan in het scherm MIDlet Manager om te zien
hoeveel opslagruimte op het toestel in beslag wordt genomen door MIDlet’s.
Een netwerktype selecteren
=
Tik Menu > Netwerktype kiezen aan in het scherm MIDlet Manager en
selecteer een netwerktype in de lijst.
MIDlet-beveiliging configureren
U kunt de beveiligingsinstellingen voor elke MIDlet/MIDlet-suite aanpassen.
1. Houd een MIDlet aangetikt.
2. Tik
Beveiliging aan in het snelmenu.
Let erop dat sommige functies mogelijk niet beschikbaar zijn voor alle MIDlet’s/
MIDlet-suites. Hier volgen de beveiligingsopties die u kunt instellen voor het
uitvoeren van een MIDlet/MIDlet-suite.
169
Andere toepassingen gebruiken
Beveiligingsoptie Beschrijving
Net Access
Hiermee bepaalt u of een MIDlet/MIDlet-suite toegang mag
krijgen tot internet.
Local Connectivity
Hiermee krijgt een MIDlet/MIDlet-suite toegang tot services
zoals infrarood en Bluetooth.
App Auto Run
Hiermee bepaalt u dat een MIDlet/MIDlet-suite op bepaalde
tijden of op elk willekeurig tijdstip kan worden uitgevoerd.
Messaging
Hiermee bepaalt u of een MIDlet/MIDlet-suite SMS-
berichten kan verzenden en/of ontvangen.
Multimedia Recording
Hiermee bepaalt u dat een MIDlet/MIDlet-suite geluid en
afbeeldingen mag opnemen.
Foutberichten
Hier volgt een lijst met foutberichten die kunnen verschijnen tijdens het gebruik
en het beheer van MIDlet’s/MIDlet-suites op het apparaat.
Foutbericht Beschrijving
Either RAM shortage, or
insufficient space on the file
system
Er is niet voldoende geheugen vrij in het
apparaat.
Network out Er is geen netwerkverbinding beschikbaar.
The jar size does not match that
specified in the jad
De installatiegegevens van de fabrikant van de
MIDlet zijn onjuist.
The jar manifest does not match
the jad
De installatiegegevens van de fabrikant van de
MIDlet zijn onjuist.
Invalid Java application
descriptor (jad)
Er is een probleem met het installatiebestand
van de fabrikant van de MIDlet.
Invalid Java archive (jar) Er is een probleem met het installatiebestand
van de fabrikant van de MIDlet.
This Java application is not
compatible with this device
Een of meer functies die voor deze MIDlet zijn
vereist, zijn niet beschikbaar op het apparaat.
170
Andere toepassingen gebruiken
Met dit programma kunt u geheugen besparen en de opslagcapaciteit van
het apparaat vergroten door bestanden te comprimeren met de gebruikelijke
ZIP-indeling. U kunt archiefbestanden die u uit verschillende bronnen hebt
ontvangen, weergeven en uitpakken. U kunt ook nieuwe
*.zip-bestanden maken
op het toestel.
ZIP starten en ZIP-bestanden openen
Met het programma ZIP kunt u bestanden archiveren en bestaande
archiefbestanden op het toestel openen. Telkens als u ZIP op het apparaat start,
wordt gezocht naar bestanden met de extensie .ZIP en worden deze bestanden
weergegeven in het scherm Archief zoeken.
Het programma ZIP op het apparaat starten
1. Tik
Opstarten > Programma’s > ZIP aan.
2. Open een bestand op een van de volgende manieren:
=
Selecteer een bestand en tik Bestand > Archief openen aan.
=
Houd een bestand aangetikt en tik Archief openen aan.
=
Tik een bestand twee keer snel achter elkaar aan.
9.6 ZIP gebruiken
171
Andere toepassingen gebruiken
Het scherm Archief zoeken weergeven
In het scherm Archief zoeken worden de *.zip-bestanden op het apparaat
weergegeven in de volgorde waarin ze zijn gevonden. Wanneer u bestanden
toevoegt aan een archiefbestand, worden de bestanden automatisch
gecomprimeerd voordat ze worden toegevoegd. In het scherm Archief zoeken kunt
u de menu’s Bestand en Beeld gebruiken. Sommige opties uit het menu Bestand
worden ook weergegeven op de werkbalk van het scherm Archief zoeken.
=
Menu Bestand
=
Nieuw archief. Hiermee maakt u een nieuw archiefbestand met de
extensie .ZIP.
=
Archief openen. Hiermee opent u een ZIP-bestand.
=
Naam archief wijzigen. Hiermee kunt u de naam van een bestaand ZIP-
bestand wijzigen.
=
Archief verwijderen. Hiermee verwijdert u een ZIP-bestand.
=
Eigenschappen archief. Hiermee geeft u gegevens van het huidige
archiefbestand weer.
=
Versturen. Hiermee kunt u een ZIP-bestand via e-mail of infrarood
verzenden.
=
Recent. Hiermee geeft u een lijst met recent gebruikte bestanden weer.
=
Opties. Hiermee stelt u diverse opties voor de weergavemodus en het
compressieniveau van een archiefbestand in.
=
Info over ZIP. Hiermee geeft u versie- en copyrightgegevens weer.
=
Menu Beeld
=
Grote pictogrammen. Hiermee geeft u alle bestanden weer als grote
pictogrammen.
=
Kleine pictogrammen. Hiermee geeft u alle bestanden weer als kleine
pictogrammen.
=
Lijst. Hiermee geeft u een lijst met alle bestanden weer.
=
Details. Hiermee geeft u details van alle bestanden weer.
Opmerking U kunt niet meerdere ZIP-bestanden tegelijk selecteren.
172
Andere toepassingen gebruiken
Een ZIP-bestand beheren
Als u een ZIP-bestand hebt geopend, kunt u het bestand uitpakken naar een map
of locatie, of diverse taken voor het bestand uitvoeren. Enkele van deze functies
zijn ook aanwezig als pictogrammem op de werkbalk in het scherm van het
programma ZIP. Hier volgt een afbeelding van het scherm van het programma ZIP.
=
Menu Bestand
=
Nieuw archief. Hiermee maakt u een nieuw archiefbestand met de
extensie .ZIP.
=
Archief zoeken. Hiermee kunt u een archiefbestand zoeken.
=
Archief sluiten. Hiermee sluit u een archiefbestand.
=
Naam archief wijzigen. Hiermee kunt u de naam van een archiefbestand
wijzigen.
=
Archief verwijderen. Hiermee verwijdert u een archiefbestand.
=
Eigenschappen archief. Hiermee geeft u gegevens van het huidige
archiefbestand weer.
=
Integriteitstest. Hiermee controleert u de juistheid van gegevens en de
betrouwbaarheid van het geselecteerde bestand.
=
Vernieuwen. Hiermee vernieuwt u de inhoud van het huidige
archiefbestand.
=
Recent. Hiermee geeft u een lijst weer met recent geopende
archiefbestanden, inclusief het huidige bestand.
173
Andere toepassingen gebruiken
=
Menu Actie
=
Toevoegen. Hiermee voegt u bestanden toe aan het archief.
=
Uitpakken. Hiermee pakt u bestanden in het archief uit en plaatst u die in
een map die u kiest.
=
Verwijderen. Hiermee verwijdert u bestanden uit het archief.
=
Versturen via e-mail. Hiermee kunt u het archiefbestand via e-mail verzenden.
=
Versturen via infrarood. Hiermee kunt u het archiefbestand via infrarood
verzenden.
=
Beeld. Hiermee geeft u een bestand uit het archiefbestand weer.
=
Modus Multi-selecteren. Hiermee kunt u meerdere bestanden in het
archiefbestand selecteren.
=
Alles selecteren. Hiermee selecteert u alle bestanden in het
archiefbestand.
=
Geen selecteren. Hiermee heft u de selectie van alle bestanden in het
archiefbestand op.
=
Selectie omkeren. Hiermee keert u de selectie in het archiefbestand om.
=
Menu Beeld
=
Mappen weergeven. Hiermee geeft u de map weer in plaats van het hele pad.
=
Eén niveau omhoog. Hiermee gaat u naar een hoger niveau in de
mappenstructuur.
=
Grote pictogrammen. Hiermee geeft u alle bestanden weer als grote
pictogrammen.
=
Kleine pictogrammen. Hiermee geeft u alle bestanden weer als kleine
pictogrammen.
=
Lijst. Hiermee geeft u een lijst met alle bestanden weer.
=
Details. Hiermee geeft u details van alle bestanden weer.
=
Uitgebreid. Hiermee geeft u details van alle bestanden weer.
=
Sorteren op. Hiermee sorteert u alle bestanden in de volgorde die
u selecteert.
=
Eigenschappen. Hiermee geeft u informatie weer over het huidige bestand.
=
Statusscherm. Hiermee geeft u de status van het huidige bestand weer.
=
Werkbalk. Hiermee kunt u de werkbalk weergeven of verbergen.
=
Menu Werkset
=
Opties. Hiermee stelt u diverse opties voor de weergavemodus en het
compressieniveau van een archiefbestand in.
=
Info over ZIP. Hiermee geeft u versie- en copyrightgegevens weer.
174
Andere toepassingen gebruiken
U kunt stemlabels opnemen zodat u door alleen maar een woord uit te spreken
een telefoonnummer kunt kiezen of een programma kunt starten
Een stemlabel voor een telefoonnummer maken
1. Tik Opstarten > Contactpersonen aan of tik Contactpersonen aan in het
scherm Vandaag om de lijst met contactpersonen te openen.
2. Voer een van de volgende handelingen uit:
=
Houd de gewenste contactpersoon aangetikt en tik Stemlabel
toevoegen aan.
=
Selecteer de gewenste contactpersoon en tik vervolgens Menu >
Stemlabel toevoegen aan.
=
Tik de gewenste contactpersoon aan om het scherm met gegevens voor
die contactpersoon weer te geven, selecteer een telefoonnummer en tik
vervolgens Menu > Stemlabel toevoegen aan
9.7 Gesproken snelkeuze gebruiken
175
Andere toepassingen gebruiken
3. Selecteer het telefoonnummer waarvoor u een stemlabel wilt maken, en tik
vervolgens de opnameknop ( ) aan.
Selecteer het gewenste
telefoonnummer.
Tik de opnameknop aan om met
opnemen te beginnen.
4.
Als u klaar bent, wordt rechts van het item het stemlabelpictogram (
)
weergegeven.
5. Als u een stemlabel maakt voor het item, kunt u het volgende doen:
=
Tik de opnameknop ( ) aan om het stemlabel opnieuw te maken.
=
Tik de afspeelknop ( ) aan om het stemlabel af te spelen.
=
Tik de knop voor verwijderen ( ) aan om het stemlabel te verwijderen.
Het stemlabelpictogram
De bedieningsknoppen
Tip Voor een betere nauwkeurigheid doet u er goed aan de opname uit te voeren in
een stille ruimte.
176
Andere toepassingen gebruiken
Een stemlabel voor een programma maken
1. Tik Opstarten > Instellingen > tabblad Persoonlijk > Gesproken
snelkeuze aan.
2. Op het tabblad Toepassing wordt een lijst weergegeven met de
programma’s die op het toestel zijn geïnstalleerd.
3. Maak een stemlabel voor het gewenste programma op de hierboven
beschreven manier.
4. U kunt het programma vervolgens starten door het opgenomen stemlabel uit
te spreken nadat u op de spraakopdrachttoets hebt gedrukt.
177
Andere toepassingen gebruiken
Een nummer kiezen of programma starten met een stemlabel
1. Druk op de spraakopdrachttoets op het toestel.
2. Spreek na een geluidssignaal het opgenomen stemlabel uit dat u hebt
toegewezen aan het telefoonnummer dat u wilt kiezen of het programma dat
u wilt starten. Het stemlabel wordt herhaald en vervolgens wordt automatisch
het nummer gekozen of het programma gestart.
Opmerking
Als het stemlabel niet wordt herkend, moet u duidelijker spreken of zorgen
voor minder achtergrondgeluid. Probeer het vervolgens nogmaals.
178
Andere toepassingen gebruiken
Gemaakte stemlabels weergeven en testen
1. Tik Opstarten > Instellingen > tabblad Persoonlijk > Gesproken
snelkeuze aan
2. Op het tabblad
Stemlabel wordt een lijst weergegeven met alle stemlabels
die u hebt gemaakt.
3. Selecteer een item in de lijst en voer een van de volgende handelingen uit:
=
Tik de opnameknop ( ) aan om het stemlabel opnieuw te maken.
=
Tik de afspeelknop ( ) aan om het stemlabel af te spelen.
=
Tik de knop voor verwijderen ( ) aan om het stemlabel te
verwijderen.
!T§==Mobile===
A.1 Wettelijke kennisgevingen
A.2 Pc-vereisten om ActiveSync 4.0 uit te voeren
A.3 Problemen oplossen
A.4 Specificaties
A.5 Garantieverklaring
A.6 Index
Bijlage
180
Appendix
Wettelijke identificatienummers
Wegens wettelijke identificatiedoeleinden is aan het product het modelnummer
WIZA200 toegewezen.
Gebruik alleen de accessoires die hieronder worden genoemd met de WIZA200
voor een betrouwbare en veilige werking van het toestel.
Aan de batterij is het modelnummer WIZA16 toegewezen.
dit product moet worden gebruikt met een gecertificeerde energiebron van
klasse 2 met 5 volt gelijkstroom en 1 Amp als maximale voedingsbron.
Kennisgeving van de Europese Unie
Producten met de CE-aanduiding voldoen aan de R&TTE-richtlijn (99/5/EC), de
EMC-richtlijn (89/336/EEC) en de richtlijn voor laag voltage (73/23/EEC) die zijn
uitgegeven door de Commissie van de Europese Gemeenschap.
Naleving van deze richtlijnen houdt in dat wordt voldaan aan de volgende Europese
normen (tussen haakjes staan de overeenkomstige internationale standaarden).
=
EN 60950-1 (IEC 60950-1)
Safety of InformationTechnology Equipment.
=
ETSI EN 301 511
Global system for mobile communications (GSM); geharmoniseerde
standaard voor mobiele stations in het bandbereik GSM 900 en DCS 1800
met essentiële vereisten onder artikel 3.2 van de R&TTE-richtlijn (1995/5/EC).
=
ETSI EN 301 489-1
Electromagnetic compatibility and Radio spectrum Matters (ERM);
ElectroMagnetic Compatibility (EMC) standaard voor radioapparatuur en
-services, deel 1: algemene technische vereisten.
=
ETSI EN 301 489-7
Electromagnetic compatibility and Radio spectrum Matters (ERM); ElectroMagnetic
Compatibility (EMC) standaard voor radioapparatuur en -services, deel 7: specifieke
voorwaarden voor mobiele en draagbare radio- en hulpapparatuur voor digitale
mobiele radiotelecommunicatiesystemen (GSM en DCS).
=
ETSI EN 301 489-17
Electromagnetic compatibility and Radio spectrum Matters (ERM);
A.1 Wettelijke kennisgevingen
181
Appendix
ElectroMagnetic Compatibility (EMC) standaard voor radioapparatuur en
-services, deel 17: specifieke voorwaarden voor breedbandverzendsystemen
met 2,4 GHz en RLAN-apparatuur met 5 GHz voor optimale prestaties.
Accessoiremodel sleenummer PH15x
=
ETSI EN 300 328
Electromagnetic compatibility and Radio spectrum Matters (ERM); breedbandve
rzendsystemen; apparatuur voor gegevensverzending met een ISM-bandbreedte
van 2,4 GHz ISM en met technieken voor gespreide spectrummodulatie.
=
GSM11.10
=
ANSI/IEEE C.95.1-1992
Specifiek absorptiepercentage van de straling van mobiele telefoons in
verband met de gezondheid.
=
EN 50360:2001
Productstandaard waarin wordt aangegeven dat mobiele telefoons
voldoen aan de basisbeperkingen met betrekking tot de blootstelling aan
elektromagnetische velden (300 MHz - 3 GHz).
=
EN 50371:2002
Generieke standaard waarin wordt aangegeven dat elektronische en
elektrische apparatuur met laag vermogen voldoen aan de basisbeperkingen
met betrekking tot de blootstelling aan elektromagnetische velden
(10 MHz - 300 GHz) - Algemeen publiek.
182
Appendix
Deze apparatuur mag worden gebruikt in:
AT BE BG CH CY CZ DE DK
EE ES FI FR GB GR HU IE
IT IS LI LT LU LV MT NL
NO PL PT RO SE SI SK TR
Federal Communications Commission Notice
This device complies with part 15 of the FCC Rules. Operation is subject to the
following two conditions: (1) This device may not cause harmful interference, and
(2) this device must accept any interference received, including interference that
may cause undesired operation.
This equipment has been tested and found to comply with the limits for a Class
B digital device, pursuant to Part 15 of the FCC Rules. These limits are designed
to provide reasonable protection against harmful interference in a residential
installation. This equipment generates, uses, and can radiate radio frequency
energy and, if not installed and used in accordance with the instructions, may
cause harmful interference to radio communications. However, there is no
guarantee that interference will not occur in a particular installation. If this
equipment does cause harm-ful interference to radio or TV reception, which can
be determined by turning the equipment on and off, the user is encouraged to try
to correct the interference by one or more of the following measures:
=
Reorient or relocate the receiving antenna.
=
Increase the separation between the equipment and receiver.
=
Connect the equipment into an outlet on a circuit different from that to which
the receiver is connected.
=
Consult the dealer or an experienced radio or television technician for help.
183
Appendix
Modifications
The FCC requires the user to be notified that any changes or modifications
made to the device that are not expressly approved by High Tech Computer
Corporation may void the user’s authority to operate the equipment.
Safety Precautions for RF Exposure
Tests for SAR are conducted using standard operating positions specified
by the FCC with the phone transmitting at its highest certified power level in
all tested frequency bands. Although the SAR is determined at the highest
certified power level, the actual SAR level of the phone while operation can
be well below the maximum value. This is because the phone is designed to
operate at multiple power levels so as to use only the power required to reach
the network. In general, the closer you are to a wireless base station antenna,
the lower the power output. Before a phone model is available for sale to the
public, it must be tested and certified to the FCC that it does not exceed the limit
established by the government-adopted requirement for safe exposure. The
tests are performed in positions and locations (for example, at the ear and worn
on the body) as required by the FCC for each model. (Body-worn measurements
may differ among phone models, depending upon available accessories and
FCC requirements). For body worn operation, to maintain compliance with FCC
RF exposure guidelines, use only original manufacturer approved accessories.
When carrying the phone while it is on, use the specific original manufacturer
supplied or approved carrying case, holster, or other body-worn accessory.
Belangrijke informatie met betrekking tot gezondheid en veiligheid
Bewaar alle instructies voor veilig gebruik van het product en houd u hieraan.
Neem alle waarschuwingen in de gebruiksinstructies bij dit product in acht.
Houd u aan de volgende voorzorgsmaatregelen om het risico op lichamelijk
letsel, elektrische schokken, brand en schade aan de apparatuur te beperken.
Algemene voorzorgsmaatregelen
=
Houd u aan onderhoudsaanduidingen
Voer zelf geen onderhoud uit aan het product, tenzij dit wordt beschreven
in de gebruikers- of onderhoudsdocumentatie. Het onderhoud aan
184
Appendix
onderdelen van het product moet worden uitgevoerd door een erkende
onderhoudsmonteur of serviceprovider.
=
Reparatie van beschadigde producten
Haal in de volgende gevallen de stekker van het product uit het stopcontact en laat
het onderhoud uitvoeren door een erkende onderhoudsmonteur of serviceprovider:
=
Er is vloeistof gemorst of er is een voorwerp in het product gevallen.
=
Het product is blootgesteld geweest aan regen of water.
=
Het product is gevallen of beschadigd.
=
Het product is zichtbaar oververhit geweest.
=
Het product werkt niet normaal wanneer u de gebruiksinstructies volgt.
=
Vermijd warme plaatsen
Het product moet uit de buurt worden gehouden van warmtebronnen zoals
radiators, warme ventilatieroosters, kachels of andere producten (waaronder
versterkers) die warmte produceren.
=
Vermijd vochtige plaatsen
Gebruik het product nooit op een vochtige locatie.
=
Duw geen objecten in het product
Duw nooit objecten in sleuven of andere openingen in het product. Sleuven
en openingen zijn bedoeld voor de ventilatie. Deze openingen moeten niet
worden geblokkeerd of bedekt.
=
Bevestigingsaccessoires
Gebruik het product niet op een onstabiele tafel, kar, standaard, statief of
steun. Het bevestigen van het product moet worden uitgevoerd volgens de
instructies van de fabrikant en met behulp van bevestigingsaccessoires die
worden aanbevolen door de fabrikant.
=
Vermijd onstabiele plaatsing
Plaats het product niet op een onstabiele ondergrond.
=
Gebruik het product met goedgekeurde materialen
Dit product mag alleen worden gebruikt met computers en accessoires die
geschikt zijn voor uw apparatuur.
=
Pas het volume aan
Zet het volume zachter voordat u een hoofdtelefoon of andere
geluidsapparatuur aansluit.
185
Appendix
=
Reiniging
Haal de stekker van het product uit het stopcontact voordat u het reinigt.
Gebruik geen vloeibare schoonmaakmiddelen of schoonmaakmiddelen in
een spuitbus. Gebruik een vochtige doek voor het reinigen, maar gebruik
NOOIT water om het LCD-scherm te reinigen.
Voorzorgsmaatregelen voor de voedingsbron
=
Gebruik een geschikte externe voedingsbron
Het product mag alleen worden gebruikt met het type voedingsbron dat wordt
vermeld op het label met het elektrische voltage. Als u niet zeker weet welk type
voedingsbron moet worden gebruikt, raadpleegt u de erkende serviceprovider
of het lokale energiebedrijf. Voor een product dat werkt op batterijen of andere
bronnen, raadpleegt u de gebruiksinstructies die bij het product zijn geleverd.
=
Wees voorzichtig met batterijen
Dit product bevat een polymere lithium-ionbatterij. Bij onjuist gebruik van de batterij
kunnen brand en brandwonden ontstaan. Probeer de batterij niet te openen of te
onderhouden. U mag een batterij niet demonteren, in elkaar drukken, doorboren, in
vuur of water gooien of blootstellen aan temperaturen die hoger zijn dan 60°C.
Blootstelling aan radiofrequentiesignalen (RF)
De draadloze telefoon is een radiozender en -ontvanger. Het toestel is zodanig
ontworpen en geproduceerd dat de stralingslimieten voor blootstelling aan
RF-straling ingesteld door de FCC (Federal Communications Commission, een
overheidsinstelling in de VS) niet worden overschreden. Deze limieten maken
deel uit van uitgebreide richtlijnen en vormen de toegestane RF-energieniveaus
voor de bevolking. De richtlijnen zijn gebaseerd op de veiligheidsstandaarden
die eerder zijn vastgesteld door Amerikaanse en internationale instanties die zich
bezighouden met standaardisering:
=
American National Standards Institute (ANSI) IEEE. C95.1-1992
=
National Council on Radiation Protection and Measurement (NCRP). Report 86. 1986
=
International Commission on Non-Ionizing Radiation Protection (ICNIRP) 1996
=
Ministerie van Volksgezondheid (Canada), veiligheidscode 6. Bij het vaststellen
van de standaarden is rekening gehouden met een aanzienlijke veiligheidsmarge
voor de veiligheid van alle personen, ongeacht leeftijd en gezondheid.
186
Appendix
In de V.S. en Canada bedraagt de SAR-limiet voor mobiele telefoons die door
de bevolking worden gebruikt, 1,6 Watt/kg (W/kg) gemiddeld per gram weefsel.
De standaard bevat een aanzienlijke veiligheidsmarge voor extra veiligheid en
vanwege mogelijke verschillen in gebruik. De stralingsprestaties en de veiligheid
van de storing zijn alleen onder normale omstandigheden gegarandeerd. Net
zoals bij andere mobiele apparatuur met een radiozender, wordt gebruikers
aangeraden geen enkel deel van het lichaam te dicht bij de antenne te houden
tijdens het gebruik van het apparaat voor een juiste werking van het apparaat en
de veiligheid van het personeel.
SAR-informatie
=
1,272 W/Kg per 1 g (FCC) lichaam
=
0,278 W/Kg per 1 g (FCC) hoofd
=
0,317 W/Kg per 10 g (CE)
Waarschuwing!
ONTPLOFFINGSGEVAAR BIJ ONJUISTE PLAATSING VAN DE BATTERIJ.
OM DE KANS OP BRAND EN BRANDWONDEN ZOVEEL MOGELIJK TE
BEPERKEN, MAG U DE BATTERIJ NIET DEMONTEREN, IN ELKAAR
DRUKKEN, DOORBOREN, KORTSLUITEN, IN VUUR OF WATER GOOIEN OF
BLOOTSTELLEN AAN TEMPERATUREN VAN MEER DAN 60°C. ALLEEN
VERVANGEN DOOR VOORGESCHREVEN BATTERIJEN. GEBRUIKTE
BATTERIJEN AFVOEREN VOLGENS LOKALE VOORSCHRIFTEN OF
VOLGENS DE BIJ HET PRODUCT GELEVERDE HANDLEIDING.
187
Appendix
Er kan alleen een verbinding tot stand worden gebracht tussen het toestel en een
pc, als op de pc het programma ActiveSync® van Microsoft® is geïnstalleerd.
ActiveSync 4.0 is bijgesloten op de installatie-cd en is compatibel met de
volgende besturingssystemen en toepassingen:
=
Microsoft® Windows® 2000 Service Pack 4
=
Microsoft® Windows® Server 2003 Service Pack 1
=
Microsoft® Windows® Server 2003 IA64 Edition Service Pack 1
=
Microsoft® Windows® Server 2003 x64 Edition Service Pack 1
=
Microsoft® Windows® XP Professional Service Pack 1 en 2
=
Microsoft® Windows® XP Home Service Pack 1 en 2
=
Microsoft® Windows® XP Tablet PC Edition 2005
=
Microsoft® Windows® XP Media Centre Edition 2005
=
Microsoft® Windows® XP Professional x64 Edition
=
Microsoft® Outlook® 98, Microsoft® Outlook® 2000 en Microsoft®
Outlook® XP en Microsoft® Outlook® 2003 messaging- en samenwerkingsclients
=
Microsoft® Office 97, met uitzondering van Outlook
=
Microsoft® Office 2000
=
Microsoft® Office XP
=
Microsoft® Office 2003
=
Microsoft® Internet Explorer 4.01 of hoger (vereist)
=
Microsoft® Systems Management Server 2.0
A.2 Pc-vereisten om ActiveSync 4.0 uit te voeren
188
Appendix
Als er zich problemen voordoen met het toestel, kunt u de volgende lijst
raadplegen om naar een mogelijke oplossing te zoeken. Als de problemen
aanhouden nadat u deze mogelijke oplossingen hebt bekeken, kunt u contact
opnemen met uw serviceprovider.
Voeding en batterij
Probleem
Oplossingen
Ik kan het toestel niet
inschakelen.
=
Stel het toestel elektronisch opnieuw in met behulp van
de pen.
=
Sluit het toestel aan op de stroomadapter en controleer
de LED-indicator om te zien of het toestel wordt
opgeladen. Wellicht is de batterij leeggelopen.
Het toestel blijft
zichzelf uitschakelen.
Dit is een standaardfunctie van het toestel. Het toestel is
ontworpen vanzelf uit te gaan als het gedurende 3 minuten
niet wordt gebruikt. Deze termijn kan worden aangepast
tot maximaal 5 minuten. Raadpleeg de informatie over
voedingsinstellingen in de handleiding.
De datum en tijd in
het toestel worden
opnieuw ingesteld
nadat ik de batterij
heb verwijderd of
vervangen.
Sluit de batterij altijd zo snel mogelijk weer aan als die
wordt vervangen. De gegevens gaan verloren als de batterij
gedurende een te lange tijd verwijderd is geweest.
Waarom is de batterij
van mijn toestel
eerder leeg dan die
van mijn vriend?
Batterijverbruik verschilt per gebruiker vanwege de
verschillende manieren waarop het toestel wordt gebruikt.
Alleen toestellen die onder identieke omstandigheden
worden getest, kunnen objectief met elkaar worden
vergeleken.
A.3 Probleemoplossing
189
Appendix
ActiveSync
Probleem
Oplossingen
ActiveSync kan niet
worden uitgevoerd of
kan geen verbinding
maken.
=
Controleer of de ActiveSync-software correct en volgens de
instructies is geïnstalleerd vanaf de meegeleverde cd. Start
het toestel en/of de pc opnieuw en probeer het nogmaals.
=
Sluit de USB-kabel NIET aan voordat ActiveSync is geladen
=
Controleer of de ActiveSync-houder/kabel goed is
aangesloten.
=
Controleer of de verbindingsinstellingen op de pc correct
zijn geselecteerd in File > Connection Settings van
Microsoft ActiveSync.
ActiveSync heeft
verbinding gemaakt,
maar er vindt geen
gegevensoverdracht
plaats.
Controleer
of er een verbinding tot stand is gekomen met de
pc, en controleer bij Tools > Options in Microsoft ActiveSync
op de pc of het juiste type informatie voor synchronisatie is
geselecteerd. Zie hoofdstuk 4 voor meer informatie.
190
Appendix
Beeld en geluid
Probleem Oplossingen
Scherm bevriest of
reageert niet.
Stel het toestel elektronisch opnieuw in door met de pen
de knop RESET in te drukken.
Er komt geen geluid
uit mijn toestel.
=
Controleer de geluidsinstellingen door Opstarten >
Instellingen > tabblad Persoonlijk > Geluiden en
meldingen aan te tikken.
=
Controleer de volumeregelaar. Het kan zijn dat de
functie voor demping is ingeschakeld.
Bestanden met welke
extensies kunnen
worden gebruikt voor
alarmsignalen?
Bestanden met de *.wav-indeling. Deze moeten zich in de
map Windows bevinden.
Het geluid van het
toestel is alleen
hoorbaar via de
hoofdtelefoon.
=
Controleer of de aansluiting schoon en vrij van vuil is.
=
Soms helpt het om het stekkertje van de hoofdtelefoon enkele
keren in de aansluiting te steken en er weer uit te halen.
=
Controleer of de hoofdtelefoon bij het toestel is meegeleverd.
191
Appendix
Verbinding en Bluetooth
Probleem Oplossingen
Ik kan geen
verbinding maken met
internet en ik kan niet
surfen.
=
Controleer of u een internetserviceprovider hebt
ingesteld en hiermee verbinding hebt gemaakt.
=
Controleer of de draadloze verbinding met de mobiele
serviceprovider is geactiveerd en of het signaal niet
wordt gehinderd.
=
Controleer bij de internetserviceprovider of uw
gebruikersnaam en wachtwoord juist zijn.
Ik kan geen
draadloze
synchronisatie
uitvoeren.
Op deze manier kunt u rechtstreeks draadloos
synchroniseren met een Microsoft Exchange 2003 Server.
Zo kunt u uw e-mail, contactpersonen, agenda en taken
veilig bijwerken vanaf elke plaats waar u een verbinding
tot stand kunt brengen. Er is geen pc nodig om deze
functionaliteit te kunnen gebruiken, maar uw IT-beheerder
moet deze service wel voor u beschikbaar hebben gemaakt.
Ik kan geen infrarood
(IR) gebruiken
om informatie te
verzenden.
=
Verzend slechts één bestand of maximaal 25
visitekaartjes tegelijk.
=
Lijn de IR-poorten zo uit dat ze niet worden belemmerd
en zich dicht bij elkaar bevinden.
=
Controleer of er geen belemmeringen tussen de IR-poorten zijn.
=
Pas het licht in de ruimte aan. Sommige typen licht storen IR-
verbindingen. Ga naar een andere locatie of doe een aantal
lampen uit. Gebruik infraroodverzending niet in zonlicht.
Ik kan een Bluetooth-
verbinding niet
verbreken.
Schakel de Bluetooth-verbinding uit met behulp van Comm
Manager.
Ik kan een bepaald
apparaat niet vinden.
=
Controleer of Bluetooth is geactiveerd op het andere apparaat.
=
Controleer of u zich binnen 10 meter van elkaar bevindt en of
er geen obstakels zijn.
=
Controleer of op het andere apparaat de modus
Identificeerbaar is geactiveerd.
192
Appendix
Werking
Probleem Oplossingen
Het toestel
functioneert
traag.
=
U hebt mogelijk te veel programma’s geopend. Als u de belasting
van het toestel wilt verlagen, kunt u onnodige programma’s
afsluiten door Opstarten > Instellingen > tabblad Systeem >
Geheugen > Actieve programma’s aan te tikken.
=
Stel het toestel opnieuw in door met de pen de knop RESET in te
drukken.
Geheugen
Probleem
Oplossingen
Erwordt een waarschuwingsbericht
over onvoldoende geheugen
weergegeven op het scherm.
Stel het toestel opnieuw in door met de pen
de knop RESET in te drukken.
U kunt bijvoorbeeld ruimte
vrijmaken op het toestel door:
=
Overbodige bestanden te verwijderen, zoals
oude e-mailberichten, afbeeldingsbestanden
of grote videobestanden.
=
Overbodige programma’s te verwijderen
door Instellingen in het menu Start en te
kiezen vervolgens Programma’s verwijderen.
=
De programma’s te installeren of bestanden
op te slaan op de mini-SD-kaart.
Media Player
Probleem
Oplossingen
Ik kan in Windows
Media Player een
bestand niet vanuit
een map verplaatsen
naar een andere.
Gebruik Bestandsbeheer om bestanden te verplaatsen op
het toestel
Bestanden met welke
extensies kan ik
afspelen in Windows
Media Player?
=
Ondersteunde video-indelingen: *.wmv, *.asf, *.mp4,
*.avi.
=
Ondersteunde geluidsindelingen: *.wma, *.mp3, *.mid,
*.midi, *.rmi, *.amr, *.awb, *.m4a.
193
Appendix
Telefoon
Probleem Oplossingen
Ik kan met het toestel
geen inkomende of
uitgaande gesprekken
voeren.
=
Het kan zijn dat u zich niet binnen het bereik van het
netwerk bevindt. Zorg dat u bereik hebt en probeer het
opnieuw
=
Controleer of de vliegtuigmodus niet is geactiveerd.
Tik het antennepictogram aan en schakel de
vliegtuigmodus uit.
Hoe kan ik snel een
contactpersoon
zoeken en een
nummer kiezen?
Begin met het invoeren van de eerste letters van de naam
van de contactpersoon die u wilt bellen. Er wordt dan
automatisch gezocht naar geschikte vermeldingen van
contactpersonen op de SIM-kaart, in Contactpersonen
en tussen de telefoonnummers in Opr.gesch. (inclusief
inkomende, uitgaande en gemiste gesprekken).
Vervolgens kunt u het gewenste nummer of de gewenste
contactpersoon in de gefilterde lijst selecteren om te
kiezen.
Hoe schakel ik de
luidsprekerfunctie in?
=
Tik tijdens een gesprek Luidspr. aan aan of houd de
toets SPREKEN ingedrukt tot de luidspreker wordt
ingeschakeld. Het luidsprekerpictogram (
) wordt
weergegeven op de titelbalk.
=
U schakelt de luidspreker uit door Luidspr. uit aan te
tikken, of door nogmaals de toets SPREKEN ingedrukt
te houden tot de luidspreker is uitgeschakeld.
Waarom krijg ik geen
signaal als de SIM-
kaart is geplaatst?
=
Controleer of de SIM-kaart goed is geplaatst.
=
Het kan zijn dat op het netwerk sprake is van SIM-lock.
Neem contact op met uw serviceprovider voor hulp.
=
Test de SIM-kaart in een ander toestel. Mogelijk is de
SIM-kaart beschadigd.
194
Appendix
Systeemgegevens
Processor TI OMAP 850
Geheugen - ROM: 128 MB
- RAM: 64 MB DDR SDRAM
Besturingssysteem Windows Mobile
TM
Versie 5.0
Scherm
Type LCD 2,8” inch transflectie-TFT-LCD met verlichte LED’s,
touchscreen (aanraakgevoelig scherm)
Resolutie 240 x 320 bij 65.536 kleuren
Weergavestanden Staand en liggend
GSM/EDGE-module
Functionaliteit GSM/EDGE (850, 900, 1800 en 1900)
Modus Dual (GSM)
Interne antenne Ja
Cameramodule
Type CMOS 1,3 megapixels met vaste lens
Resolutie 1600 x 1280, 1280 x 1024 (SXGA), 640 x 480 (VGA), 320
x 240 (QVGA), 160 x 120 (QQVGA), 352 x 288 (CIF), 176 x
144 (QCIF)
Maten en gewicht
Afmetingen 109 mm (L) x 58 mm (B) x 24 mm (H)
Gewicht 160 g (met batterij)
A.4 Specificaties
195
Appendix
Bediening en verlichting
Navigatietoetsen - Vijfvoudige navigatietoets
- Vijf programmaknoppen: Camera, Berichten, Internet
Explorer, spraakopdracht, Comm Manager
- Twee telefoonfuncties: Bellen en Einde
- Twee functietoetsen
- Schuifregelaar voor volume
- Aan/uit-knop
- Reset-knop
Toetsenbord Type QWERTY, 41 toetsen
LED’s Tweekleurige LED aan de rechterkant: groen en oranje
voor GSM in stand-by, SMS-bericht, GSM-netwerkstatus,
meldingen, oplaadstatus batterij.
Tweekleurige LED aan de linkerkant: blauw en groen
voor Bluetooth-systeemmelding voor ingeschakeld en
verzendklaar radiofrequentiesignaal en Wi-Fi-status.
Audio
Audioregeling AGC
Microfoon/
luidspreker
Ingebouwd/dubbel, handsfree
Hoofdtelefoon AMR/AAC/WAV/WMA/MP3 codecs
Aansluiting
Infrarood IrDA SIR
I/O-poort USB, sleuf voor mini-SD-kaart met klepje (bovenzijde)
Antenne Externe aansluiting voor GSM en EDGE
Audio Aansluiting voor stereohoofdtelefoon/microfoon
Uitbreidingssleuven
mini-SD-kaart Ja
196
Appendix
A.5 Garantieverklaring
Deze Garantieverklaring heeft betrekking op het MDA Vario-toestel van T-Mobile,
inclusief oplader, hoofdtelefoonset, accu en USB-kabel (’Product’). T-Mobile
Netherlands BV garandeert hierbij dat het Product bij de oorspronkelijke
aankoop vrij is van defecten in materiaal en uitvoering, in overeenstemming met
de hieronder gestelde voorwaarden en bepalingen:
1. Deze geldt voor de eindgebruiker die het Product koopt (’Klant’) voor
eigen gebruik. Deze Beperkte garantie vormt geen beperking of uitsluiting
van enigerlei rechten van de Klant, waaronder rechten ten aanzien van de
verkoper/dealer van het Product.
2.
Dit Product wordt gegarandeerd voor wat betreft zijn functionaliteit indien het wordt
gebruikt op het mobiele netwerk van T-Mobile in Nederland, in combinatie met een
SIM (Subscriber Identity Module) die is geleverd door T-Mobile Netherlands.
3.
Deze garantie geldt gedurende vierentwintig (24) maanden vanaf de datum van
de oorspronkelijke aankoop (’Garantieperiode’) en is uitsluitend van toepassing
op de oorspronkelijke koper. Teneinde aanspraak te kunnen maken op
garantie dient de Klant de oorspronkelijke aankoopbon te kunnen voorleggen.
De Klant kan daartoe contact opnemen met T-Mobile Klantenservice via
0800 - 7111 of met T-Mobile Zakelijk Klantenservice via 0800 - 7112.
4.
Gedurende de Garantieperiode zal T-Mobile een defect Product repareren
of vervangen, zulks naar keuze van T-Mobile. De reparatie of vervanging zal
worden uitgevoerd door T-Mobile of een geautoriseerde serviceorganisatie,
nadat T-Mobile heeft gecontroleerd of het Product onder de garantieservice valt.
Reparatie of vervanging kan ook betekenen het ter beschikking stellen van een
functioneel gezien gelijkwaardig product. T-Mobile zal het gerepareerde Product
of een vervangend Product in goed werkende staat retourneren aan de Klant.
5.
Als T-Mobile het Product repareert of vervangt, dan is het gerepareerde of
vervangen Product gegarandeerd gedurende de resterende garantieperiode van
het oorspronkelijke Product of gedurende drie (3) maanden vanaf de datum van
reparatie, afhankelijk van welk van de twee het langst is. Deze verlengde garantie
heeft uitsluitend betrekking op het gerepareerde deel van het Product.
197
Appendix
6.
Voordat u een Product inlevert voor service, dient u zeker te stellen dat u een back-
up heeft gemaakt van alle gegevens en dat u alle vertrouwelijke, bedrijfseigen of
persoonlijke informatie hebt verwijderd. T-Mobile is niet verantwoordelijk voor schade
aan of verlies van enigerlei programma’s, gegevens of verwisselbare opslagmedia.
7. Deze Beperkte garantie geldt niet voor achteruitgang van de prestaties als
gevolg van gewone slijtage. Deze Beperkte garantie geldt verder niet als:
a)
het defect is veroorzaakt door het feit dat het Product onderhevig is geweest
aan: gebruik dat niet in overeenstemming was met de gebruikershandleiding,
ruw gebruik, vochtigheid, damp of extreme warmte of weersomstandigheden
of een snelle verandering van bedoelde omstandigheden, corrosie, oxidatie,
niet-geautoriseerde aanpassingen of verbindingen, niet-geautoriseerde opening
of reparatie, reparatie met gebruik van niet-geautoriseerde reserveonderdelen,
misbruik, onjuiste installatie, een ongeluk, natuurkrachten, gemorst voedsel of
gemorste vloeistof, de invloed van chemische producten of andere acties die
buiten de redelijke controle van T-Mobile vallen (inclusief maar niet beperkt
tot defecten in verbruiksartikelen, zoals accu’s die alleen al door hun aard een
beperkte levensduur hebben, en het afbreken van of schade aan antennes), tenzij
het bedoelde defect een direct gevolg is van defecten in materialen of uitvoering.
b)
het serienummer, de datumcode van het accessoire of het IMEInummer van het
Product is verwijderd, gewist, onleesbaar gemaakt of gewijzigd is, of niet te lezen is.
c) het defect veroorzaakt is door het feit dat het Product is gebruikt in
combinatie met of aangesloten op een accessoire dat niet is geleverd door
T-Mobile of op een andere wijze is gebruikt dan waarvoor het bedoeld is. 8.
T-Mobile biedt geen andere garantie dan de Garantie als beschreven in deze
Garantieverklaring. In geen geval is T-Mobile aansprakelijk voor enigerlei
indirecte schade of gevolgschade van welke aard dan ook, inclusief maar
niet beperkt tot omzetderving of commerciële verliezen, tot de volledige mate
waarin deze schade op juridische gronden kan worden afgewezen.
Niets in deze beperkte garantie is bedoeld als uitsluiting of beperking van
T-Mobile’s aansprakelijkheid voor schade die voortvloeit uit grove nalatigheid of
opzet van de zijde van T-Mobile.
198
Appendix
A.6 Index
A
ActiveSync 57
ActiveSync gebruiken 56
ActiveSync installeren 57
Afbeeldingen en video’s bewerken 144
Afbeeldingen en video’s gebruiken 142
Afbeeldingen en video’s sorteren 144
Afbeeldingen en video’s verwijderen 144
Afbeeldingen en video’s verzenden 145
Afbeeldingen instellen als
achtergrond voor Vandaag 145
Afbeeldingen vanaf een pc kopiëren 142
Afbeeldingen weergeven 142
Afbeeldingen, op webpagina’s 87
Afbeeldingen, weergeven
op webpagina’s 87
Afspraak zoeken 45
Agenda 120
Agenda zoeken 45
Archief zoeken weergeven 171
Audio 196
B
Back-up van bestanden maken 77
Batterij 17
Batterij opladen 18
Bediening en verlichting 196
Belsignaal 71
Beltoon 70
Beveiligde bestanden 151
Beveiligingsinstellingen
(Internet Explorer) 88
Blokherkenning 33
Bluetooth 61
Bluetooth gebruiken 89
Bluetooth-verbinding 90
C
Camera 195
ClearVue PDF gebruiken 164
Contactpersonen 122
Contactpersonen zoeken 45
Cookies, beveiligingsinstellingen
(Internet Explorer) 88
199
Appendix
D
Datum / tijd / taal / landinstellingen
instellen 66
Diavoorstellingen weergeven 143
DRM (Digital Rights Management) 151
E
Een notitie opnemen 44
E-mail- en SMS-berichten 102
E-mail zoeken 45
Excel Mobile 160
Exchange Server 59
F
Favorieten (Internet Explorer) 86
Favorieten, overbrengen vanaf pc 86
G
Gegevens verzenden 92
Geheugen beheren 75
Geluid invoegen 114
H
Handschrift 42
Help zoeken 45
Hoofdcamera gebruiken 130
I
In- en uitzoomen 137
Informatie synchroniseren 58
Infrarood (IR) 61
Inleiding 30
Input Selector 31
Instellingen van het scherm Vandaag 64
Instellingen voor MMS-berichten
configureren 116
Invoermodus 42
Invoermodus Multi-aantikken gebruiken 39
Invoerscherm 30
K
Kalibreren 19
L
Letterherkenning 32
Lijst Geschiedenis (Internet Explorer) 87
200
Appendix
M
Mail zoeken 45
Maten en gewicht 195
Media afspelen 151
Media met licenties 151
Mediabestanden kopiëren 152
Mediaspeler 147
Menu Opstarten aanpassen 65
Menu Werkset gebruiken 139
Menu’s van Windows
Media Player 148
MIDlet Manager gebruiken 166
MIDlet’s installeren vanaf een pc 166
MIDlet’s installeren vanaf internet 166
MIDlet’s/MIDlet-suites beheren 167
MIDlet’s/MIDlet-suites
verwijderen 168
MIDlet-beveiliging configureren 168
MMS-account instellen 112
MMS-berichten beantwoorden 115, 116
MMS-berichten gebruiken 111
MMS-berichten opstellen 112
MMS-berichten opstellen op
basis van sjablonen 113
MMS-berichten weergeven 115
MMS-instellingen wijzigen 116
MSN Messenger 118
Muziek, video en afbeeldingen
synchroniseren 62
N
Navigeren door PDF-documenten 164
Netwerkinstellingen 71
Notities 127
Notities zoeken 45
Numerieke invoermodus gebruiken 40
O
Opstarten 19
P
PDF-bestand openen 164
Persoonlijke instellingen en
systeeminstellingen 67
PIN-code 48, 79
201
Appendix
Pocket-pc-speler 147
PowerPoint Mobile 162
privé-netwerk 85
Problemen met Windows Media
Player oplossen 153
Problemen met Windows Media
Player oplossen 153
Programma’s toevoegen
en verwijderen 73
S
Scherm Windows Media 148
Scherm Afspelen 148
Scherm Bibliotheek 148
Scherm Camera-instellingen
gebruiken 138
Scherm Opties van Phone Pad
gebruiken 40
Scherm Vandaag 22
Schermtoetsenbord 31
Schrijven op het scherm 42
SIM-kaart installeren 16
Smart Dialing 55
Snelkoppelingen gebruiken 131
Specificaties 195
Startpagina (Internet Explorer) 86
Synchronisatie-instellingen
voor Media 62
Synchroniseren met
Exchange Server 59
Synchroniseren via infrarood en
Bluetooth 61
Systeeminformatie 195
T
VT9-invoermodus gebruiken 39
Taken 125
Taken zoeken 45
Tekenen en schrijven op het scherm 42
Tekengrootte, webpagina’s 87
Tekst typen 31
Tekstblokken toevoegen 114
Telefonische vergadering 58
Telefooninstellingen 70
202
Appendix
Terminal Services-client gebruiken 98
Tijdelijke internetbestanden,
verwijderen (Internet Explorer) 88
Toegang krijgen tot MMS 111
Toegankelijkheid 153
Toegankelijkheid van
Windows Media Player 153
Toetsenbloktoon 71
Transcriber 34
V
Vastlegmodi voor foto’s
gebruiken 134
Vastlegmodus MMS Video
gebruiken 135
Vastlegmodus Video gebruiken 134
Veiligheidsinformatie 183
Verbinding maken met
Verbinding maken met
Terminal Server 98
Verbinding met internet maken 84
Video’s afspelen 143
Vliegtuigmodus 49
Voorbeeldscherm gebruiken 136
W
Wachtwoord 79
Webpagina’s, afbeeldingen
weergeven op 87
Webpagina’s, indeling 87
Webpagina’s, tekengrootte 87
Wettelijke kennisgevingen 180
Windows Media Player 147
Wireless LAN Manager gebruiken 94
Wizard Sync Setup 57
Word Mobile 158
Z
ZIP gebruiken 170
ZIP starten 170
ZIP-bestanden beheren 172
ZIP-bestanden openen 170
Zoeken 45
203
Appendix
AEEA-kennisgeving
De richtlijn inzake afval van elektrische en elektronische apparaten
(AEEA) die sinds 13 februari 2003 tot de Europese wetgeving behoort,
heeft geleid tot een belangrijke verandering in afvalverwerking van
elektrische apparatuur.
Het doel van de richtlijn is in de eerste plaats het voorkomen van AEEA,
en verder het aanmoedigen van hergebruik, recycling en andere vormen
van terugwinning van grondstoffen om de afvalberg te verminderen.
Het AEEA-logo ( ) op het product of op de verpakking geeft aan dat
dit product niet moet worden afgevoerd als gewoon huishoudafval.
U wordt geacht alle afval in de vorm van elektronische en elektrische
apparatuur af te voeren naar speciaal daartoe aangewezen
locaties. Gescheiden afvalverzameling en gedegen recycling van
elektronische en elektrische apparatuur ten tijde van het afvoeren
van dergelijke apparatuur, draagt bij aan het sparen van natuurlijke
hulpbronnen. Daarbij is de gedegen recycling van elektronische en
elektrische apparatuur ook beter voor gezondheid en milieu. Voor
meer informatie over het afvoeren van elektronische en elektrische
apparatuur, recycling en afgiftelocaties kunt u contact opnemen met
de plaatselijke overheid, lokale milieuparken, de reinigingsdienst, de
winkel waar u het toestel het gekocht, of de fabrikant van het toestel.
3

Hulp nodig? Stel uw vraag in het forum

Spelregels
1

Forum

T-Mobile-MDA-Vario
  • ik heb een MDA compact V en ik wil muziek overzetten vanaf mijn pc.
    IK heb de telefoon aangesloten aan de pc met de usb kabel,, maar ik kan hem niet vinden bij mijn harde schijf.

    Hoe zet ik nu muziek over naar mijn MDA compact V Gesteld op 28-12-2010 om 21:57

    Reageer op deze vraag Misbruik melden
  • ik ben ook op zoek naar een handlleiding van de mda in nederlands maar kan hem niet vinden en openen wie kan me helpen gr frans Gesteld op 10-3-2009 om 14:57

    Reageer op deze vraag Misbruik melden

Misbruik melden

Gebruikershandleiding.com neemt misbruik van zijn services uitermate serieus. U kunt hieronder aangeven waarom deze vraag ongepast is. Wij controleren de vraag en zonodig wordt deze verwijderd.

Product:

Bijvoorbeeld antisemitische inhoud, racistische inhoud, of materiaal dat gewelddadige fysieke handelingen tot gevolg kan hebben.

Bijvoorbeeld een creditcardnummer, een persoonlijk identificatienummer, of een geheim adres. E-mailadressen en volledige namen worden niet als privégegevens beschouwd.

Spelregels forum

Om tot zinvolle vragen te komen hanteren wij de volgende spelregels:

Belangrijk! Als er een antwoord wordt gegeven op uw vraag, dan is het voor de gever van het antwoord nuttig om te weten als u er wel (of niet) mee geholpen bent! Wij vragen u dus ook te reageren op een antwoord.

Belangrijk! Antwoorden worden ook per e-mail naar abonnees gestuurd. Laat uw emailadres achter op deze site, zodat u op de hoogte blijft. U krijgt dan ook andere vragen en antwoorden te zien.

Abonneren

Abonneer u voor het ontvangen van emails voor uw T-Mobile MDA Vario bij:


U ontvangt een email met instructies om u voor één of beide opties in te schrijven.


Ontvang uw handleiding per email

Vul uw emailadres in en ontvang de handleiding van T-Mobile MDA Vario in de taal/talen: Nederlands als bijlage per email.

De handleiding is 6,09 mb groot.

 

U ontvangt de handleiding per email binnen enkele minuten. Als u geen email heeft ontvangen, dan heeft u waarschijnlijk een verkeerd emailadres ingevuld of is uw mailbox te vol. Daarnaast kan het zijn dat uw internetprovider een maximum heeft aan de grootte per email. Omdat hier een handleiding wordt meegestuurd, kan het voorkomen dat de email groter is dan toegestaan bij uw provider.

Stel vragen via chat aan uw handleiding

Stel uw vraag over deze PDF

Uw handleiding is per email verstuurd. Controleer uw email

Als u niet binnen een kwartier uw email met handleiding ontvangen heeft, kan het zijn dat u een verkeerd emailadres heeft ingevuld of dat uw emailprovider een maximum grootte per email heeft ingesteld die kleiner is dan de grootte van de handleiding.

Er is een email naar u verstuurd om uw inschrijving definitief te maken.

Controleer uw email en volg de aanwijzingen op om uw inschrijving definitief te maken

U heeft geen emailadres opgegeven

Als u de handleiding per email wilt ontvangen, vul dan een geldig emailadres in.

Uw vraag is op deze pagina toegevoegd

Wilt u een email ontvangen bij een antwoord en/of nieuwe vragen? Vul dan hier uw emailadres in.



Info